Kruisverwijzing
ic
| lemma | meaning |
|---|---|
| a-あ | uitroep (van verbazing, ontroering, etc.); ja (zich iets herinnerend, of bevestigend antwoord) |
| abaku-暴く | onthullen; aan het licht brengen; openbaren |
| abi-阿鼻 | Avīci, het diepste niveau van de Boeddhistische hel |
| abijigoku-阿鼻地獄 | Avīci, het diepste niveau van de Boeddhistische hel |
| abikyōkan-阿鼻叫喚 | de wanhoopskreten van iemand die lijdt in de hel van Avīci |
| abirinpikku-アビリンピック | Paralympics (Olympische Spelen voor sporters met een handicap) |
| abiru-浴びる | ondergaan; over zich heen krijgen; lijden |
| aburana-油菜 | raapzaad; koolzaad (Brassica napus) |
| aburazemi-油蝉 | een grote bruine cicade (Graptopsaltria nigrofuscata) |
| aburidashi-炙り出し | geschreven [getekend] met onzichtbare inkt (wordt zichtbaar na verhitting) |
| acharaka-あちゃらか | satirisch toneelstuk met dwaze grappen en koddige gebaren; slapstickachtige komedie (populair in de vroege Shōwa periode) |
| āchisuto-アーチスト | artiest; musicus; muzikant |
| adakkyū-亜脱臼 | (medisch) subluxatie; onvolledige ontwrichting |
| adaruto・chirudoren-アダルト・チルドレン | volwassen kinderen (volwassenen die zich nog als kind gedragen) |
| afutāsābisu-アフターサービス | (after-sales service) service na verkoop; reparatiedienst |
| afutā・sābisu-アフター・サービス | reparatiedienst; service na verkoop |
| agedashi-揚げ出し | Japans gerecht van licht gefrituurd voedsel (m.n. tofu of aubergine) |
| ageita-上げ板 | (in een traditioneel theater) houten vloeren links en rechts waar het podium en de hanamichi (verhoogd pad naar toneel) samenkomen |
| agemai-上米 | belastingheffing in rijst bij de krijgsadel (ter verlichting van de financiële nood tijdens de Tokugawa periode) |
| agemaki-揚巻 | (afk. voor) een tweekleppige schelp (Sinonovacula constricta) |
| agemakigai-揚巻貝 | een tweekleppige schelp (Sinonovacula constricta) |
| agureman-アグレマン | agrement (officiële goedkeuring vooraf van een ontvangend land voor de komst van ambassadeurs en gezanten) |
| ahōjikara-阿呆力 | een grote lichamelijke kracht; dierlijke kracht |
| ai-藍 | Indigo plant (Polygonum tinctorium; Persicaria tinctoria) |
| aibosuru-愛慕する | liefhebben; verlangen naar; zich verbonden voelen met; gehecht zijn aan |
| aichi-愛知 | Aichi is de naam van een prefectuur in de regio Chūbu (midden Japan) |
| aidoka-アイドカ | AIDCA (een marketingmodel met acroniem: attention (aandacht), interest (belangstelling), desire (verlangen), conviction (overtuiging), action (actie)) |
| aigi-愛妓 | de favoriete actrice of geisha (van iemand) |
| aigin-愛吟 | het zingen van een geliefde [favoriete] melodie; het reciteren van een geliefd gedicht |
| aiginsuru-愛吟する | graag [vaak] (een melodie) neuriën; graag (gedichten) reciteren |
| aihansuru-相反する | contrasteren; conflicteren; in tegenspraak zijn; elkaar wederzijds uitsluiten |
| aijirushi-合印 | merkteken; identificatieteken |
| aijitsu-愛日 | winter(dag)licht; winterzon |
| aika-哀歌 | klaagzang; treurdicht; elegie; de Klaagliederen (bijbelboek in het Oude Testament) |
| aikon-アイコン | icoon (afbeelding) |
| aikon-アイコン | icoon (computerterm) |
| aikyōbeni-愛敬紅 | rouge [lipstick; oogschaduw] (om de charme te vergroten [het uiterlijk te verfraaien]) |
| aimochi-相持ち | de rekening opsplitsen waarbij ieder voor zichzelf betaalt |
| ainakabasuru-相半ばする | in evenwicht zijn; salderen; sluitend zijn (balans); tegen elkaar afstrepen |
| aisatsu-挨拶 | felicitatie; dank(woord); aankondiging; mededeling; waarschuwing |
| aisatsusuru-挨拶する | iem. (be)groeten; zichzelf introduceren; feliciteren; een toespraak houden; aankondigen; bekendmaken; antwoord geven [sturen]; wraak nemen; bemiddelen |
| aishō-愛誦 | het graag liedjes neuriën [zingen]; graag gedichten (re)citeren |
| aishōka-愛誦歌 | lievelingslied; favoriete gedicht |
| aisu・tī-アイス・ティー | icetea; ijsthee |
| aiyoku-愛欲 | passie; lust; (sexuele) begeerte; lichamelijke liefde |
| aizenkatsura-愛染かつら | de titel van een populaire roman van Matsutarō Kawaguchi, over een liefdesverhouding tussen een dokter en een weduwe-verpleegster die zich afspeelt in |
| ai・shī-アイ・シー | (computerterm) IC, geïntegreerde schakeling (Integrated circuit) |
| ajiataiheiyōkeizaishakaiiinkai-アジア太平洋経済社会委員会 | ESCAP (United Nations Economic and Social Commission for Asia and the Pacific) |
| aka-赤 | (afk. voor) rood stoplicht [verkeerslicht] |
| akaakato-明明と | helder verlicht |
| akadensha-赤電車 | de laatste trein (aangegeven met een rood licht) |
| akagaeru-赤蛙 | Japanse bruine kikker (Rana japonica) |
| akagami-赤紙 | (roodgekleurde) oproep voor dienstplicht (in Japan tijdens de Tweede Wereldoorlog) |
| akagi-赤木 | een boom, Bischofia javanica |
| akame-赤目 | rode ogen op een foto (door flitslicht) |
| akamegashiwa-赤芽柏 | Mallotus japonicus (plant) |
| akami-赤み | een rode [roodachtige] tint; lichte roodheid; een zweem rood |
| akamon-赤門 | bijnaam voor de Universiteit van Tokio, waar de oude rode poort (de Goshudenpoort 御守殿門 uit de Edo periode) zich nu bevindt |
| akanbē-あかんべえ | gezichtsuitdrukking waarbij men het onderste ooglid met een vinger naar beneden drukt en het rode gedeelte zichtbaar maakt (minachtend of afkeurend) |
| akanegumo-茜雲 | wolken die in de ochtendzon en avondzon rood oplichten |
| akaragao-赤ら顔 | een rood gezicht (rode vlekken op gezicht) |
| akarameru-赤らめる | blozen; rood aanlopen (van gezicht) |
| akaramu-明らむ | licht worden; oplichten |
| akaranpu-赤ランプ | rood (verkeers)licht; rode lamp |
| akari-明かり | het licht |
| akari-明かり | lamp; verlichting |
| akarisaki-明かり先 | de richting waar het licht heen schijnt; de plek waar het licht op schijnt |
| akaritori-明かり取り | een opening [gat] om licht binnen te laten; dakraam; (schepen) stormblind |
| akarui-明るい | helder; licht; zonnig |
| akarumi-明るみ | een verlichte plek; in het licht |
| akarumi-明るみ | openbaar; aan het licht gekomen |
| akarumu-明るむ | dagen; licht worden |
| akasen-赤線 | (afk. voor) rosse buurt; roodlichtdistrict |
| akasenkuiki-赤線区域 | de rosse buurt; roodlichtdistrict |
| akashi-灯 | (arch.) lamp; licht |
| akashingō-赤信号 | rood (stop)licht [verkeerslicht]; waarschuwingssignaal |
| akatsubaki-赤椿 | rode camelia (Camellia japonica) |
| akaunto-アカウント | een account (communicatiemedia) |
| akehanareru-明け離れる | dag worden; licht worden |
| akenokoru-明け残る | (maan, sterren, etc.) zichtbaar blijven bij het ochtendgloren [de dageraad] |
| akeru-明ける | dag [ochtend; licht] worden |
| akewataru-明け渡る | (klaarlichte) dag worden |
| akewatasu-明け渡す | evacueren; (een kamer) verlaten; zich overgeven |
| akinonanakusa-秋の七草 | de 7 herfstbloemen (Lespedeza, Misacanthus sinensis, Kudzu, Dianthus superbus, Patricia scabiosifolia, Eupatorium en Gomphocarpus physocarpus) |
| akinotamurasō-秋の田村草 | (plant) Salvia japonica |
| akirameru-諦める | opgeven; zich overgeven; (zijn plannen) laten varen |
| akishō-飽き性 | licht ontvlambaar [grillig] persoon [karakter] |
| akkan-悪漢 | booswicht; schurk; slechterik; deugniet |
| akōdion-アコーディオン | accordion; harmonica |
| akōdion・doa-アコーディオン・ドア | vouwdeur; harmonicadeur; accordeondeur |
| akōdion・purītsu-アコーディオン・プリーツ | harmonicaplooien; plisséplooien |
| akudama-悪玉 | een slecht iemand; een booswicht [boef]; iem. met een slecht karakter |
| akudoi-あくどい | opzichtig; felgekleurd |
| akuekishitsu-悪液質 | cachexie; een slechte lichamelijke toestand met vermagering en verval van krachten als gevolg van ondervoeding of ziekte (b.v. kanker) |
| akuhō-悪報 | slecht nieuws; slechte berichten |
| akujunkan-悪循環 | een vicieuze cirkel |
| akunenriki-悪念力 | algehele toewijding aan [gericht zijn op] slechte daden |
| akuninshōkisetsu-悪人正機説 | juist slechte mensen ontvangen de gunsten van Amida Boeddha (een theorie van Shinran (1173-1262), de stichter van de boeddhistische Jōdoshin school) |
| akuseihinsetsu-悪性貧血 | pernicieuze anemie |
| akuseku-齷齪 | het zich bezig houden (met); druk in de weer zijn (met) |
| akusekusuru-齷齪する | zich bezig houden (met); druk in de weer zijn (met) |
| akushōgurui-悪性狂い | verslaafd zijn aan [zich overgeven aan] frequent bordeelbezoek [losbandigheid] |
| akushogurui-悪所狂い | verslaafd zijn aan [zich overgeven aan] frequent bordeelbezoek [losbandigheid] |
| akushotsuihō-悪書追放 | het verbieden van schadelijke publicaties |
| akusō-悪僧 | een slechte monnik; een monnik die zich slecht gedraagt |
| akutare-悪たれ | met opzet kattenkwaad uithalen; een schelmenstreek uithalen; zich slecht [wild] gedragen |
| ākutō-アーク灯 | booglicht |
| akutō-悪党 | een boef; schurk; booswicht |
| akutoresu-アクトレス | actrice |
| amachan-甘ちゃん | een slappe [makkelijke] persoon; iemand die over zich laat lopen |
| amaeru-甘える | verwend willen worden; zich gedragen als een verwend kind |
| amagutsu-雨靴 | regenlaars; rubberlaars; waterdicht schoeisel |
| amajio-甘塩 | licht gezouten; met weinig zout |
| amayoke-雨除け | tarpaulin; regenscherm; waterdicht zeildoek |
| amedasu-アメダス | Japans meteorologisch instituut AMeDAS (Automated Meteorological Data Acquisition System) |
| amefuto-アメフト | American football (soort rugby) |
| ameiro-飴色 | amber(kleur); (half)transparant lichtbruin |
| amerikan・futtobōru-アメリカン・フットボール | American football (soort rugby) |
| ameyu-飴湯 | zoete moutstroop gekookt met kaneel en andere kruiden tot een drank (medicijn of zomerdrankje) |
| āmu-アーム | arm (lichaamsdeel) |
| amu-編む | samenstellen; redigeren (publicaties e.d.) |
| an-案 | een gedachte; idee; een plan; een vooruitzicht; verwachting |
| anbaransu-アンバランス | onevenwichtigheid; onbalans |
| andoroido-アンドロイド | een androïde (robot in sciencefiction) |
| anegohada-姐御肌 | zusterlijk zijn; zich (zorgzaam) als een oudere zus gedragen |
| angura-アングラ | onconventioneel; radicaal; clandestien |
| anguru-アングル | gezichtspunt; oogpunt; optiek |
| anjigao-案じ顔 | een bezorgd gezicht |
| anjigoto-案じ事 | dingen waar men zich zorgen om maakt |
| anjinryūmei-安心立命 | gemoedsrust; berusting; spirituele vrede en verlichting |
| anjiru-案じる | zich zorgen maken (over); ongerust [angstig] zijn |
| anjisuru-暗示する | een suggestie [voorstel] doen; suggereren; verwijzen (naar); impliceren; aanraden |
| anjunnō-暗順応 | donker-adaptatie, de aanpassing van de ogen als men vanuit een lichte in een donkere ruimte komt |
| anka-安価 | oppervlakkigheid; lichtvaardigheid |
| ankensatsu-暗剣殺 | één van de richtingen [kompas-punten] in de Chinese astrologie; een noodlottige [ongeluk brengende] richting |
| anmokuchi-暗黙知 | onbewuste [impliciete] kennis (fil.) |
| annai-案内 | een gids (boek); een toelichting |
| annaijo-案内所 | informatie balie; inlichtingen (bureau) |
| anni-暗に | indirect; onuitgesproken; stilzwijgend; impliciet |
| annon-安穏 | (boeddh.) de vredige staat van Verlichting |
| anorakku-アノラック | anorak, winddicht jack met capuchon (zonder voorsluiting) |
| anryū-暗流 | een onderstroom (fig.); een onzichtbare tendens (vaak in negatieve zin) |
| anshi-暗視 | nachtvisie; gezichtsvermogen in het donker |
| anshinritsumei-安心立命 | gemoedsrust; berusting; spirituele vrede en verlichting |
| anshinsuru-安心する | zich op zijn gemak [veilig; vredig] voelen; onbezorgd zijn |
| anshitsurampu-暗室ランプ | safelight; een lichtbron voor gebruik in een (fotografische) donkere kamer |
| anshiyakenbikyō-暗視野顕微鏡 | een donkerveld microscoop |
| anshō-暗証 | een geheime letter- [cijfer] combinatie voor toegang tot bepaalde gegevens, of voor identificatie van een persoon |
| anshō-暗証 | (Boeddh.) zich wijden aan alleen maar ascetische oefeningen en meditatie (zonder de theorie en dogma) |
| antan-暗澹 | somber; wanhopig; uitzichtloos |
| antei-安定 | stabiliteit; evenwicht; balans |
| anteisei-安定性 | stabiliteit; evenwichtigheid |
| anteisuru-安定する | stabiel [in evenwicht] zijn |
| anten-暗点 | een gedeeltelijke uitval van het gezichtsveld; blinde vlek; scotoom |
| antena・shoppu-アンテナ・ショップ | een winkel waar producenten en lokale overheden nieuwe producten verkopen om uit te proberen hoe de trends zich ontwikkelen bij consumenten |
| anzuru-按ずる | zich zorgen maken; ongerust [angstig] zijn |
| anzuru-案ずる | zich zorgen maken; bezorgd [ongerust] zijn |
| ao-青 | (de kleur) blauw (v.d. lucht, zee); groen (stoplicht, planten, etc.) |
| aodensha-青電車 | de één na laatste trein (aangegeven met een blauw licht) |
| aoitori-青い鳥 | de blauwe Vogel (oorspronkelijk Frans toneelstuk, L’Oiseau Bleu, geschreven door Maurice Maeterlinck in 1908) |
| aoitori-青い鳥 | ook gebruikt in de betekenis van: geluk (dat men niet bemerkt ook al is het dichtbij) |
| aokabi-青黴 | blauwe schimmel; penicilline |
| aoki-青木 | Japanse bontbladige laurierstruik (Aucuba japonica) |
| aokippu-青切符 | bekeuring (zonder strafvervolging) voor een lichte verkeersovertreding |
| aomukeru-仰向ける | naar boven gaan kijken [draaien] ; met het gezicht naar boven gaan liggen |
| aomuku-仰向く | omhoog [naar boven] kijken; met het gezicht naar boven liggen |
| aoppoi-青っぽい | (licht) blauwachtig [groenig] |
| aori-煽り | het bumperkleven (te dicht rijden achter) |
| aori-煽り | lage gezichtshoek (fotografie) |
| aoru-煽る | bumperkleven (dicht achter iemand rijden) |
| aoshingō-青信号 | groen stoplicht; groen licht (ook fig.: toestemming) |
| aporoteki-アポロ的 | apollinisch; evenwichtig; sereen |
| apuri-アプリ | app; applicatie (computerprogramma) |
| apurikanto-アプリカント | sollicitant; aanvrager |
| apurikēshon-アプリケーション | applicatie (computerprogramma) |
| apurikēshon・sofuto-アプリケーション・ソフト | applicatie software |
| apurikēshon・sofutouea-アプリケーション・ソフトウエア | applicatie software |
| arabian・raito-アラビアン・ライト | lichte ruwe olie uit Saoedi-Arabië (de standaard bij het bepalen van de olieprijs) |
| araitateru-洗い立てる | goed [grondig; voorzichtig] wassen |
| arakan-阿羅漢 | Arhat; Arahant (In het Boeddhisme iemand die de Verlichting heeft bereikt) |
| arakureru-荒くれる | zich ruw [gewelddadig] gedragen |
| aramashi-あらまし | overzicht; samenvatting |
| arame-荒布 | arame (soort zeewier, Eisenia bicyclis) |
| arashitaji-荒下地 | arriccio (pleisterlaag bij oude fresco schilderingen) |
| arasoi-争い | strijd; gevecht; ruzie; conflict |
| arasuji-粗筋 | overzicht; samenvatting; synopsis |
| aratamaru-改まる | zich wijzigen; veranderen; veranderd worden |
| aratamaru-改まる | zich verbeteren; verbeterd worden |
| aratamaru-改まる | zich vernieuwen; vernieuwd worden |
| arawareru-現れる | verschijnen; zich vertonen; zichtbaar worden |
| arawasu-著す | schrijven; plubliceren |
| arawaza-荒業 | zwaar (lichamelijk) werk |
| arika-在処 | verblijfplaats; de plek waar iets [iemand] zich bevindt; plek waar iemand rondhangt; adres |
| arikante-アリカンテ | Alicante (stad in Spanje) |
| arikante-アリカンテ | rood alicante marmer |
| arikitari-在り来たり | gemeenplaats; cliché |
| arinsu-ありんす | bestaan; (er) zijn (een oude, beleefde vorm van arimasu, vooral gebruikt door prostituees en courtisanes in het Shin-Yoshiwara-dustrict in Edo) |
| aru-有る | zijn; zich bevinden |
| aruchū-アル中 | alcoholicus; alcoholist |
| arufarufa-アルファルファ | alfalfa (plant: Medicago sativa) |
| arukōruchūdoku-アルコール中毒 | (m.) alcoholist; alcoholicus; (v.) alcoholiste; alcoholica |
| arukotonaikoto-有る事無い事 | feit en fictie; halve waarheid |
| asaborake-朝ぼらけ | ochtendgloren; morgenlicht |
| asagi-浅黄 | lichtgeel |
| asahaka-浅はか | kortzichtigheid; oppervlakkigheid; lichtzinnigheid; ondoordachtheid |
| asaji-浅茅 | een Japanse (schaars groeiende, korte) grassoort van de familie Imperata cylindrica (Japans bloedgras) |
| asamidori-浅緑 | lichtgroen |
| asazuke-浅漬け | licht gepekelde [ingelegde] groenten |
| asebamu-汗ばむ | licht zweten [transpireren] |
| asebi-馬酔木 | Japanese andromeda struik (Pieris japonica) |
| ashibi-馬酔木 | Japanese andromeda struik (Pieris japonica) |
| ashioto-足音 | een teken dat iets nadert [dichterbij komt] |
| asobu-遊ぶ | spelen; zich amuseren; plezier hebben |
| assari-あっさり | makkelijk; simpel; snel; licht |
| assensuru-斡旋する | zich voor iem. inspannen [inzetten]; bemiddelen; aanbevelen |
| asshi-あっし | (informele, ouderwetse manier om naar zichzelf te verwijzen, gebruikt door mannen) ik |
| asshuku-圧縮 | comprimeren [verdichten; inpakken] van gegevens op de computer |
| asukī-アスキー | ASCII, digitale codetabel (American Standard Code for Information Interchange) |
| asupekuto-アスペクト | aspect; oogpunt; gezichtspunt |
| asutorodōmu-アストロドーム | Astrodome (overdekt sportstadion met doorzichtige koepel) |
| atamadashi-頭出し | het vooraf een overzicht geven van de belangrijkste punten van een (zakelijke) presentatie |
| atamadekkachi-頭でっかち | boekenwijsheid; boekengeleerde; intellectueel; theoreticus |
| atarazusawarazu-当たらず障らず | zich op de vlakte houden; zich niet blootgeven; zich diplomatiek gedragen |
| atariya-当たり屋 | iemand die zich opzettelijk een ongeluk laat overkomen (om schadegeld te claimen) |
| ataru-当たる | ondernemen; op zich nemen |
| ate-当て | hoop; kans; mogelijkheid; gissing; veronderstelling; verwachting; vooruitzicht |
| atebumi-宛文 | een officieel document (met daarin een persoonlijke opdracht of mandaat voor de geadresseerde) |
| atebumi-宛文 | een officieel document waarin een leenheer zijn vazal een stuk (grond)bezit gaf (Kamakura en Muromachi-periode) |
| atedo-当て所 | de plaats waarop je mikt [moet mikken]; waarop je je richt [moet richten] |
| ateokonaijō-充行状 | een officieel document waarin een leenheer zijn vazal een stuk (grond)bezit gaf (Kamakura en Muromachi-periode) |
| ateru-宛てる | adresseren [richten] aan |
| ateru-当てる | dicht tegen [op] elkaar drukken [plakken] |
| ātifisharu-アーティフィシャル | artificieel; kunstmatig; kunst- |
| ātisuto-アーティスト | artiest; musicus; muzikant |
| atsude-厚手 | dikte; dichtheid; consistentie |
| atsukau-扱う | (voorzichtig) iets bedienen |
| atsumaru-集まる | bij elkaar komen; zich verzamelen |
| atsumaru-集まる | zich concentreren [focussen] op |
| atsureki-軋轢 | wrijving; frictie |
| atsureki-軋轢 | conflict; strijd; botsing; onenigheid |
| awa-粟 | (tros)gierst (graansoort: Setaria italica) |
| awai-淡い | licht; zwak; bleek; vaag; flauw; flets |
| awaiirono-淡い色の | lichtgekleurd |
| awamorishōma-泡盛升麻 | Astilbe japonica |
| awateru-慌てる | zich haasten, gehaast zijn |
| awayuki-淡雪 | lichte sneeuwval |
| ayamaru-誤る | zich (in iets) vergissen; een fout [fouten] maken; een misstap begaan |
| ayamaru-謝る | zich verontschuldigen; excuses aanbieden; zich excuseren (bij iemand voor iets) |
| ayumu-歩む | doormaken; ervaren; (het levenspad) belopen [begaan; volgen]; verrichten (studie, e.d.) |
| aza-字 | sectie van een stad of dorp in een plattelandsdistrict |
| azukarishiru-与り知る | op de hoogte zijn van; zich bewust zijn van; beseffen; betrokken zijn bij; te maken hebben met |
| azukaru-預かる | bewaren; in bewaring nemen; op zich nemen |
| bāberu-バーベル | een barbell (lange halter met gewichten) |
| bachikan-バチカン | het Vaticaan |
| baiasu-バイアス | voorspanning (elektriciteit) |
| baichi-培地 | (biologie) voedingsbodem (voor het kweken van micro-organismen en cellen) |
| baiden-売電 | de verkoop van elektriciteit door particulieren, bedrijven, e.d. aan elektriciteitsbedrijven |
| baiden-買電 | het kopen van elektriciteit door elektriciteitsbedrijven van andere ondernemingen |
| baimei-売名 | reclame maken voor jezelf; iets doen omwille van de publiciteit; publiciteit zoeken |
| baionikusu-バイオニクス | bionica |
| baiosu-バイオス | BIOS (computerterm: basic input/output system) |
| baisupurejidento-バイスプレジデント | vicepresident |
| baita-売女 | prostituée; hoer; lichtekooi |
| baitai-媒体 | medium; media; communicatiemiddelen |
| baiyaku-売薬 | een medicijnen zonder recept; een vrij verkrijgbaar medicijn |
| bajiriko-バジリコ | basilicum |
| bajiru-バジル | basilicum |
| bakajikara-馬鹿力 | een grote lichamelijke kracht; dierlijke kracht |
| bakazura-馬鹿面 | een domme blik op iemands gezicht |
| bakeru-化ける | zich transformeren; de vorm aannemen (van) |
| bakuchi-博打 | risico |
| bakuro-暴露 | blootstelling (aan zonlicht, e.d.) |
| bakuryō-幕僚 | staf; stafofficier (in het hoofdkwartier van de legerleiding) |
| ban-バン | (value-added network) netwerkdienst met toegevoegde waarde (een gehost serviceaanbod met aanvullende diensten) |
| ban-版 | editie; publicatie |
| banpā・sutekkā-バンパー・ステッカー | bumpersticker (sticker op autobumper) |
| banryoku-蛮力 | fysieke [lichamelijke] kracht |
| banshū-晩秋 | seizoenwoord voor de herfst (in traditionele Japanse gedichten) |
| bantamukyū-バンタム級 | bantamgewicht (klasse bij boksen) |
| bantō-番頭 | opzichter in een badhuis |
| banzai-万歳 | gejuich (met handen in de lucht); hoera; gefeliciteerd; lang zal ze leven |
| bapponteki-抜本的 | drastisch; grondig; radicaal |
| barādo-バラード | ballade (gedicht; muziek) |
| baransu-バランス | evenwicht; balans |
| baransu・obu・pawā-バランス・オブ・パワー | machtsevenwicht |
| baransu・shīto-バランス・シート | balans (overzicht van bezittingen en schulden) |
| bareru-ばれる | uitlekken (van iets, b.v. een geheim); openbaren; onthullen; aan het licht brengen |
| baria・furī-バリア・フリー | (gebouwen, openbaar vervoer, etc.) toegankelijk voor gehandicapten |
| barikēdo-バリケード | barricade; versperring |
| barubu-バルブ | (gloei)lamp; (licht)peertje |
| bāsaru-バーサル | versal (typografie: versierde hoofdletter als begin van een gedicht of tekst) |
| bashin-馬身 | paardenlijf; het lichaam van een paard |
| bashō-芭蕉 | (Matsuo) Bashō (naam van een Japanse haiku dichter, 1644-1694) |
| bashu-馬首 | de richting waarin het paard gaat |
| bataashi-ばた足 | (flutter kick) snel doorlopende beenslag (bij crawlzwemmen) |
| batei-馬丁 | paardenknecht; oppasser van een officier; lakei |
| batsubyō-抜錨 | het lichten [ophalen] van het anker |
| bauhausu-バウハウス | Bauhaus (Hogeschool voor architectuur, opgericht in 1919 in Weimar) |
| bāzu・ai・byū-バーズ・アイ・ビュー | vogelvluchtperspectief; panoramisch uitzicht |
| bāzu・ai・byū-バーズ・アイ・ビュー | algemeen overzicht (in taalkunde) |
| bebī・fēsu-ベビー・フェース | babyface; persoon met kinderlijk gezicht |
| beikokuyotakushōken-米国預託証券 | (American Depositary Receipt) Amerikaans certificaat (van een bank) voor een bepaald aantal verhandelbare aandelen van een buitenlands bedrijf |
| beirenpōsōsakyoku-米連邦捜査局 | (Federal Bureau of Investigation) FBI, federale politie en inlichtingendienst van de VS |
| beishikishūkyū-米式蹴球 | American football (een soort rugby) |
| bekke-別家 | een nieuwe tak van een familie; uit het ouderlijk huis gaan en een eigen gezin stichten |
| benchā-ベンチャー | waagstuk; gok; risico |
| benchāshikin-ベンチャー資金 | durfkapitaal; risicokapitaal |
| benchā・kyapitaru-ベンチャー・キャピタル | durfkapitaal; risicokapitaal |
| beni-紅 | rouge; lipstick |
| benishōga-紅生姜 | pickles van rode reepjes gember (ingemaakt in azijn) |
| benshinron-弁神論 | theodicee |
| bero-べろ | (dialect voor) tong (lichaamsdeel) |
| bēshikku-ベーシック | basic; basis; minimum-; fundamenteel |
| bēshikku-ベーシック | Basic (computertaal) |
| betabeta-べたべた | (onomatopee) dicht op elkaar |
| betatsuku-べたつく | dicht op elkaar |
| betomin-ベトミン | Vietminh (Vietnamese verzetsbeweging, opgericht in 1941 door Ho Tsi Minh) |
| betto-別途 | een andere weg [richting]; een andere manier; extra- |
| bibiru-びびる | verlegen [schuchter] zijn; zich schamen [generen] |
| bidō-微動 | lichte beweging [trilling; schok] |
| bifū-微風 | lichte wind; zacht briesje |
| bīfun-ビーフン | mihoen, (Chinese) rijstvermicelli |
| bigaku-美学 | esthetica; esthetiek; schoonheidsleer |
| bigan-美顔 | een mooi gezicht |
| bigan-美顔 | gezichtsverzorging |
| bijinesuraiku-ビジネスライク | zakelijk; efficiënt |
| bijon-ビジョン | gezichtsvermogen; visie |
| bijon-ビジョン | vooruitziende blik; inzicht |
| bijuaru-ビジュアル | visueel; zichtbaar |
| bijuaru・komyunikēshon-ビジュアル・コミュニケーション | visuele communicatie (het gebruik van visuele elementen om ideeën en informatie over te brengen) |
| bijutsugan-美術眼 | kunstenaarsblik; artistiek inzicht |
| bijutsuhyōronka-美術評論家 | kunstcriticus; kunstrecensent |
| bijutsushika-美術史家 | kunsthistoricus (m); kunsthistorica (v) |
| bikan-美観 | prachtig uitzicht [landschap] |
| bikei-美形 | een prachtig [mooi] gezicht [gelaat] |
| bikei-美景 | een prachtig landschap [uitzicht] |
| bikkurisuru-びっくりする | schrikken; zich verbazen; zich verwonderen (over); verrast [overdonderd] zijn |
| bikō-微光 | zwak licht |
| bīkon-ビーコン | baken; lichtsignaal; vuurtoren |
| bimi-美味 | delicatesse; lekkernij |
| bīmu-ビーム | lichtbundel; straling; straal |
| bīmu・antena-ビーム・アンテナ | gerichte antenne |
| bimyō-微妙 | subtiliteit; delicaatheid |
| binīru・hausu-ビニール・ハウス | plastic plantenkas |
| binkan-敏感 | (over)gevoeligheid; lichtgeraaktheid; prikkelbaarheid |
| binta-びんた | een klap op wang [in het gezicht] |
| biraku-微落 | een lichte daling van prijzen [tarieven] |
| biru-ビル | rekening; certificaat; wet |
| biseibutsu-微生物 | microbe; micro-organisme |
| bishin-微震 | zeer lichte aardbeving (intensiteit 1) |
| bishiteki-微視的 | microscopisch; micro |
| bishō-微傷 | lichte verwonding; kleine wond |
| bisō-美装 | mooie kleding; het zich mooi [elegant] kleden presenteren]; iets mooi aankleden; verfraaien |
| biso-鼻祖 | oprichter; stichter; initiatiefnemer |
| bisōjutsu-美爪術 | goede verzorging van nagels; manicure; pedicure |
| bisōsuru-美装する | zich mooi [netjes; elegant] aankleden; iets [zich] mooi presenteren |
| bisuta・kā-ビスタ・カー | panorama wagon (van trein, met mooi uitzicht) |
| bitō-微騰 | een lichte stijging in prijzen [tarieven] |
| biu-微雨 | lichte regen; motregen |
| bō-冒 | (in kanjicombinaties) risico; gevaar; begin; opening |
| bōajin-ボーア人 | Boer (Ned. immigrant in Zuid-Africa) |
| boa・konsutorikutā-ボア・コンストリクター | boa constrictor (slang) |
| bodai-菩提 | verlichting; boeddhaschap |
| bodaiju-菩提樹 | Bodhiboom, Ficus religiosa (oorspronkelijk uit India; onder deze boom zou Boeddha de verlichting bereikt hebben) |
| bodaisatta-菩提薩埵 | een bodhisattva (een wezen dat streeft naar verlichting en het bereiken van het boeddhaschap, maar deze uitstelt om eerst anderen te kunnen helpen) |
| bodī-ボディー | lichaam; romp; centrale deel; kern; voorwerp; object |
| bodīsūtsu-ボディースーツ | bodysuit (kledingstuk dat nauw om het lichaam sluit); damesondergoed dat uit 1 stuk bestaat |
| bodī・burō-ボディー・ブロー | slag [stoot] op het lichaam |
| bodī・chekku-ボディー・チェック | (in sport) een forse duw tegen het lichaam van een tegenstander |
| bodī・rangēji-ボディー・ランゲージ | lichaamstaal |
| bōekifunsō-貿易紛争 | handelsconflict |
| bōekimasatsu-貿易摩擦 | handelsconflict |
| bōekiseigen-貿易制限 | handelsrestrictie |
| bōfū-防風 | (medicinale) plant, Saposhnikovia divaricata |
| bōgai-妨害 | blokkade; barricade; belemmering; obstructie; inmenging |
| bōhon-坊本 | beperkte uitgave van een boek, op basis van lokale verspreiding; boek uitgegeven door een particuliere boekhandel |
| boisu・rēkōdā-ボイス・レコーダー | cockpit voice recorder (in vliegtuigen) |
| bōjima-棒縞 | verticale strepen; strepenpatroon |
| bōken-冒険 | avontuur; risico; gevaar |
| bokkusu-ボックス | (bij honkbal) gebied waar de catcher en de slagman zich bevinden; (bij voetbal) het strafschopgebied |
| bokushu-墨守 | aanhankelijkheid; het zich vastklampen [hechten] (aan een gewoonte, traditie, e.d.) |
| bokushusuru-墨守する | zich vastklampen [hechten] (aan) |
| bokyaburarī-ボキャブラリー | woordenschat; vocabulaire; lexicon |
| bōongarasu-防音ガラス | geluidswerend [geluiddicht] glas |
| bōongōzō-防音構造 | geluiddichte [geluidswerende] constructie |
| bōonsei-防音性 | geluiddichtheid |
| bōonshitsu-防音室 | geluiddichte kamer |
| bōonsōchi-防音装置 | geluid isolerend [geluiddichtend] apparaat |
| borudōeki-ボルドー液 | Bordeauxse pap (fungicide ter bestrijding van parasitaire ziekten) |
| bōryokudan-暴力団 | georganiseerde misdaadsyndicaat |
| bōsen-傍線 | onderstreping (in horizontale tekst); verticale streep (naast verticale tekst) |
| bossho-没書 | afwijzing van een inzending (voor publicatie) |
| bōsuikumen-防水区画 | waterdichte ruimte; waterdicht compartiment |
| bōsun-ボースン | bootsman (onderofficier op een schip) |
| botan-牡丹 | boompioen (Paeonia suffruticosa) |
| bōto・dekki-ボート・デッキ | sloependek (dek waar de reddingsboten zich bevinden) |
| būajin-ブーア人 | Boer (Ned. immigrant in Zuid-Africa) |
| bui-部位 | (de positie van) een deel [stuk] ten opzichte van het geheel; lichaamsdeel |
| buin-無音 | een lange stilte; lang zonder contact (b.v. briefwisseling, e.d.); het niets van zich laten horen gedurende een lange periode |
| bui・sain-ブイ・サイン | V-teken; victorieteken |
| bukan-武官 | officier; (hof)functionaris belast met militaire taken |
| bukka-仏果 | (boeddh.) nirwana; Verlichting (bereikt door boeddhistische training) |
| bundai-文題 | hoofdthema [onderwerp] (van een boek, gedicht, opstel, e.d.) |
| bunja -文者 | geleerde; wetenschapper; academicus |
| bunjin-文人 | literator; schrijver; dichter |
| bunpitsu-文筆 | het schrijven (met penseel van gedichten en proza) |
| bunpitsu-文筆 | (hist. in China) dichtkunst (文) en proza (筆) |
| bunpō-文法 | grammatica; spraakleer |
| bunpōteki-文法的 | grammaticaal |
| bunrui-分類 | indeling; classificatie; ordening; rangschikking |
| bunshiidengaku-分子遺伝学 | moleculaire genetica |
| burabō-ブラボー | toejuiching; goed zo! |
| buraia-ブライア | boomheide (Erica arborea) |
| buraiā-ブライアー | boomheide (Erica arborea) |
| buraun・pawā-ブラウン・パワー | Brown Power (Mexicaans-Amerikaanse politieke beweging) |
| bureikō-無礼講 | een ongedwongen [informeel] feestje [uitje] (waarbij iedereen zichzelf kan zijn zonder te letten op status of positie) |
| burijji・banku-ブリッジ・バンク | overbruggingsbank (opgericht om een failliete bank te exploiteren totdat er een koper kan worden gevonden) |
| burokku・sain-ブロック・サイン | (honkbal) een aanwijzing geven door naar een deel van het lichaam te wijzen |
| buruku・mēru- バルク・メール | bulkmail (vele mailberichten tegelijk verstuurd naar verschillende mailboxen) |
| buryokufunsō-武力紛争 | gewapend conflict |
| bushu-部首 | radicaal (classificatie-) component van een kanji |
| butsudō-仏道 | de boeddhistische verlichting |
| butsukeru-ぶつける | zich afreageren (op iem.) |
| butsurigaku-物理学 | natuurkunde; fysica |
| buttai-仏体 | Boeddha's fysieke lichaam |
| buttai-仏体 | Boeddha's universele lichaam; boeddhabeeld |
| buttai-仏体 | boeddhaschap; verlichting |
| buwake-部分け | classificatie; indeling; sortering |
| byūpointo-ビューポイント | standpunt; gezichtspunt |
| chairoi-茶色い | lichtbruin |
| chakufuku-着服 | het aankleden; zich kleden; kleren aantrekken |
| chakufukusuru-着服する | verduisteren; zich iets toe-eigenen; iets verdonkeremanen; achteroverdrukken |
| chakumokusuru-着目する | aandacht schenken aan; aandacht richten op; zich concentreren op; focussen (op) |
| chakunigoichiranbaraitegata-着荷後一覧払い手形 | zichtwissel te betalen na aankomst [ontvangst] van de lading [goederen] |
| chakunitsūchi-着荷通知 | aankomstbericht [kennisgeving van aankomst] van de lading [vracht; goederen] |
| chakushin-着信 | ontvangst van een bericht [telefoontje; correspondentie] |
| chakushō-着床 | innesteling; nedatie; innidatie (van eicellen) |
| chakusō-着装 | installatie; uitrusting; inrichting; montage; het dragen (van een gordel, e.d.) |
| chancharaokashii-ちゃんちゃら可笑しい | belachelijk; absurd; ridicuul |
| chanoko-茶の子 | tussendoortje [lichte maaltijd] tijdens het werk voor het ontbijt (zoals in een boerenbedrijf) |
| chekku・ando・baransu-チェック・アンド・バランス | controle en evenwicht in de machtsverhoudingen van een politiek bestel |
| chēsā-チェーサー | een lichter drankje na het drinken van sterke drank (b.v. bier na whisky) |
| chidome-血止め | stypticum; bloedstelpend middel |
| chidōsetsu-地動説 | heliocentrisme; copernicanisme |
| chie-知恵 | wijsheid; inzicht |
| chigaeru-違える | zich vergissen; een fout maken |
| chigaeru-違える | (medisch) ontwrichten; verstuiken; verdraaien |
| chigaya-茅 | Japans bloedgras (Imperata cylindrica) |
| chihōsaibansho-地方裁判所 | districtsrechtbank; arrondissementsrechtbank; kantongerecht |
| chiiki-地域 | gebied; streek; regio; district; buurt |
| chika-地価 | officiële grondprijs |
| chikachika-ちかちか | helder [verblindend] lichtgeflikker; lichtflitsen |
| chikai-近い | dichtbij (afstand, tijd, verwantschap, etc.) |
| chikajika-近近 | dichtbij |
| chikame-近め | dichtbij |
| chikarakobu-力瘤 | grote biceps; sterke (arm)spierbundels |
| chikarashigoto-力仕事 | (zwaar) lichamelijk werk; mankracht |
| chikarawaza-力業 | zwaar werk; werk dat veel (lichamelijke) kracht vereist |
| chikazukeru-近づける | dichterbij brengen |
| chikazuku-近づく | naderen; dicht(er)bij komen |
| chikketo-チケット | kaartje; ticket; toegangsbewijs |
| chikku-チック | tic; zenuwtrek |
| chikori-チコリ | cichorei (Cichorium intybus) |
| chikorī-チコリー | cichorei (Cichorium intybus) |
| chiku-地区 | district; regio; gebied |
| chikudenki-蓄電器 | (elektriciteit) condensator |
| chikyūbutsurigaku-地球物理学 | geofysica |
| chimayou-血迷う | de controle over zichzelf verliezen; in razernij ontsteken; door het lint gaan; gek worden |
| chinchō-珍重 | (haikai en renga dichtkunst) één van de kritiekpunten bij de beoordeling van een gedicht |
| chingensai-チンゲンサイ | paksoi (Brassica chinensis) |
| chinmen-沈湎 | het zich laveloos drinken |
| chinoke-血の気 | blos; kleur (van gezicht) |
| chinpei-鎮兵 | soldaten die worden uitgezonden om lokale conflicten te bestrijden |
| chinshasuru-陳謝する | zich verontschuldigen; excuses maken [aanbieden] |
| chintsū-鎮痛 | pijnbestrijding; pijnverlichting |
| chintsūzai-鎮痛剤 | pijnstiller; analgeticum (medicijn) |
| chippu-チップ | chip (computer); (poker) fiche; bepaalde slag bij golf |
| chīpu・shikku-チープ・シック | goedkoop chic; met goedkope dingen er chic uitzien |
| chisai-地裁 | districtsrechtbank; arrondissementsrechtbank; kantongerecht |
| chisha-知者 | een wijze; een wijs persoon; iemand met veel kennis en inzicht |
| chisha-知者 | een boeddha; degene die de verlichting heeft bereikt |
| chishio-血潮 | bloed dat uit het lichaam vloeit |
| chishō-地象 | verschijnselen die zich voordoen op aarde (zoals aardverschuivingen en aardbevingen) |
| chōfuku-重複 | duplicatie; herhaling; overlapping |
| chōga-頂芽 | eindknop; apicale knop (het primaire, dominante, groeipunt is aan de punt van de stengel of tak van de plant) |
| chōgayūsei-頂芽優勢 | (plantkunde) apicale dominantie (d.w.z. dat de top een plant sterker uitgroeit dan de zijtakken) |
| chōhō-諜報 | spionage; geheime inlichtingen |
| chōhonnin-張本人 | aanstichter; aanvoerder |
| chōji-弔辞 | condoleancebericht; woorden van medeleven |
| chōjin-超人 | (in de filosofie van Nietzsche) übermensch (lichamelijk en geestelijk hoger type mens) |
| chōka-長歌 | lang gedicht |
| chōkanzu-鳥瞰図 | bovenaanzicht; gezicht vanuit de lucht; vogelperspectief |
| chōkeiryōdōryokuki-超軽量動力機 | ultralicht motorluchtvaartuig |
| chōkō-兆候 | voorteken; omen; voorbode; indicatie; verwachting |
| chokusen-勅撰 | keizer die zelf gedichten schrijft, of dichtbundels samenstelt |
| chokusen-勅撰 | het op keizerlijk bevel verzamelen [bundelen] van gedichten en teksten |
| chokusenwakashū-勅撰和歌集 | waka-gedichten verzameld in opdracht van de keizer |
| chokusetsushōmei-直接照明 | directe verlichting |
| chokusha-直射 | gerichte (frontale) beschieting |
| chokusha-直射 | directe belichting |
| chokushanikkō-直射日光 | direct zonlicht [zonnestralen] |
| chokutsū-直通 | een directe lijn; rechtstreekse communicatie; directe verbinding |
| chokuzoku-直属 | onder direct toezicht [gezag; onder directe controle |
| chorochoro-ちょろちょろ | (onomatopee) druppelend; flikkerend; dartelend; snel [licht] bewegend |
| chōsei-調製 | het vervaardigen op bestelling; het bereiden op recept (medicijnen; voedsel) |
| chōshi-弔詞 | condoleancebericht; woorden van medeleven |
| chōshi-長詩 | lang gedicht |
| chōshizuku-調子づく | op gang [stoom] komen; in de stemming komen; zijn draai weten te vinden; opgetogen [enthousiast] worden; zich laten gaan |
| chōshū-徴集 | verplichte inzameling (van goederen e.d.) |
| chōshū-徴集 | oproep (m.b.t dienstpicht e.d.) |
| chōshuritsu-聴取率 | cijfer dat de luisterdichtheid van, en waardering voor radioprogramma's aangeeft |
| chōzai-調剤 | dosering (van medicijnen) |
| chōzaigijutsuryō-調剤技術料 | kosten voor uitgifte van voorgeschreven medicatie |
| chūburu-中古 | tweedehandse artikelen; licht verouderde [gebruikte] spullen |
| chūdoku-中毒 | vergiftiging; intoxicatie; verslaving |
| chūi-注意 | voorzichtigheid; behoedzaamheid |
| chūibukai-注意深い | voorzichtig; zorgvuldig; nauwgezet; attent; waakzaam; alert |
| chūikaki-注意書き | instructies [aanwijzingen] voor gebruik (van medicijnen, apparatuur, etc.) |
| chūjō-中将 | luitenant-generaal; viceadmiraal |
| chūmitsu-稠密 | dichtheid; opeenhoping |
| chūsei-中性 | onzijdigheid (grammatica) |
| chūseidai-中生代 | mesozoïcum (tijdperk) |
| chūsenkyoku-中選挙区 | een middelgroot [meervoudig] kiesdistrict (met twee of meer zetels) in Japan |
| chūsuien-虫垂炎 | blindedarmontsteking; appendicitis |
| daboku-打撲 | blauwe plek op het lichaam (door stoten) |
| daburu-ダブる | nagemaakt [gedupliceerd; verdubbeld] worden |
| daichōkeishitsushō-大腸憩室症 | diverticulose; diverticulosis (darmaandoening) |
| daichōkin-大腸菌 | E. Coli (Escherichia coli); E. Coli bacterie |
| daidōmyaku-大動脈 | aorta; lichaamsslagader |
| daiei-題詠 | (het componeren van) een gedicht met een bepaald thema |
| daiga-題画 | een gedicht dat wordt toegevoegd aan een prent of schilderij; een afbeelding die de inhoud van een bijgevoegd gedicht weergeeft |
| daigakkō-大学校 | hogere onderwijsinstelling opgericht in samenwerking met een overheidsinstantie |
| daikon-大根 | rettich; daikon |
| daisangoku-第三国 | een derde land (een land dat niet direct is betrokken bij een kwestie of conflict tussen andere landen) |
| daisanjisangyō-第三次産業 | tertiaire industrie (in Japan o.a. gas-, elektriciteits- en waterindustrie) |
| daisenkyoku-大選挙区 | een groot [meervoudig] kiesdistrict (met twee of meer zetels) in Japan |
| daishirazu-題知らず | (waka-poëzie) de titel en de omstandigheden waaronder het gedicht is geschreven zijn onbekend |
| daitōryōkeigotai-大統領警護隊 | geheime dienst (secret service) ter bewaking van de president |
| daki-舵機 | (van een schip) stuurinrichting; roer |
| dakkyū-脱臼 | ontwrichting; dislocatie; luxatie |
| daku-駄句 | een slecht gedicht [vers] |
| dakuru-駄句る | slechte haiku (gedichten) maken [schrijven] |
| dakusaiseiji-独裁政治 | dictatuur; autocratie |
| dakusuru-諾する | toestemmen; zich bereid verklaren; instemmen met; akkoord gaan; voldoen aan; inwilligen (verzoek) |
| damasu-騙す | bedriegen; oplichten; vals spelen; misleiden |
| dame-駄目 | (in het theater) de aanwijzing [waarschuwing] van een regisseur aan een acteur [actrice] |
| dan-断 | (boeddh.) zich bevrijden van wereldse verlangens |
| danjikisuru-断食する | vasten (geen voedsel tot zich nemen) |
| danketsuken-団結権 | het recht van arbeiders om zich te verenigen [zich aan te sluiten bij een vakbond] |
| danku・shūto-ダンク・シュート | (basketbal) een dunk (een worp waarbij een aanvaller een hoge sprong maakt richting de ring en de bal dan in de basket slaat) |
| danryokusei-弾力性 | elasticiteit (economie) |
| dansei-弾性 | elasticiteit |
| danseiritsu-弾性率 | elasticiteitsmodulus |
| danseitai-弾性体 | elastisch lichaam |
| dan'i-段位 | (technische kwalificatie) rang; graad (in vechtsporten, go, shogi, e.d.) |
| dappi-脱皮 | het zichzelf bevrijden; breken met (conventies, oude gedachtepatronen, gewoontes, e.d.) |
| dasu-出す | eruit halen; tevoorschijn halen; buitenzetten; uitsteken (van lichaamsdeel); uitlaten |
| dasu-出す | naar buiten brengen (fig.); verklaren; bekend maken; publiceren; uitgeven |
| datsue-脱衣 | (arch.) het (zich) uitkleden; ontkleding |
| datsui-脱衣 | het (zich) uitkleden; ontkleding |
| datsusara-脱サラ | het zich bevrijden uit de tredmolen van een kantoorbaan, en voor zichzelf beginnen om leuk en zinvol werk te gaan doen |
| dattō-脱党 | het verlaten van [zich terugtrekken uit] een politieke partij |
| dejinere-デジネレ | iemand die lichamelijke en geestelijke tekenen van degeneratie vertoont |
| dekasegi-出稼ぎ | werk ver van huis; in een ander district [land] (dan waar je woont) gaan werken |
| demuku-出向く | zich begeven [op weg gaan] (naar); zelf [persoonlijk] een bezoek brengen (aan) |
| denchū-電柱 | elektriciteitspaal; telefoonpaal |
| dendenkōsha-電電公社 | NTT, Nippon Telegraph and Telephone Public Corporation |
| dengen-電源 | elektriciteitsbron; stroombron; elektrische voeding; aan-uitknop |
| dengon-伝言 | boodschap; bericht |
| denki-電気 | elektriciteit; stroom |
| denki-電気 | (elektrisch) licht |
| denkidai-電気代 | elektriciteitsrekening |
| denkiryōkin-電気料金 | elektriciteitstarief; elektriciteitskosten |
| denkishiyōryō-電気使用量 | elektriciteitsverbruik |
| denkitsūshin-電気通信 | telecommunicatie |
| denkitsūshinjigyōhō-電気通信事業法 | telecommunicatiewet |
| denkiunagi-電気鰻 | sidderaal (Electrophorus electricus) |
| denkō-電光 | bliksemflits; bliksemschicht |
| densen-電線 | elektriciteitskabel; snoer |
| denshikenbikyō-電子顕微鏡 | elektronenmicroscoop |
| denshikōgaku-電子工学 | elektronica; elektronentechniek |
| deokishiribokakusan-デオキシリボ核酸 | DNA (deoxyribonucleic acid) |
| dēraito・sukurīn-デーライト・スクリーン | daglichtscherm |
| derikatessen-デリカテッセン | delicatessen; lekkernijen |
| derikatessen-デリカテッセン | een winkel die delicatessen verkoopt |
| derikēto-デリケート | delicaat; fijngevoelig; kwetsbaar |
| deru-出る | uitkomen; verschijnen; gepubliceerd worden |
| deshabaru-出しゃばる | binnendringen; zich bemoeien (met); interrumperen; tussen beiden komen |
| deshin-デシン | crêpe de Chine (licht zijden weefsel) |
| desupotto-デスポット | despoot; absoluut vorst; tiran; alleenheerser; autocraat; dictator |
| dē・gēmu-デー・ゲーム | wedstrijd gespeeld overdag (bij daglicht) |
| dīenuēkantei-ディーエヌエー鑑定 | DNA-identificatie; genetische vingerafdruk |
| difarenshiēshon-ディファレンシエーション | onderscheid; identificatie |
| dikutafon-ディクタフォン | dictafoon; dicteermachine |
| dikutēshon-ディクテーション | het dicteren van tekst |
| dikutēshon-ディクテーション | dictee |
| dīrā-ディーラー | verkoper; handelaar; officiële vertegenwoordiger van een specifiek merk producten van een fabrikant |
| dī・bui-ディー・ブイ | huiselijk geweld (Engels DV: domestic violence) |
| dī・dī・tī-ディー・ディー・ティー | DDT (dichlorodifenyltrichloorethaan) |
| dōbutsujojishi-動物叙事詩 | dierenepos; episch gedicht over dieren |
| dōgan-童顔 | (iemand met) een kinderlijk gezicht; babyface |
| dōhyō-道標 | wegwijzer; richtingbord |
| dōitsushi-同一視 | identificatie; de identiteit vaststellen; als hetzelfde beschouwen |
| dōitsushisuru-同一視する | identificeren; als hetzelfde [gelijk] beschouwen |
| dojō-泥鰌 | Chinese weeraal (Aziatische modderkruiper; Misgurnus anguillicaudatus) |
| dōjō-道場 | plek van de bodhiboom waar Boeddha de verlichting bereikte |
| dōkaku-同格 | (grammatica) appositie; bijstelling |
| dokke-毒気 | giftigheid; toxiciteit; virulentie |
| dokki-毒気 | giftigheid; toxiciteit; virulentie |
| dokomademo-何処までも | tot op zekere hoogte; tot het einde [uiterste]; in alle opzichten |
| dokugo-独語 | alleenspraak; monoloog; het tegen zichzelf praten |
| dokuhaku-独白 | monoloog; alleenspraak; het tegen zichzelf praten |
| dokuke-毒気 | giftigheid; toxiciteit; virulentie |
| dokusai-独裁 | dictatuur; despotisme; alleenheerschappij; tirannie |
| dokusaisha-独裁者 | dictator; autocraat; despoot |
| dokusaishugi-独裁主義 | dictatuur; tirannie |
| dokusaiteki-独裁的 | dictatoriaal; despotisch; autoritair |
| dokusei-毒性 | toxiciteit; giftigheid |
| dokuseigaku-毒性学 | toxicologie; gifkunde |
| dokusensuru-独占する | monopoliseren; voor zich opeisen; voor zichzelf houden |
| dokushaku-独酌 | het alleen [in je eentje] (alcohol) drinken; zichzelf inschenken |
| dokushū-独習 | zelfstudie; zelfonderricht |
| dominika-ドミニカ | Dominica |
| dominikakoku-ドミニカ国 | Dominica |
| dominikakyōwakoku-ドミニカ共和国 | Dominicaanse Republiek |
| don-ドン | erend prefix voor achternamen van mannen (b.v. Don Quichot) |
| donā-ドナー | donor (in fysica: atoom dat een electron afstaat in halfgeleiders) |
| donājun'i-ドナー準位 | donorniveau (fysica) |
| donāmitsudo-ドナー密度 | donordichtheid (fysica) |
| donā・kādo-ドナー・カード | donorcodicil |
| donkihōtegata-ドンキホーテ型 | het Don Quichot-type |
| don・kihōtegata-ドン・キホーテ型 | donquichot-type |
| doraggu-ドラッグ | medicijn; drug(s) |
| dorai・ai-ドライ・アイ | droge ogen (oogaandoening, Keratoconjunctivitis sicca) |
| dorai・aisu-ドライ・アイス | (Eng. dry ice) droogijs; koolzuursneeuw (vaste vorm van CO2, koolstofdioxide) |
| doressā-ドレッサー | een goedgeklede persoon; iemand die zich goed kleedt |
| doresshī-ドレッシー | chic [elegant] gekleed |
| dōri-道理 | reden; logica; zin; waarheid; juistheid |
| doroppu-ドロップ | (bij honkbal) een kromme bal (die verticaal naar beneden valt) |
| doroppuauto-ドロップアウト | (bij rugby) hervatting van het spel met een dropkick |
| doryōkō-度量衡 | gewichten en afmetingen [maten]; lengte, volume en gewicht |
| doryokusuru-努力する | zich inspannen; pogen; hard werken; zich moeite getroosten |
| dōsatsu-洞察 | inzicht |
| dōshin-同心 | concentriciteit (hetzelfde middelpunt hebben) |
| doshitsurigaku-土質力学 | bodemmechanica |
| dōtai-胴体 | romp (van een lichaam, boot vliegtuig, etc.) |
| dōtei-童貞 | (in het katholicisme) de benaming voor een non |
| dozaemon-土左衛門 | lichaam [lijk] van iemand die is verdronken (vernoemd naar sumoworstelaar Narusegawa Dozaemon (Edo periode) die een bleek, dik gezwollen lichaam had) |
| dyūpu-デュープ | duplicaat; kopie (van foto, film, video, e.d.) |
| dyūpurikēto-デュープリケート | duplicaat; kopie (van foto, film, video, e.d.) |
| earobikusu-エアロビクス | aerobics |
| ebigaraichigo-海老殻苺 | Japanse wijnbes (Rubus phoenicolasius) |
| edishon-エディション | editie (van publicatie van tijdschrift, boek, etc.) |
| ehagaki-絵葉書 | ansichtkaart; prentbriefkaart |
| ehō-恵方 | gunstige [geluksbrengende] richting (vroeger de richting van waaruit de nieuwjaarsgoden kwamen) |
| eichi・ai・bui-エイチ・アイ・ブイ | hiv (human immunodeficiency virus) |
| eidan-営団 | publieke-private onderneming; bestuursstichting |
| eigin-詠吟 | het componeren [reciteren; voordragen] van gedichten |
| eikokubiiki-英国びいき | anglicisme |
| eikokukokkyōkai-英国国教会 | Anglicaanse Kerk; Kerk van Engeland |
| eipondo-英ポンド | Britse pond (gewicht: 453,59 gram) |
| eiseitsūshin-衛星通信 | satelietcommunicatie |
| eishin-詠進 | het opdragen van aan gedicht aan het keizerlijk hof [aan de keizer; aan een tempel of heiligdom] |
| eisō-詠草 | ruwe versie van een gedicht |
| eizu-エイズ | (acquired immunodeficiency syndrome) aids (immunodeficiëntiesyndroom) |
| ējento-エージェント | inlichtingenofficier; spion; geheim agent |
| ekafe-エカフェ | Economische commissie voor Azië en het Verre Oosten (ECAFE, Economic Commission for Asia and the Far East) |
| ekiga-腋芽 | okselknop; laterale knop (bevindt zich op de kruising van het blad en de stengel van een plant) |
| ekimu-役務 | verplichte arbeid; corvee; werk [diensten] verricht voor anderen |
| ekken-謁見 | audiëntie; officieel gehoor (verleend door een hooggeplaatst persoon) |
| ekusasaizu-エクササイズ | oefenen; oefening; lichaamsbeweging; training |
| ekyū-エキュー | ecu (European Currency Unit, tot 1 jan. 1999 gebruikte fictieve rekenmunt voor de Europese Unie) |
| emoji-絵文字 | emoji; pictogram; hiëroglief |
| emu・āru・ai-エム・アール・アイ | (magnetic resonance imaging) MRI (scan techniek) |
| emu・āru・ai-エム・アール・アイ | (magnetic resonance imaging) MRI-scan |
| enchoku-鉛直 | verticaal [loodrecht] zijn |
| enchokukaku-鉛直角 | verticale (rechte) hoek |
| enchokumen-鉛直面 | een verticaal vlak |
| enchokusen-鉛直線 | verticale [loodrechte] lijn |
| enekihō-演繹法 | (logica) deductie; logische redenering |
| enerugī-エネルギー | (lichamelijke of mentale) energie; kracht; uithoudingsvermogen |
| enjiru-演じる | een rol spelen; acteren; optreden; zich vreemd gedragen |
| enju-槐 | honingboom (Styphnolobium japonicum; Sophora japonica) |
| ennoshita-縁の下 | (fig.) op de achtergrond; uit het zicht; onopgemerkt |
| enpu-怨府 | een plek [oord] waar de wrok van mensen zich verzamelt |
| enshō-延焼 | vuur dat zich verspreidt [om zich heen grijpt] |
| enshōsuru-延焼する | vlam vatten; het verspreiden [om zich heen grijpen] van vuur |
| ensōsha-演奏者 | musicus (m); musicienne (v); optredende artiest |
| entashisu-エンタシス | entasis (een lichte zwelling in een (Dorische) zuilschacht) |
| enzuru-演ずる | een rol spelen; acteren; optreden; zich vreemd gedragen |
| en'eki-演繹 | deductie; deductieve redenering (logica) |
| en'ō-鴛鴦 | mandarijneend (Aix galericulata) |
| ēpekku-エーペック | APEC (Asia-Pacific Economic Cooperation) |
| epiguramu-エピグラム | epigram; puntdicht; sneldicht |
| erejī-エレジー | elegie; treurdicht; klaagzang |
| erekiteru-エレキテル | elektriciteit |
| erekutoronikusu-エレクトロニクス | elektronica |
| erika-エリカ | erica; dopheide |
| eriwakeru-選り分ける | classificeren; sorteren; uitzoeken |
| erizekyū-エリゼ宮 | het Élysée-paleis (de officiële residentie van de Franse president) |
| erochika-エロチカ | erotica; erotische literatuur [kunst] |
| erotika-エロティカ | erotica; erotische literatuur [kunst] |
| eru・shīichiranbarai-エル・シー一覧払い | betaling van een kredietbrief (Letter of credit) op zicht |
| eshaku-会釈 | knikje; begroeting; lichte buiging |
| eshiki-会式 | (boeddh.) herdenkingsceremonie (t.g.v. de dood van Nichiren) |
| esukappu-エスカップ | United Nations Economic and Social Commission for Asia and the Pacific |
| esupuri・nūbō-エスプリ・ヌーボー | (nieuwe geest) kunststroming; kunsttijdschrift (o.a. van Le Corbusier, eerste publicatie in 1920) |
| esusetikusu-エスセティクス | esthetica; esthetiek |
| esutetikku-エステティック | esthetiek; esthetica; schoonheidsleer |
| esutetikku-エステティック | volledige (lichaams)schoonheidsbehandelingen |
| esutetikusu-エステティクス | esthetica; esthetiek |
| esutetishan-エステティシャン | schoonheidsspecialist(e) voor het hele lichaam |
| esu・efu-エス・エフ | sf; sciencefiction |
| etoku-会得 | het volledig begrijpen; het zich eigen te maken |
| ē・buijoyū-AV女優 | pornoactrice |
| ē・dī・esu・eru-エー・ディー・エス・エル | (asymmetric digital subscriber line) ADSL (verbinding) |
| ē・dī・etchi・dī-エー・ディー・エッチ・ディー | (attention deficit hyperactivity disorder) ADHD |
| ē・tī・emu-エー・ティー・エム | (automatic teller machine) geldautomaat |
| ē・tī・esu-エー・ティー・エス | (automatic train stop) een systeem dat automatisch een trein stopt bij bepaalde noodsituaties |
| ē・tī・shī-エー・ティー・シー | automatic train control |
| ē・tī・shī-エー・ティー・シー | air traffic control |
| fain・kemikaru-ファイン・ケミカル | zuivere chemicaliën (gebruikt in kleine hoeveelheden) |
| fajīriron-ファジー理論 | vage logica theorie |
| fajī・konpyūtā-ファジー・コンピューター | speciaal ontworpen computer die gebruik maakt van vage logica (fuzzy logic) |
| fandamentaruzu-ファンダメンタルズ | (economie) fundamentele voorwaarden; basisvoorwaarden; basisindicatoren |
| fandēshon-ファンデーション | stichting |
| fanī・fēsu-ファニー・フェース | een uniek [aantrekkelijk; leuk] gezicht (vooral gezegd van vrouwen) |
| fanshī-ファンシー | excentriek; chic; luxe |
| faundēshon-ファウンデーション | stichting |
| fea・kyatchi-フェア・キャッチ | (rugby en American Football) het afvangen de bal van een tegenstander |
| febiankyōkai-フェビアン協会 | Fabian Society (Britse socialistisch genootschap, opgericht in 1884) |
| fēdoin-フェードイン | (beeld) het invloeien; verschijnen; lichter [helderder] worden |
| femisaido-フェミサイド | femicide; vrouwenmoord |
| fenneru-フェンネル | venkel (Foeniculum vulgare) |
| fēsu-フェース | gezicht; gelaat; gezichtsuitdrukking |
| fezākyū-フェザー級 | vedergewicht; lichtgewicht |
| fezā・purēn-フェザー・プレーン | ultralichtgewicht modelvliegtuig |
| fijikaru-フィジカル | fysiek; lichamelijk |
| fikushon-フィクション | fictie; fictionele [niet op feiten berustende] literatuur; roman |
| fikushon-フィクション | fictie; verzinsel; hypothese |
| fittonesu-フィットネス | goede (lichamelijke) conditie; fitheid |
| fōmaru-フォーマル | formeel; officieel |
| foto-フォト | fot (eenheid van lichtsterkte) |
| fotokuromikku・garasu-フォトクロミック・ガラス | fotochromisch glas (wordt donkerder bij blootstelling aan licht, vaak gebruikt in brillen) |
| fuangaru-不安がる | zich ergens ongemakkelijk [onzeker; angstig] over voelen |
| fūbutsushi-風物詩 | een gedicht over een landschap, natuurschoon of seizoen |
| fuchi-縁 | rand; richel; kant; oever |
| fuchūi-不注意 | onvoorzichtigheid; onverschilligheid; onoplettendheid |
| fudō-婦道 | de plichten [juiste handelswijze] van een vrouw |
| fuen-不縁 | weinig vooruitzichten [kans] op een huwelijk |
| fueru-増える | toenemen; vermeerderen; groeien; zich vermenigvuldigen |
| fūgawari-風変わり | excentriciteit; zonderling [buitenissig] gedrag |
| fugōkaku-不合格 | mislukking; afwijzing; diskwalificatie; uitschakeling |
| fugu-不具 | (lichamelijke) afwijking; handicap; misvorming; mismaaktheid |
| fugusha-不具者 | invalide; gehandicapte (persoon) |
| fuhaku-浮薄 | lichtzinnig [frivool; luchtig; oppervlakkig] zijn |
| fuhō-訃報 | overlijdensbericht |
| fujō-浮上 | het naar voren komen; zichtbaar [duidelijk] worden |
| fuka-浮華 | frivoliteit; oppervlakkigheid; lichtzinnigheid |
| fuka-負荷 | (fig.) last; grote verantwoordelijkheid [plicht] |
| fukaamigasa-深編み笠 | gevlochten kegelvormig hoofddeksel (dat deels het gezicht verborg, en werd gedragen door samoerai en komuso) |
| fukachiron-不可知論 | agnosticisme |
| fukachironsha-不可知論者 | agnosticus |
| fukairi-深入り | het in beslag genomen zijn [worden] door; ergens diep op ingaan; zich intensief bezighouden met |
| fukairisuru-深入りする | in beslag genomen zijn [worden] door; ergens diep op ingaan; zich intensief bezighouden met |
| fukaku-不覚 | onvoorzichtigheid; slordigheid; blunder; fiasco; mislukking |
| fukameru-深める | zich verdiepen in |
| fukan-俯瞰 | overzicht; panoramische blik; gezicht van bovenaf |
| fukanzu-俯瞰図 | bovenaanzicht; gezicht vanuit de lucht; vogelperspectief |
| fukashi-不可視 | onzichtbaarheid |
| fukashikōsen-不可視光線 | onzichtbare straal |
| fūkei-風景 | landschap; uitzicht; vergezicht |
| fuki-蕗 | Japans hoefblad (Petasites japonicus) |
| fukimawashi-吹き回し | windrichting |
| fukinkō-不均衡 | disbalans; onevenwichtigheid; wanverhouding; onevenredigheid |
| fukinotō-蕗の薹 | (eetbare) jonge bloemstengel van het Japans hoefblad (Petasites japonicus) |
| fukinshin-不謹慎 | indiscretie; onvoorzichtigheid; onbescheidenheid; onbezonnenheid |
| fukisokuhenka-不規則変化 | (grammatica) onregelmatige vervoeging |
| fukko-フッコ | jonge Japanse zeebaars (Lateolabrax japonicus; 2-3 jaar oud) |
| fukku-フック | (bepaalde slag bij golf, cricket) hook |
| fūkō-風向 | windrichting |
| fuku-副 | kopie; duplicaat |
| fukubarahappu-フクバラハップ | Hukbalahap, de militaire tak van de Communistische Partij in de Filipijnen (in 1942 opgerichte verzetsbeweging om de Japanners te bevechten) |
| fukuchō-副長 | tweede officier [adjudant] (op een marineschip) |
| fukudaitōryō-副大統領 | vicepresident (van een land) |
| fukueki-服役 | werkplicht; corveedienst; militaire dienstplicht; gevangenisstraf met dwangarbeid |
| fukuen-復円 | het weer zichtbaar worden van zon (of maan) na een eclips [verduistering] |
| fukuiinchō-副委員長 | vicepresident (van een commissie) |
| fukuryōji-副領事 | viceconsul |
| fukusei-複製 | reproductie; duplicaat; herdruk; kopie |
| fukuseihin-複製品 | kopie; reproductie; replica |
| fukushachō-副社長 | vicepresident (van een bedrijf) |
| fukushō-復唱 | het reciteren; het (voor zichzelf) herhalen wat er gezegd is |
| fukusū-複数 | (grammatica) meervoud |
| fukusuru-服する | gehoorzamen; zich onderwerpen aan; accepteren; zich houden aan |
| fukusuru-服する | (thee, medicijnen, etc,) drinken |
| fukuyaku-服薬 | het innemen van medicijnen |
| fukuyō-服用 | inname [gebruik; het slikken] (van medicijnen) |
| fukyūsuru-普及する | verspreiden; zich voortplanten |
| fumaeru-踏まえる | stappen op; zich plaatsen op; de voeten krachtig neerzetten |
| fumaeru-踏まえる | (zich) baseren op |
| fumei-不明 | onwetendheid; gebrek aan inzicht |
| fumikomu-踏み込む | zich bemoeien met |
| fumishimeru-踏み締める | met zekere stappen [voorzichtig; met vaste tred] lopen |
| fumitodomaru-踏み止まる | op dezelfde plek blijven; standhouden; zich staande houden |
| funjō-紛擾 | verwarring; commotie; conflict; geschil |
| funki-奮起 | zelfstimulering; zichzelf oppeppen |
| funkisuru-奮起する | in actie komen; zichzelf oppeppen [stimuleren; vermannen] |
| funkyū-紛糾 | complicatie; verwarring; verstoring; ontregeling; wanorde; chaos |
| funpatsusuru-奮発する | zich inspannen; zware inspanningen leveren; je uiterste best doen |
| funsō-紛争 | dispuut; conflict; strijd; geschil |
| funsuru-扮する | zich (ver)kleden [voordoen] als; vertolken; imiteren; zich uitgeven voor; zich vermommen |
| funtai-粉黛 | make-up; cosmetica (lett.: wit poeder en wenkbrauwpotlood) |
| fun'in-分陰 | een zeer korte tijd (als een lichtflits); moment |
| furaikyū-フライ級 | (boksen) vlieggewicht |
| furasshu-フラッシュ | (licht)flits |
| furasshu-フラッシュ | kort nieuwsbericht; nieuwsflits |
| furea-フレア | lichtflits; flikkering; lichtbaken |
| furea-フレア | (fotografie) lichtvlek |
| furei-不例 | lichamelijke ongeschiktheid; ongesteldheid; onpasselijkheid; ziekte |
| furihanasu-振り放す | (van zich) afschudden; zichzelf bevrijden; ontsnappen |
| furihodoku-振り解く | zich losrukken [bevrijden] |
| furikaeru-振り返る | (achter)omkijken; je hoofd omdraaien; over je schouder kijken; zich omdraaien |
| furikaeru-振り返る | achterom kijken (fig.); terugzien; terugdenken (aan); zich herinneren |
| furimuku-振り向く | zich [de aandacht] richten op |
| furiotosu-振り落とす | (van zich) afschudden; afwerpen |
| furī・ējento-フリー・エージェント | (Eng.: free agent) iemand die onafhankelijk [zonder verplichtingen] is; een sporter die niet contractueel gebonden is |
| furī・kikku-フリー・キック | (Eng.: free kick) vrije trap; vrije schop (voetbal) |
| furī・pasu-フリー・パス | gratis entree [toegang]; gratis ticket [toegangskaart] |
| furubakku-フルバック | (American football, rugby, voetbal) vleugelverdediger; achterspeler; laatste man |
| furugao-古顔 | een (oude) bekende; bekend gezicht; oudgediende |
| furumau-振る舞う | zich (goed) gedragen |
| fusagari-塞がり | slechte [ongelukbrengende} richting |
| fusagaru-塞がる | (af)gesloten zijn [worden]; dichten (van een wond) |
| fusegu-防ぐ | (zich) verdedigen; beschermen; weerstand bieden |
| fuseru-伏せる | plat op de grond [met het gezicht naar beneden] liggen |
| fushi-節 | gewricht; knokkel; knop; knoest; node |
| fushibushi-節節 | gewrichten |
| fushinsuru-腐心する | zijn uiterste best doen; alle moeite doen; zich veel inspanningen getroosten |
| fushozon-不所存 | ondoordachtheid; tactloosheid; onverstandigheid; onvoorzichtigheid |
| fūsui-風水 | feng shui (Chinese kunst van het creëren van harmonieuze, natuurlijke, inrichtingen van ruimten) |
| fusuru-賦する | gedichten componeren [maken; schrijven] |
| fūtai-風袋 | verpakking; emballage; tarra (verschil tussen bruto en netto gewicht) |
| futan-負担 | last; verplichting; verantwoordelijkheid |
| futankeigen-負担軽減 | verlichting [bevrijding] van last [druk] |
| futokutei-不特定 | niet gespecificeerd zijn |
| futōmei-不透明 | ondoorzichtigheid; ondoorschijnendheid |
| futtoraito-フットライト | (toneel) voetlicht |
| fuyajō-不夜城 | uitgaanswijk (waar het 's nachts verlicht en levendig is en niet donker wordt) |
| fuyubi-冬日 | de winterzon; het [zwakke] zonlicht in de winter |
| gaiden-外伝 | (toegevoegde) verhalen en anekdotes, die niet in de officiële bronnen voorkomen |
| gaiden-外電 | een telegram [bericht] uit het buitenland |
| gaidorain-ガイドライン | richtlijn; leidraad; richtsnoer |
| gaijinmuki-外人向き | gericht op buitenlanders |
| gaikan-外観 | voorkomen; aanzicht; uiterlijke verschijning |
| gaikan-概観 | algemeen beeld; overzicht; schets |
| gaiteki-外的 | lichamelijk; fysiek |
| gaitō-街灯 | straatverlichting; straatlamp; straatlantaarn |
| gajō-賀状 | felicitatiebrief; felicitatiekaart (m.n. nieuwjaarskaart) |
| gakkōbunpō-学校文法 | school grammatica |
| gakku-学区 | schooldistrict |
| gakuchi-学地 | (boeddh.) proces van geestelijke verlichting |
| gakuchō-学長 | president [rector magnificus] van een universiteit [Hogeschool] |
| gakudan-楽壇 | kring van musici en muziekkenners |
| gakuen-学園 | school (vooral een particulier scholen-complex dat zowel lagere- als middelbare school behelst) |
| gakujin-楽人 | musicus; muzikant; minstreel (met name van gagaku) |
| gakukansetsu-顎関節 | kaakgewricht |
| gakureki-学歴 | academische loopbaan [carrière]; academische achtergrond [kwalificaties; scholing] |
| gakurekihenchō-学歴偏重 | overdreven nadruk leggen op [belang hechten aan] (academische) kwalificaties |
| gakusha-学者 | een geleerde; wetenschapper; academicus |
| gakusō-学僧 | novice; nieuw ingetreden priester [monnik] |
| gamō-鵞毛 | ganzendons; ganzenveer; metafoor voor iets dat heel licht is |
| ganjigarame-雁字搦め | ingeperkt (door restricties, regels of verboden) |
| gankai-眼界 | gezichtsveld; gezichtsafstand |
| ganmenmahi-顔面麻痺 | (aan)gezichstverlamming |
| ganmon-願文 | schriftelijk gebed; verzoekschrift (gericht aan een Boeddha, shinto-god, e.d.) |
| ganriki-眼力 | inzicht; kijk; visie; scherpzinnigheid; inschattingsvermogen |
| ganryoku-眼力 | inzicht; kijk; visie; scherpzinnigheid; inschattingsvermogen |
| ganshiki-眼識 | inzicht; scherpzinnigheid; onderscheidingsvermogen |
| ganshoku-顔色 | gezicht; gelaat; gezichtsuitdrukking |
| ganso-元祖 | stichter; oprichter; initiatiefnemer; uitvinder; pionier |
| gan'yaku-丸薬 | (medicijn) pil; tablet |
| gan'yūsuru-含有する | (een ingrediënt) bevatten [in zich hebben] |
| gappeishō-合併症 | complicatie (bij een ziekte) |
| gappon-合本 | bundeling (van losse publicaties) |
| gashi-賀詞 | felicitatie(s); felicitatie kaart [brief; bericht]; gelukwens; nieuwjaarswens |
| gasuru-賀する | feliciteren; gelukwensen |
| gasutō-ガス灯 | gaslicht; gaslamp |
| gausu-ガウス | gauss (eenheid van magnetische fluxdichtheid; genoemd naar Carl Friedrich Gauss) |
| gausu-ガウス | (Carl Friedrich) Gauss, Duitse wiskundige |
| gausushōkyohō-ガウスの消去法 | Gauss-eliminatie (genoemd naar Carl Friedrich Gauss) |
| gawa-側 | kant (aspect); richting; zijde |
| gedoku-解毒 | ontgifting; detoxicatie |
| gego-解悟 | (boeddh.) de opheffing van dwalingen, en de verlichting tot de (universele, ultieme) waarheid |
| gein-ゲイン | (elektriciteit) versterkingsfactor |
| gejo-下女 | (arch.) vrouw van lage stand; publieke vrouw; vrouw van lichte zeden |
| gekishi-劇詩 | versdrama (gedicht in de vorm van een toneelstuk) |
| gekiyaku-劇薬 | krachtig [effectief] medicijn |
| gekkan-月刊 | maandelijkse uitgave [publicatie] |
| gekkei-月桂 | maanlicht; maan |
| gekkō-月光 | maanlicht |
| genetsuyaku-解熱薬 | koortsremmer; koortswerend medicijn |
| genetsuzai-解熱剤 | koortsremmer; koortswerend medicijn |
| gengai-言外 | implicatie; suggestie; bedoelde betekenis |
| genge-紫雲英 | astragalus sinicus (Chinese hokjespeul) |
| gengokōgaku-言語工学 | (language engineering) taaltechnologie (gericht op het efficiënter en effectiever laten verlopen van taalprocessen) |
| genkei-減刑 | strafvermindering; strafverlichting; strafomzetting |
| genkōhan-現行犯 | (Latijn: flagrante delicto) een duidelijk waarneembare overtreding [misdaad]; een delict dat door de politie wordt waargenomen |
| genryō-減量 | vermagering; vermindering van gewicht |
| genseidai-原生代 | proterozoïcum (geologisch tijdperk van ongeveer 2500 tot 541 miljoen jaar geleden) |
| genshibutsurigaku-原始物理学 | nucleaire fysica |
| genshiryō-原子量 | atoommassa; atoomgewicht |
| gentei-限定 | beperking; restrictie; definitie |
| geppō-月報 | maandelijkse rapportage [uitgave]; maandelijks bericht [bulletin] |
| gerimandā-ゲリマンダー | kiesrechtgeografie (het manipuleren of hertekenen van de grenzen van kiesdistricten) |
| geshutaruto-ゲシュタルト | gestalt (een stroming in de psychologie, vooral gericht op de visuele perceptie) |
| geshutarutoshinrigaku-ゲシュタルト心理学 | gestaltpsychologie (een stroming in de psychologie, vooral gericht op de visuele perceptie) |
| gesubaru-下種張る | onbeleefd [grof; lomp] zijn; zich op een onbetamelijke manier gedragen |
| gē・pē・ū-ゲー・ペー・ウー | Russische Staats Politieke Administratie, de geheime politie (GPU: Gosudarstvennoe politicheskoe upravlenie) |
| giaku-偽悪 | pseudo-slecht zijn; het zich voordoen [gedragen] als een slechte persoon; doen alsof je een slechterik bent |
| giboku-擬木 | paal of pilaar van beton of plastic met boomschorsmotief (zodat het lijkt op een boomstam) (in parken, e.d.) |
| gigu-ギグ | giek (een lichte snelle sloep; roei- of zeilboot) |
| gijin-擬人 | personificatie; verpersoonlijking; belichaming |
| gijinhō-擬人法 | verpersoonlijking; personificatie |
| gijinka-擬人化 | verpersoonlijking; personificatie |
| gijutsusha-技術者 | ingenieur; technicus |
| gimonbun-疑問文 | (grammatica) een vraagzin; vragende zin |
| gimu-義務 | plicht; verplichting; verantwoordelijkheid |
| gimukyōiku-義務教育 | verplicht onderwijs; leerplichtig onderwijs |
| gimuron-義務論 | deontologie; plichtenleer |
| gimuteki-義務的 | verplicht |
| gimuzukeru-義務づける | verplicht maken [stellen]; vereisen |
| ginkō-吟行 | het reciteren van een gedicht tijdens een wandeling |
| ginkō-吟行 | om een gedicht te schrijven naar een mooie, historische plaats gaan (al dan niet in gezelschap) voor inspiratie |
| ginkōtōzakanjō-銀行当座勘定 | rekening-courant; zichtrekening; lopende bankrekening |
| ginpa-銀波 | zilverkleurige golven (door reflectie van maanlicht) |
| gion-祇園 | Gion-district in Kyoto |
| giridate-義理立て | Iets dat men doet uit beleefdheid [plichtsbesef]; plichtpleging; verplichting |
| girigatai-義理堅い | beschikkend over een groot plichtbesef [plichtsgevoel] |
| gisei-擬制 | wettelijke [juridische] fictie (aanname ter wille van een pleidooi) |
| giseifurai-犠牲フライ | (honkbal) (Eng.: sacrifice fly) een opofferingsslag waarmee de slagman anderen laat scoren en zichzelf opoffert |
| gishisōgushi-義肢装具士 | orthopedisch technicus |
| gisshiri-ぎっしり | dichtbij; nauw; hecht; zonder tussenruimte |
| gizen-偽善 | hypocrisie; huichelarij; schijnheiligheid |
| gizensha-偽善者 | hypocriet; huichelaar |
| gobusata-御無沙汰 | langdurige afwezigheid van communicatie; iemand lange tijd niet bezoeken of schrijven |
| goddofāzā-ゴッドファーザー | godfather (baas van een misdaadsyndicaat) |
| godō-悟道 | het pad naar [het bereiken van] spirituele verlichting (boeddh.) |
| goeikan-護衛艦 | korvet; escorteschip (licht oorlogsschip ter begeleiding van konvooien) |
| gogon-五言 | Chinees gedicht met vijf karakters per regel |
| gohō-誤報 | verkeerd bericht; foute [verkeerde] informatie [inlichtingen] |
| goi-語彙 | lexicon |
| goiron-語彙論 | lexicologie |
| gokaisan-御開山 | stichter van een boeddhistische school (sekte) |
| gōkaku-合格 | het slagen voor een examen [toets; test]; [zich] kwalificeren (voor) |
| gōkakusuru-合格する | slagen voor een examen [toets; test]; (zich) kwalificeren (voor) |
| gōketsu-豪傑 | een excentriek [gedurfd] persoon (die zich niets aantrekt van wat anderen denken) |
| gokubi-極微 | uiterst [microscopisch] klein zijn |
| gōkyū-強弓 | sterke boog (met een zwaar trekgewicht) |
| gomakasu-ごまかす | bedriegen; vervalsen; misleiden; oplichten |
| gomyaku-語脈 | (semantische en grammaticale) woordkoppeling; samenstelling van twee woorden |
| gonge-権化 | incarnatie; personificatie; belichaming (van) |
| gonyū-悟入 | het bereiken van de Verlichting (Boeddhisme) |
| gōruden・awā-ゴールデン・アワー | primetime (tijd met de grootste luister- of kijkdichtheid van radio of tv) |
| gōruden・taimu-ゴールデン・タイム | (lett. gouden tijd) primetime (zendtijd met de grootste kijk -en luisterdichtheid op tv of radio) |
| goshikku-ゴシック | gothic (lettertype; font) |
| goshintō-御神灯 | licht gebruikt als religieus offer |
| gotagota-ごたごた | ruzie; conflict; problemen; complicaties |
| gōtai-剛体 | (natuurkunde) een star [onvervormbaar] lichaam |
| gōyā-ゴーヤー | (de naam die in Okinawa wordt gebruikt voor) een bittere soort meloen (Momordica charantia) |
| gō・sutoppu-ゴー・ストップ | (kruising met) verkeerslicht; stoplicht |
| guchoku-愚直 | simpele [ongecompliceerde] eerlijkheid [openhartigheid] |
| gun-郡 | district; gewest |
| gunbu-郡部 | plattelandsdistrict; provinciegebieden |
| gunōshisu-グノーシス | gnosis (verborgen kennis van de onzichtbare, hogere wereld) |
| guppī-グッピー | guppy (missionarisvisje of miljoenenvisje, Poecilia reticulata) |
| guradēshon-グラデーション | nuancering; schakering; gradatie; overloop van kleur [licht] |
| guramā-グラマー | grammatica |
| gurinijjihyōjunji-グリニッジ標準時 | (GMT, Greenwich Mean Time) Greenwichtijd (West-Europese tijd) |
| gurō-愚老 | (nederig beleefde term waarmee ouderen naar zichzelf verwijzen, b.v.:) ik, oude man; deze oude vrouw |
| gurosu-グロス | (golf) score zonder handicap-aftrek |
| gurūpu・dainamikkusu-グループ・ダイナミックス | groepsdynamica (de term voor het gedrag en de psychologische processen die plaatsvinden binnen een sociale groep) |
| gurūpu・saunzu-グループ・サウンズ | groep muzikanten met elektrische instrumenten die lichte muziek spelen (populair in de 40er jaren) |
| gusō-愚僧 | (bescheiden woord van een monnik [priester] voor zichzelf) ik |
| gyabajin-ギャバジン | (waterdichte) gabardine, keperstof (m.n. gebruikt voor regenjassen |
| gyakuhitsu-逆筆 | (kalligrafie) tegengestelde schrijfrichting aan het begin van een penseelstreek |
| gyakusei-虐政 | tirannie; despotisme; absolutisme; dictatuur |
| gyakuseisekken-逆性石鹼 | (medicinale) desinfecterende zeep |
| gyakusō-逆走 | het spookrijden; in tegengestelde richting gaan [rennen; rijden] |
| gyakute-逆手 | (sport) onderhandse greep; backhand; de arm van een tegenstander in tegengestelde richting draaien; een aanval pareren |
| gyakuten-逆転 | omkering (in bewegingsrichting, situatie, e.d.) |
| gyokuanka-玉案下 | respect uitdrukkende woord(en) links onderaan een brief gericht aan (het bureau van) een (hooggeplaatste) geadresseerde |
| gyokutai-玉体 | het lichaam van de keizer |
| gyoruigaku-魚類学 | ichtyologie; viskunde |
| gyoryū-魚竜 | ichthyosaurus (een uitgestorven geslacht van zeereptielen) |
| gyosei-御製 | gedicht [tekst] geschreven door de Keizer |
| gyōsō-形相 | boos gezicht; woeste [kwade] blik [gelaatsuitdrukking] |
| habikoru-蔓延る | (over)woekeren; zich verspreiden; overheersen |
| habucha-波布茶 | sennathee (een soort thee die wordt gebruikt als laxeermiddel, voor ontgiften of gewichtsverlies) |
| hachimenreirō-八面玲瓏 | n alle opzichten [vanuit alle gezichtspunten] mooi [prachtig; helder] zijn |
| hachimenroppi-八面六臂 | een standbeeld van een Boeddha met 8 gezichten en 6 armen |
| hadami-肌身 | lichaam |
| hade-派手 | helderheid; opzichtigheid |
| hāfubakku-ハーフバック | (voetbal) middenvelder; halfspeler; (American football) aanvallender middenspeler |
| hāfu・mirā-ハーフ・ミラー | eenrichtingsspiegel (die het licht aan een kant doorlaat en aan de andere kant reflecteert; zo kan men iem. observeren zonder die de waarnemer ziet) |
| hagaki-葉書 | een briefkaart; ansichtkaart |
| hagemu-励む | (zich) inspannen; met alle kracht iets doen; zich inzetten voor; zich wijden aan |
| hagimashiko-萩猿子 | Aziatische vink (Leucosticte arctoa) |
| haifū-俳風 | literaire [formele] schrijfstijl (in de Japanse haikai en haiku dichtkunst) |
| haiiro-灰色 | (as)grijs; (licht)grijs |
| haijin-俳人 | haikudichter |
| haikai-俳諧 | Japanse dichtkunst (zoals haiku, senryū, renga, e.a.) |
| haikai-俳諧 | bijeenkomst waarbij achter elkaar Japanse gedichten worden gecomponeerd |
| haikan-拝観 | bezichtiging; bezoek; het (respectvol) bekijken [aanschouwen] |
| haiku-俳句 | haiku (Japanse dichtvorm) |
| haimei-俳名 | pseudoniem van een haikudichter |
| haimei-拝命 | het worden benoemd; (officiële) benoeming |
| hairaito-ハイライト | lichtste deel [partij] op een schilderij [foto] |
| hairu-入る | lid worden (van); zich aansluiten bij; zich in een bepaalde wereld [kring] begeven |
| hairu-入る | in werking [aan] zijn (licht, machines, e.d.) |
| hairu-入る | (in combinatie met ogen, oren, hoofd, etc.) zien; horen; vernemen; begrijpen; zich concentreren |
| haisen-廃線 | afschaffing van een communicatiemiddel (b.v. telegrafie) |
| haiyū-俳優 | acteur (m); actrice (v); toneelspeler (m); toneelspeelster (v) |
| haizai-配剤 | het samenstellen [klaarmaken; mengen] van medicijnen |
| hai・kī-ハイ・キー | heldere belichting (foto, etc.); licht van tint |
| haji-恥 | gezichtsverlies; schande; oneer; schaamte |
| hajiiru-恥じ入る | zich (diep) schamen; zich beschaamd voelen |
| hajikeru-弾ける | (fig.) zich laten gaan; afreageren; stoom afblazen |
| hajiru-恥じる | zich schamen (voor) |
| hakabu-端株 | kleiner aantal aandelen dan door de handelsbeurs gespecificeerd |
| hakaikōsaku-破壊工作 | ondermijnende [subversieve; ontwrichtende] acties [daden] |
| hakase-博士 | expert; kenner; deskundige; geleerde; academicus |
| hāken-ハーケン | rotshaak (gereedschap dat door bergbeklimmers in spleten wordt geslagen om zichzelf te zekeren; Duits:Haken) |
| hakkan-発刊 | uitgave; publicatie (van boeken, e.d.) |
| hakken-発券 | het uitgeven van tickets; kaartverkoop |
| hakkin-発禁 | verkoopverbod; publicatieverbod |
| hakkiri-はっきり | duidelijk; helder; expliciet |
| hakkō-発行 | uitgave; publicatie; editie |
| hakkōbyō-発酵病 | zymotische ziekte [waarbij een organisme of virus in het lichaam als een ferment optreedt] |
| hakkōkin-発酵菌 | microbe die de gisting veroorzaakt |
| hakkōsuru-発行する | publiceren; uitgeven; in omloop brengen |
| hakogaki-箱書き | opschrift [handtekening; zegel] op een doos (ter authenticatie van de inhoud; b.v. een kunstwerk) |
| hakugei-白鯨 | Moby-Dick, titel van een boek uit 1851 van Herman Melville, over een witte walvis) |
| hakumen-白面 | lichte gelaatskleur; bleek gezicht |
| hakumen-白面 | onopgemaakt gezicht; gezicht zonder make-up |
| hamaomote-浜万年青 | crinium (asiaticum) |
| hamon-破門 | excommunicatie; kerkban |
| hāmonika-ハーモニカ | (mond)harmonica |
| han-版 | editie; publicatie; versie |
| hanadairo-縹色 | licht indigo(blauw) |
| hanagatayakusha-花形役者 | steracteur; steractrice |
| hanairo-花色 | licht indigo(blauw) |
| hanamatsuri-花祭り | bloemenfestival in het Kitashitara-district, in de prefectuur Aichi (aan het einde van het jaar tot nieuwjaar) |
| hanamuke-餞 | teerspijs; teerspijze; viaticum |
| hanareru-放れる | zich losmaken van; bevrijd [losgelaten] worden |
| hanareru-離れる | zich verwijderen; uit elkaar gaan |
| hanatsu-放つ | een licht [glans; geur; geluid] afgeven |
| hanatsu-放つ | vuur aansteken; brandstichten |
| hanchū-範疇 | categorie; onderdeel van een classificatie |
| handansuru-判断する | zich een oordeel vormen; beoordelen |
| handikyappu-ハンディキャップ | handicap |
| handōtai-半導体 | halfgeleider; semiconductor |
| hanekaesu-跳ね返す | terugslaan; terugduwen; zich verzetten (tegen) |
| hanikamu-はにかむ | verlegen [schuchter] zijn; er verlegen uitzien; zich schamen |
| hankō-版行 | uitgave; publicatie |
| hankō-犯行 | misdrijf; strafbaar feit; delict |
| hankōgenba-犯行現場 | plaats delict; misdaadlocatie; plaats van het misdrijf |
| hankyō-反共 | anticommunisme |
| hankyōshugi-反共主義 | anticommunisme |
| hanmei-判明 | vaststelling; verduidelijking; bekendwording; openbaring; identificatie |
| hanmyō-斑猫 | Japanse tijgerkever (Cicindela japonica) |
| hannoki-榛の木 | de Japanse Els (een boom: Aldus japonica) |
| hansayō-反作用 | (mechanica) reactie; tegenbeweging |
| hansetsu-反切 | spellingsysteem in de traditionele Chinese lexicografie (waarbij twee karakters worden gebruikt voor de uitspraak van een monosyllabisch karakter) |
| hanshin-半身 | de helft van het lichaam (boven- of onderkant; linker- of rechterkant) |
| hansoku-反側 | het woelen [zich steeds omdraaien] in bed |
| hansokukin-反則金 | bekeuring voor (lichte) verkeersovertredingen; verkeersboete |
| hansokumake-反則負け | verliezen vanwege een overtreding van de regels (diskwalificatie) |
| hansokusuru-反側する | in bed (liggen te) woelen; zich steeds omdraaien in bed |
| hantaisuru-反対する | (er) tegen zijn; zich verzetten (tegen); weerstand bieden (aan) |
| hanten-反転 | (in) tegenstellende richting (gaan) |
| hanten-反転 | (fotografie) omzetting van een negatief beeld in een positief beeld (of vice versa) |
| hanzai-犯罪 | misdaad; delict; overtreding |
| hanzaibashō-犯罪場所 | plaats delict |
| hanzatsu-繁雑 | ingewikkeld [moeilijk; gecompliceerd] zijn |
| hanzei-反噬 | het zich tegen de meester [weldoener] keren; een hond die zijn baasje bijt |
| happō-八方 | alle (wind)richtingen; alle kanten [hoeken] |
| happyō-発表 | aankondiging; presentatie; publicatie; communiqué; verklaring |
| happyōsuru-発表する | aankondigen; bekend maken; presenteren; publiceren |
| haraidashidenpyō-払い出し伝票 | betalingsbewijs; uitbetalingsspecificatie |
| hare-晴れ | publiek; openbaar; formeel; officieel |
| hare-腫れ | zwelling (van het lichaam) |
| harēshon-ハレーション | halatie; reflectielichtkring |
| hariā-ハリアー | Harrier gevechtsvliegtuig (dat zowel horizontaal als verticaal kan opstijgen) |
| haridashi-張り出し | poster; aanplakbiljet; affiche |
| haro-ハロ | halo (lichtende kring om een hemellichaam) |
| harō-ハロー | halo (lichtende kring om een hemellichaam) |
| hasamu-挟む | invoegen; sandwichen; (iets) ergens tussen plaatsen |
| hasetsukeru-馳せ着ける | haastig aankomen; zich haasten; binnenrennen |
| hashibirokō-ハシビロコウ | schoenbekooievaar (Balaeniceps rex) |
| hashiru-走る | (zich) haasten |
| hashiru-走る | zich wenden tot; een sterke neiging hebben tot; zich storten in |
| hasseisuru-発生する | gebeuren; zich voordoen; ontstaan; voortkomen (uit); uitbreken (van ziekte, etc.); uitbarsten (vulkaan) |
| hasshin-発信 | het versturen van berichten (via post, telegram, e-mail, radio, etc.) |
| hassoku-発足 | start; oprichting; inauguratie |
| hasurā-ハスラー | oplichter; sjacheraar; ritselaar |
| hatahata-鱩 | zandvis (Arctoscopus japonicus) |
| hatairo-旗色 | situatie; omstandigheden; vooruitzicht(en); kansen; perspectief |
| hatsudensho-発電所 | elektriciteitscentrale |
| hatsugen-発言 | spreken, zeggen; zich uiten |
| hatsukaban-二十日盆 | 20 juli, volgens de oude maankalender (in het Tohoku district is er een speciaal festival op die dag) |
| hatsukagusa-二十日草 | boompioen (Paonia suffruticosa) |
| hatsuon-発音 | articulatie; uitspraak (manier van uitspreken) |
| hatsuonsuru-発音する | articuleren; uitspreken |
| hatsurei-発令 | proclamatie; (officiële) bekendmaking |
| hatsuyaku-初役 | de eerste rol (van een acteur of actrice) |
| hatsuyaku-初役 | de eerste keer dat een acteur [actrice] de rol speelt |
| hattatsukasokugenshō-発達加速現象 | het fenomeen van groeiversnelling door externe factoren; versnelde lichamelijke ontwikkeling |
| hattensuru-発展する | zich uitbreiden; (zich) ontwikkelen; groeien; vooruitgaan |
| hattōshin-八頭身 | (van een vrouw) mooi, welgevormd [goed geproportioneerd] lichaam (acht keer zo lang als het hoofd) |
| hausu-ハウス | plastic plantenkas |
| hayami-早見 | (kort) overzicht; schema; tabel; grafiek |
| hazureru-外れる | (gericht) zijn tegen |
| hazusu-外す | verlaten; weggaan; zich verwijderen |
| hea・tonikku-ヘア・トニック | haarmiddel; haartonic |
| hebaritsuku-へばりつく | zich vastklampen [vasthouden] aan |
| hebīkyū-ヘビー級 | zwaargewicht (gewichtsklasse in sport) |
| heddo-ヘッド | hoofd (lichaamsdeel) |
| heieki-兵役 | militaire dienst; dienstplicht |
| heiekigimu-兵役義務 | dienstplicht |
| heihatsu-併発 | samenloop van omstandigheden; complicatie (bij ziekte) |
| heikan-閉館 | het dichtgaan [sluiten] (van een bioscoop, museum, bibliotheek etc.) |
| heikin-平均 | evenwicht; balans |
| heikindai-平均台 | (turntoestel) evenwichtsbalk |
| heikinsuru-平均する | in evenwicht [balans] zijn [brengen; houden] |
| heikō-平衡 | evenwicht; balans; equilibrium |
| heikōkankaku-平衡感覚 | evenwichtsgevoel |
| heiran-兵乱 | oorlog; gewapend conflict |
| heishin-平信 | goed nieuws; goede tijding; gewone [niet dringende] berichtgeving |
| heishinteitō-平身低頭 | het buigen tot in het stof; het zich ter aarde werpen |
| heishinteitōsuru-平身低頭する | diep buigen; zich ter aarde werpen; knielen |
| heisotsu-兵卒 | soldaat; dienstplichtige |
| heitan-平淡 | eenvoud; bescheidenheid; lichtvaardigheid |
| hen-偏 | linkerdeel [radicaal] van een kanji (b.v. ⺅ in de kanji 仁 ) |
| henbō-偏旁 | het linker- en het rechter gedeelte [radicaal] van een kanji\ |
| hendensho-変電所 | onderstation (van elektriciteit) |
| henka-変化 | vervoeging (grammatica) |
| henkō-偏光 | polarisatie; gepolariseerd licht |
| henkutsu-偏屈 | koppigheid; halsstarrigheid; eigenzinnigheid; onbuigzaamheid; excentriciteit |
| henkyō-偏狭 | bekrompenheid; kleingeestigheid; kortzichtigheid; intolerantie |
| henshō-返照 | reflectie; weerkaatsing (licht) |
| henshūchō-編集長 | hoofdredacteur (m); hoofdredactrice (v) |
| heto-へと | (geeft de bewegingsrichting aan) naar; in de richting (van) |
| hi-日 | zon; zonlicht; zonneschijn |
| hi-灯 | lamp; licht |
| hiashi-火脚 | het verspreiden [om zich heen grijpen] van vuur [brand] |
| hiba-干葉 | gedroogde rettich bladeren |
| hibiku-響く | binnenkomen bij (fig.); zich herinneren; (iets) bij je blijven |
| hichiriki-篳篥 | hichiriki, een Japans blaasinstrument (gemaakt van bamboe) gebruikt voor traditionele gagaku muziek |
| hidama-火玉 | vuurbal; dwaallicht |
| hidari-左 | links (politieke richting) |
| hidari-左 | het volgende; wat (hierop) volgt (bij de Japanse (verticale) schrijfwijze van rechts naar links) |
| hidarimuki-左向き | naar links gericht |
| hiden-飛電 | bliksemflits; bliksemschicht |
| higaishagaku-被害者学 | victimologie |
| higezura-髭面 | behaard [bebaard] gezicht |
| higurashi-蜩 | avondcicade (Tanna japonensis) |
| hihō-飛報 | expresse bericht; spoedboodschap |
| hijū-比重 | relatieve dichtheid |
| hijun-批准 | ratificatie (voornamelijk van internationale verdragen) |
| hika-悲歌 | elegie; treurdicht; klaagzang |
| hikaru-光る | schijnen; glinsteren; fonkelen (sterren); oplichten |
| hike-引け | het zich inferieur voelen; verslagen zijn |
| hikigiwa-引き際 | het (juiste) moment om ontslag te nemen [zich terug te trekken; op te houden] |
| hikikomori-引き籠もり | mensen die zich uit de maatschappij terugtrekken [in sociaal isolement leven) |
| hikikomori-引き籠もり | het zich uit de maatschappij terugtrekken [in sociaal isolement leven) |
| hikimekagibana-引き目鉤鼻 | een schildertechniek voor het tekenen van menselijke gezichten (gebruikt in Yamato-e tijdens de Heian-periode) |
| hikitateru-引き立てる | (deuren, luiken, etc.) dichtschuiven |
| hikkai-筆海 | dichtwerk; compositie; zin |
| hikkakaru-引っ掛かる | ergens intrappen; zich laten inpakken |
| hikōkennin-被後見人 | beschermeling; ondertoezichtgestelde [handelingsonbekwame] persoon |
| hikōshiki-非公式 | informeel [inofficieel] zijn |
| himan-肥満 | overgewicht; corpulentie; zwaarlijvigheid |
| himanji-肥満児 | een dik kind; een kind met overgewicht |
| himantai-肥満体 | een corpulente [gezette; stevige] lichaamsbouw |
| himashiyu-蓖麻子油 | wonderolie; ricinusolie; castorolie |
| hinin-避妊 | anticonceptie |
| hinji-賓辞 | het predicaat; gezegde (grammatica) |
| hinji-賓辞 | het lijdend voorwerp (grammatica) |
| hinkaku-賓格 | de accusatief (naamval); objectstorm (grammatica) |
| hinotama-火の玉 | vuurbal; dwaallicht |
| hipokuritto-ヒポクリット | hypocriet; huichelaar |
| hirakinaoru-開き直る | zich afzetten tegen; een verdedigende houding aannemen; uitdagend [opstandig] zijn |
| hiraku-開く | houden; organiseren; opzetten; stichten |
| hirame-平目 | Japanse heilbot (Paralichthys olivaceus) |
| hireidaihyōsei-比例代表制 | kiesstelsel van proportioneel vertegenwoordigde kiesdistricten (met meerdere zetels) |
| hirogaru-広がる | zich (ver)spreiden; wijder [groter; langer] worden |
| hirugaeru-翻る | veranderen (van mening; gedachten; richting) |
| hirumeshi-昼飯 | lunch; lichte maaltijd rond het middaguur |
| hiso-ヒ素 | arsenicum; arseen (chem. element) |
| hiso-砒素 | arsenicum; arseen (chem. element) |
| hisomeru-潜める | stil [kalm] zijn; zich stilhouden |
| hisomu-潜む | verborgen zijn; latent zijn; zich schuilhouden; op de loer liggen |
| hīsu-ヒース | dopheide; erica |
| hitato-ひたと | dichtbij; direct; precies |
| hitchaku-必着 | verplichte termijn [datum] voor ontvangst [aankomst] |
| hitodama-人魂 | de geest van een (pas) overleden persoon (in de vorm van een vlam of vuurbal); dwaallicht |
| hitokata-一方 | één kant [richting] |
| hitomebore-一目惚れ | liefde op het eerste gezicht |
| hitooji-人怖じ | verlegenheid; schichtigheid (bij vreemden) |
| hitosuji-一筋 | geconcentreerd zijn (op); toegewijd zijn; het zich toeleggen [richten] (op) |
| hitotarashi-人たらし | oplichter; fraudeur |
| hitoyama-一山 | (beurs)speculatie; risico; riskante onderneming; avontuur |
| hitsudan-筆談 | schriftelijke communicatie |
| hitsudansuru-筆談する | schriftelijk communiceren |
| hitsuke-火付け | brandstichting; pyromanie |
| hitsuke-火付け | pyromaan; brandstichter |
| hittekisuru-匹敵する | gelijkwaardig zijn aan; zich kunnen meten met; niet onderdoen voor; opgewassen zijn tegen |
| hittsuku-引っ付く | zich hechten (aan); intiem worden (met) |
| hiwa-秘話 | een privé bericht |
| hiyaku-秘薬 | wondermiddel; wondermedicijn |
| hizamoto-膝元 | dichtbij (je); bij de hand |
| hizashi-日差し | zonlicht; zonnestralen |
| hizashi-陽射し | zonlicht; zonnestralen |
| hō-方 | kant; richting |
| hō-法 | (grammatica) modus; wijs |
| hoankan-保安官 | ordehandhavingsfunctionaris [ordehandhavingsofficier]; sheriff |
| hōdō-報道 | reportage; verslaggeving; berichtgeving |
| hodokeru-解ける | zich ontspannen; tot rust komen; je opgelucht voelen |
| hodokosu-施す | verrichten; doen; verlenen; toedienen |
| hoezura-吠え面 | een betraand gezicht |
| hōhōnotei-這う這うの体 | overhaasting; het ijlen [zich haasten] |
| hōjō-褒状 | certificaat; getuigschrift |
| hōka-放火 | brandstichting |
| hokage-帆影 | een zeil (van een schip) dat in de verte zichtbaar [te zien] is |
| hōkahan-放火犯 | (de misdaad van) brandstichting |
| hōkahan-放火犯 | brandstichter |
| hōkahannin-放火犯人 | brandstichter; pyromaan |
| hokkeshū-法華宗 | (benaming voor) de boeddhistische Nichiren school |
| hokkeshū-法華宗 | de Hokke-sekte binnen de Nichiren school |
| hokku-ホック | haak(je) (voor het dichtmaken van kleding) |
| hokku-ホック | drukknoop (voor het dichtmaken van kleding) |
| hokku-発句 | de eerste regel (van 5 lettergrepen) van een haiku of tanka gedicht |
| hokku-発句 | het eerste vers (van 17 lettergrepen) van een renga gedicht |
| hokku-発句 | (andere naam voor) een haiku gedicht |
| hokkyokukō-北極光 | noorderlicht; noordpoollicht; aurora borealis |
| hōkō-方向 | richting; oriëntatie |
| hōkōda-方向舵 | verticaal roer (in de staart van een vliegtuig) |
| hōkōkankaku-方向感覚 | richtingsgevoel; oriënteringsvermogen |
| hōkoku-報告 | melding; rapport; bericht; inlichting |
| hōkokusuru-報告する | melden; berichten; rapporteren |
| hōkōonchi-方向音痴 | geen richtingsgevoel hebben; iem. zonder richtingsgevoel |
| hōkōshijiki-方向指示器 | richtingaanwijzer |
| hōkōtanchiki-方向探知器 | radar; radiopeiler; richtingzoeker (radiosignalen) |
| hōkōtanchiki-方向探知機 | richtingbepaler; navigatiemiddel; radar |
| hōkōtenkan-方向転換 | verandering van richting [koers] (ook fig.); ommekeer; radicale verandering |
| hokujō-北上 | het (zich) richting het noorden begeven; naar het noorden gaan |
| hokujōsuru-北上する | (zich) richting het noorden begeven; naar het noorden gaan |
| hokurikudō-北陸道 | Hokurikudō, een van de zeven districten van het oude Japan |
| hokusoemu-ほくそ笑む | in zichzelf grinniken; gniffelen; een binnenpretje hebben |
| hōmen-方面 | richting; regio; district |
| hōmon-法門 | boeddhistische leer; poort naar de boeddhistische [spirituele] verlichting |
| homo・ekonomikusu-ホモ・エコノミクス | homo economicus (de mens die zich laat leiden door economische en rationele overwegingen) |
| hon-翻 | (in kanji combinaties) fladderen; wapperen; zwaaien; omdraaien; overzetten; van richting [mening; gedachten) veranderen |
| honbun-本分 | plicht |
| honemi-骨身 | botten en vlees; het hele lichaam |
| honeoshimi-骨惜しみ | het zichzelf ontzien [sparen] |
| honka-本歌 | het originele [oorspronkelijke] gedicht |
| honkadori-本歌取り | het componeren van een Japans gedicht waarin de woorden en ideeën van oude, bekende [beroemde] gedichten worden verwerkt |
| honkan-本館 | hoofdgebouw; eerste gebouw (bij oprichting van een bedrijf, organisatie, etc.) |
| honrai-本来 | oorspronkelijk [intrinsiek; op zich zelf staand] zijn |
| honseki-本籍 | (iemands) wettelijke [officiële] adres [woonplaats] |
| honsho-本書 | officieel document; officiële tekst |
| honshoshigosen-本初子午線 | nulmeridiaan (meridiaan van Greenwich) |
| honsō-本葬 | officiële begrafenis- of crematieplechtigheid |
| hontō-本当 | waarheid; juistheid; oprechtheid; authenticiteit |
| hoo-頬 | wang (in het gezicht) |
| hoozue-頬杖 | met je kin [gezicht] op je handen |
| hoppō-北方 | het noorden; noordelijke richting |
| hōrei-法令 | wet; wetgeving; verordening; richtlijn |
| horidōru-ホリドール | merknaam van parathion (insecticide) |
| horobosu-滅ぼす | ruïneren; vernietigen; verwoesten; te gronde richten |
| horonigai-ほろ苦い | licht bitter; bitterzoet |
| horoyoi-微酔い | lichte vergiftiging |
| hoshi-星 | ster (hemellichaam) |
| hoshiakari-星明かり | sterrenlicht |
| hoshikage-星影 | sterrenlicht |
| hōshin-芳信 | bericht over het bloeien van de bloemen [kersenbloesems] |
| hoshiuranai-星占い | astrologie; sterrenwichelarij |
| hoshizukiyo-星月夜 | een heldere [door de maan verlichte] sterrennacht |
| hōshoku-奉職 | complementaire kleuren (die tegenover elkaar staan in de kleurencirkel en met licht samen wit vormen) |
| hoshōsho-保証書 | garantiebewijs; garantiecertificaat |
| hossoku-発足 | start; oprichting; inauguratie |
| hōsu-ホース | rubber of plastic slang [buis; pijp] om vloeistoffen of gas te transporteren (b.v. tuinslang) |
| hosupisu-ホスピス | hospice; verpleeghuis voor terminale patiënten |
| hotarubi-蛍火 | het licht van een vuurvliegje |
| hoteiaoi-布袋葵 | waterhyacint (Eichhornia crassipes) |
| hōteidensenbyō-法定伝染病 | meldingsplichtige infectieziekte (besmettelijke ziekte die men wettelijk verplicht moet melden aan de autoriteiten) |
| hōtō-法灯 | de leer [het licht] van Boeddha |
| hototogisu-杜鵑草 | paddenlelie; armeluisorchidee (Tricyrtis hirta) |
| hotto-ほっと | gevoel van opluchting; zucht van verlichting |
| hotto・rain-ホット・ライン | hotline (rechtstreekse [directe] communicatie- [telefoon] verbinding |
| hozonbukuro-保存袋 | hersluitbaar bewaarzakje (vaak van plastic) |
| hyōji-表示 | indicatie; aanduiding; uitdrukking; manifestatie |
| hyōjō-表情 | gezichtsuitdrukking; gelaatsuitdrukking; blik |
| hyōkihei-驃騎兵 | lichte cavalerie; cavalerist; bereden soldaat |
| hyoronagai-ひょろ長い | lang en dun [smal; mager]; spichtig; slungelig |
| hyōryō-秤量 | het maximumgewicht dat een weegschaal kan meten |
| hyōsha-評者 | criticus; recensent; commentator |
| hyōshinuke-拍子抜け | anticlimax; tegenvaller; teleurstelling |
| hyōtan-氷炭 | contradictie; tegenstelling; onverenigbaarheid; strijdigheid |
| hyōtan-瓢簞 | fleskalebas (Lagenaria siceraria) |
| hyūzu-ヒューズ | (elektriciteit) zekering; stop |
| i-亥 | de benaming van een kompasrichting, 30 graden west vanaf noord |
| i-医 | geneeskunde; medicijnen |
| ibarakidasshu-茨城ダッシュ | rijgedrag van automobilisten die zodra het stoplicht op groen springt, snel rechtsaf slaan voor het tegemoetkomend verkeer (genoemd naar Ibaraki Pref) |
| ibasho-居場所 | de plek [locatie] waar men zich bevindt |
| ibasho-居場所 | de eigen plek [plaats] van iemand; de plek waar men zich thuisvoelt |
| ichijiku-無花果 | vijgenboom (Ficus carica) |
| ichijisangyō-一次産業 | primaire industrie (houdt zich bezig met de winning van natuurlijke hulpbronnen) |
| ichijiteishi-一時停止 | (verkeerswet) verplichte stop (bij een stopbord, e.d.) |
| ichimi-一味 | een bepaalde smaak; een bepaald (medicijn) ingrediënt |
| ichiranbaraitegata-一覧払い手形 | zichtwissel |
| ichiren-一聯 | (in lüshi, een vorm van klassieke Chinese dichtkunst) couplet; vers; strofe; stanza |
| ichiza-一座 | banket; feestelijk [officieel] diner |
| idengaku-遺伝学 | genetica; erfelijkheidsleer |
| idokoro-居所 | de plek waar men zich bevindt; het adres (waar men verblijft; woont) |
| idōsuru-移動する | bewegen; (zich) verplaatsen; migreren |
| iebae-家蠅 | huisvlieg (Musca domestica) |
| igaku-医学 | geneeskunde; medicijnen (studie) |
| igirisukokkyōkai-イギリス国教会 | Anglicaanse Kerk; Kerk van Engeland |
| ihan-違犯 | delict; misdaad |
| ihichiōru-イヒチオール | ichtyol (of ichthammol of ammoniumbituminosulfonaat, ontstekingremmend middel in zalf) |
| iiayamaru-言い誤る | zich verspreken; (iets) verkeerd [fout] zeggen |
| iifurusu-言い古す | steeds hetzelfde zeggen; afgezaagde dingen zeggen; in clichés spreken |
| iigakari-言いがかり | het zich verplichten (tot); iets toezeggen |
| iikakeru-言いかける | (iem.) aanspreken; toespreken; spreken tot; zich richten tot |
| iimagirasu-言い紛らす | zich ergens uitpraten [uitkletsen]; ergens omheen draaien; een ontwijkend antwoord geven |
| iimorasu-言い漏らす | zich verspreken; een geheim verraden [verklappen] |
| iinikui-言い難い | moeilijk om te zeggen; pijnlijk; delicaat; gênant |
| iisokonau-言い損なう | zich verspreken |
| iiwakesuru-言い訳する | zich excuseren [verdedigen; rechtvaardigen]; verantwoording afleggen |
| ikarosu-イカロス | Icarus (figuur uit de Griekse mythologie) |
| ikasama-如何様 | fraude; bedrog; oplichting |
| ikazuchi-雷 | onweer; donder(slag); bliksem(schicht) |
| ikidaore-行き倒れ | een overleden persoon die op straat ligt (vroeger iem. die stierf tijdens een reis en niet begraven kon worden omdat hij geen gegevens bij zich had) |
| ikidooru-憤る | woedend [razend; ontstemd; verontwaardigd] zijn; zich beledigd voelen |
| ikigao-生き顔 | het gezicht van een levende (mens) |
| ikimi-生き身 | levend lichaam |
| ikioizuku-勢いづく | moed vatten; zich vermannen; kracht verzamelen |
| ikiryō-生き霊 | een levende (lichaamsloze) geest die zijn eigen lichaam heeft verlaten om wraak te nemen op iemand; een wraakzuchtige geest |
| ikisatsu-経緯 | verticaal en horizontaal; lengtegraad en breedtegraad; schering en inslag |
| ikō-遺稿 | nagelaten manuscript; postuum gepubliceerd werk |
| ikon-イコン | icoon |
| ikonogurafī-イコノグラフィー | iconografie |
| ikonorojī-イコノロジー | iconologie |
| ikusei-育成 | opvoeding; vorming; opleiding; onderricht; training |
| ikutamōru-イクタモール | ichthammol (of ammoniumbituminosulfonaat of ichthyic, ontstekingremmend middel in zalf) |
| ikyosuru-依拠する | afhankelijk zijn van; gebaseerd zijn op; steunen op; zich toeverlaten op |
| inabikari-稲光 | bliksem; bliksemflits; bliksemschicht |
| inazuma-稲妻 | bliksem; bliksemflits; bliksemschicht |
| inbun-韻文 | vers; versregel; dichtregel |
| indakushon-インダクション | (logica) inductie; inductieve redenering |
| indīzu-インディーズ | (independent film, music) onafhankelijk muzieklabel, film, etc. |
| infōmaru-インフォーマル | informeel; niet officieel; vrijblijvend; ongedwongen |
| infomēshon-インフォメーション | informatie; inlichtingen; kennis |
| infomēshon・saiensu-インフォメーション・サイエンス | informatica |
| ingaidan-院外団 | lobby (poging tot beïnvloeding van politici) |
| ingō-院号 | naam van een tempel die door een edelman, shogun, e.d. is gesticht |
| injikētā-インジケーター | (Eng.: indicator) indicator (natuurkunde) |
| injikētā-インジケーター | richtingaanwijzer; knipperlicht |
| inkamu-インカム | koptelefoon met microfoon |
| inken-引見 | audiëntie; (officiële) ontvangst |
| inken-隠見 | verschijning en verdwijning; zichtbaarheid en onzichtbaarheid [verborgenheid} |
| inkō-印行 | publicatie; druk; uitgave; editie |
| inmarusatto-インマルサット | (International Mobile Satellite Organization) een Brits telecommunicatiebedrijf |
| inmetsu-隠滅 | het verborgen [verstopt; uit het zicht] zijn |
| inni-陰に | onzichtbaar; verborgen; privé |
| inpeamento-インペアメント | beperking; handicap; verzwakking |
| inpu-淫婦 | losbandige vrouw; vrouw van lichte zeden; slet [prostituee] |
| inshin-音信 | bericht; nieuws; brief; contact; communicatie |
| inshu-淫酒 | zich te buiten gaan aan alcohol; overmatig drinken |
| insuru-淫する | zich laten gaan; zich te buiten gaan; zich liederlijk gedragen |
| insutityūshonaru・ado-インスティテューショナル・アド | institutionele reclame (gericht op het vestigen van een naam van een instituut, i.p.v. een product) |
| insutorakushon-インストラクション | instructie; onderricht; training; aanwijzingen; voorschrift |
| intāfēsu-インターフェース | interface (waarmee twee of meer computersystemen met elkaar communiceren) |
| intaisuru-引退する | terugtreden; met pensioen gaan; zich terugtrekken uit het openbare leven |
| intaku-隠宅 | toevluchtsoord; retraite; verblijf van iemand die zich heeft teruggetrokken uit het maatschappelijk leven |
| intānashonaru・ofisharu・rekōdo-インターナショナル・オフィシャル・レコード | internationaal officieel record; officieel wereldrecord |
| intāpōru-インターポール | Interpol (International Criminal Police Organization) |
| interijensu-インテリジェンス | kennis; informatie; inlichtingen |
| interuposuto-インテルポスト | (International Electronic Post) Internationale e-mail service |
| inzen-隠然 | onzichtbaar [verborgen; geheim; sluimerend; latent] zijn |
| ippantōshika-一般投資家 | particuliere investeerder |
| ippō-一報 | rapport; verslag; bericht |
| ippō-一方 | één kant [richting]; één zijde [partij] |
| ippōtsūkō-一方通行 | eenrichtingsverkeer |
| irakusa-刺草 | (Japanse) brandnetel (Urtica thunbergiana) |
| iratsuku-苛つく | geïrriteerd raken; zich ergeren aan |
| irikumu-入り組む | gecompliceerd [ingewikkeld] worden |
| iroha-伊呂波 | de kana-tabel, een verzameling van in het totaal 47 karakters, die allen voorkomen in het gedicht iroha-uta |
| irojiro-色白 | met lichtgekleurde huid; blank; blond; bleek |
| iruminēshon-イルミネーション | (decoratieve) verlichting [lichtjes]; belichting |
| isaku-遺作 | postuum werk (gepubliceerd na de dood van de auteur) |
| isan-胃散 | medicijn bij maagklachten |
| iseisha-為政者 | staatsman; politicus |
| isha-医者 | arts; dokter; geneesheer; medicus |
| ishidatami-石畳 | ichimatsu patroon; schaakbord patroon |
| ishigame-石亀 | Japanse waterschildpad (Mauremys japonica) |
| ishikisuru-意識する | zich bewust zijn van; beseffen |
| isho-遺書 | afscheidsbericht [afscheidbrief] van een overledene; zelfmoordbrief |
| isogiku-磯菊 | Chrysanthemum pacificum |
| isogu-急ぐ | zich haasten |
| ISOkikaku-ISO規格 | ISO-standaard [norm; specificatie] |
| isoniajido-イソニアジド | isoniazide; isonicotinezuur-hydrazide (INH) |
| isoshimu-勤しむ | zich wijden aan; streven naar; ijverig [plichtsgetrouw] zijn |
| isseichidai-一世一代 | het laatste optreden van een acteur, musicus, etc. |
| isseifūbi-一世風靡 | de heerschappij voeren; overwicht [controle] hebben op de gedachten van mensen |
| isshōsantan-一唱三嘆 | de frase wordt gebruikt om uitzonderlijke gedichten of muziek te prijzen (letterlijke betekenis: drie stemmen zingen in harmonie met de solozanger) |
| isshu-一首 | een gedicht; telwoord voor traditionele Japanse gedichten |
| itadori-虎杖 | Japanse duizendknoop (Reynoutria japonica) |
| itai-異体 | ander [niet-identiek] lichaam |
| itai-遺体 | lijk; dode; dood lichaam; stoffelijk overschot |
| itami-痛み | (lichamelijke) pijn |
| itchōyūji-一朝有事 | wanneer de noodzaak zich voordoet; in geval van nood |
| ITgijutsusha-IT技術者 | IT technicus; informaticus |
| itoko-従兄弟 | neef; nicht |
| itoyanagi-糸柳 | treurwilg (Salix babylonica) |
| ittai-一体 | één lichaam [standbeeld] |
| itto-一途 | (één) pad [weg; richting; middel]; de enige weg |
| iwai-祝い | felicitatie; viering |
| iwaizake-祝い酒 | feestdronk; drank(je) bij een feestelijke [officiële] gebeurtenis |
| iwatsubame-岩燕 | huiszwaluw (Delichon urbicum) |
| iwau-祝う | (iem.) feliciteren; (iets) vieren |
| iyaku-医薬 | geneesmiddel; medicijn |
| iyakuhin-医薬品 | geneesmiddel; medicijn; medicament |
| izakoza-いざこざ | complicaties; conflict(en); moeilijkheden; (geld) problemen |
| ī・ī・shī-イー・イー・シー | (European Economic Community) Europese Economische Gemeenschap |
| jakushi-弱視 | amblyopie; verminderd gezichtsvermogen |
| jamaika-ジャマイカ | Jamaica |
| jamu・sesshon-ジャム・セッション | jamsessie (improvisatie van (jazz)musici) |
| janohige-蛇の髭 | slangenbaard (plant: Ophiopogon japonicus) |
| janohige-蛇の鬚 | slangenbaard (plant, Ophiopogon japonicus) |
| japonika-ジャポニカ | japonica, wetenschappelijke naam voor plant-variëteiten |
| jasu・māku-ジャス・マーク | JAS (Japanese Agricultural Standard) keurmerk voor voedsel (landbouw en dierlijke producten) |
| jiai-自愛 | het (goed) voor zichzelf zorgen |
| jibaku-自爆 | het zichzelf opblazen; zelfmoordaanslag met een bom |
| jiban-地盤 | territorium; kiesdistrict; machtsbasis |
| jibun-自分 | (zich)zelf; ik |
| jichō-自嘲 | zelfspot; het zichzelf belachelijk maken |
| jichō-自重 | het goed voor zichzelf zorgen; behoedzaamheid; bedachtzaamheid; voorzichtigheid |
| jichōsuru-自重する | voorzichtig [terughoudend; zorvuldig] zijn |
| jidaishōsetsu-時代小説 | roman die zich afspeelt in de premoderne tijd (voor 1868) |
| jidorisōsa-地取り捜査 | politieonderzoek in de directe omgeving van de plaats delict |
| jifun-自刎 | het zelfmoord plegen door zichzelf de keel door te snijden; zelfonthoofding |
| jiga-自我 | het ego; (zich)zelf |
| jigajisan-自画自賛 | zijn eigen lof zingen; zichzelf ophemelen; opschepperij |
| jigao-地顔 | gezicht zonder make-up |
| jihishuppan-自費出版 | zelfpublicatie; publicatie op eigen kosten |
| jijū-自重 | leeggewicht; het eigen gewicht van een voertuig of machine (zonder lading) |
| jikakusuru-自覚する | zich (van iets) bewust worden; beseffen |
| jikayōsha-自家用車 | privé auto; particuliere auto |
| jikei-自剄 | het zelfmoord plegen door zichzelf de keel door te snijden; zelfonthoofding |
| jiketsu-自決 | zelfdoding (bij het op zich nemen van verantwoordelijkheid) |
| jikkuri-じっくり | voorzichtig; zorgvuldig; netjes; rustig; langzaam |
| jikkyō-実教 | (boeddh.) de ware leer die tot verlichting leidt |
| jiko-自己 | (zich)zelf; ego |
| jikokenji-自己顕示 | het de aandacht trekken; aandacht op zichzelf vestigen; proberen op te vallen |
| jikoshōkai-自己紹介 | zelfintroductie; het zichzelf (aan iemand) voorstellen |
| jimawari-地回り | (producten) afkomstig uit een naburig district [gebied]; lokale producten |
| jimenshi-地面師 | zwendelaar [oplichter] in grondverkoop (niet in eigen bezit) |
| jimon-自問 | vragen aan zichzelf; het zich afvragen |
| jimonsuru-自問する | zich afvragen |
| jinfuzen-腎不全 | nierfalen; nierinsufficiëntie |
| jingi-仁義 | plicht |
| jingū-神宮 | de officiële naam van de Ise-schrijn (Ise Jingū) |
| jinkōchishiki-人工知識 | kunstmatige intelligentie (AI: artificial intelligence) |
| jinkōmitsudo-人口密度 | bevolkingsdichtheid |
| jinkōsuikei-人口推計 | een schatting van de bevolkingsdichtheid |
| jinma-蕁麻 | (Japanse) brandnetel (Urtica thunbergiana) |
| jinmashin-蕁麻疹 | netelroos; urticaria |
| jinmeiyōkanji-人名用漢字 | lijst van officieel toegelaten karakters om eigennamen weer te geven in de familieregisters |
| jinshin-人身 | menselijk lichaam |
| jintai-人体 | het menselijk lichaam |
| jintaimokei-人体模型 | anatomisch model van het menselijk lichaam |
| jintonikku-ジントニック | gin-tonic (tonic met een scheutje gin) |
| jippō-十方 | de tien (wind)richtingen; overal |
| jisatsu-自殺 | zelfmoord; suïcide; zelfdoding |
| jisei-時制 | (grammatica) tijdsvorm; tempus |
| jisei-辞世 | doodsgedicht; gedicht gecomponeerd op het sterfbed |
| jisen-自薦 | het zichzelf aanbevelen [nomineren; voordragen] (b.v. voor een bepaalde positie of functie) |
| jisensuru-自薦する | zichzelf aanbevelen [nomineren; voordragen] (b.v. voor een bepaalde positie of functie) |
| jishin-自身 | (zich)zelf; ik |
| jisho-辞書 | keizerlijke brief (als antwoord, of berichtgeving) |
| jishohenshū-辞書編集 | lexicografie; het samenstellen van een woordenboek |
| jishohenshūsha-辞書編集者 | lexicograaf; samensteller van een woordenboek |
| jisshū-実習 | practicum; praktijkscholing; praktijkgerichte training (tijdens werktijd) |
| jissōkannyū-実相観入 | (poëzietheorie van Mokichi Saito) de werkelijkheid achter de waarneming [perceptie] beschrijven in tanka |
| jita-自他 | zichzelf en anderen; (filosofie) subject en object |
| jitai-自体 | zelf; zichzelf; het eigen lichaam |
| jitai-自体 | zelf; op zich; alleen dat al; van nature |
| jiten-自転 | omwenteling; aswenteling; rotatie (van een hemellichaam om de eigen as) |
| jitsurei-実例 | een actueel voorbeeld; illustratie; toelichting |
| jitsuzō-実像 | echt beeld (een beeld dat ontstaat wanneer gereflecteerde en gebroken lichtstralen elkaar op elk punt kruisen) |
| jiyūhonpō-自由奔放 | freewheelen; het kalm aandoen; zich niet druk maken |
| jiyūsairyōken-自由裁量権 | discretionaire bevoegdheid (naar eigen inzicht) |
| jō-錠 | (medicijn) tablet; pil |
| jōbitaki-尉鶲 | spiegelroodstaart (zangvogel, Phoenicurus auroreus) |
| jōbutsu-成仏 | het bereiken van de Verlichting; Boeddha worden |
| jōbutsusuru-成仏する | de Verlichting bereiken; Boeddha worden |
| jōhanshin-上半身 | bovenlichaam; romp |
| johō-叙法 | (grammatica) wijs; modus |
| jōhō-情報 | inlichtingen; informatie; nieuws; verslag |
| jōhōkikan-情報機関 | inlichtingendienst |
| jōhōkōgaku-情報工学 | informatica; computer techniek; information engineering |
| joji-助辞 | (grammatica) partikel |
| joji-助辞 | (grammatica) hulp(werk)woord |
| jojōshi-叙情詩 | lyrisch gedicht |
| jōka-城下 | (zich bevindend) beneden [bij] een kasteel |
| jōkasō-浄化槽 | waterzuiveringssysteem; septic tank; septische put |
| jōkei-情景 | tafereel; uitzicht; aanblik |
| jōkisuru-上気する | blozen; rood (in het gezicht) worden |
| jomakushiki-除幕式 | (officiële) onthulling (van een kunstwerk e.d.) |
| jōri-情理 | de logica der dingen |
| jōri-条理 | rede; verstand; logica |
| jorōgumo-女郎蜘蛛 | Aziatische wielwebspin (Trichonephila clavata) |
| joshi-助詞 | (grammatica) partikel |
| jōshin-上申 | bericht [verslag] voor een superieur [meerdere] |
| josōzai-除草剤 | onkruidverdelger; herbicide |
| jōsū-乗数 | vermenigvuldiger; multiplicator |
| jotai-女体 | vrouwenlichaam; het lichaam van een vrouw |
| jōtatsusuru-上達する | vooruitgaan; (zich) verbeteren [ontwikkelen] |
| jōyōkanji-常用漢字 | de officiële lijst van kanji die elke Japanse student tenminste moet kennen bij het afleggen van het examen voor het voortgezet onderwijs in Japan |
| joyū-女優 | actrice; toneelspeelster |
| jōza-上座 | (in een Japanse kamer) de zitplaats ver van de ingang en het dichtste bij de alkoof |
| ju-寿 | felicitaties; gelukwensen; kado ter felicitatie |
| ju-頌 | (boeddh.) dichtwerk om de boeddhistische kerngedachte [hoofdgedachte] te beschrijven |
| jūdan-縦断 | verticale splitsing [verdeling] |
| jūdansuru-縦断する | verticaal doorsnijden [splitsen; verdelen] |
| judōtai-受動態 | (grammatica) lijdende [passieve] vorm (van een werkwoord) |
| jūfuku-重複 | duplicatie; herhaling; overlapping |
| jūgyūzu-十牛図 | Chinese Zen-kalligrafie (toegeschreven aan Kakuan) van de 10 stadia van verlichting (weergegeven als ossenhoeder-tekeningen van een herder en zijn os) |
| jūhan-従犯 | medeplichtigheid; medeplichtige |
| jukurensuru-熟練する | zich bekwamen (in); vakkundig [ervaren] worden |
| jukushishugi-熟柿主義 | afwachtende houding; het principe om geduldig te wachten tot een kans zich voordoet |
| jūmai-従妹 | (jongere) nicht |
| jūminsanka-住民参加 | burgerparticipatie; inspraak |
| jūnantaisō-柔軟体操 | rek- en strekoefeningen om het lichaam soepel te maken, meestal als warming-up voor een sport |
| junjiru-準じる | zich conformeren [houden] aan; (een regel, wet etc.) volgen |
| junkō-巡行 | (doelgerichte) patrouille [patrouillering] (van stadsdelen of kwartieren e.d.); inspectieronde |
| junkyosuru-準拠する | zich conformeren aan; gebaseerd zijn op |
| junnan-殉難 | zichzelf opofferen voor land of religie; martelaarschap |
| junnōsuru-順応する | (zich) aanpassen; conformeren (aan); acclimatiseren |
| junpitsu-順筆 | (kalligrafie) schrijftechniek van beginpunt tot eindpunt in volgorde zonder tegengestelde schrijfrichting |
| junpō-旬報 | publicatie [rapport; tijdschrift] dat elke 10 dagen wordt uitgebracht; tiendaagse uitgave |
| junpū-順風 | gunstige wind; wind die uit de juiste richting komt; wind mee; wind in de rug |
| junran-巡覧 | bezichtiging; excursie; het bezoeken van bezienswaardigheden |
| junshusuru-遵守する | naleven; gehoorzamen; zich houden aan; eerbiedigen |
| junzuru-準ずる | zich conformeren [houden] aan; (een regel, wet etc.) volgen |
| juritsu-樹立 | stichting; oprichting; vestiging |
| juritsusuru-樹立する | stichten; oprichten; vestigen; opzetten |
| jūryō-重量 | gewicht; zwaarte |
| jūryōage-重量挙げ | het gewichtheffen |
| jūshi-従姉 | (oudere) nicht |
| jūshichimoji-十七文字 | haiku, een Japanse dichtvorm in 17 lettergrepen in een 5-7-5 versvorm |
| jūshimai-従姉妹 | nicht |
| jūshimatsu-十姉妹 | Japanse meeuw (Lonchura striata domestica) |
| jushin-受信 | ontvangst (bericht; tv of radio signaal, etc.) |
| jushinsuru- 受信する | ontvangen (bericht; tv of radio signaal, etc.) |
| jushōshiki-受賞式 | plechtigheid bij het uitreiken van een prijs; officiële [ceremoniële] prijsuitreiking |
| jūsotsu-従卒 | ordonnans; bediende van een officier |
| jūsu-ジュース | juice; sap |
| jūtenshugi-重点主義 | prioriteitssysteem; beleid [principe] van het zich richten op essentiële zaken |
| jutsubu-述部 | (grammatica) predikaat; gezegde |
| jutsugo-述語 | (grammatica) predicaat; gezegde |
| ka-科 | classificatie van organismen en virussen; familie (van planten) |
| kabu-蕪 | raap; knolraap (Brassica rapa) |
| kabuken-株券 | aandeelbewijs; effecten certificaat |
| kaburu-被る | op zich nemen; de verantwoording nemen |
| kaburu-被る | over zich heen krijgen; bedekt worden (met water; stof, etc.); onder water komen; baden |
| kabutomushi-兜虫 | Japanse neushoornkever (Trypoxylus dichotomus) |
| kadai-歌題 | de titel van een (Japans) gedicht |
| kaesugaesu-返す返す | voorzichtig |
| kafū-歌風 | (Japanse waka) poëtische [dichterlijke] stijl |
| kagakuhin-化学品 | chemicaliën |
| kagekibunshi-過激分子 | radicaal element (chem.) |
| kagihokku-鉤ホック | haak en oog (voor het dichtmaken van kleding) |
| kagiri-限り | grens; begrenzing; restrictie; beperking |
| kagonuke-籠抜け | iemand oplichten en dan met geld of goederen (via de achterdeur) ervandoor gaan [wegglippen] |
| kahanshin-下半身 | onderlichaam |
| kaheigakusha-貨幣学者 | numismaat; numismaticus; muntkundige; penningkundige |
| kahi-歌碑 | een stenen monument met een inscriptie van een waka (oud Japanse gedicht) |
| kaichū-回虫 | spoelworm; rondworm (Ascaris lumbricoides) |
| kaigan-開眼 | het verbeteren van het zicht in de ogen |
| kaigiron-懐疑論 | scepticisme |
| kaigishugi-懐疑主義 | scepticisme |
| kaigoken-介護犬 | assistentiehond; ADL-hond (om mensen met een handicap te helpen met Activiteiten van het Dagelijks Leven) |
| kaihi-回避 | (jur.) onthouding; ontwijking (in de uitoefening van gerechtelijke plichten en taken van een rechter of griffier vanwege persoonlijke redenen) |
| kaiireru-買い入れる | inkopen; (zich) aanschaffen; inslaan |
| kaikō-開校 | oprichting [start; opening] van een school |
| kaikoku-開国 | de stichting van een natie |
| kaimei-開明 | civilisatie; (menselijke) beschaving; culturele verlichting |
| kairanban-回覧板 | een mededelingenbord [circulaire; bulletin] (in Japan gebruikt door buurtverenigingen als communicatiemiddel binnen de gemeenschap) |
| kairitsu-戒律 | Boeddhistisch voorschrift [gebod]; Boeddhistische regel [richtlijn] |
| kairo-回路 | stroomcircuit; stroombaan (elektriciteit) |
| kairopurakuchikku-カイロプラクチック | chiropractie; chiropracticus |
| kaisaku-改作 | het herschrijven (van een eerdere versie); revisie (van een eerdere publicatie) |
| kaisan-開山 | de stichter van een boeddhistische school (sekte) |
| kaisei-回生 | (elektriciteit) regeneratie (versterking door terugkoppeling) |
| kaisetsu-開設 | vestiging; stichting; oprichting |
| kaisetsusha-解説者 | explicateur bij een stomme film |
| kaisō-改装 | renovatie [verbouwing; herinrichting] (van een gebouw) |
| kaiso-開祖 | oprichter; stichter; grondlegger; initiatiefnemer |
| kaisu-介す | zich zorgen maken (over iets); ergens over in zitten |
| kaisuru-介する | zich zorgen maken (over iets); ergens over in zitten |
| kaitei-改訂 | (m.b.t. uitgaven, publicaties, etc.) herziening; wijziging |
| kaizan-改竄 | falsificatie; verdraaiing (van de feiten); onbevoegde [onrechtmatige] verandering (van tekst) |
| kajiba-火事場 | plaats waar een brand zich voordoet |
| kajitori-舵取り | (lett. of fig.) het sturen (in een bepaalde richting); aan het roer staan; leiderschap; leiding |
| kajōheikin-加重平均 | gemiddelde zwaarte; gemiddeld gewicht |
| kakarijoshi-係助詞 | verbindend partikel (waarmee een specificatie verderop in de zin wordt gekoppeld aan hetgeen ervoor staat (wa, mo, koso, demo, shika, sae, dani) |
| kakawaru-関わる | zich bezig houden met; te maken hebben met |
| kakei-佳景 | mooi landschap; mooi uitzicht |
| kakeme-掛け目 | gewicht |
| kakitori-書き取り | het dicteren [dictaat opnemen]; transcriberen; uitschrijven |
| kakkōtsukeru-格好つける | zich uitsloven; stoer doen |
| kakū-架空 | imaginair [denkbeeldig; fictief; irreëel; onwezenlijk; onwerkelijk] zijn |
| kaku-格 | naamval (grammatica) |
| kaku-確 | (in kanjicombinaties) vast; stevig; hard; (water)dicht |
| kaku-覚 | (staat van) verlichting (boeddhisme) |
| kakudo-角度 | (fig.) gezichtspunt; visie; standpunt |
| kakugo-客語 | object; lijdend voorwerp (grammatica) |
| kakugo-覚悟 | (boeddh.) de verlichting; staat van totaal begrip |
| kakuin-客員 | iemand die op uitnodiging werkzaamheden verricht (en niet in vaste dienst aldaar is) |
| kakūmeigi-架空名義 | een fictieve [valse] naam; een alias |
| kakunin-確認 | bevestiging; ratificatie; validatie |
| kakuninsuru-確認する | bevestigen; ratificeren; valideren |
| kakusanhansha-拡散反射 | diffuse weerkaatsing van licht |
| kakusode-角袖 | (Meiji-tijdperk) een officier [agent] in burgerkleding |
| kakuteisuru-確定する | besloten [bepaald; vastgesteld] worden; besluiten; vastleggen; ratificeren |
| kakuyaku-確約 | expliciete [zekere; definitieve] toezegging [belofte] |
| kakuzuke-格付け | beoordeling; waardering; classificatie |
| kakyō-佳境 | een prachtige plek (met een mooi uitzicht) |
| kamasu-魳 | (Japanse) barracuda (Sphyraena japonica) |
| kamenokō-亀の甲 | (chemie) de structuurformule van benzeen (verticaal en horizontaal op elkaar geplaatste zeshoeken) |
| kamigakari-神懸かり | goddelijke verschijning [bezetenheid]; goddelijke geest in het lichaam van een persoon |
| kaminari-雷 | onweer; donder(slag); bliksem(schicht) |
| kaminoku-上の句 | de eerste drie versregels van een waka [tanka; renga] gedicht |
| kamiza-上座 | (in een Japanse kamer) de zitplaats ver van de ingang en het dichtste bij de alkoof |
| kamo-かも | misschien; wellicht; zou kunnen; is mogelijk |
| kamoku-課目 | schoolvak; studievak; curriculum |
| kamu-カム | nok (een mechanisch element dat de richting van de beweging verandert) |
| kamu-噛む | zich verspreken; stamelen |
| kan-監 | (China) toezichthouder op lokale leenheren e.d. |
| kan-管 | controleren; de supervisie hebben; toezicht houden |
| kanabun-金蚉 | droge-kever (Pseudotorynorrhina japonica) |
| kanagashira-金頭 | Lepidotrigla microptera (een straalvinnige vissensoort uit de familie van ponen) |
| kanagurisuteru-かなぐり捨てる | van zich afwerpen; weggooien; opzij schuiven; achterlaten; afdanken |
| kanakana-かなかな | avondcicade (naar het geluid dat die maakt) |
| kanakin-カナキン | ongebleekte katoen; calicot |
| kanban-看板 | uiterlijk; aanzicht; buitenkant |
| kanbase-顔 | gezicht; gelaatstrekken |
| kanbatsu-間伐 | uitdunning van een bos; vermindering van een bosdichtheid |
| kanben-冠冕 | aanduiding voor de officiële taken van overheidsambtenaren |
| kandera-カンデラ | candela (eenheid van lichtsterkte) |
| kānegī・hōru-カーネギー・ホール | Carnegie Hall (theater in America) |
| kanehen-金偏 | kanji radicaal voor metaal of goud |
| kangaeyō-考え様 | denkwijze; manier van denken; gezichtspunt; kijk (op dingen) |
| kangengaku-管弦楽 | orkest (groep musici) |
| kangengakudan-管弦楽団 | orkest (groep musici) |
| kango-款語 | informeel [amicaal; intiem] gesprek |
| kango-監護 | voogdij en zorg [toezicht] |
| kanikama-カニカマ | imitatie krabvlees; krabsticks |
| kanja-冠者 | (hist.) een persoon van de zesde rang, zonder enige officiële positie |
| kanji-監事 | inspecteur; supervisor; toezichthouder |
| kanjiku-巻軸 | gedicht [haiku] in een (boek)rol |
| kanjinmoto-勧進元 | initiator; oprichter; promotor |
| kanjishōken-幹事証券 | de leidende effectenmakelaar [underwriter; risicobeoordelaar] bij een effectenuitgifte |
| kanjō-灌頂 | ceremonie waarbij een bodhisattva die de verlichting bereikt water over zijn hoofd gegoten krijgt |
| kanjōkamokuhyō-勘定科目表 | rekeningenoverzicht |
| kanju-甘受 | berusting; het zich neerleggen bij; accepteren |
| kanka-管下 | jurisdictie |
| kankaku-扞格 | meningsverschil; verschil van mening [inzicht]; onverenigbaarheid |
| kankatsu-管轄 | jurisdictie; (rechts)bevoegdheid; controle |
| kankō-刊行 | publicatie; uitgave; editie |
| kanku-管区 | district |
| kankyo-官許 | officiële goedkeuring [vergunning] (van de overheid) |
| kanmin-官民 | ambtenaar en burger; overheid en burgerij; publieke en particuliere sector |
| kannai-管内 | binnen het rechtsgebied; onder de jurisdictie (van) |
| kanpa-看破 | inzicht; scherpzinnigheid |
| kanpō-官報 | Staatsblad; Staatscourant; officieel telegram |
| kanpon-刊本 | een gedrukt en gepubliceerd boek |
| kanran-観覧 | bezichtiging; bezoek; het gaan bekijken; toeschouwen |
| kanri-管理 | beheer; management; controle; toezicht; supervisie |
| kanrisuru-管理する | beheren; managen; controleren; toezicht houden |
| kansatsu-観察 | waarneming; supervisie; observatie; toezicht |
| kansatsu-鑑札 | licentie; vergunning; certificaat |
| kansatsusuru-観察する | observeren; waarnemen; controleren; toezicht houden |
| kansei-歓声 | uitroep van blijdschap [waardering e.d.]; vreugdekreet; gejuich |
| kanseiyu-乾性油 | drogende olie (met siccatief behandeld om de droogsnelheid van olieverf te verhogen) |
| kansen-官撰 | selectie en redactie van de overheid (van een gedichtenbundel, e.d.) |
| kansen-観戦 | observatie van oorlogshandelingen of krijgsverrichtingen |
| kansetsu-官設 | opgericht [gevestigd; ingesteld] door de regering [staat] |
| kansetsu-環節 | segment van het lichaam van een ringworm of geleedpotige |
| kansetsu-関節 | gewricht |
| kansetsushōmei-間接照明 | indirecte verlichting |
| kanshi-漢詩 | poëzie in klassieke Chinese stijl (op rijm en vaak volgens dichtregels) |
| kanshi-監視 | observatie; inspectie; toezicht; bewaking |
| kanshiki-鑑識 | identificatie bij een misdrijf (door middel van vingerafdrukken) |
| kanshisuru-監視する | observeren; inspecteren; bewaken; toezicht houden |
| kanshō-癇性 | geïrriteerdheid; lichtgeraaktheid; prikkelbaarheid; slechtgehumeurd zijn |
| kanshōsuru-干渉する | tussenbeide komen; zich mengen (in); zich bemoeien (met) |
| kanshū-監修 | (redactionele) supervisie; toezicht |
| kansō-観相 | fysionomie; iemands gezicht of uiterlijk beschouwd als spiegel van zijn aard en karakter |
| kansō-観相 | Japanse gedicht over menselijke (sociale) omstandigheden en het leven |
| kansoka-簡素化 | vereenvoudiging; simplificatie |
| kantaiheiyōgōdōenshū-環太平洋合同演習 | RIMPAC, the Rim of the Pacific Exercise ('s werelds grootste internationale maritieme oorlogsoefening) |
| kantan-簡単 | eenvoud; ongecompliceerdheid |
| kantanfuku-簡単服 | gemakkelijk zittende (informele) kleding; lichte [luchtige] (zomer)kleding |
| kantei-官邸 | officiële residentie; ambtswoning (b.v. van de premier) |
| kanteki-監的 | (bij schietwedstrijden) dicht bij het doel [de schietschijf] staan en kijken of er raak geschoten is |
| kanteki-監的 | de persoon die dicht bij het doel [de schietschijf] staat en kijkt of er raak geschoten is |
| kanten-観点 | gezichtspunt; standpunt |
| kantoku-監督 | toezicht; supervisie |
| kantoku-監督 | opzichter; (film) regisseur; (sport) trainer |
| kantokumeirei-監督命令 | ondertoezichtstelling |
| kantorī・risuku-カントリー・リスク | land risico (vastgesteld voor internationale handelstransacties en investeringen) |
| kanwa-緩和 | versoepeling; verlichting; verzachting; ontspanning |
| kanyūsuru-加入する | toetreden; zich aansluiten; lid worden |
| kanzō-肝臓 | de lever (lichaamsorgaan) |
| kao-顔 | gezicht; gelaat |
| kao-顔 | gelaatstrekken; gezichtsuitdrukking |
| kao-顔 | gezicht (fig.); representant; vertegenwoordiger |
| kaodachi-顔立ち | gezicht; gelaatstrekken; uiterlijk; uiterlijke kenmerken |
| kaodashisuru-顔出しする | verschijnen; acte de présence geven; je gezicht laten zien |
| kaoiro-顔色 | gezichtsuitdrukking |
| kaokatachi-顔形 | uiterlijk; gezichtskenmerken; gelaatstrekken; gelaatsuitdrukking |
| kaomishiri-顔見知り | het kennen van iem. (alleen) van gezicht |
| kaomoji-顔文字 | emoticon; smiley |
| kaomuke-顔向け | zijn gezicht laten zien; onder ogen komen |
| kaonajimi-顔馴染み | een bekende; bekend [vertrouwd] gezicht |
| kaoninshiki-顔認識 | gezichtsherkenning |
| kaotsuki-顔つき | gelaatstrekken; gezicht; gezichtsuitdrukking; uiterlijk |
| kappuku-恰幅 | postuur; lichaamsbouw |
| kapuritchio-カプリッチオ | capriccio (muziekstuk) |
| karada-体 | lichaam |
| karadatsuki-体付き | lichaamsbouw |
| karai-辛い | streng; strict; hardvochtig |
| karakami-唐紙 | kleurbenaming in de weefkunst, bij de schering en inslag (horizontaal geel, verticaal wit) |
| karamaru-絡まる | slingeren; zich verstrikken [wikkelen om] |
| karatorihiki-空取引 | een fictieve [onechte] transactie |
| karauri-空売り | (short selling) het verkopen van effecten die men niet in eigen bezit heeft (om snel te kunnen anticiperen op koerswisselingen) |
| karikyuramu-カリキュラム | curriculum; leerplan; lespakket |
| karō-過労 | veel overwerk; het buitensporig hard werken; het zich teveel inspannen |
| karoyaka-軽やか | luchtigheid; elegantie; lichtheid |
| karu-駆る | zich haasten; ergens heen snellen |
| karuhazumi-軽はずみ | onbesuisdheid; onvoorzichtigheid |
| karui-軽い | licht (van gewicht) |
| karukaya-刈萱 | de fictionele hoofdpersoon Karukaya Dōshin van de Buddhistische legende Karukaya. |
| karusa-軽さ | lichtheid; licht gewicht; geringe zwaarte |
| karuyaka-軽やか | luchtigheid; elegantie; lichtheid |
| karyō-科料 | een kleine [lage] boete (voor een lichte overtreding) |
| karyō-過料 | (geld)boete voor een licht vergrijp [overtreding] |
| karyōbinga-迦陵頻伽 | (in het (Boeddhisme) Kalaviṅka, onsterfelijk wezen met een menselijk hoofd en het lichaam van een vogel |
| karyokuhatsudensho-火力発電所 | kolencentrale; elektriciteitscentrale met stoomturbine |
| kasa-笠 | hoofddeksel (voor bescherming tegen sneeuw, regen, sterk zonlicht, e.d.) |
| kasanaru-重なる | (zich) opstapelen; opgestapeld zijn; op elkaar liggen |
| kasanaru-重なる | opnieuw gebeuren; na elkaar plaatsvinden; zich herhalen |
| kasei-歌聖 | vooraanstaande [uitstekende; beroemde] dichter; meesterdichter |
| kasen-歌仙 | uitstekende uitmuntende] dichter; meesterdichter (van klassiek Japanse poëzie) |
| kasen-歌仙 | een vorm van renga [haikai], bestaande uit 36 afwisselend lange en korte gedichten |
| kashi-可視 | zichtbaarheid |
| kashikomaru-畏まる | zich respectvol [nederig; ondergeschikt] gedragen |
| kashira-頭 | topgedeelte van kanji als hoofdelement in het classificatie systeem van kanji |
| kasho-佳所 | plaats [plek] met goed uitzicht |
| kashoku-華燭 | helder [schitterend] licht; prachtige lantaarn |
| kashū-家集 | de verzamelde waka-gedichten (van één dichter) |
| kashū-歌集 | verzameling [anthologie] van (waka) gedichten |
| kasō-仮装 | het zich verkleden [vermommen]; vermomming |
| kasō-家相 | de (gunstige of ongunstige) ligging, windrichting, plattegrond, etc. van een huis (in verband gebracht met geluk of pech) |
| kaso-過疎 | onderbevolking; lage bevolkingsdichtheid; ontvolking |
| kāsoru-カーソル | cursor (indicator op computerscherm) |
| kasosei-可塑性 | plasticiteit |
| kassai-喝采 | gejuich; applaus; ovatie |
| kassha-滑車 | katrol (gewrichtsoppervlak) |
| kasumime-翳み目 | aandoening waarbij het gezichtsvermogen is verslechterd door ouderdom, ziekte, etc.; slechtziendheid |
| kasuru-化する | veranderen in; zich transformeren; worden |
| kasutamu・kā-カスタム・カー | aangepaste auto; auto op maat (gebouwd aan de hand van specificaties van de koper) |
| kata-方 | richting; kant |
| katafune-片船 | romp [huls] van een vrucht (in de lengterichting doorsneden) |
| katai-歌体 | vorm van waka, Japanse dichtkunst |
| katai-過怠 | (feodaal Japan) bestraffing van een fout of misdaad via geldelijke vergoeding of verplichte arbeid te voldoen |
| katakuchiiwashi-片口鰯 | Japanese ansjovis (Engraulis japonica) |
| katakuriko-片栗粉 | zetmeel; verdikkingsmiddel (tegenwoordig aardappelmeel, oorspronkelijk gemaakt van katakuriwortel: Erythronium japonicum, hondstand lelie) |
| katakusōsaku-家宅捜索 | (officiële term voor) huiszoeking door de politie |
| katamen-片面 | de helft van het gezicht |
| katami-片身 | één kant [de helft] van een lichaam (b.v. van een vis) |
| katami-肩身 | aanzien; prestige; houding; uiterlijk (hoe men zich aan anderen laat zien of voordoet) |
| katamukeru-傾ける | zich concentreren [richten] op, aandacht besteden aan |
| katan-荷担 | deelname; participatie; medewerking |
| kataru-騙る | zichzelf verkeerd voorstellen |
| katatataki-肩叩き | iemand lichtjes op de schouders kloppen (tegen stijfheid) |
| katawa-片端 | (iemand met) een lichaamsgebrek |
| katei-課程 | cursus; lesprogramma; curriculum |
| katorikkukyō-カトリック教 | katholicisme |
| katsura-桂 | katsuraboom (Cercidiphyllum japonicum) |
| katsuyō-活用 | (grammatica) vervoeging; conjugatie |
| katsuyōgobi-活用語尾 | (grammatica) verbuigingsuitgang; vervoegingsuitgang |
| katte-勝手 | handelwijze; weten hoe zich te gedragen; iets gebruiken naar eigen inzicht |
| kawa-側 | kant (aspect); richting; zijde |
| kawaakari-川明かり | glans [oplichten] van een rivier in de schemering |
| kawarimi-変わり身 | wendbaarheid; lichtvoetigheid |
| kayaku-加薬 | adjuvans [adjuvant] (niet werkzame stof die wordt toegevoegd aan medicijnen om hun werking te verbeteren) |
| kazamuki-風向き | windrichting |
| kazaritateru-飾り立てる | uitvoerig [opzichtig] decoreren [versieren]; uitdossen; opdoffen |
| kazashio-風潮 | getijde waarbij het waterpeil van de zee stijgt als gevolg van harde wind vanuit de zee richting het land |
| kazasu-翳す | iets ergens boven houden (b.v. om het licht te blokkeren) |
| kazatooshi-風通し | openheid; goede communicatie |
| kazegusuri-風邪薬 | medicijn tegen verkoudheid |
| kazeke-風邪気 | lichte verkoudheid; koutje |
| kazemuki-風向き | windrichting |
| kazetooshi-風通し | openheid; goede communicatie |
| kazoechigaeru-数え違える | zich verrekenen [vertellen]; verkeerd berekenen |
| kē-ケー | k, afk. voor kilo (gewicht) |
| ke-毛 | trichoom; donzige huid van planten of vruchten |
| kēburukā-ケーブルカー | kabelspoorweg; funiculaire; kabelbaan |
| kegasuru-怪我する | zich verwonden; zich blesseren; gewond raken |
| kegon-華厳 | (bloemenkrans als metafoor voor) de verlichting |
| kehai-気配 | indicatie; aanwijzing; teken |
| kehheru-ケッヘル | Ludwig von Köchel (1800-1877), Oostenrijkse jurist en musicoloog (bekend van de catalogus van de werken van Mozart die hij samenstelde) |
| keidenki-継電器 | (elektriciteit) relais |
| keieisaikōsekininsha-経営最高責任者 | bestuursvoorzitter; leidinggevende directeur, CEO (chief executive officer) |
| keigai-形骸 | lichaam |
| keihaku-軽薄 | wispelturigheid; frivoliteit; oppervlakkigheid; lichtzinnigheid; onoprechtheid |
| keihatsu-啓発 | (geestelijke) verlichting; inspiratie; inzicht |
| keihō-軽砲 | licht geschut; lichte artillerie; klein kaliber wapen |
| keihōmessēji-警報メッセージ | waarschuwingsboodschap; waarschuwingsbericht (comp. term) |
| keii-経緯 | schering en inslag; horizontaal en verticaal |
| keii-軽易 | eenvoudig [licht; gemakkelijk] zijn |
| keijidōsha-軽自動車 | kleine [compacte] auto; licht voertuig; minicar |
| keijijōgaku-形而上学 | metafysica |
| keijō-啓上 | het (iem.) respectvol toespreken [aanspreken]; het woord richten tot iemand |
| keijoshi-係助詞 | verbindend partikel (waarmee een specificatie verderop in de zin wordt gekoppeld aan hetgeen ervoor staat (wa, mo, koso, demo, shika, sae, dani) |
| keikai-軽快 | licht [lichtvoetig, kwiek; levendig; veerkrachtig; dartel; vrolijk] zijn |
| keikai-軽快 | (van ziekte, pijn, e.d.) verlichting; verbetering; herstel |
| keikan-景観 | mooi landschap [uitzicht]; schilderachtige plek |
| keikeini-軽軽に | luchtig; achteloos; onvoorzichtig; gedachteloos |
| keiki-契機 | katalysator; aanjager; trigger; aanstichter |
| keikihei-軽騎兵 | lichte cavalerie; cavalerist; bereden soldaat |
| keikikanjū-軽機関銃 | licht machinegeweer; lichte mitrailleur |
| keikinzoku-軽金属 | lichtmetaal; lichte metalen |
| keikishihyō-景気指標 | bedrijfsindicatoren |
| keikō-携行 | het iets meenemen [bij zich dragen] (tijdens een reis, tocht, e.d.) |
| keikōkenbikyō-蛍光顕微鏡 | fluorescentiemicroscoop |
| keikōtō-蛍光灯 | fluorescerend licht [lamp]; fluorescentielamp |
| keimō-啓蒙 | verlichting; onderricht |
| keimosenseikunshu-啓蒙専制君主 | verlicht despoot |
| keimosenseikunshu-啓蒙専制君主 | verlicht despotisme |
| keimushisetsu-刑務施設 | penitentiaire instelling [inrichting]; strafinrichting |
| keimusho-刑務所 | (voor langer verblijf) gevangenis; penitentiaire inrichting |
| keiongaku-軽音楽 | lichte muziek |
| keirishi-計理士 | boekhouder (zonder de formele certificering van registeraccountant) |
| keirōdō-軽労働 | lichte arbeid; licht werk |
| keiryaku-経略 | regeren [heersen] over de wereld (in alle vier windrichtingen) |
| keiryō-軽量 | lichtgewicht |
| keisai-掲載 | publicatie (m.n. in een krant, tijdschrift e.d., van een tekst, illustratie, foto etc.) |
| keisankikagaku-計算機科学 | informatica (computerwetenschappen) |
| keisan'en-珪酸塩 | silicaat (chem.) |
| keisei-形勢 | situatie; stand van zaken; ontwikkelingen; vooruitzichten |
| keiseki-珪石 | siliciumdioxide; silica steen |
| keishichō-警視庁 | hoofdstedelijke politie; politiekorps van Tokio (MPD, Metropolitan Police Department) |
| keishitsuen-憩室炎 | diverticulitis (divertikel-ontsteking) |
| keishō-軽傷 | lichte verwonding; licht letsel |
| keishō-軽症 | milde ziekte; licht geval; milde aandoening |
| keishoku-軽食 | een lichte [kleine] maaltijd; snelle hap; tussendoortje |
| keiso-珪素 | silicium |
| keisotsu-軽率 | onvoorzichtigheid; lichtvaardigheid; onbesuisdheid |
| keisū-係数 | coëfficiënt |
| keisuiro-軽水炉 | lichtwaterreactor (lichtwatergekoelde kernreactor) |
| keitai-携帯 | het bij zich dragen; meenemen; meebrengen |
| keitōsuru-傾倒する | bewonderen; zich wijden aan; toegewijd zijn aan |
| keizaisōgoenjokaigi-経済相互援助会議 | Comecon, Council for Mutual Economic Assistance (een economisch samenwerkingsverband tussen communistische landen, opgericht in 1949) |
| kemansō-華鬘草 | (plant) gebroken hartje; tranend hartje (Dicentra spectabilis) |
| kenba-犬馬 | (bescheiden term om naar zichzelf te verwijzen) ik; (uw) dienaar |
| kenbikyō-顕微鏡 | microscoop |
| kenbikyōkensa-顕微鏡検査 | microscopisch onderzoek |
| kenbikyōsetsuganrenzu-顕微鏡接眼レンズ | oculair van een microscoop |
| kenchi-検地 | gezichtspunt; standpunt |
| kenchi-検知 | empirische (via gezichtsvermogen) kennisneming |
| kenchi-見地 | gezichtspunt; visie; standpunt |
| kengai-圏外 | buiten de vergunning [restricties; beperkingen] |
| kengen-権限 | bevoegdheid; jurisdictie |
| kengenhan'i-権限範囲 | jurisdictie; binnen de zeggenschap [het gezag] van |
| kengyō-検校 | toezichthouder bij administratieve zaken van een heiligdom of tempel |
| kengyō-検校 | (hist.) hoogste officiële rang van een blinde |
| kenji-検事 | (oude naam voor) Officier van Justitie |
| kenji-献辞 | dedicatie; opdracht (woorden van toewijding waarmee een werk aan iemand wordt opgedragen) |
| kenju-犬儒 | cynicus |
| kenkō-権衡 | balans; evenwicht |
| kenkōjōtai-健康状態 | lichamelijke conditie; staat van gezondheid; gezondheidstoestand |
| kenkoku-建国 | stichting van een natie [staat] |
| kenkokukinennohi-建国記念の日 | Nationale Stichtingsdag |
| kenkon-乾坤 | (windrichtingen) noordwesten en zuidwesten |
| kenkyō-検鏡 | microscopisch onderzoek |
| kenkyūhappyō-研究発表 | publicatie van de onderzoeksresultaten |
| kenmei-件名 | onderwerp; onderwerpregel (b.v. van een e-mail); naam of trefwoord (voor index of classificatie) |
| kenmen-券面 | de voorzijde van een obligatie, certificaat, e.d. (waar het geldbedrag op staat) |
| kennon-剣吞 | risico; onzekerheid; gevaar |
| kenpi-建碑 | de oprichting [plaatsing] van een monument [gedenksteen] |
| kenryō-見料 | toegangsprijs; prijs voor een bezichtiging |
| kensetsu-建設 | bouw; aanleg; constructie; oprichting; stichting |
| kensetsusuru-建設する | bouwen; vervaardigen; opzetten; optrekken; oprichten |
| kenshi-献詞 | dedicatie; opdracht (woorden van toewijding waarmee een werk aan iemand wordt opgedragen) |
| kenshiki-見識 | scherpzinnigheid; oordeelkundigheid; inzicht |
| kenshikibaru-見識張る | zich wijs [belangrijk; waardig] voordoen; doen alsof je wijs [slim] bent |
| kenshin-検針 | opname van de (gas-, water-. elektriciteits-)meterstand |
| kenshinsuru-検針する | de (gas-, water-. elektriciteits-)meterstand opnemen |
| kensui-懸垂 | een fitnessoefening waarbij men zichzelf optrekt aan een stang |
| kentai-献体 | lichaamsdonatie; terbeschikkingstelling van het lichaam na de dood (voor medisch onderzoek) |
| kenzai-顕在 | duidelijke zichtbaarheid [aanwezigheid]; onmiskenbaarheid; gemanifesteerd [geopenbaard] zijn |
| ken'ei-献詠 | het opdragen van een gedicht aan een vorst, heiligdom, e.d. |
| ken'ei-献詠 | een gedicht opgedragen aan een vorst, heiligdom, e.d. |
| ken'on-検温 | lichaamstemperatuur meting |
| keosareru-気圧される | geïmponeerd [geintimiteerd] worden; zich (door iemand) overweldigd [overrompeld voelen] |
| keshiki-景色 | mooi landschap [uitzicht] |
| keshiki-気色 | gezichtsuitdrukking; uiterlijk; gedrag |
| keshō-化粧 | make-up; opmaak; cosmetica |
| kessei-結成 | vorming; oprichting (van een partij, muziekgroep, band, e.d.) |
| kessha-結社 | een vereniging; organisatie; stichting; broederschap; genootschap |
| kesshinsuru-決心する | beslissen; besluiten; zich voornemen |
| ketsuniku-血肉 | vlees en bloed; het lichaam |
| kibaru-気張る | zich (tot het uiterste) inspannen; zwoegen |
| kibaru-気張る | zichzelf trakteren |
| kibataraki-気働き | tact; meelevendheid; (snel van) begrip; inzicht |
| kibishii-厳しい | streng; strict; scherp; hard; wreed; meedogenloos |
| kichinto-きちんと | nauwkeurig; nauwgezet; precies; netjes; overzichtelijk; ordelijk |
| kidō-軌道 | baan; orbit (van een hemellichaam); traject |
| kido-輝度 | (mate van) helderheid [licht] |
| kidoru-気取る | gemaakt [gekunsteld; geaffecteerd] zijn; zich aanstellen; zich een houding geven |
| kieiru-消え入る | zich zwakker voelen (vanwege schaamte, pijn, e.d.) |
| kieuseru-消え失せる | (uit het zicht) verdwijnen; spoorloos verdwijnen; vervliegen |
| kigaeru-着替える | zich omkleden; andere kleren aantrekken |
| kigo-季語 | seizoenwoord (voor verwijzingen naar seizoenen in Japanse gedichten) |
| kigyō-起業 | de start [oprichting] van een (nieuw) bedrijf |
| kigyōkumiai-企業組合 | syndicaat |
| kigyōsuru-起業する | een nieuw bedrijf beginnen [starten; oprichten] |
| kihonhōshin-基本方針 | basis richtlijn; standaard beleid |
| kiji-雉 | groene fazant (Phasianus versicolor) |
| kika-机下 | respect uitdrukkende woord(en) links onderaan een brief gericht aan (het bureau van) een (hooggeplaatste) geadresseerde |
| kikaeru-着替える | zich omkleden |
| kikaigaku-機械学 | mechanica |
| kikaikō-機械工 | monteur; mecanicien; werktuigkundige |
| kikan-季刊 | kwartaalpublicatie; publicatie [uitgave] 4 keer per jaar (van een tijdschrift, magazine, e.d.) |
| kikan-気管 | tracheae (ademhalingsorgaan van insecten, bestaande uit buisvormige structuren door het hele lichaam) |
| kikazaru-着飾る | zich mooi aankleden; zich opdoffen [uitdossen]; mooie [sjieke] kleren aantrekken |
| kiken-危険 | gevaar; risico; bedreiging |
| kikenbunseki-危険分析 | risico-analyse |
| kikensha-棄権者 | niet-stemmer; iemand die zich onthoudt van stemming |
| kikiawaseru-聞き合わせる | inlichtingen inwinnen; informeren (naar); navragen |
| kikifurusu-聞き古す | een cliché worden; afgezaagd worden (omdat je het al zo vaak hebt gehoord) |
| kikin-基金 | fonds; stichting |
| kikkubokushingu-キックボクシング | (sport) kickboksen |
| kikkubōru-キックボール | (balsport) kickbal |
| kikomu-着込む | zich extra kleden; verschillende lagen kleding over elkaar dragen; formele kleding dragen |
| kikonasu-着こなす | zich smaakvol [elegant] kleden; kleding stijvol [flatterend] dragen |
| kiku-起句 | de eerste regel van een Chinees gedicht |
| kikunigana-菊苦菜 | cichorei (Cichorium intybus) |
| kikurage-木耳 | judasoor (paddenstoel: Auricularia auricula-judae) |
| kikusuru-掬する | iemand begrijpen; zich inleven; meeleven; empathie tonen |
| kimarimonku-決まり文句 | een vaste [bekende] uitdrukking; cliché |
| kimariwarui-決まり悪い | zich schamen; verlegen [beschaamd] zijn |
| kimei-記銘 | het uit het hoofd leren [onthouden]; zich in het geheugen prenten |
| kimekomu-決め込む | zich inbeelden; een hoge dunk van zichzelf hebben; doen alsof |
| kimen-鬼面 | het gezicht van een duivel [demon] |
| kimijika-気短 | opvliegendheid; lichtgeraaktheid; ongeduldigheid |
| kimitsu-気密 | luchtdicht [hermetisch afgesloten] zijn |
| kimitsusei-気密性 | luchtdichtheid |
| kimitsuseinotakai-気密性の高い | zeer [in hoge mate] luchtdicht |
| kimitsushitsu-気密室 | luchtdichte kamer |
| kimon-鬼門 | poort [ingang, uitgang] voor een boze geest (in ongunstige windrichting, het noordoosten) |
| kimyō-帰命 | (Sanskriet: namas) (buigen voor) aanbidding [verering] van Boeddha; je lichaam en ziel toevertrouwen aan Boeddha |
| kinchoku-謹直 | plichtsgetrouwheid; zorgvuldigheid; nauwgezetheid; eerlijkheid; integriteit |
| kinchōsuru-緊張する | gespannen [nerveus] worden; zich opwinden |
| kindanshōjō-禁断症状 | ontwenningsverschijnselen (alcohol, drugs, nicotine) |
| kingō-近郷 | aangrenzende districten; nabijgelegen dorpen; omringend platteland |
| kininaru-気になる | bezorgd zijn over; dwars zitten; hinderen; zich ergeren |
| kinisuru-気にする | zich zorgen maken over; ergens om geven; zich bemoeien met |
| kinjiru-禁じる | (met negatie) niet te bedwingen; (zichzelf) niet in bedwang kunnen houden: |
| kinkan-近刊 | publicatie in de nabije toekomst; boek dat binnenkort gepubliceerd zal worden |
| kinkan-近刊 | recente publicatie; boek dat onlangs gepubliceerd is |
| kinken-金券 | goudcertificaat |
| kinki-禁忌 | contra-indicatie |
| kinki-近畿 | Kinki (regio dichtbij de hoofdstad) |
| kinkō-均衡 | evenwicht; balans |
| kinkotsu-筋骨 | spieren en beenderen [botten; skelet]; lichaamsbouw |
| kinme-斤目 | gewicht |
| kinō-帰納 | inductie; inductieve redenering (logica) |
| kinō-機能 | werking; functie(s); applicaties (op mobiele telefoons e.d.) |
| kinōgo-機能語 | woorden die alleen een grammaticale (geen semantische) functie hebben |
| kinohayai-気の早い | opvliegend; kortaangebonden; kortaf; lichtgeraakt |
| kinōhō-帰納法 | (logica) inducție; inductieve redenering |
| kinpa-金波 | oplichtende [schitterende] golven (door weerspiegeling van zon of maan) |
| kinpōge-金鳳花 | boterbloem (Ranunculus japonicus) |
| kinsenka-金盞花 | goudsbloem (Calendula officinalis) |
| kinsetsu-近接 | nadering; het naderbij [dichterbij] komen |
| kinshigan-近視眼 | (fig.) kortzichtigheid |
| kinshiganteki-近視眼的 | (fig.) kortzichtig |
| kinsho-禁書 | boekverbod; een verbod op publicatie en bezit van een boek |
| kintsugi-金継ぎ | kapot aardewerk repareren met goud of zilver (zodat de breuk juist mooi gemaakt wordt, i.p.v. te proberen die onzichtbaar te maken) |
| kin'ei-近詠 | recent gedicht |
| kin'yūchō-金融庁 | FSA (Eng. Financial Services Agency), Financieel Advies Bureau van Japan |
| kiokusuru-記憶する | zich herinneren; onthouden; uit het hoofd leren |
| kiomote-木表 | de voorkant van hout (die het dichtst tegen de bast heeft gezeten) |
| kīpu-キープ | in bezit houden; bewaren; zijn service behouden (tennis) |
| kira-綺羅 | luxe [opvallende; opzichtige] dingen |
| kirara-雲母 | (mineraal) mica; glimmer |
| kireji-切れ字 | slotwoord aan het einde van een Japans gedicht (haiku, renga, e.a.) om een bepaald gevoel uit te drukken (b.v. 'kana') |
| kiriboshi-切り干し | gedroogde reepjes daikon (rettich) |
| kirin-騏驎 | mythisch dier in het oude China (met lichaam van een hert, staart van een koe, en hoeven van een paard) |
| kirinukeru-切り抜ける | zich een weg banen [vechten] door; een uitweg vinden; hindernissen overwinnen |
| kirisame-霧雨 | motregen; lichte regen |
| kiritsusuru-規律する | regelen; toezicht houden op |
| kiro-キロ | kilo (gewicht) |
| kiru-切る | (snel) (om)draaien; van richting veranderen; (een bal) met effect slaan [gooien] |
| kiryo-羈旅 | een term in Japanse gedichten (wake, haiku) die verwijst naar de gevoelens van reizen |
| kiseipurankuton-気生プランクトン | aeroplankton; luchtplankton (in de lucht zwevende micro-organismen) |
| kisenyado-汽船宿 | (haven)hotel voor stoomboot passagiers (en tijdelijke opslag van hun particuliere baggage) |
| kishahappyō-記者発表 | perscommuniqué; persbericht; persverklaring |
| kisokukanwa-規則緩和 | deregulering (vermindering van officiële regelingen) |
| kisōkyoku-奇想曲 | capriccio (muziekstuk) |
| kisshu-キッシュ | quiche (hartige taart) |
| kisuru-帰する | zich overgeven; gehoorzamen |
| kitamakura-北枕 | ligging met het hoofd naar het noorden gericht (traditionele positie voor dode lichamen; maar taboe voor het gewone slapen) |
| kitsunebi-狐火 | dwaallicht |
| kitsunenoyomeiri-狐の嫁入り | lampionoptocht; dwaallichten |
| kiwametsuki-極めつき | gewaarmerkt, gecertificeerd |
| kiyō-紀要 | door universiteiten of onderzoeksinstellingen gepubliceerde uitgave (met artikelen, onderzoeksverslagen, etc.) |
| kizoku-帰属 | jurisdictie; toerekening; toekenning |
| kizuku-築く | bouwen; oprichten; optrekken; opzetten; aanleggen; in elkaar zetten |
| kō-向 | richting; oriëntatie |
| koaji-小味 | subtiele [delicate] smaak [aroma] |
| kōan-公案 | een officieel document (oorspronkelijk Chinees) |
| kōanchōsachō-公安調査庁 | (Public Security Intelligence Agency; PSIA) Agentschap voor onderzoek openbare veiligheid |
| kōatsu-光圧 | lichtdruk (druk die door licht of elektromagnetische golven wordt uitgeoefend op objecten die deze absorberen of reflecteren) |
| kōatsu-高圧 | (elektriciteit) hoogspanning |
| kōatsuzai-降圧剤 | medicijn om de bloeddruk te verlagen; bloeddrukverlagend middel |
| koa・karikyuramu-コア・カリキュラム | kerncurriculum; basiscurriculum |
| kōban-交番 | politiepost (vanaf 1994 de officiële benaming; voorheen 巡査派出所 en 警察派出所) |
| kōbin-後便 | (iemands) volgende [latere] brief [bericht; post] |
| kōbō-光芒 | lichtstraal; bliksemschicht |
| kōbō-弘法 | Kobodaishi, aanspreektitel voor Kukai (stichter van het Shingon Boeddhisme en beroemd om zijn calligrafeerkunst) |
| kōbōdaishi-弘法大師 | Kobodaishi, aanspreektitel voor Kukai (stichter van het Shingon Boeddhisme en beroemd om zijn calligrafeerkunst) |
| kōbun-構文 | grammaticale constructie; zinsbouw |
| koburi-小降り | lichte regenval [sneeuwval] |
| kobutori-小太り | licht overgewicht; mollig [volslank] zijn |
| kōchi-巧緻 | kunstig [verfijnd; delicaat; uitmuntend] zijn |
| kochi-鯒 | platkopvis (Platycephalus indicus) |
| kochira-此方 | deze kant (dichtbij de spreker); hier; deze |
| kōda-コーダ | deel van een muzikale compositie dat zich na de climax van het stuk afspeelt; eindsectie van een compositie |
| kōden-光電 | foto-elektriciteit |
| kōden-公電 | officieel telegram |
| kodoku-孤独 | eenzelvig mens; iemand die zijn eigen weg gaat [zich afzondert] |
| kōdōsuru-行動する | handelen; actie ondernemen; zich gedragen |
| kōei-高詠 | (respectvolle term voor de poëzie van iemand anders) mooi gedicht |
| kōekihōjin-公益法人 | (jur.) een rechtspersoon [stichting; instelling] van algemeen nut [openbaar belang]; een stichting zonder winstoogmerk |
| kōen-口演 | mondelinge verklaring; het dicteren (van een brief e.d.) |
| koeru-肥える | dik worden; aankomen in gewicht |
| kōfuan'yaku-抗不安薬 | kalmeringsmiddel; angstwerend middel; anxiolyticum |
| kōgai-梗概 | beknopte beschrijving; overzicht; samenvatting |
| kōgaku-光学 | optica |
| kōgakukenbikyō-光学顕微鏡 | optische microscoop |
| kōgakumojiyomitori-光学文字読み取り | optische tekenherkenning (OCR: optical character recognition) |
| kōgen-光源 | lichtbron |
| kōgen-公言 | publieke [officiële] aankondiging [proclamatie; verklaring; bekendmaking] |
| kogu-漕ぐ | zich moeizaam voortbewegen [zich een weg banen] (door sneeuw, modder, e.d.) |
| kōha-光波 | lichtgolf |
| kōhei-工兵 | militair ingenieur; genieofficier |
| kōhō-公報 | een officiële bekendmaking; communiqué; nieuwsbulletin |
| kōhō-広報 | publiciteit; publieksinformatie |
| kōhone-河骨 | Japanse gele waterlelie (Nuphar japonica) |
| kōi-行為 | daad; handeling; verrichting; gedrag |
| koika-恋歌 | liefdeslied; liefdesgedicht; (bij dieren) paringsroep; lokroep |
| koiuta-恋歌 | liefdeslied; liefdesgedicht |
| kōji-公示 | publieke [officiële] bekendmaking [aankondiging] |
| kōjichika-公示地価 | officiële grondprijs |
| kōjikakaku-公示価格 | geregistreerde [officieel vastgestelde] prijs [waarde] |
| kojin-個人 | individu; particulier; privé persoon |
| kojinbangō-個人番号 | Japans algemeen identiteitsnummer; (vgl. Ned. burgerservicenummer) |
| kojinkabunushi-個人株主 | particuliere aandeelhouder |
| kojinnenkin-個人年金 | persoonlijk [particulier] pensioen |
| kojinteki-個人的 | persoonlijk; individueel; particulier; privaat |
| kojin'yokin-個人預金 | particuliere rekening; persoonlijke storting |
| kojireru-拗れる | ingewikkeld [lastig; gecompliceerd] worden |
| kōjisuru-公示する | publiekelijk [officieel] bekendmaken [aankondigen] |
| kōjo-孝女 | plichtsgetrouwe dochter |
| kojōrakujitsu-孤城落日 | het zich helemaal [hopeloos] alleen en verlaten voelen |
| kōju-口授 | mondelinge overlevering; orale traditie; mondeling onderricht |
| kojukei-小綬鶏 | Chinese bamboepatrijs (Bambusicola thoracicus) |
| koka-古歌 | een oud gedicht [lied] |
| kokage-木陰 | de schaduw van een boom; een plek onder een boom (beschut tegen zonlicht en regen) |
| kōkaikagikiban-公開鍵基盤 | PKI (Public Key Infrastructure), een systeem dat wordt gebruikt voor het maken en beheren van digitale certificaten |
| kōkaishi-航海士 | navigatieofficier (scheepvaart) |
| kōkaku-高角 | hoge [grote] (verticale) hoek |
| kokansetsu-股関節 | heupgewricht |
| kokei-固形 | vaste stof [vorm]; vast lichaam |
| kōki-光輝 | schittering; glans; helder licht; pracht |
| kokin-古今 | (afk. voor) Kokin Wakashū (oude dichtbundel) |
| kokinwakashū-古今和歌集 | Kokin Wakashū (dichtbundel uit de Heian periode) |
| kokkakeisatsu-国家警察 | rijkspolitie (met landelijke jurisdictie) |
| koko-ここ | hier; deze plaats (dichtbij de spreker) |
| kōkō-膏肓 | een plek diep in (het binnenste deel) van het (menselijk) lichaam |
| kōkō-膏肓 | ongeneeslijk zijn (onbehandelbaar omdat het te diep in het lichaam zit) |
| kokochi-心地 | zich ziek voelen; ziekte |
| kokonmeikasen-古今名歌選 | een bloemlezing van oude en nieuwe gedichten |
| kokoroe-心得 | een belangrijk punt; regel; richtlijn |
| koku-古句 | oude uitdrukking; oud gezegde; versregel van een dichter (uit een ver verleden) |
| kokubunji-国分寺 | door de keizer gestichte boeddhistische tempels (Nara-periode) |
| kokubunpō-国文法 | Japanse grammatica (m.n. de tradtionele) |
| kokuhon-国本 | de stichting van een natie |
| kokuji-告示 | bericht; bulletin; aankondiging |
| kokuon-国恩 | de plicht [verplichting] jegens het vaderland |
| kokuōsatsugai-国王殺害 | koningsmoord; regicide |
| kokusaidenshindenwa-国際電信電話 | KDD, Japanse internationale telecommunicatie |
| kokusaikeijikeisatsukikō-国際刑事警察機構 | Interpol (International Criminal Police Organization) |
| kokusei-国勢 | de toestand [situatie] waarin een land [volk] zich bevindt |
| kokusuru-刻する | opschrijven; publiceren |
| kokuyu-告諭 | officiële kennisgeving; vermaning |
| kōkyōshi-交響詩 | symfonisch gedicht |
| kōkyū-公休 | officiële feestdag; nationale feestdag |
| kōkyū-高級 | topkwaliteit; hoogwaardig [chic; luxueus] zijn |
| kokyūfuzen-呼吸不全 | ademhalingsfalen; respiratore insufficiëntie |
| komakusa-駒草 | dicentra (peregrina) |
| komayaka-細やか | fijn [delicaat; subtiel; gedetailleerd] zijn |
| komayaka-細やか | diep; warm (van kleur); dicht (van mist, e.d.) |
| komekon-コメコン | Comecon (Council for Mutual Economic Assistance), een economisch samenwerkingsverband tussen communistische landen (opgericht in 1949) |
| komento-コメント | commentaar; toelichting; kanttekening; verklaring |
| komeru-込める | (zich) concentreren op; betrekken (bij); invoegen; bijvoegen; bijtellen; meetellen |
| komi-込み | handicap van extra punten (voor de eerste speler in het go-spel) |
| komiageru-込み上げる | zich misselijk voelen; overgeven; braken |
| kominforumu-コミンフォルム | Cominform (organisatie van communistische partijen in Europa, opgericht in 1947) |
| kominterun-コミンテルン | Komintern (de Communistische Internationale, samenwerkingsverband van communistische partijen, opgericht in 1919) |
| komittosuru-コミットする | zich inzetten; toegewijd zijn; zich toeleggen (op) |
| kōmō-膏肓 | een plek diep in (het binnenste deel) van het (menselijk) lichaam |
| kōmō-膏肓 | ongeneeslijk zijn (onbehandelbaar omdat het te diep in het lichaam zit) |
| komorebi-木漏れ日 | zonlicht dat door de bomen schijnt [gluurt] |
| komoru-籠る | zichzelf opsluiten [afzonderen]; binnen blijven |
| kōmushikkōbōgaizai-公務執行妨害罪 | (als strafbaar feit) de belemmering van een overheidsambtenaar (politie, e.d.) in de uitoefening van diens werktaken en plichten |
| komyunikēshon-コミュニケーション | communicatie; kennisgeving; mededeling; overdracht |
| konaoshiroi-粉白粉 | gezichtspoeder |
| konashi-熟し | (lichaams)houding; tred; manier van bewegen |
| kōnā・wāku-コーナー・ワーク | (honkbal) werptechniek van de pitcher gericht op de hoeken van de plaat |
| konbu-昆布 | kombu, bruine zeewier (Saccharina japonica) |
| kondaku-混濁 | ondoorzichtigheid; troebelheid |
| kondatehyō-献立表 | menukaart; week [maand] overzicht van maaltijden |
| kondensā-コンデンサー | (elektriciteit) condensator |
| kōnen-光年 | lichtjaar |
| kōnetsu-高熱 | hoge koorts [lichaamstemperatuur] |
| kōnin-公認 | officiële [wettelijke] erkenning (door de staat [overheid]) |
| kōninkaikeishi-公認会計士 | registeraccountant (RA); erkende [gecertificeerde] accountant (Certified Public Accountant, CPA) |
| kōninkaikeishishiken-公認会計士試験 | accountantsexamen; CPA-examen (CPA = Certified Public Accountant) |
| kōninkiroku-公認記録 | officieel verslag [rapport; document] |
| kōninsekaikiroku-公認世界記録 | officieel wereldrecord |
| konjiru-混じる | gemengd [gemixt] worden; zich mengen |
| konmori-こんもり | (onomatopee) dicht (op elkaar) |
| konna-こんな | zulke; zo'n; zoals dit [deze] (dichtbij de spreker) |
| kono-この | dit; deze (dichtbij de spreker) |
| konpyūtākagaku-コンピューター科学 | informatica (computerwetenschappen) |
| konpyūtā・saiensu-コンピューター・サイエンス | informatica (computer science) |
| konsen-混戦 | onoverzichtelijke [verwarrende] strijd; gevecht met een onvoorspelbare afloop |
| kontenarizēshon-コンテナリゼーション | containerisatie; technologie om softwareapplicaties en hun afhankelijkheden in een enkel, geïsoleerd pakket te verpakken |
| konukaame-小糠雨 | motregen; lichte regen |
| konzatsu-混雑 | verwarring; complicatie; verwikkeling |
| kon'yakusuru-婚約する | zich verloven |
| koori-郡 | district; gewest |
| koperunikusutekitenkai-コペルニクス的転回 | Copernicaanse revolutie [omwenteling] (een radicale heroriëntatie van een wetenschap of filosofie) |
| kopīshokuhin-コピー食品 | namaak-voedsel (voedingsmiddel dat lijkt op een (duurder) ingrediënt, maar van een andere substantie nagemaakt is; zoals b.v. crab sticks) |
| koppen-骨片 | spicule (in sponzen); scleriet (een verhard deel van het geleedpotige exoskelet) |
| koppō-骨法 | skelet (van een lichaam) |
| kore-此れ | dit; deze (dichtbij de spreker) |
| kōrei-交霊 | spiritualisme; het communiceren met [aanroepen van] doden [geesten] |
| korekutā-コレクター | (elektriciteit) collector; stroomafnemer |
| koremiyogashi-此れ見よがし | opvallend; opzichtig |
| kōri-公理 | (logica) axioma, een niet bewezen (maar als grondslag aanvaarde) bewering |
| kōritsu-効率 | doelmatigheid; efficiëntie |
| koritsu-孤立 | geïsoleerdheid; alleen(staand) zijn; op zichzelf aangewezen zijn; eenzaamheid |
| kōritsuka-効率化 | het efficiënt maken; verbeteren van de efficiëntie; optimalisering |
| koro-葫蘆 | fleskalebas; flespompen (Lagenaria siceraria) |
| korona-コロナ | (elektriciteit) corona (wit licht bij wisselstroomspanning) |
| korotaipu-コロタイプ | lichtdruk; fototypie |
| koru-凝る | opgaan in; bezeten zijn van; toegewijd zijn aan; gek zijn van, zich helemaal storten op |
| kōrubakku-コールバック | uitnodiging om terug te komen (voor een tweede sollicitatiegesprek, auditie, etc.) |
| kōru・gāru-コール・ガール | callgirl; luxe prostituee die zich telefonisch of via het internet laat bestellen |
| kōryō-蛟竜 | Chinese mythische draak (die zich het water verbergt als een soort krokodil, en naar de hemel opstijgt bij regen) |
| kōsaku-工作 | fabricage; constructie(werk) |
| kosame-小雨 | motregen; lichte regen |
| kōseibusshitsu-抗生物質 | antibioticum |
| koseidai-古生代 | paleozoïcum (tijdperk) |
| kōseki-光跡 | lichtspoor |
| kosekitōhon-戸籍謄本 | officiële kopie van het originele familieregister (van alle gegevens) |
| kōsen-交戦 | (gewapend) conflict; oorlog(voering); (onderlinge) strijd (met wapens) |
| kōsen-光線 | lichtstraal |
| kōshaku-講釈 | lezing; voordracht; toelichting |
| kōshi-公私 | openbaar en privé; overheid en bevolking; officieel en persoonlijk |
| koshi-古詩 | oude poëzie; oud gedicht |
| kōshikihappyō-公式発表 | een officiële bekendmaking; communiqué |
| kōshikihōmon-公式訪問 | een officieel (staats)bezoek |
| kōshin-後身 | reïncarnatie; herboren lichaam; nieuw lichaam na hergeboorte |
| kōshinretsu-口唇裂 | hazenlip; schicis |
| koshirae-拵え | het zich voorbereiden; voorbereidingen (treffen) |
| koshirae-拵え | (toneel) zich aankleden; kostuum aantrekken; make-up aanbrengen, e.d. |
| koshitsuki-腰つき | (lichaams)houding; manier van bewegen [lopen] |
| kōshō-公称 | officiële [algemene] naam [benaming] |
| kōsho-公署 | districtskantoor; kantoor van lokale overheid |
| kōshō-公証 | authenticatie, legalisatie |
| kōsho-高所 | hoog perspectief; uitzicht van bovenaf [vanaf een hoge plek] |
| kōsu-コース | koers; route; weg; pad; richting |
| kōsu-コース | cursus; curriculum |
| kosupure-コスプレ | het zich verkleden als fictieve personages |
| kosutarika-コスタリカ | Costa Rica |
| kosuto・pafōmansu-コスト・パフォーマンス | kostenefficiëntie; prijs-prestatieverhouding |
| kōtai-抗体 | antilichaam; antistof; afweerstof |
| kōtaisuru-後退する | zich terugtrekken; teruggaan; rechtsomkeer maken |
| kotchi-こっち | deze kant (dichtbij de spreker); hier; deze |
| kōtei-公邸 | (officiële) residentie |
| kōteisōba-公定相場 | beursnotering; officiële koers |
| kōteki-公的 | openbaar; publiekelijk; officieel |
| kotekote-こてこて | (onomatopee) zwaar; vet; dik; machtig (van eten); rijk (versierd); opzichtig |
| kōten-光点 | lichtpunt |
| kōten-公転 | omwenteling; baan; rotatie (van een hemellichaam om een ander hemellichaam) |
| kotenshugi-古典主義 | classicisme |
| kōtō-紅灯 | rood licht; rode lamp |
| kotobuki-寿 | gelukwensen; felicitaties; beste wensen |
| kotodukeru-言付ける | (iem.) een bericht [pakje; pakket] sturen |
| kōtōha-高踏派 | Parnassiens, een school van Franse esthetische dichters uit de late 19e eeuw |
| kotohogu-言祝ぐ | feliciteren; iemand succes wensen; de beste wensen doen |
| kotowaru-断る | weigeren; afhouden; afslaan; afwijzen; zich verontschuldigen (voor afwezigheid) |
| kotozuke-言付け | (mondeling) bericht; (doorgegeven) boodschap |
| kōtsū-交通 | communicatie; uitwisseling (gegevens; ideeën) |
| kōtsūhansokukin-交通反則金 | bekeuring voor (lichte) verkeersovertredingen; verkeersboete |
| kotsumitsudo-骨密度 | botdichtheid; botmineraaldichtheid |
| kōtsūshingō-交通信号 | stoplicht; verkeerslicht |
| kowake-小分け | onderverdeling; uitsplitsing; specificatie |
| kōyōgo-公用語 | officiële taal van een land [natie]; formeel erkende taal van een land [natie] (om verordeningen, e.d. bekend te maken) |
| koyuki-小雪 | lichte sneeuwval |
| koyūmeishi-固有名詞 | (grammatica) eigennaam |
| kōzui-香水 | (boeddh.) water vermengd met wierook (voor reiniging van tempel, altaar, of lichaam); geurend water geofferd aan Boeddha |
| ku-句 | regel of ander onderdeel van een gedicht |
| ku-句 | woord dat wordt gebruikt voor het tellen van korte Japanse gedichten (zoals haiku) |
| kubikukuri-首縊り | het zich(zelf) ophangen [verhangen; opknopen] |
| kubitsuri-首吊り | het zich(zelf) ophangen [verhangen; opknopen] |
| kubun-区分 | verdeling; classificatie |
| kuchibeta-口下手 | ongearticuleerd [onwelsprekend] zijn; het slecht spreken |
| kuchibuchōhō-口不調法 | ongearticuleerd [onwelsprekend] zijn; het slecht spreken |
| kuchizutae-口伝え | mondelinge overlevering; orale traditie; mondeling onderricht |
| Kuchō-区長 | districtsburgemeester; burgemeester van een van de 23 speciale wijken van Tokio |
| kuchō-句帳 | notitieboekje om haiku (gedichten) in te schrijven |
| kudai-句題 | de titel van een Japans gedicht (haiku, waka, e.d.) |
| kudai-句題 | een regel uit een oud gedicht, als thema voor een haiku [waka] gebruikt |
| kuden-口伝 | mondelinge overlevering; orale traditie; mondeling onderricht |
| kufū-工夫 | plan; aanpak; inzicht; idee; ontwerp |
| kugara-句柄 | de kwaliteit van Japanse gedichten |
| kugin-苦吟 | met moeite en inspanning een gedicht componeren |
| kugokoro-句心 | aanleg [gevoel] voor poëzie [gedichten] (m.n. voor haiku) |
| kuichigai-食い違い | verschil van inzicht; controverse |
| kuidame-食い溜め | het zich volproppen; heel veel eten (zodat je een tijd lang niet meer hoeft te eten |
| kuidamesuru-食い溜めする | zich volproppen; heel veel eten (zodat je een tijd lang niet meer hoeft te eten |
| kuikkusuteppu-クイックステップ | quickstep (ballroomdans); snelle pas |
| kuina-水鶏 | waterral (een watervogel, Rallus aquaticus) |
| kujiramaku-鯨幕 | (lett. walvisgordijn) een gordijn met brede, verticale zwart-witte strepen gebruikt bij begrafenisplechtigheden |
| kukatsuyō-ク活用 | (grammatica) klassieke verbuigingsvorm van bijvoeglijke naamwoorden (met i-uitgang) |
| kukenui-絎縫い | blinde [onzichtbare] steek (bij naaien van stoffen) |
| kukeru-絎ける | met een blindsteek [onzichtbare steek] naaien |
| kūkirikigaku-空気力学 | aerodynamica |
| kukō-句稿 | manuscript [eerste versie] van een haiku (gedicht) |
| kumiau-組み合う | samengaan; zich verenigen; een vereniging [verbond] vormen |
| kumichō-組長 | ploegleider; opzichter |
| kumode-蜘蛛手 | (lett. spinnenpoten) kriskras (in alle richtingen) |
| kumu-組む | (zich) verenigen; samengaan; aansluiten (bij) |
| kundō-訓導 | begeleiding; onderricht; onderwijs |
| kuniiri-国入り | een bezoek brengen aan het kiesdistrict; terugkeer van politici of beroemdheden naar hun geboorteplaats |
| kuniku-苦肉 | wanhopige poging [maatregel]; zichzelf kwellen om de vijand te misleiden |
| kunrei-訓令 | (dienst)voorschrift; instructie; verorderning; opdracht; bevel; richtlijn |
| kunreishiki-訓令式 | het kunrei-systeem (ingesteld in 1937), de officiële richtlijnen voor de transcriptie van het Japans |
| kunrensuru-訓練する | trainen; onderrichten; africhten |
| kunshihyouhen-君子豹変 | de wijzen passen zich gemakkelijk aan veranderde omstandigheden aan |
| kurai-暗い | donker; schemerig; slecht verlicht |
| kuraitsuku-食らいつく | zich vastbijten (in iets) |
| kuraizuke-位付け | het indelen in klassen [rangorden] van Kabuki acteurs; de toegekende classificaties van Kabuki acteurs |
| kurayamimatsuri-暗闇祭 | het festival waarbij men de lichten dooft om in het donker de geesten van overledenen te kunnen verwelkomen |
| kurayamizaiku-暗闇細工 | spelletje waarbij men geblinddoekt de verschillende delen van een papieren gezicht op een plaat prikt (traditioneel gespeeld op Nieuwjaarsdag) |
| kurenokoru-暮れ残る | lang licht blijven na zonsondergang [terwijl de avond valt] |
| kurēpu・deshin-クレープ・デシン | crêpe de Chine (licht zijden weefsel) |
| kureson-クレソン | (witte) waterkers (Nasturtium officinale) |
| kuriketto-クリケット | cricket |
| kurikettosenshu-クリケット選手 | cricketspeler; cricketer |
| kuriketto・chiimu-クリケット・チーム | cricketteam |
| kurinchi-クリンチ | houdgreep; handgemeen; conflict |
| kurinsō-九輪草 | Japanse sleutelbloem (Primula japonica) |
| kurisutaru・maikurofon-クリスタル・マイクロフォン | kristalmicrofoon |
| kurisutaru・maikurohon-クリスタル・マイクロホン | kristalmicrofoon |
| kuro-畔 | een voetpad [aarden richel] tussen de rijstvelden |
| kuroharahamusutā-クロハラハムスター | (Europese) zwartbuikhamster (Cricetus cricetus) |
| kuromai-クロマイ | (antibioticum) chloromycetine |
| kuroromaisechin-クロロマイセチン | (antibioticum) chloromytecine |
| kurosu・bankā-クロス・バンカー | (golf) lang uitgerekte bunker die zich dwars over de breedte van de baan uitstrekt |
| kurosu・raisensu-クロス・ライセンス | wederzijdse licentieovereenkomst tussen twee of meer partijen |
| kuroyaki-黒焼き | iets dat zwart gebrand [geblakerd] is; medicinale poeder van gebrande ingrediënten |
| kurōzudo・shoppu-クローズド・ショップ | onderneming waarin lidmaatschap van vakbond verplicht is voor alle werknemers |
| kuru-来る | komen; aankomen; arriveren; naderen; dichterbij komen |
| kurumaebi-車海老 | Japanse tijgergarnaal (Marsupenaeus japonicus) |
| kuseni-癖に | (grammaticale constructie die een gevoel van ontevredenheid of beschuldiging insinueert) ondanks; hoewel |
| kussetsuritsu-屈折率 | brekingsindex (licht) |
| kusuburu-燻る | zich afzonderen; teruggetrokken leven |
| kusuri-薬 | medicijn; geneesmiddel |
| kūtorihiki-空取引 | een fictieve [onechte] transactie |
| kutsurogu-寛ぐ | luieren; zich ontspannen; relaxen; doen alsof men thuis is |
| kuyokuyo-くよくよ | (onomatopee) zich druk makend; bezorgd; piekerend (over) |
| kyakkō-脚光 | voetlicht; zoeklicht; schijnwerper |
| kyakugo-客語 | lijdend voorwerp (grammatica) |
| kyarako-キャラコ | calicot (soort katoen) |
| kyasha-華奢 | tenger [sierlijk; delicaat; slank; fragiel] zijn |
| kyassuru-キャッスル | Compact Application Solution Language (programmeertaal) |
| kyōdō-教導 | instructie; onderwijs; onderricht |
| kyōdōseihan-共同正犯 | medeplichtige; handlanger |
| kyōdōsuru-共同する | samenwerken; zich verenigen; de handen ineenslaan |
| kyōekihi-共益費 | servicekosten |
| kyōgeki-矯激 | radicaal [extreem; buitengewoon gewelddadig; excentriek] zijn |
| kyōgoin-教護院 | opvoedingsgesticht; instelling voor kinderen die ontspoord zijn |
| kyōgyōhishi-競業避止 | non-concurrentie (beding; clausule; plicht, etc.) |
| kyōhan-共犯 | medeplichtigheid |
| kyōhansha-共犯者 | medeplichtige |
| kyōikukatei-教育課程 | curriculum |
| kyōjiru-興じる | zich amuseren; plezier hebben |
| kyōka-教化 | onderricht; onderwijs; indoctrinatie; evangelisatie |
| kyōka-狂歌 | humoristisch [satirisch] (soms gewaagd) gedicht (tanka) |
| kyōkapurasuchikku-強化プラスチック | hard plastic |
| kyōkasuigetsu-鏡花水月 | iets dat mooi en zichtbaar is maar niet aangeraakt kan worden, zoals de reflectie van bloemen in een spiegel of die van de maan in het water |
| kyokkō-極光 | poollicht; aurora |
| kyokō-虚構 | verzinsel; fictie; imitatie; namaaksel |
| kyōkōchō-教皇庁 | de Curia; het Vaticaan |
| kyokuhō-局方 | (afk. voor) de officiële Japanse farmacopee (handboek van geneesmiddelen) |
| kyokukō-極光 | poollicht; aurora |
| kyokusa-極左 | radicaal-links; ultralinks; extreemlinks; uiterst links; links-radicaal |
| kyokusui-曲水 | een traditioneel gedicht geschreven tijdens een bijeenkomst waarbij de deelnemers een kettinggedicht schrijven wanneer de (wijn)beker voor hen staat |
| kyokusuinoen-曲水の宴 | een traditioneel gedicht geschreven tijdens een bijeenkomst waarbij de deelnemers een kettinggedicht schrijven wanneer de (wijn)beker voor hen staat |
| kyokuu-極右 | radicaal-rechts; ultrarechts; extreemrechts; uiterst rechts; rechts-radicaal |
| kyōna-京菜 | bladmosterd (Brassica rapa var. nipposinica) |
| kyōnokidaore-京の着倒れ | zichzelf financieel ruïneren door te veel kleding te kopen (wordt gezegd over mensen in Kyoto) |
| kyōrakushugi-享楽主義 | epicurisme (filosofie van Epicurus); hedonisme; genotzucht |
| kyōseikyoku-矯正局 | reclasseringsinstelling; reclasseringsinrichting |
| kyōshi-狂詩 | humoristisch gedicht (Edo-periode) |
| kyōshitsu-教室 | particuliere school (voor speciale vaardigheden) |
| kyosho-居所 | woonplaats; domicilie |
| kyōsōkyoku-狂想曲 | capriccio (muziekstuk) |
| kyotai-巨体 | een enorm groot lichaam |
| kyōwa-共和 | republicanisme; rebublikeinse gezindheid |
| kyū-級 | klasse; rang; kwalificatie |
| kyūden-給電 | lichtnet; stroomvoorziening; voeding [toevoer] van elektriciteit |
| kyūkō-急行 | het (zich) haasten |
| kyūkoku-急告 | urgente [dringende] aankondiging [mededeling]; spoedbericht |
| kyūkyō-旧教 | katholicisme |
| kyūmei-究明 | onderzoek; het verzamelen van feiten; ontdekken; uitzoeken; aan het licht brengen |
| kyūsai-休載 | tijdelijke onderbreking van de publicatie van een artikelenreeks (in een krant of tijdschrift) |
| kyūsaisuru-休載する | publicatie(s) (tijdelijk) uitstellen [opschorten] |
| kyūsekkijidai-旧石器時代 | oude steentijd; paleolithicum |
| kyūshin-急進 | radicaal [extreem] zijn |
| mabataki-瞬き | het knipperen (met de ogen; van het licht); het twinkelen (van een ster) |
| mabiki-間引き | infanticide; kindermoord (door de ouders) |
| mābōdōfu-マーボー豆腐 | Mapo tofu (Chinees pikant tahoe-gerecht uit de provincie Sichuan) |
| mabushii-眩しい | fel (van licht); verblindend; schitterend; stralend; glanzend |
| machigaeru-間違える | een fout begaan; zich vergissen |
| machigau-間違う | zich (ergens in) vergissen; er naast zitten; een fout maken |
| madamu-マダム | eigenaresse; hospita; directrice; gastvrouw in een bar |
| madoakari-窓明かり | licht dat door het raam valt [schijnt] |
| maegeiki-前景気 | verwachting; hoop; vooruitzicht(en) |
| maemuki-前向き | naar voren gericht; en face |
| maeuriken-前売券 | (vooraf) besproken [gereserveerde] (toegangs)kaartjes [tickets] |
| magao-真顔 | een ernstig gezicht; serieuze blik |
| magirawashii-紛らわしい | verblindend (licht) |
| magirekomu-紛れ込む | zich vermengen met; vermengd worden; opgaan in; verdwalen; verloren raken |
| magomagosuru-まごまごする | de kluts [weg] kwijt zijn; zich geen raad weten |
| maguna・karuta-マグナ・カルタ | Magna Charta (oorkonde uit 1215, die de grondslag is van de Engelse staatsinrichting) |
| mahiru-真昼 | op klaarlichte dag; 's middags; overdag |
| maikā-マイカー | eigen auto; privé auto; particuliere auto |
| maikon-マイコン | (af. voor) microcomputer |
| maiku-マイク | microfoon |
| maikuro-マイクロ | micro |
| maikuroboruto-マイクロボルト | microvolt (µV) |
| maikurofirumu-マイクロフィルム | microfilm |
| maikuroha-マイクロ波 | microgolf |
| maikurohon-マイクロホン | microfoon |
| maikurokādo-マイクロカード | microkaart |
| maikurokonpyūtā-マイクロコンピューター | microcomputer |
| maikuromētā-マイクロメーター | micrometer (1 duizendste millimeter) |
| maikuromētā-マイクロメーター | micrometer (instrument om kleine afstanden te meten) |
| maikuromētoru-マイクロメートル | micrometer (1 duizendste millimeter) |
| maikuromētoru-マイクロメートル | micrometer (instrument om kleine afstanden te meten) |
| maikuropurasuchikku-マイクロプラスチック | microplastics |
| maikuropuroguramu-マイクロプログラム | microprogramma (van computer) |
| maikuropurosessā-マイクロプロセッサー | microprocessor |
| maikurorīdā-マイクロリーダー | microreader (projectieapparaat voor het bekijken van microfilms of microkaarten) |
| maikurosofuto-マイクロソフト | Microsoft (naam Amerikaans computerbedrijf) |
| maikurouēbu-マイクロウエーブ | microgolf |
| maikurowēbu-マイクロウェーブ | microgolf |
| mainanbā-マイナンバー | Japans algemeen identiteitsnummer; (vgl. Ned. burgerservicenummer) |
| maishirin-マイシリン | mycilline (antibioticum, een combinatie van streptomycine en penicilline) |
| majikku・mirā-マジック・ミラー | eenrichtingsspiegel (die het licht aan een kant doorlaat en aan de andere kant reflecteert; zo kan men iem. observeren zonder die de waarnemer ziet) |
| majiru-混じる | gemengd [gemixt] worden; zich mengen |
| majorika-マジョリカ | (Italiaans aardewerk) majolica; faience |
| majorikayaki-マヨリカ焼き | (Italiaans aardewerk) majolica; faience |
| makeru-負ける | verliezen; verslagen worden; zich overgeven |
| makikaeshi-巻き返し | zich herstellen (van tegenslag); zich vermannen; het terugdraaien; terugspoelen |
| makkāshizumu-マッカーシズム | Mccarthyisme (anticommunistische verdachtmakingen in Amerika in de jaren 50) |
| makkintosshu-マッキントッシュ | mackintosh, waterdichte stof |
| makkura-真っ暗 | uitzichtloosheid |
| makuuchi-幕内 | het deel van het theaterpodium dat zich achter het gordijn bevindt; backstage; achter het toneel; in de coulissen |
| manabi-学び | studie; onderwijs; onderricht; scholing |
| manako-眼 | blik; oogopslag; zicht; gezichtsveld |
| manchaku-瞞着 | fraude; bedrog; zwendel; oplichterij |
| maneku-招く | veroorzaken; (onheil, etc.) over zichzelf afroepen |
| manē・furōhyō-マネー・フロー表 | geldstroom overzicht |
| mangō-マンゴー | mango (Mangifera indica) |
| mangūsu-マングース | mangoest (mangoeste); ichneumon (klein katachtig roofdier) |
| manikyua-マニキュア | manicure |
| manimani-随に | ad libitum; naar eigen inzicht [keuze; believen] |
| manmen-満面 | het hele gezicht |
| manmoku-満目 | zover het oog reikt; het hele gezichtsveld |
| manrikigusari-万力鎖 | oud Japans kettingwapen (zware ketting met gewichten aan de uiteinden) |
| mansaku-万作 | Japanse toverhazelaar (Hamamelis japonica) |
| mansaku-満作 | Japanse toverhazelaar (Hamamelis japonica) |
| manshin-満身 | het hele lichaam |
| manyufakuchua-マニュファクチュア | vervaardiging; fabricage; productie |
| manzara-満更 | (niet) helemaal; (niet) geheel; (niet) in alle opzichten |
| maō-魔王 | Der Erlkönig (gedicht van Goethe; en lied van Schubert) |
| mappiruma-真っ昼間 | overdag; midden op de dag; op klaarlichte dag |
| marishiten-摩利支天 | Marīci, een boeddhistische godheid (m.n. de beschermgod van de samoerai) |
| maruboshi-丸干し | in zijn geheel gedroogde vis of rettich |
| maruchichanneru-マルチチャンネル | multichannel; via meerdere kanalen |
| maruchipuru・choisu-マルチプル・チョイス | meerkeuze; multiple choice |
| maruchoi-マルチョイ | meerkeuze; multiple choice |
| marudashi-丸出し | gehele zichtbaarheid; openheid; niets verhullend |
| marugao-丸顔 | een rond gezicht |
| marumaru-丸丸 | rond; vol (gezicht); mollig; vet |
| marumie-丸見え | volledig zichtbaar zijn |
| marupocha-丸ぽちゃ | rond; mollig; vol (gezicht) |
| masatsukeisū-摩擦係数 | wrijvingscoëfficiënt |
| masatsukuratchi-摩擦クラッチ | frictiekoppeling; wrijvingskoppeling |
| masatsuon-摩擦音 | een fricatief (medeklinker met wrijvend of sissend geluid, zoals f, s, ch) |
| masatsutekishitsugyō-摩擦的失業 | frictiewerkloosheid; wrijvingswerkeloosheid |
| mashijimi-真蜆 | Corbicula leana, zoetwaterschelpdier |
| masu-増す | groeien; toenemen; opzwellen; vermeerderen; aankomen (in gewicht) |
| masukomi-マスコミ | massacommunicatie |
| masutā-マスター | zich bekwamen; beheersen |
| māsutorihitojōyaku-マーストリヒト条約 | het Verdrag van Maastricht (1992) |
| masu・komyunikēshon-マス・コミュニケーション | massacommunicatie |
| materiaru-マテリアル | stoffelijk; materieel; lichamelijk |
| matsukasauo-松毬魚 | denappelvis (Monocentris japonica) |
| matsutake-松茸 | matsutake, eetbare bospaddenstoel (Tricholoma matsutake) |
| matsuyoigusa-待宵草 | teunisbloem (Oenothera stricta) |
| mattōsuru-全うする | ten uitvoer brengen; verrichten; bereiken (doel); volbrengen; voltooien |
| mayaku-麻薬 | drugs; narcotica |
| mayujiri-眉尻 | het uiteinde van de wenkbrauw dichtbij de slaap |
| mayune-眉根 | het uiteinde van de wenkbrauw dichtbij de neus |
| me-目 | oog (fig.); opinie; gezichtspunt; inzicht |
| me-目 | gezichtsvermogen; gezichtsveld |
| meate-目当て | leidraad; richtsnoer |
| meberi-目減り | vermindering van gewicht [volume]; reductie |
| mebunryō-目分量 | een meting op het gezicht [oog]; ruwe schatting (alleen door te kijken) |
| medatta-目立った | opvallend; opmerkelijk; zichtbaar; waarneembaar |
| medishin-メディシン | medicijn |
| medo-目処 | vooruitzicht; verwachting |
| megire-目切れ | ondergewicht; te laag gewicht |
| mei-姪 | nicht (dochter van broer of zus) |
| meianjunnō-明暗順応 | (med.) licht-donker adaptatie van de ogen als men van donkere in lichte ruimten komt en v.v |
| meichi-明知 | (grote) wijsheid; allesomvattend inzicht; helder inzicht; scherpzinnigheid |
| meido-明度 | helderheid; lichtsterkte |
| meigi-名義 | (officiële) naam |
| meigin-名吟 | uitmuntend gedicht (tanka; haiku); excellente poëzie |
| meihaku-明白 | (logica) helder [duidelijk] (Fr. clair ( René Descartes) |
| meihannō-明反応 | licht-reactie (een fotochemische reactie) |
| meijunnō-明順応 | (med.) licht-adaptatie, de aanpassing van de ogen als men van een donkere in een lichte ruimte komt |
| meika-名家 | (Chin.) dialectische school; school der dialectici |
| meika-名歌 | een bijzonder mooi [goed] gedicht [vers; lied] |
| meika-名歌 | een beroemd gedicht |
| meikashū-名歌集 | een bijzonder goede dichtbundel |
| meiki-明記 | duidelijke omschrijving [beschrijving]; specificatie |
| meikun-名君 | een wijze [goede] vorst [koning]; een verlicht heerser |
| meimei-冥冥 | donker; onzichtbaar |
| meimokukakaku-名目価格 | indicatieprijs |
| meisaisho-明細書 | specificatie; gedetailleerde verklaring |
| meisei-明聖 | grote wijsheid [inzicht; deugdzaamheid] (m.n. van keizers en goden) |
| meishi-明視 | duidelijk zichtbaar zijn |
| meishoku-明色 | een lichte kleur |
| meji-目路 | gezichtsveld; gezichtsafstand |
| mejiro-目白 | Japanse brilvogel (Zosterops japonicus) |
| mekanikku-メカニック | monteur; mecanicien; werktuigkundige |
| mekanikku-メカニック | mechanica |
| mekata-目方 | gewicht |
| mekatoronikusu-メカトロニクス | mechatronica (combinatie van mechanica, elektrotechniek en informatica) |
| mekimeki-めきめき | opvallend; duidelijk zichtbaar; steeds meer |
| mekishiko-メキシコ | Mexico |
| mekusare-目腐れ | iemand met een wazige blik; kortzichtig persoon |
| men-免 | (afk. voor) licentie; vergunning; autorisatie |
| men-面 | (gezichts)masker |
| menba-面罵 | het iemand openlijk [ronduit; in zijn gezicht] beledigen |
| menbō-面貌 | uiterlijk; gezichtsuitdrukking; uiterlijke kenmerken |
| menboku-面目 | uiterlijk; voorkomen; gezicht; aanzien; eer; reputatie; prestige; waardigheid |
| menchō-面疔 | een karbonkel [steenpuist] in het gezicht |
| menjō-免状 | diploma; licentie |
| menkui-面食い | iemand die alleen maar op het gezicht [uiterlijk] afgaat |
| menkyo-免許 | licentie; vergunning; autorisatie |
| menmon-面門 | (zen boeddhisme) mond; gezicht |
| menpeki-面壁 | zittende zen meditatie met het gezicht naar een muur |
| menpi-面皮 | gezichtshuid |
| menpi-面皮 | gezicht; uiterlijk; voorkomen |
| menshoku-免職 | ontheffing van een taak; ontslag; verlof [bevel] om weg te gaan (van een officiële positie) |
| menso-免租 | vrijstelling [ontheffing] van belasting(plicht) |
| mensō-面相 | gelaatstrekken; gelaatsvorm; gezichtsvorm |
| mensō-面相 | (afk. voor) een penseel met een smalle lange punt voor het schilderen van details in het gezicht, e.d. |
| mensōfude-面相筆 | een penseel met een smalle lange punt voor het schilderen van details in het gezicht, e.d. |
| mentei-面体 | vorm van het gezicht; uiterlijk |
| mentooshi-面通し | osloconfrontatie; opstelling [parade] van verdachten voor identificatie door de ooggetuige(n) |
| menwari-面割り | osloconfrontatie; opstelling [parade] van verdachten voor identificatie door de ooggetuige(n) |
| meriyasuami-メリヤス編み | tricotsteek; koussteek (breisteek) |
| merukumāru-メルクマール | merkteken; kenmerk; indicator |
| mesaki-目先 | inzicht; vooruitziendheid |
| mesen-目線 | blikveld; kijkrichting |
| meshiudo-囚人 | een persoon die werd uitgekozen om een waka-gedicht te componeren aan het begin van een poëzieceremonie aan het keizerlijk hof |
| meshiyoseru-召し寄せる | iemand oproepen [bij zich roepen; laten komen] |
| meshō-目性 | de ogen; gezichtsvermogen; visie |
| meshūdo-召人 | een persoon die werd uitgekozen om een waka-gedicht te componeren aan het begin van een poëzieceremonie aan het keizerlijk hof |
| messēji-メッセージ | bericht; boodschap |
| metafijikkusu-メタフィジックス | metafysica |
| metarikku-メタリック | metallic; metaalachtig; metalen |
| metsuke-目付 | een opzichter; hogere beambte |
| mēzā-メーザー | (microwave amplification by stimulated emission of radiation) een apparaat dat microgolven kan versterken door gestimuleerde emissie van straling |
| mezameru-目覚める | (fig.) wakker worden; zich bewust worden (van) ; beseffen |
| mezu-馬頭 | (boeddh.) demoon (beeld) met het hoofd van een paard en het lichaam van een mens |
| mi-身 | (menselijk) lichaam |
| mi-身 | (zich)zelf |
| michiru-満ちる | vervuld worden; vol worden; zich vullen |
| michishirube-道標 | wegwijzer; richtingbord |
| michishirube-道標 | Japanse tijgerkever (Cicindela japonica) |
| midi-ミディ | musical instrument digital interface, een digitaal systeem voor elektronische muziekinstrumenten |
| midiamu-ミディアム | medium; communicatiemiddel |
| midikomi-ミディコミ | midi communicatie |
| midokoro-見所 | goed teken [vooruitzicht] |
| midorukyū-ミドル級 | (boksen) middengewicht klasse |
| mieru-見える | (kunnen) zien; zichtbaar zijn |
| migara-身柄 | (iemands) lichaam; persoon; identiteit |
| migi-右 | rechts (politieke richting) |
| migi-右 | het voorafgaande [eerdergenoemde] (bij de Japanse (verticale) schrijfwijze van rechts naar links) |
| mihakarau-見計らう | iets naar eigen inzicht doen; naar eigen goeddunken iets doen; zelf beslissen over iets |
| mihanasu-見放す | (het) opgeven; zich gewonnen geven; (het) erbij laten zitten |
| miharashi-見晴らし | uitzicht; vergezicht; zichtbaarheid |
| miharasu-見晴らす | uitkijken (op; over); overzien; een mooi uitzicht hebben |
| miharukasu-見晴るかす | uitkijken (op; over); overzien; een mooi uitzicht hebben |
| mijika-身近 | dichtbij; nabij; vertrouwd; bekend |
| mijimai-身仕舞い | het zich aankleden [zich opdoffen] (b.v. om uit te gaan) |
| mikata-見方 | zienswijze; standpunt; gezichtspunt |
| mikoshi-見越し | verwachting; vooruitzicht |
| mikuro-ミクロ | micro; heel klein |
| mikurokeizaigaku-ミクロ経済学 | micro-economie |
| mikurokosumosu-ミクロコスモス | microkosmos |
| mikuron-ミクロン | micrometer; micron; mu |
| mikuroneshia-ミクロネシア | Micronesia |
| mime-見目 | uiterlijk; voorkomen; gezicht; gelaatstrekken |
| mimimoto-耳元 | (dicht) bij het oor |
| minikomi-ミニコミ | minicommunicatie (communicatie tussen een beperkt aantal mensen) |
| minikonpyūtā-ミニコンピューター | minicomputer |
| minikui-醜い | lelijk; onooglijk; onaantrekkelijk; afzichtelijk |
| minimamukyū-ミニマム級 | minmum gewicht (gewichtsklasse bij vechtsporten) |
| minju-民需 | behoeften van particulieren; producten of diensten die particulieren nodig hebben |
| minka-民家 | huis van een particulier [burger]; private woning |
| minkanbumon-民間部門 | particuliere sector |
| minkanitaku-民間委託 | werk uitbesteden aan de particuliere sector |
| minkanjin-民間人 | een particulier; burger |
| minkankigyō-民間企業 | particuliere onderneming; particuliere sector |
| minshuku-民宿 | voor toeristen bestemde (particuliere) kamerverhuur |
| mippei-密閉 | hermetische afsluiting; het goed [hermetisch; luchtdicht] afsluiten |
| mirai-未来 | (grammatica) de toekomende tijd; futurum |
| mirareru-見られる | gezien worden; zichtbaar zijn |
| misadameru-見定める | nagaan; zich verzekeren [vergewissen] van; verifiëren |
| miseru-見せる | zich laten zien; verschijnen |
| mishiru-見知る | herkennen; van gezicht kennen; kennismaken met |
| mishō-未詳 | onbekend; [niet vastgesteld; niet geïdentificeerd] zijn |
| mishuran・gaido-ミシュラン・ガイド | Michelingids |
| misomeru-見初める | (op het eerste gezicht) verliefd worden |
| missei-密生 | dichtbegroeid zijn; dicht op elkaar groeien; bossig zijn |
| missen-密栓 | het afdoppen [hermetisch afsluiten; verzegelen]; luchtdichte stop |
| missetsu-密接 | nauwe verbondenheid; dicht bij elkaar zijn |
| misshiri-みっしり | dicht opeengepakt; volgepakt; propvol |
| missho-密書 | vertrouwelijk [geheim] bericht [document] |
| misugara-身すがら | niets (bij je) hebben [bezitten (behalve je lichaam) |
| misukyasuto-ミスキャスト | het verkeerd casten van een acteur [actrice] voor een bepaalde rol |
| misumasu-見澄ます | zich vergewissen [verzekeren] (dat) |
| misumisō-三角草 | leverbloempje (Hepatica) |
| mitake-身丈 | iemands lengte; lichaamslengte |
| mitodokeru-見届ける | zich verzekeren (dat); verifiëren; zich ervan gewassen (dat) |
| mitooshi-見通し | gezichtspunt; uitzicht; vergezicht |
| mitooshi-見通し | inzicht |
| mitoosu-見通す | een vrij [ononderbroken] uitzicht hebben over; vrij zicht hebben op |
| mitsuba-三つ葉 | Japanse peterselie (Cryptotaenia japonica) |
| mitsudo-密度 | dichtheid; densiteit |
| mitsuun-密雲 | dichte bewolking; dicht wolkendek |
| miuchi-身内 | het gehele lichaam |
| miugoki-身動き | lichaamsbeweging; kleine beweging van het lichaam |
| miyamazakura-深山桜 | Miyama kersenboom (Prunus maximowiczii) |
| mizuasagi-水浅葱 | lichtblauw |
| mizuatari-水中り | waterintoxicatie; watervergiftiging (door teveel water drinken) |
| mizubashō-水芭蕉 | Moerasaronskelk (Lysichiton camtschatcensis) |
| mizugusuri-水薬 | vloeibare medicijn; medicinaal drankje |
| mizuiro-水色 | lichtblauw; hemel(s)blauw; azuur; turkoois |
| mizuna-水菜 | bladmosterd (Brassica rapa var. nipposinica) |
| mizusaki-水先 | stroomrichting; koers (van een schip) |
| mizushōbai-水商売 | onzekere [risicovolle] handel [zaken]; het werken in het uitgaansleven |
| mo-茂 | (in kanji combinaties) dichtbegroeid; welige groei; overwoekerd |
| mochiai-持ち合い | (in) balans; evenwicht; onveranderlijkheid |
| mochiawase-持ち合わせ | (geld) bij zich (hebben); in voorraad |
| mochiawaseru-持ち合わせる | (toevallig) bij zich hebben |
| mochiban-持ち番 | verplichte corvee [dienst] |
| mochijikan-持ち時間 | (om les te geven) het aantal klassen per week; de tijd die men nodig heeft; de verplichte tijd |
| mōchōen-盲腸炎 | blindedarmontsteking; appendicitis |
| modifikēshon-モディフィケーション | aanpassing; wijziging; modificatie |
| mōke-設け | oprichting; stichting; vestiging |
| mōkeru-設ける | stichten; oprichten; opzetten; inrichten; vestigen |
| mokkan-木簡 | een smalle strook hout waarop officiële stukken tekst werden geschreven (in het oude China en Japan) |
| mokuhyōkakaku-目標価格 | richtprijs |
| mokushitsuka-木質化 | verhouting; lignificatie |
| mokushō-目睫 | heel dichtbij; vlak voor je ogen |
| mokutekigo-目的語 | object; lijdend voorwerp (grammatica) |
| mokuyoku-沐浴 | het baden; het lichaam en het haar wassen |
| mokuzugani-藻屑蟹 | Japanse wolhandkrab (Eriocheir japonica) |
| momide-揉み手 | zich in de handen wrijven |
| momiji-紅葉 | Japanse esdoorn (Acer japonicum) |
| momijioroshi-紅葉下ろし | samen geraspte daikon (rettich) en togarashi (rode peper); geraspte daikon en geraspte wortel |
| momu-揉む | (het lichaam) hevig bewegen (in dans e.d.) |
| monitā-モニター | waarnemer; toezichthouder |
| monogokoro-物心 | besef; begrip; inzicht |
| monokage-物陰 | een plek uit het zicht; verborgen plek |
| monomonoshii-物物しい | opvallend; opzichtig; de aandacht trekkend; pretentieus |
| monosabiru-物寂びる | zich verlaten [eenzaam; verwaarloosd; troosteloos] voelen |
| monosuru-物する | componeren [schrijven] (van gedichten of literatuur) |
| monsutera-モンステラ | gatenplant; monstera (deliciosa) |
| montō-門灯 | lamp [verlichting] bij de ingang [poort] van een huis [gebouw; terrein] |
| monukenokara-蛻の殻 | lijk; dood lichaam (waaruit de ziel verdwenen is) |
| monzeki-門跡 | (de priester die verantwoordelijk is voor) een tempel waar de leerstellingen van de stichter van de sekte zijn overgeleverd |
| morahadaonugu-諸肌を脱ぐ | beide schouders [het bovenlichaam] ontbloten (bij het dragen van een kimono) |
| morikaesu-盛り返す | terugkrijgen; (zich) herstellen; herwinnen |
| moru-盛る | geven; (medicijnen) toedienen |
| mosamosa-もさもさ | behaard (persoon); dichtbegroeid (planten) |
| mosukītokyū-モスキート級 | muggen-gewicht (de lichtste klasse in boksen, alleen voor amateur junioren, minder dan 45 kg) |
| motageru-擡げる | (het hoofd) opheffen; optillen; oprichten; de kop opsteken; doen ontstaan |
| mōten-盲点 | (med.) een blinde vlek (in het gezichtsveld); een scotoom |
| motsu-持つ | (in de hand) dragen [houden]; bij zich hebben; vasthouden; vastgrijpen |
| motsu-持つ | op zich nemen; houden (vergadering, etc); goed houden; weerstaan; verdragen |
| moyori-最寄り | het dichtstbijzijnde; de directe omgeving |
| mubō-無謀 | roekeloosheid; ondoordachtheid; onvoorzichtigheid |
| mubōunten-無謀運転 | het onvoorzichtig [roekeloos] autorijden |
| muchiuchi-鞭打ち | deel van het lichaam van paarden waar de ruiter op slaat met zijn zweep |
| mūdo-ムード | (grammatica) modus; wijs |
| mufunbetsu-無分別 | indiscretie; onnadenkendheid; onvoorzichtigheid |
| mugamuchū-無我夢中 | zichzelf verliezen [helemaal opgaan] in; totaal in beslag genomen door |
| muhyōjō-無表情 | uiterlijke onbewogenheid; expressieloos [strak] gezicht; uitdrukkingsloosheid |
| mujunsuru-矛盾する | tegenstrijdig [inconsistent] zijn; conflicteren |
| mukagoirakusa-零余子蕁麻 | een plant: Laportea bulbifera (van de plantenfamilie (brand)netels, Urticaceae) |
| mukaiawase-向かい合わせ | het tegenover elkaar [oog in oog} staan; van aangezicht tot aangezicht |
| mukan-無官 | iemand die geen officiële functie [positie; rang] bij de overheid heeft |
| mukatsuku-むかつく | geïrriteerd [boos] zijn; zich beledigd voelen |
| mukatsuku-むかつく | zich ziek [misselijk] voelen |
| mukau-向かう | uitzien op; zich bevinden tegenover |
| mukau-向かう | zich richten naar; gaan in de richting van |
| muke-向け | gericht op; bedoeld voor |
| mukeru-向ける | richten (op; naar); mikken op; zich richten tot |
| mukinaoru-向き直る | zich omdraaien [omkeren]; rechtsomkeert maken |
| mukku-ムック | publicatie waarvan de inhoud een boek is en de publicatiemethode van een tijdschrift |
| mukōkizu-向こう傷 | wond op iemands voorhoofd [gezicht; voorkant] |
| muku-向く | zich richten (naar; tot); (om)draaien naar; uitzien op; gaan in de richting (van) |
| munimusan-無二無三 | in alle ernst; gefocust; doelgericht; gemeend |
| munōyaku-無農薬 | pesticidenvrij; (landbouw) zonder bestrijdingsmiddelen |
| mūnraito-ムーンライト | maanlicht |
| murasaki-紫 | sojasaus (speciale term die alleen door sushichefs wordt gebruikt) |
| murasakiumagoyashi-紫馬肥 | alfalfa (plant: Medicago sativa) |
| musabetsukyū-無差別級 | open gewichtsklasse (inofficiële gewichtsklasse in vechtsporten, zonder gewichtslimiet) |
| museigen-無制限 | zonder limiet [restrictie; beperking] |
| musen-無線 | (afk. voor) draadloze communicatie |
| musentsūshin-無線通信 | draadloze communicatie |
| museru-噎せる | zich verslikken |
| mushiosae-虫押さえ | (medicijn voor) het voorkomen en behandelen van insectenbeten bij kinderen |
| mushozoku-無所属 | onafhankelijk [onpartijdig; ongebonden] zijn (niet behorend tot een bepaalde geloofsrichting of politieke partij) |
| myōyaku-妙薬 | wondermiddel; wondermedicijn |
| myūjikaru-ミュージカル | musical (theater) |
| myūjishan-ミュージシャン | musicus (m); musicienne (v) |
| na-菜 | koolzaad (Brassica napus) |
| nabebugyō-鍋奉行 | kookchef (de opzichter bij het opdienen van de gerechten; m.n. bij de eettafel thuis, in een eetcafé, eethuis, e.d.) |
| nabigētā-ナビゲーター | (scheepvaart) navigatieofficier |
| nagame-眺め | uitzicht; vergezicht; landschap |
| nagare-流れ | familielijn; afstamming; (het behoren tot) een school [richting] |
| nagasu-流す | stromen; golven (geluid; elektriciteit) |
| nagatachō-永田町 | de wijk Nagata in het Chiyoda district van Tokio (met o.a. het parlementsgebouw en de officiële residentie van de Minister-President) |
| nagatehōkō-長手方向 | lengterichting |
| nagauta-長歌 | een lang gedicht |
| nage-投げ | zich overgeven (bij wedstrijd of spel) |
| nagekakeru-投げかける | naar iemand sturen; aan iemand richten |
| nagetobasu-投げ飛ばす | weggooien; wegwerpen; van zich afgooien; de lucht ingooien |
| nagoya-名古屋 | Nagoya, de naam van een stad in de prefectuur Aichi |
| nagurado-名倉砥 | slijpsteen [wetsteen ] van het Nagura-type (uit de Aichi-prefectuur) |
| naguratoishi-名倉砥石 | slijpsteen [wetsteen ] van het Nagura-type (uit de Aichi-prefectuur) |
| naību-ナイーブ | naïef; eenvoudig; onnozel; ongecompliceerd |
| naiken-内見 | interne bezichtiging (zonder openbaarmaking); voorvertoning |
| naisen-内線 | binnenlijn; binnenbedrading (elektra of elektronica) |
| naisu-ナイス | leuk; mooi (Eng.: nice) |
| naitā-ナイター | avondwedstrijd; sportwedstrijd bij kunstlicht |
| naitei-内定 | informeel [inofficieel] [aanbod; besluit]; voorlopige beslissing |
| naiteisuru-内定する | informeel [inofficieel] beslissen |
| naito・gēmu-ナイト・ゲーム | avondwedstrijd; sportwedstrijd bij kunstlicht |
| naiyō-内用 | (med.) inwendig gebruik; het innemen (van medicijnen) |
| naiyō-内用 | privé [particuliere; interne] zaken [aangelegenheid] |
| najimu-馴染む | vertrouwd raken met; gehecht raken aan; wennen [gewend raken] aan; zich aanpassen; acclimatiseren |
| nakamairi-仲間入り | het zich aansluiten bij [toetreding tot] (een groep) |
| nakibeso-泣きべそ | met een gezicht dat op huilen uitbarsten staat |
| nakigao-泣き顔 | huilend [betraand] gezicht |
| nakine-泣き寝 | het zich in slaap huilen |
| nakineiri-泣き寝入り | het zich in slaap huilen; huilen tot je in slaap valt |
| nakineiri-泣き寝入り | zich neerleggen bij; iets zonder protest accepteren; stilzwijgend verdragen; slikken (een belediging) |
| nakitsura-泣き面 | een betraand [behuild] gezicht |
| nakittsura-泣きっ面 | een betraand [behuild] gezicht |
| nakkuru-ナックル | knokkel; vingergewricht |
| naku-泣く | zich beklagen; klagen; (be)treuren; rouwen |
| namaakubi-生欠伸 | een lichte (opkomende maar onderdrukte) geeuw |
| namagusai-生臭い | werelds; verdorven (een monnik die zich niet aan de Boeddhistische voorschriften houdt) |
| namazu-癜 | tinea versicolor; pityriasis versicolor (schimmelinfectie) |
| nameko-滑子 | nameko; goudkopje (paddenstoel, Pholiota microspora) |
| namida-涙 | (in combinatie met een zelfstandig naamwoord) een kleine hoeveelheid; een beetje; licht(elijk) |
| namidagao-涙顔 | een betraand gezicht |
| nangyōdō-難行道 | (boeddh.) via zelfdiscipline de verlichting bereiken |
| nankyokukō-南極光 | zuiderlicht; zuidpoollicht; aurora australis |
| nankyokutairiku-南極大陸 | Antarctica; zuidpoolgebied |
| nanoru-名乗る | zichzelf introduceren [voorstellen] (met naam); zichzelf identificeren [aankondigen; bekendmaken] als (met titel, beroep, etc.) |
| nanoru-名乗る | in de derde persoon (met naam) spreken over zichzelf |
| nanten-南天 | Nandina domestica (een plant, ook wel hemelse bamboe genoemd) |
| naraigoto-習い事 | les [onderricht; onderwijs; training] van een technische vaardigheid [kunstvorm, e.d] bij een meester [specialist] |
| narau-習う | leren (van iem.); onderwezen worden; onderricht krijgen |
| narisumasu-成り済ます | zich voordoen [optreden] als (iemand anders) |
| narite-為り手 | iemand die een rol [functie] op zich wil nemen; (beschikbare) sollicitant (voor een functie) |
| narōkyasutingu-ナローキャスティング | narrowcasting, een internetcommunicatie-model, gebaseerd op een verspreidingsmechanisme en een gefragmenteerd gebruik van de inhoud |
| narukosuge-鳴子菅 | soort kleine rietplant (Carex curvivicollis) |
| nasa-ナサ | (National Aeronautics and Space Administration) Amerikaans lucht- en ruimtevaart bureau |
| nashonaru・torasuto-ナショナル・トラスト | (National Trust for Places of Historic Interest or Natural Beauty) Britse organisatie voor monumentenzorg en landschapsbeheer |
| natane-菜種 | raapzaad (Brassica rapa); koolzaad (Brassica napus) |
| natō-ナトー | (North Atlantic Treaty Organization) NAVO (Noord-Atlantische Verdragsorganisatie) |
| natsubate-夏ばて | het afnemen [verlies] van lichamelijke krachten door de zomerhitte |
| natsubatesuru-夏ばてする | lichamelijke kracht verliezen door zomerhitte |
| natsudori-夏鳥 | zomervogels; trekvogels die in de zomer komen nestelen [zich voortplanten], en in de herfst wegtrekken naar warmere streken om te overwinteren |
| natsujikan-夏時間 | zomertijd (in de zomer wordt de klok 1 uur vooruitgezet om meer profijt te hebben van het lange licht) |
| natsukodachi-夏木立 | een bos dat in de zomer dicht begroeid is |
| natsumake-夏負け | lichaamszwakte [ziek] door zomerhitte |
| natsumushi-夏虫 | (met name) insecten (zoals motten) die in het donker op licht af komen |
| natsushirogiku-夏白菊 | witte zomerchrysant, een meerjarige plant van het plantengeslacht Matricaria |
| natsuyase-夏痩せ | gewichtsverlies in de warme zomer (door gebrek aan eetlust, slaap, e.d.); afvallen in de zomer wanneer het warm [heet] is |
| natsuyase-夏瘦せ | gewichtsverlies (en daarmee verzwakking van de lichaamskracht) door zomerse hitte |
| neagari-根上がり | wortels van een boom die boven de grond zichtbaar zijn |
| nebō-寝坊 | het laat opstaan; het zich verslapen |
| nebosuke-寝坊助 | iemand die veel slaapt [zich verslaapt]; slaapkop |
| nebōsuru-寝坊する | zich verslapen; laat opstaan |
| neesan-姉さん | een woord waarmee een geisha een meer ervaren geisha boven zich aanspreekt |
| nehan-涅槃 | nirwana; verlichting; (geestelijke) bevrijding van slechte hartstochten en de kringloop van wedergeboortes |
| nejikomu-捩じ込む | zich beklagen; beklag doen; protesteren |
| neko-猫 | bijnaam van een geisha of musicus die een shamisen bespeelt |
| nekokaburi-猫被り | hypocrisie; huichelarij; schijnheiligheid; |
| nekokaburi-猫被り | een hypocriet; een huichelaar |
| nemuru-眠る | de ogen dichtdoen; rusten; stil [inactief; niet levendig] zijn |
| nen-念 | voorzichtigheid |
| nenne-ねんね | het zich als een baby [klein kind] gedragen; kinderachtig doen |
| nenpu-年譜 | een chronologisch overzicht [rapport; verslag] |
| nenseiritsu-粘性率 | viscositeitscoëfficiënt; mate van viscositeit |
| nerau-狙う | mikken; richten |
| nesugiru-寝過ぎる | zich verslapen; te lang slapen |
| nesugosu-寝過ごす | zich verslapen |
| netsu-熱 | koorts; verhoogde lichaamstemperatuur |
| netsurikigaku-熱力学 | thermodynamica |
| netsurikigakudaireihōsoku-熱力学第零法則 | nulde wet van de thermodynamica; nulde hoofdwet |
| netsurikigakunodaizerohōsoku-熱力学の第0法則 | nulde wet van de thermodynamica; nulde hoofdwet |
| nettobōru-ネットボール | netservice (bal die het net raakt) |
| nettoin-ネットイン | (tennis) netbal; netservice |
| netto・purē-ネット・プレー | (tennis) dichtbij het net spelen |
| ni-に | (geeft richting, doel of plan aan) naar; aan; in; iets gaan doen |
| ni-に | (in combinatie met wa en ...ga, geeft aan dat iets wel zo is [gebeurt] maar met voorwaarde of restrictie) weliswaar |
| ni-荷 | last; moeite; verantwoordelijkheid; verplichting |
| nichirenshū-日蓮宗 | de boeddhistische Nichiren school |
| nigauri-苦瓜 | een bittere soort meloen (Momordica charantia) |
| nigejitaku-逃げ支度 | zich klaarmaken om te vluchten |
| nigekakure-逃げ隠れ | het vluchten [weglopen] en zich verbergen |
| nigori-濁り | troebel [modderig; ondoorzichtig; wazig] zijn |
| nigosu-濁す | (van een vloeistof) troebel maken, vertroebelen, ondoorzichtig maken |
| nihonyakkyokuhō-日本薬局方 | de officiële Japanse farmacopee (handboek van geneesmiddelen) |
| niiniizemi-にいにい蝉 | Kaempfer cicade (Platypleura kaempferi) |
| niishimamori-新島守 | nieuwe eilandbewaker (personage in de klassieke Japanse gedichtenbundel Man'yōshū) |
| nikaragua-ニカラグア | Nicaragua |
| nikkābokkā-ニッカーボッカー | knickerbocker; kniebroek |
| nikkan-日刊 | dagelijkse publicatie [uitgave] |
| nikkō-日光 | zonneschijn; zonlicht; zonnestraal |
| nikochin-ニコチン | nicotine |
| nikochinchūdoku-ニコチン中毒 | nicotinevergiftiging |
| nikochingamu-ニコチンガム | nicotinekauwgum |
| nikochin・patchi-ニコチン・パッチ | nicotinepleister |
| niku-肉 | lichaam; sexueel verlangen; passie |
| nikuhaku-肉薄 | het dichterbij komen; dicht benaderen; insluiten; achtervolgen; inhalen |
| nikukan-肉感 | lichamelijk genot; seksuele passie |
| nikuromu-ニクロム | nichroom (mengsel van nikkel en chroom) |
| nikutai-肉体 | het lichaam (het vlees); het fysiek |
| nikutairōdō-肉体労働 | fysieke [lichamelijke] arbeid |
| nikutaiteki-肉体的 | fysiek; lichamelijk |
| nikuzuki-肉付き | vlezig [vet] zijn; vlees aan het lichaam hebben |
| nimaijita-二枚舌 | oplichterij; oneerlijkheid; bedrog; onbetrouwbaarheid |
| nin-任 | taak; plicht; missie; opdracht |
| nindō-忍冬 | kamperfoelie (Lonicera japonica) |
| ningendokku-人間ドック | algeheel [uitgebreid] medisch (lichamelijk) onderzoek |
| ningyō-人形 | een marionet (fig.: iem. die zich als een marionet laat manipuleren) |
| ninjiru-任じる | (een opdracht, etc.) aannemen [op zich nemen] |
| ninjiru-任じる | zich verbeelden; zich voordoen als |
| ninmu-任務 | plicht; taak; missie |
| ninshikisuru-認識する | beseffen; inzien; begrijpen; zich realiseren |
| ninshō-認証 | certificatie; geldigverklaring |
| ninsō-人相 | gelaatstrekken; gezichtsuitdrukking; fysionomie |
| nio-鳰 | dodaars (een watervogel: Tachybaptus ruficollis) |
| nippayashi-ニッパ椰子 | Nipa Palm; Mangrove Palm; (Nypa fruticans) |
| nippondenshindenwakōsha-日本電信電話公社 | NTT, Nippon Telegraph and Telephone Public Corporation |
| nīrusenchōsa-ニールセン調査 | kijkcijferonderzoek uitgevoerd door de Nielsen Company (waarvan de Japanse tak werd opgericht in 1961) |
| nisemono-偽者 | iemand die zich voor een ander uitgeeft |
| nishiiwatsubame-西岩燕 | (gewone) huiszwaluw (Delichon urbicum) |
| nissha-日車 | zon; zonlicht |
| nitchi-ニッチ | niche (klein gespecialiseerd segment |in de markt) |
| nitchi-ニッチ | (ecologie) niche; leefmilieu |
| nitchisangyō-ニッチ産業 | niche-industrie; niche-branche (van een klein gespecialiseerd segment van de handelsmarkt) |
| nitchishijō-ニッチ市場 | nichemarkt (klein gespecialiseerd segment |in de markt) |
| nitōryū-二刀流 | een school voor zwaardvechten [kendo] waarbij met één zwaard in elke hand wordt gevochten (opgericht door Miyamoto Musashi, 1584-1645) |
| nobanashi-野放し | iemand zijn gang laten gaan; (iets) op zijn beloop laten; zich ergens niet mee bemoeien |
| nobichijimi-伸び縮み | uitzetting en krimp; elasticiteit |
| nobiritsu-伸び率 | groeipercentage; groeicijfer |
| nobiru-伸びる | groeien; langer worden; zich uitstrekken |
| nobori-上り | perron waar de treinen naar de stad vertrekken; een weg richting de stad |
| noboribune-上り船 | een schip dat stroomopwaarts vaart; de boot die vaart van het platteland richting de streek van Kyoto-Osaka |
| nobushi-野武士 | (in de middeleeuwen) boeren die (in groepen) verslagen samoerai aanvielen en zich hun uitrustingen, etc. toeëigenden |
| nobushi-野武士 | een groep strijders die zich schuil houdt [in hinderlaag ligt] in de bergen |
| nōdōtai-能動態 | (grammatica) bedrijvende [actieve] vorm (van een werkwoord) |
| nōgaki-能書き | advertentie [aanprijzing] van een medicijn (te verkrijgen zonder doktersrecept) |
| nomaseru-飲ませる | iemand laten drinken; iemand te drinken geven; iemand op een drankje trakteren; iemand dwingen te drinken; iemand medicijnen laten innemen |
| nomigusuri-飲み薬 | een medicijn om in te nemen; een medicijn voor inwendig gebruik |
| nomitsubusu-飲み潰す | zich bezatten; iemand onder de tafel drinken |
| nōmu-濃霧 | dichte mist |
| nonbirisuru-のんびりする | zich op zijn gemak voelen; rustig aan doen; zich ontspannen |
| nonfikushon-ノンフィクション | non-fictie (op feiten berustende literatuur) |
| nonpori-ノンポリ | (nonpolitical) niet-politiek |
| noriutsugi-糊空木 | pluimhortensia (Hydrangea paniculata) |
| noroshi-狼煙 | rooksignaal; lichtbaken; lichtkogel |
| noru-乗る | (zich) goed verdelen [uitspreiden; uitsmeren] |
| nosabaru-のさばる | zich wispelturig [arrogant; eigenzinnig] gedragen |
| noshiagaru-伸し上がる | rijzen; stijgen; klimmen; zich verheffen |
| nōtenki-脳天気 | geheel zonder zorgen; onbezorgdheid; lichtzinnigheid |
| nottoru-則る | nakomen; naleven; eerbiedigen; respecteren; navolgen; corresponderen; overeenkomen; overeenstemmen; stroken met; zich conformeren aan |
| nōyaku-農薬 | (chemische) bestrijdingsmiddelen; landbouwchemicaliën |
| nozokaseru-覗かせる | kort [snel] laten zien; deels zichtbaar zijn [worden]; in het oog springen |
| nozokasu-覗かす | laten zien; zichtbaar maken |
| nozomu-望む | uitkijken op [over]; zicht hebben op |
| nozomu-臨む | uitzien (naar; op); zijn gezicht richten (naar; op); recht t.o. zijn |
| nozomu-臨む | zich als heerser richten op (iets) |
| nue-鵺 | mythische vogel met het hoofd van een aap, het lichaam van een wasbeer, de staart van een slang, en de poten van een tijger |
| nugu-脱ぐ | zich uitkleden; kleren uitdoen |
| nukaame-糠雨 | motregen; lichte regen |
| nukayorokobi-糠喜び | het te vroeg juichen; voorbarige vreugde |
| nukeme-抜け目 | onvoorzichtigheid; onoplettendheid; nalatigheid |
| nurigusuri-塗り薬 | (medicinale) zalf |
| nusumu-盗む | ideëen [gedachten] stelen en imiteren; zich iets toeëigenen; afkijken; plagiaat plegen; in het geheim iets van iem. leren |
| nyoirinkannon-如意輪観音 | (Sanskriet: Cintāmaṇicakra) een bodhisattva, een van de manifestaties van Avalokiteśvara [Kannon] |
| nyotai-女体 | vrouwenlichaam; het lichaam van een vrouw |
| nyūgakusuru-入学する | zich inschrijven (bij een school); met een opleiding beginnen |
| nyūshin-入信 | het zich bij een geloof aansluiten; zich bekeren; bekeerd worden |
| nyūshitsu-入室 | (boeddh.) het betreden van de kamer van de leermeester om onderricht te ontvangen |
| nyūsui-入水 | in het water gaan; zich te water begeven |
| nyūsu・rirīsu-ニュース・リリース | persbericht; perscommuniqué |
| nyūtō-入党 | het zich aansluiten bij [toetreden tot] een politieke partij |
| nyū・famirī-ニュー・ファミリー | kerngezin waarvan de ouders na de tweede wereldoorlog zijn geboren (dus meer consumptiegericht zijn dan traditionele Japanse gezinnen) |
| nyū・fēsu-ニュー・フェース | nieuw gezicht (film, tv, e.d.); nieuwe ster |
| nyū・media-ニュー・メディア | nieuwe media (nieuwe communicatietechnologie) |
| ōbā-オーバー | overdreven; te veel; te hoog; overbelicht (fotografie); boven par (golf) |
| ōbābaransu-オーバーバランス | overwicht; opwegen tegen |
| ōbābaransu-オーバーバランス | onevenwichtigheid; het evenwicht verliezen |
| ōbāfurō-オーバーフロー | (informatica) overloop; overflow (wanneer een berekend getal te groot is om te kunnen worden opgeslagen) |
| ōbāshūzu-オーバーシューズ | overschoenen; waterdichte hoezen voor schoenen |
| ōbāsukiru-オーバースキル | overschot aan geschoolde arbeidskrachten; overgekwalificeerdheid |
| oboreru-溺れる | totaal bezeten zijn; zwelgen in; zich ergens op storten (fig.) |
| obujekuto-オブジェクト | (grammatica) lijdend voorwerp |
| oburāto-オブラート | papiertje om poedermedicijn in te pakken |
| ochimusha-落ち武者 | (spreektaal) student, kandidaat, of sollicitant die heeft gefaald in zijn [haar] ondernemingen |
| odaimoku-御題目 | soetra-recitatie van de boeddhistische Nichiren-school |
| ōdan-黄疸 | geelzucht; icterus |
| oden-おでん | oden, een Japans eenpansgerecht (met o.a. eieren, daikon (rettich), kon'yaku, viskoekjes) |
| odokeru-戯ける | zich dwaas gedragen; gek doen; grapjes maken |
| odoroku-驚く | zich verbazen; verrast worden; schrikken |
| oeshiki-御会式 | (boeddh.) herdenkingsceremonie (t.g.v. de dood van Nichiren) |
| ofensu-オフェンス | overtreding; misdrijf; strafbaar feit; delict |
| ofisharu-オフィシャル | oficieel |
| ofisharu・rekōdo-オフィシャル・レコード | officieel (erkend) record (b.v. wereldrecord) |
| ofisharu・rekōdo-オフィシャル・レコード | officieel rapport [register; document] |
| ofureko-オフレコ | niet officieel; vertrouwelijk; informeel; onder vier ogen |
| ofu・reko-オフ・レコ | onofficieel; onder vier ogen; vertrouwelijk |
| ōgi-扇 | (dichtvouwbare) waaier |
| ogo-海髪 | roodalg; rood zeewier (Gracilaria vermiculophylla) |
| ogonori-海髪海苔 | roodalg; rood zeewier (Gracilaria vermiculophylla) |
| ōgoroshi-王殺し | koningsmoord; regicide |
| ogoru-驕る | arrogant [hooghartig] zijn; pochen; opscheppen; zich uitsloven |
| ohirome-お披露目 | officiële aankondiging [bekendmaking] (b.v. van een huwelijk) |
| ohizamoto-お膝元 | de naaste omgeving [kringen] van een invloedrijke persoon (b.v. hoofdkwartier, kiesdistrict, hoogste staf, kader, e.d.) |
| oiageru-追い上げる | terrein winnen; dichterbij komen; inhalen |
| ōinshi-押韻詩 | rijmend gedicht; berijmd vers |
| oitateru-追い立てる | wegjagen; wegsturen; voor zich uit drijven |
| ōjuhōshō-黄綬褒章 | Medaille met het gele lint, Japanse nationale onderscheiding (voor mensen die zich hebben onderscheiden in landbouw, handel, industrie, e.d.) |
| okakae-お抱え | in iemands persoonlijke dienst; privé werknemer; iemand die voor een particulier werkt |
| okera-朮 | Atractylodes japonica (een vaste plant uit de familie Asteraceae) |
| okidokoro-置き所 | plek waar men kan verblijven; plek waar men zich veilig voelt |
| okigo-置き碁 | go-spel gespeeld met een handicap |
| okiishi-置き石 | bij het go-spel een handicap-steen (extra zwarte steen voor de zwakkere speler) |
| okiru-起きる | gebeuren; plaatsvinden; zich voordoen |
| ōkō-横行 | het doelloos rondlopen [zich verplaatsen; zich voortbewegen]; het zijwaarts zich verplaatsen [voortbewegen] |
| okoru-起こる | plaatsvinden; gebeuren; zich voordoen |
| okosu-起こす | oprichten; rechtop zetten |
| okuin-奥印 | officieel stempel; stempelafdruk aan het eind van een tekst als goedkeuring [erkenning] van de inhoud |
| omae-御前 | (arch. beleefdheidsaanduiding) zich onder de ogen van goden, boeddha's of hooggeplaatste personen bevinden |
| ome-御目 | (beleefd woord voor) oog; visie; zicht |
| omedetō-おめでとう | Gefeliciteerd!; Goed gedaan! |
| omodachi-面立ち | gezicht; gelaatstrekken; uiterlijk; uiterlijke kenmerken |
| omoi-重い | streng; strict |
| omoiagaru-思い上がる | verwaand zijn; een (te) hoge dunk van zichzelf hebben |
| omoiataru-思い当たる | zich (plotseling) herinneren; in je opkomen; te binnen schieten; beseffen; zich voor de geest halen |
| omoidasu-思い出す | zich herinneren; te binnen schieten |
| omoiegaku-思い描く | zich voorstellen; zich inbeelden; iets voor zich zien |
| omoiitaru-思い至る | zich beseffen; tot de conclusie komen |
| omokage-面影 | (herinnering aan een) gezicht [uiterlijk] |
| omokata-面形 | gezichtsvorm; vorm van een gezicht |
| omokata-面形 | aanzicht (van een stad) |
| omoni-重荷 | zware last; druk; verplichting; taak; verantwoordelijkheid |
| omoni-重荷 | berekening van vrachtkosten via vrachtgewicht |
| omori-重り | gewicht (voor weegschaal) |
| omosa-重さ | gewicht; zwaarte |
| omote-面 | gezicht; (Nō) masker |
| omotemuki-表向き | uiterlijke verschijning; officieel [openbaar] zijn |
| omoto-万年青 | Japanse lelie (Rohdea japonica) |
| omouzonbun-思う存分 | naar hartelust; naar volle tevredenheid; volop; met volle teugen; tot het uiterste; zonder zich in te houden |
| omowa-面輪 | gezicht; gelaatstrekken |
| omowaku-思惑 | verwachting; anticipatie; vooruitzicht; voorspelling; prognose |
| omozashi-面差し | uiterlijk; gezicht; gelaatstrekken |
| ōmugaeshi-鸚鵡返し | bijJapanse waka (gedichten) een versregel van een ander herhalen met een kleine wijziging daarin |
| on-恩 | (verleende) gunst; genade; verplichting |
| ongakka-音楽家 | musicus (m); musicienne (v); muzikant |
| ongakugaku-音楽学 | musicologie; muziekwetenschap |
| ongakugakusha-音楽学者 | musicoloog; muziekwetenschapper |
| ongakuhyōronka-音楽評論家 | muziekcriticus |
| ongan-温顔 | vriendelijk gezicht; vriendelijke uitdrukking (op het gezicht) |
| ongi-恩義 | (morele) verplichting; gunst; dankbaarheid |
| onibi-鬼火 | dwaallicht |
| onigawara-鬼瓦 | (ook figuurlijk gebruikt voor) een lelijk gezicht |
| oniokoze-鬼虎魚 | Inimicus japonicus (soort steenvis) |
| onore-己 | zichzelf; zelf |
| onozuto-自ずと | (uit) zichzelf; vanzelf; spontaan |
| onparēdo-オンパレード | te zien; in het zicht; in een stoet [défile] |
| onreko-オンレコ | officieel vermeld; geregistreerd |
| onseigaku-音声学 | fonetiek; fonetica |
| onshin-音信 | bericht; nieuws; brief; contact; communicatie |
| onsu-オンス | (gewichtseenheid) Engelse ons (=28,3 gram; in de goudhandel 31, 10 gram) |
| oofū-大風 | kalm [evenwichtig] zijn en niet geobsedeerd zijn door kleine dingen |
| oohaba-大幅 | aanzienlijk [fors; substantieel; flink; significant] zijn |
| oomono-大物 | een belangrijk [gewichtig; machtig] persoon; een zwaargewicht |
| operētā-オペレーター | iemand die een machine [toestel) bedient [bestuurt]; operateur; bedieningstechnicus; telegrafist |
| ōpungāden-オープンガーデン | open tuin (particuliere tuin die open is voor publiek) |
| ōpun・karā・shatsu-オープン・カラー・シャツ | schillerhemd (overhemd met open kraag; genoemd naar de Duitse dichter Schiller, 1759-1805) |
| ōpun・pojishon-オープン・ポジション | valutapositie waarbij het saldo van de vorderingen en verplichtingen in vreemde valuta verschilt |
| ōpun・sando-オープン・サンド | open sandwich (belegde boterham) |
| ōpun・sandoitchi-オープン・サンドイッチ | open sandwich (belegde boterham) |
| ōpun・shatsu-オープン・シャツ | schillerhemd (overhemd met open kraag; genoemd naar de Duitse dichter Schiller, 1759-1805) |
| ōpun・shoppu-オープン・ショップ | een bedrijf [kantoor] waar de werknemers niet verplicht zijn lid te worden van de vakbond |
| oputoerekutoronikusu-オプトエレクトロニクス | Opto-electronica |
| ōrai-往来 | relatie; verkering; omgang; communicatie |
| oresama-俺様 | (nogal pompeuze, arrogante duiding van zichzelf) ik |
| orido-折り戸 | vouwdeur; harmonicadeur |
| origami-折り紙 | waarmerk; keurmerk; certificaat van echtheid |
| orihon-折り本 | vouwboek; harmonicaboek |
| orikaeshi-折り返し | refrein (lied, gedicht) |
| oriku-折句 | Japans acrostichon (in haiku, waka, en tanka gedichten) |
| orime-織り目 | ruimte tussen draden in een stof (bepalend voor de textuur [dichtheid] van een weefsel) |
| oriru-下りる | opgeven; (zich) terugtrekken; stoppen (met); vallen (fig.) |
| ōrora-オーロラ | aurora; poollicht |
| oroshi-下ろし | het raspen (van radijs, rettich, wasabi, e.d.) |
| oroshi-下ろし | het verticaal langs de ruggengraat doorsnijden van een vis |
| oroshigane-下ろし金 | rasp (voor radijs, rettich, wasabi, gember, e.d.) |
| osanagao-幼顔 | babyface; kinderlijk gezicht |
| oshi-押し | druk; gewicht |
| oshidori-鴛鴦 | mandarijneend (Aix galericulata) |
| oshie-教え | onderricht; onderwijs; kennisoverdracht |
| oshikakeru-押しかける | (onuitgenodigd) binnenvallen; zichzelf uitnodigen |
| oshirase-お知らせ | bericht; mededeling; melding; in kennis stelling |
| oshiroi-白粉 | witte (gezichts)poeder [make-up poeder] |
| oshisemaru-押し迫る | op komst [op handen] zijn; naderen; dichterbij komen |
| oshiwakeru-押し分ける | opzij drukken; uit elkaar duwen; zich een weg banen (door) |
| osumitsuki-御墨付き | certificaat, toestemming, document met handtekening |
| otasshi-御達し | (officiële) mededeling; kennisgeving; aankondiging; proclamatie |
| otetsudaisan-お手伝いさん | huishoudelijke hulp (meestal in een particuliere huishouding) |
| otokozuki-男好き | lichtzinnigheid; losbandigheid; een verliefde [losbandige] vrouw |
| ōtoribāsu-オートリバース | automatische omkering (van afspeelrichting) |
| otozure-訪れ | bericht; nieuws |
| otsutome-御勤め | (beleefde vorm van 勤め) plicht; verplichting; taak; opdracht |
| ousu-御薄 | lichte [slappe] (groene) matcha thee |
| ō・dī・ē-オー・ディー・エー | Officiële Ontwikkelingshulp (Official Development Assistance) |
| ō・ē-オー・エー | kantoorautomatisering (office automation) |
| ō・eru-オー・エル | (office lady) kantoormedewerkster; vrouwelijke beambte |
| ō・ichigonana-オー・いちごなな | Escherichia coli (bacterie) |
| ō・ī・shī・dī-オー・イー・シー・ディー | (Organization for Economic Cooperation and Development) Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) |
| paburikku・inborubumento-パブリック・インボルブメント | burgerparticipatie in beleidsvoering |
| paburikku・rirēshonzu-パブリック・リレーションズ | public relations; zakelijke betrekkingen |
| pairotto・ranpu-パイロット・ランプ | controlelampje; indicatielamp |
| pairotto・shoppu-パイロット・ショップ | een winkel waar producenten en lokale overheden nieuwe producten verkopen om uit te proberen hoe de trends zich ontwikkelen bij consumenten |
| pan-パン | pan Americanisme |
| panjī-パンジー | driekleurig viooltje (Viola tricolor) |
| panorama-パノラマ | panorama; weids landschap; weids uitzicht |
| parachion-パラチオン | parathion (zeer giftig insecticide) |
| paramedikaru-パラメディカル | paramedisch; paramedicus |
| parunashian-パルナシアン | Parnassiens, een school van Franse esthetische dichters uit de late 19e eeuw |
| parusā-パルサー | pulsar (een hemellichaam dat regelmatig pulsen van radiogolven en röntgenstralen uitzendt) |
| pāseku-パーセク | parsec (eenheid voor afstand tussen sterren en hemellichamen; 1 parsec is ca. 3,26 lichtjaar) |
| pasha-パシャ | pasja (titel van een officier in het Ottomaanse Rijk) |
| pashifikku-パシフィック | (afk. voor) Pacific League (Japanese honkbal competitie) |
| pashifikku・rīgu-パシフィック・リーグ | (honkbal) Pacific League (Japanse honkbal competitie) |
| pāsonaru・dipuromashī-パーソナル・ディプロマシー | persoonlijke [particuliere] diplomatie [diplomatieke activiteiten] |
| pāsonaru・komyunikēshon-パーソナル・コミュニケーション | persoonlijke communicatie |
| passhingu-パッシング | het geven van een lichtsignaal in de auto om andere weggebruikers te waarschuwen |
| pātonā-パートナー | vriend; metgezel; medeplichtige |
| pechikōto-ペチコート | petticoat; onderrok |
| pedikyua-ペディキュア | pedicure (voetverzorging) |
| penishirin-ペニシリン | (med.) penicilline |
| peresutoroika-ペレストロイカ | perestroika (hervormingspolitiek in de Sovjet-Unie, van Michail Gorbatsjov) |
| pesuto-ペスト | pesto (Italiaanse saus met basilicum) |
| petenshi-ペテン師 | (Chin.: bēngzi) zwendelaar; oplichter; bedrieger |
| petikōto-ペティコート | petticoat; onderrok |
| pēzurī-ペーズリー | paisley, abstract kleurenpatroon in stoffen (genoemd naar de plaats Paisley in Schotland, waar kasjmier sjaals met paisley motief werden gefabriceerd) |
| pichikāto-ピチカート | pizzicato; (snaren) tokkelend (muziekterm) |
| piero-ピエロ | clown; pierrot (trieste clown, met witgeschminkt gezicht) |
| pieta-ピエタ | piëta (een voorstelling van Maria met het lichaam van de gestorven Jezus op haar schoot) |
| pikkoro-ピッコロ | piccolo (muziekinstrument) |
| pikotto-ピコット | picot (gekartelde band of gehandwerkte boogjes als versiering) |
| pikunikku-ピクニック | picknick |
| pikutogurafu-ピクトグラフ | pictogram; hiëroglief |
| pinhane-ピン撥ね | het zich toe-eigenen van een deel van geld of goederen van anderen |
| piru-ピル | anticonceptiepil |
| pirugurimu・fāzāzu-ピルグリム・ファーザーズ | Pilgrim Fathers (groep Engelse puriteinen, die in 1620 naar Amerika gingen en daar een kolonie stichtten) |
| pītan-ピータン | duizendjarig ei (Chinese delicatesse) |
| pītā・pan・shindorōmu-ピーター・パン・シンドローム | peterpansyndroom; peterpancomplex (mannen die zich niet kunnen aanpassen aan de volwassen samenleving) |
| pitekantoropusu・erekutosu-ピテカントロプス・エレクトス | Javamens (Homo erectus javanicus) |
| piza・pai-ピザ・パイ | pizza; pizza in quichevorm |
| pī・āru-ピー・アール | (public relations) pr; zakelijke betrekkingen |
| pī・efu・ai-ピー・エフ・アイ | (private finance initiative) particuliere financieringsinitiatieven |
| pī・kēsen-ピー・ケー戦 | (penalty kick shoot-out) strafschoppenserie om een wedstrijd te beslissen |
| pī・tī・esu・dī-ピー・ティー・エス・ディー | (post-traumatic stress disorder) posttraumatische stressstoornis |
| poemu-ポエム | gedicht; vers |
| pōkāfēsu-ポーカーフェース | pokerface; onbewogen gezicht |
| pokkari-ぽっかり | licht (zwevend; drijvend) |
| ponbiki-ぽん引き | zwendelaar; oplichter |
| pondo-ポンド | pond (gewicht); pond (munteenheid) |
| ponkan-ポン柑 | Ponkan mandarijn (Citrus reticulata) |
| poppu・āto-ポップ・アート | popart (stijlrichting in beeldende kunst) |
| porikō-ポリ公 | (afgeleid van het Engels: police; informeel, ook beledigend) politieagent |
| posutā-ポスター | poster; affiche |
| posuto-ポスト | post; berichten |
| posutokādo-ポストカード | ansichtkaart; briefkaart; prentbriefkaart |
| potto-ぽっと | plotseling (verschijnen; oplichten; flitsen] |
| puerutoriko-プエルトリコ | Puerto Rico |
| puraibēto・firumu-プライベート・フィルム | particuliere film (gemaakt als persoonlijke expressie, voor specifieke kringen) |
| puraimu・taimu-プライム・タイム | primetime (zendtijd met de grootste luister- of kijkdichtheid) |
| puramoderu-プラモデル | handelsmerknaam voor een plastic model |
| purasuchikku-プラスチック | plastic; kunststof |
| purasuchikkukeshigomu-プラスチック消しゴム | plastic gum [vlakgom; wisser] |
| purasuchikkumoderu-プラスチック・モデル | plastic model |
| purēgaido-プレーガイド | ticketbureau; plaatsbesprekingsbureau; kaartverkoper |
| purehabu-プレハブ | (afk. van prefabricated building) bouw-constructiemethode waarbij componenten vooraf in een fabriek worden gemaakt en op locatie in elkaar gezet |
| pureparāto-プレパラート | preparaat (voor microscopisch onderzoek) |
| puresu-プレス | de pers; journalisten; media; persberichten |
| puresu・rirīsu-プレス・リリース | perscommuniqué; persverklaring; persbericht |
| purofinterun-プロフィンテルン | ProfIntern, internationaal syndicaat (ook bekend als de Rode Internationale van Vakbonden, of Rode Vakbondsinternationale, RVI) |
| puroguramu-プログラム | (computer) programma; applicatie |
| puropaganda-プロパガンダ | propaganda; publiciteit |
| rabēji-ラベージ | lavas (plant, Levisticum officinale) |
| raihō-来報 | bezoek om iemand iets mede te delen; persoonlijk overgebracht bericht; boodschap; tijding |
| raika-雷火 | bliksem, bliksemschicht |
| raikō-雷光 | bliksem; bliksemschicht; bliksemflits |
| raishin-来信 | ingekomen [ontvangen] brief [bericht] |
| raisu・bouru-ライス・ボウル | Rice bowl (jaarlijkse nationale American football kampioenschap in Japan) |
| raitingu-ライティング | verlichting; het verlichten |
| raito-ライト | licht |
| raitoban-ライトバン | lichte bestelwagen; bestelauto; bestelbusje |
| raitofuraikyū-ライトフライ級 | lichtvlieggewicht (gewichtsklasse boksen) |
| raitohebīkyū-ライトヘビー級 | lichtzwaargewicht (gewichtsklasse boksen) |
| raitokyū-ライト級 | lichtgewicht (gewichtsklasse bij vechtsporten) |
| raito・bīru-ライト・ビール | licht bier (bier met laag percentage alcohol) |
| rajikaru-ラジカル | extreem (gedrag); radicaal (politiek) |
| rajikaru-ラジカル | radicaal (chemie) |
| rakuhatsu-落髪 | het zich laten kaalscheren voor men in een (boeddhistisch) klooster gaat; tonsuur |
| rakusho-落書 | schotschrift; hekeldicht |
| rakushu-落首 | satirisch gedicht; hekeldicht |
| ran-卵 | eicel |
| ran-藍 | indigo, donkerblauwe kleur (verkregen uit de Chinese indigo plant, Polygonum tinctorium; Persicaria tinctoria) |
| ranma-欄間 | een traliewerk of opengewerkt paneel (voor licht of ventilatie, boven schuifdeuren) |
| ranpu-ランプ | lamp; licht |
| ransha-乱射 | wilde schietpartij (zonder aanleiding en gerichtheid) |
| ranshi-卵子 | eicel; ovum |
| rashin-裸身 | een naakt lichaam |
| ratai-裸体 | naakt lichaam |
| rēberu-レーベル | label; sticker |
| refarensu・sābisu-レファレンス・サービス | informatie dienst [service] |
| reikai-例解 | illustratie; toelichting; uitleg (met voorbeelden) |
| reikin-礼金 | beloning (geld); honorarium; vergoeding; gratificatie |
| reiniku-霊肉 | lichaam en ziel [geest] |
| reireishii-麗麗しい | opzichtig; opvallend |
| reisei-冷静 | kalmte; rust; bedaardheid; evenwichtigheid |
| reiyaku-霊薬 | wondermiddel (medicijn) |
| rejime-レジメ | resumé; samenvatting; overzicht; synopsis |
| rejume-レジュメ | resumé; samenvatting; overzicht; synopsis |
| reki-歴 | (in kanji combinaties) historisch (overzicht); chronologisch |
| rekishika-歴史家 | historicus; geschiedkundige |
| rekishō-暦象 | astronomische almanak met de omlooptijd van hemellichamen (planeten, manen sterren, e.d.) |
| rekishō-暦象 | hemellichamen |
| rekuchā-レクチャー | instructie; voorlichting; uitleg |
| ren-聯 | twee bij elkaar horende regels in een lüshi, een klassiek-Chinese dichtvorm; stanza; strofe |
| ren-連 | een couplet; strofe (van een gedicht) |
| renga-連歌 | kettingvers; kettinggedicht |
| renge-蓮華 | de plant Astragalus sinicus |
| rengesō-蓮華草 | de plant Astragalus sinicus |
| renka-恋歌 | liefdeslied; liefdesgedicht |
| renpai-連俳 | een paar haiku gedichten |
| renraku-連絡 | verbinding; contact; communicatie |
| renrakusuru-連絡する | contact maken (met); communiceren; laten weten |
| renrakuwaza-連絡技 | (judo) combinatietechnieken (in een andere richting) |
| rensai-連載 | publicatie als serie [feuilleton]; een reeks van artikelen [verhalen] die in afleveringen worden uitgegeven (in kranten, tijdschriften, e.d.) |
| renzokuhōka-連続放火 | een reeks brandstichtingen |
| renzokuwaza-連続技 | (judo) combinatietechnieken (in dezelfde richting) |
| ren'yōsuru-連用する | voortdurend [langdurig; doorlopend] gebruiken [innemen] (b.v. medicijnen) |
| repurika-レプリカ | replica; kopie; model; nabootsing |
| rētingu-レーティング | (Eng.: rating) beoordeling; classificatie; notering |
| rēzā-レーザー | laser (= light amplification by stimulated emission of radiation; een apparaat dat een smalle coherente bundel licht voortbrengt) |
| ri-理 | rede; verstand; logica |
| riakushon-リアクション | (mechanica) reactie; tegenbeweging |
| rīdo-リード | leidraad; richtsnoer |
| rigaku-理学 | natuurwetenschap; fysica |
| rihitā・sukēru-リヒター・スケール | de schaal van Richter |
| rikai-理解 | begrip; inzicht; doorzicht |
| rikaon-リカオン | Afrikaanse wilde hond; hyenahond (Lycaon pictus) |
| rikigaku-力学 | dynamica; mechanica |
| rīku-リーク | lekkage (van electriciteit); stroomlekkage; kortsluiting |
| rikutsu-理屈 | reden; logica; theorie |
| rimupakku-リムパック | the Rim of the Pacific Exercise ('s werelds grootste internationale maritieme oorlogsoefening) |
| riniamōtā・kā-リニアモーター・カー | magneetzweeftrein (Eng.: magnetic levitation train, afk. maglev) |
| rinkaku-輪郭 | schets; ontwerp; samenvatting; overzicht |
| rinkiōhen-臨機応変 | zich aanpassen aan de omstandigheden; improviseren; op het gevoel afgaan |
| rinpa-琳派 | Rinpa, een van de belangrijkste scholen van de Japanse schilderkunst (opgericht in de 17de eeuw) |
| rinraku-淪落 | verval; ruïnering; aan lager wal zijn; vernietiging; verdorvenheid; losbandigheid; het zichzelf ruïneren |
| rinrigaku-倫理学 | ethica; studie van de ethiek; zedenleer |
| rinritsu-林立 | het (als een woud van bomen) dicht op elkaar (recht overeind) staan |
| rinritsusuru-林立する | (als een woud van bomen) dicht op elkaar (recht overeind) staan |
| rinsen-臨戦 | deelname aan de strijd [oorlog]; zich klaarmaken om te vechten [strijden]; het betreden van het slagveld |
| rirekisho-履歴書 | curriculum vitae; cv |
| rironka-理論家 | theoreticus |
| rishinsenpū-離心旋風 | anticycloon (meteorologie) |
| rīsugyō-リース業 | verhuurservice; verhuurbedrijf; leasemaatschappijen |
| risuku-リスク | gevaar; risico |
| risuku・manējimento-リスク・マネージメント | risicomanagement; risicobeheer |
| ritaia-リタイア | met pensioen gaan; zich terugtrekken |
| ritō-離党 | het zich afsplitsen van een politieke partij |
| ritogurafuinkusutikku-リトグラフインクスティック | lithografische inktstick |
| rittō-立党 | oprichting [vorming] van een politieke partij |
| roakuka-露悪家 | iemand die graag opschept over hoe slecht hij of zij is; iemand die zich voordoet als een slecht persoon |
| roban-露盤 | een vierkante plaat bovenin een pagode, waarop de sōrin (lang verticaal ornament is geplaatst |
| robata-炉端 | dichtbij [rond] de (open) haard |
| robēji-ロベージ | lavas (plant, Levisticum officinale) |
| rōdōsōgi-労働争議 | arbeidsconflict |
| rōei-朗詠 | voordracht [het voordragen] van een (klassiek) gedicht |
| rōhō-朗報 | goed [heuglijk] nieuws; goede berichten |
| rōjaku-老弱 | lichamelijke zwakheid op oudere leeftijd; ouderdomsklachten |
| rojikku-ロジック | logica; denkleer |
| rokō-露光 | (fotografische) belichting |
| rōku-老躯 | oud lichaam; oude botten |
| rōmakyōkōchō-ローマ教皇庁 | de Curia; het Vaticaan (in Rome) |
| romanchisuto-ロマンチスト | romanticus |
| rondonkeishichō-ロンドン警視庁 | Scotland Yard (hoofdkwartier van de Londense politie, London Metropolitan Police) |
| ronri-論理 | logica |
| ronrigaku-論理学 | (studie van de) logica; denkleer |
| ronsetsu-論説 | toelichting; commentaar; redactioneel artikel |
| roretsu-呂律 | articulatie |
| rorikon-ロリコン | Lolita complex (van mannen die zich aangetrokken voelen tot jonge meisjes) |
| rorīta・konpurekkusu-ロリータ・コンプレックス | Lolita complex (van mannen die zich aangetrokken voelen tot jonge meisjes) |
| rosen-路線 | richting; koers |
| rōsō-老僧 | (woord dat door een oude monnik werd gebruikt om naar zichzelf te verwijzen) ik |
| rōtai-老体 | oud lichaam; oude persoon |
| rotenburo-露天風呂 | een buitenbad; een onsen die zich buiten [in de open lucht] bevindt |
| rōtoyu-ロート油 | Roth olie (sulfateerde ricinusolie) |
| rō・kī-ロー・キー | onderbelicht (foto, etc.); donker van tint |
| ruibetsu-類別 | classificatie; categorisering |
| ruigainen-類概念 | (logica) een generiek begrip [concept] |
| ruikon-涙痕 | de sporen die tranen nalaten (op het gezicht) nadat men heeft gehuild |
| rukusu-ルクス | lux (eenheid van lichtsterkte) |
| rūmen-ルーメン | lumen (eenheid van lichtsterkte) |
| ruminōru-ルミノール | luminol (een organische verbinding met als bijzondere eigenschap dat bij oxidatie ervan energie vrijkomt in de vorm van zichtbaar licht) |
| runge-ルンゲ | Carl Runge, Duitse wiskundige (1856-1927); Friedlieb Ferdinand Runge, Duitse chemicus (1795-1867); Philipp Otto Runge, Duitse schilder (1777-1810) |
| ryakkai-略解 | korte toelichting [verklaring; uiteg] |
| ryakugen-略言 | samenvatting; kort overzicht; synopsis; korte verklaring |
| ryakuhitsu-略筆 | overzicht; synopsis; samenvatting |
| ryakuhyō-略表 | vereenvoudigde lijst [overzicht] |
| ryakujutsu-略述 | korte samenvatting; kort overzicht |
| ryakureki-略歴 | kort profieloverzicht; korte (beschrijving van de) persoonlijke geschiedenis (van iemand) |
| ryakusetsu-略説 | korte uitleg; samenvatting; (kort) overzicht |
| ryakushi-略史 | korte geschiedenis; (kort) historisch overzicht |
| ryōchō-寮長 | conciërge; huismeester; slaapzaal opzichter [wacht] |
| ryōjō-領城 | districtskasteel (van een daimyo in de Edo periode), als zetel van het bestuur van een district (als een centrale overheid) |
| ryōme-量目 | gewicht |
| ryōsen-稜線 | bergkam; bergrichel |
| ryōshirikigaku-量子力学 | kwantummechanica |
| ryōya-良夜 | avond met helder maanlicht; maanverlichte nacht (vooral van de oogstmaan in de herfst, op 13 sept.) |
| ryōyaku-良薬 | een goed (werkend) medicijn |
| ryūgen-流言 | (ongegrond) gerucht; verzonnen bericht [verhaal]; verzinsel; kletspraatje |
| ryūha-流派 | individueel opgerichte scholen in Japanse tradities in b.v. kunst, filosofie, religie, budō, e.d. |
| ryūtō-竜灯 | (lett. drakenlicht) het lichten [fosforescentie] op de zee |
| ryūtōdabi-竜頭蛇尾 | een veelbelovend begin dat uitloopt op een teleurstellend einde; een anticlimax |
| sabiru-錆びる | vastroesten qua geestelijke en [of] lichamelijke bekwaamheden |
| sābisu-サービス | dienst; service; assistentie |
| sābisu-サービス | service (bij balsporten) |
| sābisubumon-サービス部門 | dienstensector; service afdeling |
| sābisueria-サービスエリア | (lett.) service gebied (gewoonlijk plek met tankstation, parkeerplaats, winkeltjes en een restaurant) |
| sābisuhin-サービス品 | gratis [goedkoop] artikel [product] (als service aan de klant) |
| sābisuryō-サービス料 | servicekosten |
| sābisu・kosuto-サービス・コスト | servicekosten |
| sābisu・kōto-サービス・コート | servicevak (gedeelte van de baan waar men moet serveren bij tennis, badminton, etc.) |
| sābisu・māku-サービス・マーク | servicemerk (op service gebaseerd handelsmerk) |
| sabita-さびた | pluimhortensia (Hydrangea paniculata) |
| sābu-サーブ | service; opslag (tennis) |
| saburiminarukōkoku-サブリミナル広告 | subliminale reclame (zonder dat de consument zich ervan bewust is) |
| sadameru-定める | pacificeren; vrede stichten; rust en vrede herstellen |
| sagi-詐欺 | fraude; bedrog; oplichting; zwendel |
| sagishi-詐欺師 | fraudeur; bedrieger; oplichter; zwendelaar |
| saibanetikkusu-サイバネティックス | cybernetica; stuurkunde |
| saibanken-裁判権 | jurisdictie; rechtspraak; rechtsbevoegdheid; rechtsmacht |
| saido-サイド | kant; zij; flank; gezichtspunt |
| saidoauto-サイドアウト | (volleybal) serviceverlies |
| saiensu・fikushon-サイエンス・フィクション | sciencefiction |
| saihō-西方 | het westen; de westelijke richting |
| saika-裁可 | (onder de Meiji grondwet) officiële goedkeuring van de keizer voor wetsvoorstellen en begrotingen |
| saikōkeieisekininsha-最高経営責任者 | leidinggevende directeur, CEO (chief executive officer) |
| saikoku-催告 | kennisgeving, mededeling; melding; bericht; afkondiging |
| saikosomatikku-サイコソマティック | psychosomatisch (van lichaam en ziel samen) |
| saikuru-サイクル | (elektriciteit) trilling (per seconde); Herz |
| saikuru-サイクル | (bicycle) fiets |
| saiminzai-催眠剤 | slaapmiddel; narcoticum; hypnoticum |
| sainen-再燃 | het opvlammen; terugkomen; zich opnieuw voordoen; verergering (van ziektesymptomen) |
| sairoku-再録 | herdruk; opnieuw drukken [publiceren] |
| sairyō-宰領 | toezicht; supervisie |
| saitan-歳旦 | afkorting voor saitan-biraki (een bijeenkomst van dichters en hun leerlingen in januari om gedichten te maken over nieuwjaarsdag) |
| saitanbiraki-歳旦開き | een Nieuwjaars bijeenkomst waarbij renga en haiku gedichten worden gemaakt en voorgedragen |
| saitanchō-歳旦帳 | saitan-chō, een gedichtenbundel uitgegeven ter gelegenheid van de saitan-biraki bijeenkomst |
| saiten-再転 | richtingverandering; omschakeling; koerswijziging |
| saiu-細雨 | lichte regen; motregen |
| sajesuto-サジェスト | een suggestie [voorstel] doen; suggereren; impliceren; aanraden |
| sakeru-避ける | zich onthouden van (commentaar, etc.) |
| saki-左記 | (verwijzing links van een verticale Japanse tekst, van rechts naar links geschreven) zoals volgt; zoals hierna aangegeven |
| sakidori-先取り | in afwachting van; het vooruit lopen op; anticiperen |
| sakiyuki-先行き | toekomst; toekomstperspectief; vooruitzicht |
| sakoku-鎖国 | afsluiting van het land (duidt op de periode dat Japan zich had afgesloten van de rest van de wereld, met uitzondering van Nederland en China) |
| sakurei-作例 | (lexicografie) voorbeeld in een woordenboek om het woordgebruik te tonen |
| sakusei-作製 | fabricage; product; productieproces; makelij |
| sakusha-作者 | toneelauteur; dramaturg; schrijver; dichter |
| sakusō-錯綜 | ingewikkeldheid; gecompliceerdheid |
| sakusōsuru-錯綜する | ingewikkeld [gecompliceerd] worden; verstrikt raken |
| sakuzatsu-錯雑 | complexiteit; ingewikkeldheid; gecompliceerdheid |
| samarī-サマリー | samenvatting; kort overzicht |
| san-算 | wichelroede |
| sanbunshi-散文詩 | een gedicht in proza |
| sandawara-桟俵 | ronde deksel van stro (werd gebruikt voor het afdichten van een baal rijst) |
| sando-サンド | sandwich |
| sandoitchi-サンドイッチ | sandwich |
| sandoitchiman-サンドイッチマン | sandwichman (iemand met reclameborden op borst en rug) |
| sangedatsumon-三解脱門 | (lett. poort van de drie bevrijdingen) drie manieren [meditaties] om de Verlichting te bereiken |
| sangi-算木 | wichelroede |
| sangyō-蚕業 | zijdecultuur; zijde(rups)teelt; sericultuur |
| sanjikan-参事官 | adviseur; raadgever; voorlichter |
| sanka-参加 | deelname; deelneming; participatie; inschrijving |
| sankasha-参加者 | deelnemer; participant |
| sanken-三権 | de Trias Politica; de drie machten van de staatsinrichting (de wetgevende, de uitvoerende, en de rechtsprekende macht) |
| sankenbunritsu-三権分立 | de scheiding der drie machten (Trias politica) in de staatsinrichting (de wetgevende, de uitvoerende, en de rechtsprekende macht) |
| sankinkōtai-参勤交代 | (Edo periode) politiek systeem waarbij feodale heren (daimyo) werden verplicht om elk tweede jaar in Edo te verblijven |
| sanmon-三門 | (sangedatsumon) drie manieren [meditaties] om de Verlichting te bereiken) |
| sanrō-参籠 | het zich terugtrekken in een tempel of schrijn (om zich te wijden aan gebed en contemplatie) |
| sanryūseijika-三流政治家 | derderangspoliticus |
| sansei-参政 | participatie [deelname] aan de politiek |
| sansekisuru-山積する | opstapelen; zich ophopen; bijeenbrengen |
| sansuru-産する | produceren; maken; fabriceren |
| santoku-三徳 | de drie onderdelen van een vishaak (draad, haak en gewicht) |
| santōna-山東菜 | een soort Chinese kool (Brassicaceae-familie) |
| sanzendaisensekai-三千大千世界 | de grenzenloze kosmos [drieduizend werelden} na Boeddha's verlichting |
| sanzoku-山賊 | bandiet; rover; struikrover (die zich in die bergen schuilhoudt) |
| san'yaku-散薬 | (medicijn) poeder; geneesmiddel dat in poedervorm worden toegediend |
| sappari-さっぱり | licht; fris; verfrist; eenvoudig; eerlijk; kalm |
| sarasa-サラサ | calico; beschilderd of bedrukt katoen |
| sarashinashōma-晒菜升麻 | zilverkaars (Cimicifuga simplex) |
| sarichiru-サリチル | salicyl |
| sarichirusan-サリチル酸 | salicylzuur |
| sarusuberi-百日紅 | Indische sering (Lagerstroemia indica) |
| sasageru-捧げる | zich wijden aan; zich opofferen |
| sasameyuki-細雪 | lichte sneeuwval; kleine sneeuwvlokjes |
| sasara-細ら | heel dun; klein; fijn; licht |
| sashichigaeru-刺し違える | zichzelf opofferen om een ander schade toe te brengen |
| sashidasu-差し出す | voor zich uithouden; (zijn handen) uitsteken |
| sashideru-差し出る | opdringerig zijn; zijn neus ergens in steken (fig.); zich ergens mee bemoeien |
| sashihikaeru-差し控える | zich matigen; terughoudend [bescheiden] zijn; zich inhouden |
| sashihikaeru-差し控える | afzien van; zich onthouden [weerhouden] van |
| sasu-差す | schijnen (zon, licht); zichtbaar zijn |
| sasu-指す | wijzen (naar); aanwijzen; richten (op) |
| satori-悟り | verlichting; verlichtend bewustzijn |
| satori-悟り | begrip; inzicht |
| satoru-悟る | (be)merken; zich realiseren; begrijpen; gewaarworden |
| se-背 | rug (van lichaam) |
| se-背 | lichaamslengte; hoogte |
| sei-性 | sekse; geslacht; (grammatica) genus; gender(identiteit) |
| sei-正 | iets dat primair [superieur; officieel; wettelijk; origineel] is |
| seiatsu-制圧 | overwicht; (overwegende) invloed; overheersing |
| seibi-整備 | voorbereiding; uitrusting; onderhoud; service |
| seibyō-聖廟 | heilig mausoleum (in China met Confucius, in Japan met Sugawara no Michizane) |
| seichi-聖地 | (Christendom) het Heilige Land; Palestina; Jerusalem; het Vaticaan |
| seidenki-静電気 | statische elektriciteit |
| seien-声援 | (mondelinge) aanmoediging; gejuich |
| seifukaihatsuenjo-政府開発援助 | Officiële Ontwikkelingshulp (Official Development Assistance, ODA) |
| seifuku-正副 | (functie) hoofd- en vice- |
| seigen-制限 | beperking; restrictie; begrenzing |
| seigo-鮬 | hele jonge Japanse zeebaars (Lateolabrax japonicus; tot 2 jaar oud) |
| seihangō-正反合 | (in filosofie, drie stadia van dialectische logica geformuleerd door Hegel) these, antithese, synthese |
| seihanzai-性犯罪 | zedendelict |
| seihō-西方 | het westen; de westelijke richting |
| seiin-正員 | volwaardig lid; formeel gekwalificeerd lid |
| seijigaku-政治学 | politicologie |
| seijika-政治家 | staatsman; politicus (m.); politica (v.) |
| seika-正課 | (vak uit) het reguliere leerplan [curriculum) |
| seikaku-政客 | politicus; staatsman |
| seikatanden-臍下丹田 | het midden [centrum] van het lichaam, vlak onder de navel (gezien als de bron van spirituele levenskracht in Oosterse filosofie) |
| seikyaku-政客 | politicus; staatsman |
| seikyōiku-性教育 | seksuele voorlichting |
| seimei-清明 | zuiver en helder; helder en licht |
| seimen-生面 | nieuwe richting |
| seimoku-星目 | (bij het go-spel) een handicap (voor een betere speler) van negen zwarte stenen op de sterpunten |
| seinō-性能 | efficiëntie; bekwaamheid; capaciteit; prestatie |
| seiriteki-生理的 | lichamelijk; fysiek; fysiologisch; instinctief |
| seiryokuzen’yō-勢力善用 | (judo) efficiënt [optimaal] gebruik maken van je kracht [energie] |
| seiryōzai-清涼剤 | verfrissing; verfrissend medicijn; tonic; koelmiddel; koelvloeistof |
| seisaku-製作 | vervaardiging; productie; fabricage |
| seisakusuru-制作する | maken; produceren; fabriceren |
| seisan-生産 | productie; fabricage |
| seisansho-精算書 | rekeningoverzicht; bankafschrift |
| seisansuru-生産する | produceren; fabriceren |
| seisei-精製 | zorgvuldige [nauwkeurige] fabricage [vervaardiging] |
| seiseisuru-清清する | zich verfrist [opgelucht] voelen |
| seishiki-制式 | iets dat gedefinieerd [vastgelegd; officieel; voorgeschreven; reglementair] is |
| seishinbyōin-精神病院 | psychiatrisch ziekenhuis; krankzinnigengesticht; gekkenhuis |
| seishinhattatsuchitai-精神発達遅滞 | geestelijke [intellectuele] ontwikkelingsstoornis; geestelijk gehandicapt zijn |
| seishinshōgaisha-精神障害者 | geestelijk gehandicapte (persoon); persoon met geestelijke [verstandelijke] beperking |
| seishō-清祥 | tekst in een brief om de andere persoon te feliciteren met zijn [haar] gezond en gelukkig leven |
| seishoku-声色 | mooie stem en huidskleur (gezicht) |
| seisō-成層 | stratificatie; laagvorming; gelaagdheid |
| seisuru-製する | fabricage; vervaardiging |
| seitai-成体 | organisme dat voldoende volgroeid is om zich voort te planten |
| seitai-聖体 | het (heilige) lichaam van Christus; Corpus Christi; hostie |
| seitai-聖体 | de persoon [het lichaam] van de keizer, de keizer in persoon |
| seitake-背丈 | statuur; gestalte; lichaamslengte |
| seiton-整頓 | een goede orde [inrichting, rangschikking] |
| seiya-星夜 | sterrennacht; avond [nacht] met sterrenlicht |
| seiyaku-制約 | beperking; restrictie; voorwaarde |
| seiyaku-製薬 | vervaardiging van geneesmiddelen [medicijnen] |
| seiyū-声優 | stemacteur (m); stemactrice (v) |
| seizō-製造 | vervaardiging; productie; fabricage |
| seizoroi-勢揃い | samenkomst; het bijeenkomen; zich verzamelen |
| seizōsuru-製造する | vervaardigen; produceren; fabriceren |
| sēji-セージ | salie (Salvia officinalis) |
| sekakkō-背格好 | (iemands) lichaamsbouw; grootte; gestalte; statuur |
| sekimonshingaku-石門心学 | moraalfilosofie, die het confucianisme, boeddhisme en shintoïsme combineerde, gesticht door Ishida Baigan (1685-1744) |
| sekimu-責務 | plicht; verplichting |
| sekinin-責任 | verantwoordelijkheid; taak; verplichting |
| sekishokutō-赤色灯 | rood zwaailicht (op voertuigen van politie, ambulance, e.d.) |
| sekitangasu-石炭ガス | lichtgas; stadsgas (uit steenkool) |
| sekkotsu-接骨 | osteopatie; behandeling [genezing] van botten en gewrichten |
| seku-急く | (zich) haasten |
| sekushon-セクション | sectie; afdeling; segment; district |
| sekushonarizumu-セクショナリズム | particularisme |
| seme-責め | verantwoordelijkheid; plicht; aansprakelijkheid |
| semi-蝉 | cicade; krekel |
| semishigure-蟬時雨 | het (continu doorgaande) tsjilpen van cicaden (als het stromen van de zomerregen) |
| senbin-先便 | (iemands) vorige [laatste] brief [bericht; post] |
| senburi-千振 | (plant) Swertia japonica |
| senden-宣伝 | publiciteit; reclame; advertentie; propaganda |
| sendōsuru-扇動する | opstoken; ophitsen; aanstichten; uitlokken; aansporen |
| senjimon-千字文 | (Qianziwen) klassiek Chinees gedicht van duizend karakters (geschreven door Zhou Xingsi, 470─521) |
| senka-選歌 | selectie gedichten; bloemlezing; een geselecteerd gedicht |
| senkaitō-船海灯 | (verplichte) boordlantaarn op schepen op de zeevaart |
| senki-戦記 | (waargebeurd of fictief) oorlogsverhaal |
| senkō-先行 | (rond)leiding; gids; leidraad; richtsnoer |
| senkōsuru-専攻する | zich specialiseren in; een vakgebied [hoofdvak] kiezen |
| senmyōtai-宣命体 | schriftsysteem uit de Nara- (710–794) en vroege Heian-periode (794–1192) (met kleinere karakters voor grammaticale elementen dan voor lexicale) |
| sennin-仙人 | kluizenaar; iemand die de wereld van bekommeringen e.d. achter zich heeft gelaten |
| sennyū-潜入 | (astronomie) het verschijnsel dat een vaste ster of planeet zich achter de maan begeeft |
| senpuku-潜伏 | onderduik; schuilhouding; het zich verbergen [verstoppen] |
| senryū-川柳 | senryū (Japanse dichtvorm, humoristische haiku) |
| sensai-繊細 | slankheid; tengerheid; fijngevoeligheid; delicaatheid |
| senseijutsu-占星術 | astrologie; sterrenwichelarij |
| senshitibu・aitemu-センシティブ・アイテム | een (import)gevoelig product (waarvan de invoer kan worden beperkt of verboden wanneer er risico bestaat dat de binnenlandse markt verstoord wordt) |
| senshō-僭称 | het zich een titel aanmeten; (onterecht) een troon opeisen; zich iets toe-eigenen |
| senshu-僭主 | tiran; dictator |
| senshu-僭主 | usurpator; onwettige heerser; iemand die zich met geweld de keizerstroon toe-eigent |
| senshuken-選手権 | voorselectie kwalificatie van een atleet [sportman/-vrouw] (voor internationale competities e.d.) |
| sensuji-千筋 | patroon van dunne verticale strepen (op textiel of aardewerk) |
| sentankyōfushō-先端恐怖症 | aichmofobie (vrees voor scherpe voorwerpen) |
| sentā・pōru-センター・ポール | elektriciteitspaal tussen twee spoorwegen |
| sen'yaku-先約 | eerdere verplichting [afspraak] |
| seri-芹 | Japanse peterselie; Java waterdropkruid (Oenanthe javanica) |
| serifu-台詞 | een vaste uitdrukking; gezegde; cliché |
| serufusābisu-セルフサービス | zelfbediening; selfservice; een zelfbedieningswinkel |
| sesuji-背筋 | de verticale lijn van de rug (met de ruggengraat) |
| sesuna-セスナ | Cessna, (Amerikaans) licht vliegtuig |
| setchi-設置 | oprichting; instalatie; instelling; stichting |
| setchū-折衷 | compromis; eclecticisme; combinatie van stijlen [denkvormen; werkwijzen] |
| setomono-瀬戸物 | aardewerk [keramiek] uit Seto (Aichi prefectuur, Japan) |
| setsu-設 | (in kanji combinaties) installeren; voorbereiden; inrichten; vestigen |
| setsuden-節電 | electriciteitsbesparing |
| setsumeikai-説明会 | briefing; instructieve bijeenkomst; voorlichtingsbijeenkomst |
| setsuritsu-設立 | oprichting; stichting |
| settei-設定 | oprichting; instelling; vestiging; configuratie |
| setteisuru-設定する | oprichten; vestigen; instellen; configureren |
| seyaku-施薬 | (verstrekking van) gratis medicijnen |
| shachihoko-鯱 | Japanse mythologisch dier met het hoofd van een tijger en het lichaam van een karper |
| shaga-射干 | Iris japonica |
| shainshō-社員証 | werknemersverklaring; werknemersidentificatie; medewerkerspasje |
| shajitsushugi-写実主義 | realisme (richting in de kunst) |
| shakaimen-社会面 | (in een krant) de pagina met berichten over algemene [lokale] gebeurtenissen in de samenleving |
| shakkanhō-尺貫法 | traditioneel Japans meetsysteem van lengtematen (shaku) en gewichten (kan) |
| shakō-斜光 | schuine lichtstraal |
| shakō-遮光 | bescherming tegen licht; verduistering |
| shashinban-写真版 | lichtdruk; fotogravure |
| shashinseihan-写真製版 | lichtdruk proces; fotogravure |
| shazaisuru-謝罪する | zich verontschuldigen; zijn verontschuldigingen aanbieden |
| sheru-シェル | lichte roeiboot |
| shi-矢 | pijl; schicht |
| shi-私 | privé; particulier |
| shi-詩 | gedicht; vers; poëzie |
| shiatsu-指圧 | shiatsu; acupressuur (een massagetherapie waarbij men met vingers en handpalmen druk uitoefent op bepaalde plekken van het lichaam) |
| shibirenamazu-痺れ鯰 | siddermeerval (Malapterurus electricus) |
| shibireunagi-痺れ鰻 | sidderaal (Electrophorus electricus) |
| shibo-皺 | plooi; ribbel; vezelrichting (van stof); nerf; kreukel |
| shiboru-絞る | (zich) inspannen; (de hersens) pijnigen; forceren |
| shichidō-七道 | de 7 districten van het oude Japan (Tōkaidō, Tōsandō, Hokurikudō, San'yōdō, San'indō, Nankaidō en Saikaidō) |
| shichigon-七言 | Chinees gedicht waarbij elke regel uit 7 karakters bestaat |
| shichiseki-七赤 | 7de van de 9 astrologische tekens in de Onmyōdō kosmologie (horoscoop en waarzeggerij; verwant aan planeet Venus, windrichting west en element metaal) |
| shichiyō-七曜 | de zeven hemellichamen Mars, Mercurius, Jupiter, Venus, Saturnus, zon en maan) |
| shichō-支庁 | districtskantoor; provinciehuis |
| shichōkaku-視聴覚 | de zintuigen gezicht en gehoor (zien en horen) |
| shidai-四大 | het menselijk lichaam |
| shidai-私大 | particuliere universiteit |
| shidan-詩壇 | dichtgenootschappen; dichterskringen |
| shidareyanagi-枝垂れ柳 | treurwilg (Salix babylonica) |
| shiden-師伝 | het onderricht van de meester aan zijn leerlingen [volgelingen]; onderricht [les] krijgen van de meester zelf |
| shiden-紫電 | paarse bliksemschicht |
| shiden-紫電 | fel licht; glinstering van een (scherp) zwaard |
| shidōgenri-指導原理 | leidend principe [grondbeginsel]; richtlijn; leidraad |
| shidōhōshin- 指導方針 | leidend principe [grondbeginsel]; richtlijn; leidraad |
| shieki-私益 | privé [particulier] belang |
| shifu-詩賦 | poëzie; gedichten; verzen |
| shigai-市街 | stad; dichtbebouwd [dichtbevolkt] gebied |
| shigaku-詩学 | poëtica; theorie van de dichtkunst; poëzieleer |
| shigaku-詩学 | Poëtica (leerboek over de dichtkunst van Aristoteles) |
| shigamitsuku-しがみつく | (zich) vastklampen; vastklemmen |
| shigan-志願 | het iets op eigen initiatief [vrijwillig] doen; zich inschrijven; zijn diensten aanbieden; solliciteren |
| shigansuru-志願する | iets op eigen initiatief [vrijwillig] doen; zich inschrijven; zijn diensten aanbieden; solliciteren |
| shigeru-茂る | welig tieren; dichtbegroeid zijn [worden]; overwoekeren |
| shigusa-仕草 | gebaar; nonverbale communicatie; bewegingen en gezichtsuitdrukkingen (b.v. van acteurs) |
| shihai-紙背 | extra betekenis in tekst die niet expliciet genoemd is |
| shiharaifunō-支払い不能 | insolventie (onvermogen om aan een betalingsverplichting te voldoen) |
| shiharainōryoku-支払い能力 | solvabiliteit; vermogen om aan betalingsverplichtingen te voldoen |
| shiharaisaimu-支払い債務 | betalingsverplichting; aflossen van schuld |
| shihi-詩碑 | een stenen monument [gedenkplaat] met een gedicht als inscriptie |
| shihō-四方 | vier kanten [zijden; vier richtingen |
| shihōhappō-四方八方 | in alle richtingen; van alle kanten |
| shihyō-指標 | index; indicator |
| shiika-詩歌 | poëzie; gedichten |
| shijimi-蜆 | corbicula, tweekleppig schelpdier |
| shijin-私人 | particulier; privépersoon; individu |
| shijin-詩人 | dichter |
| shika-史家 | historicus; geschiedkundige |
| shika-私家 | eigen woning; particuliere woning |
| shika-詩歌 | poëzie; gedichten |
| shikai-視界 | gezichtsveld |
| shikaku-資格 | kwalificatie; vereiste |
| shikamettsura-顰めっ面 | grimas; fronzen gezicht |
| shikan-止観 | (Tendai boeddhisme) meditatie waarbij de geest zich concentreert op een enkel object, zonder afleidende gedachten |
| shikan-詩巻 | dichtbundel; gedichtenbundel; poëziebundel |
| shikansetsu-指関節 | vingergewricht; knokkel |
| shikatabanashi-仕方話 | gesticulatie; het praten en tegelijk gebaren maken; spreken met veel lichaamstaal |
| shikei-詩形 | versvorm; dichtvorm |
| shikekomu-しけ込む | zich ergens terugtrekken; zichzelf opsluiten [afzonderen] |
| shikibetsu-識別 | indentificatie |
| shikibetsubangō-識別番号 | identificatienummer |
| shikiken-識見 | inzicht; begripsvermogen |
| shikimi-樒 | Japanse steranijs (boom of struik: Illicium anisatum) |
| shikin-至近 | zeer nabij; dicht in de buurt; in de directe omgeving |
| shikkaku-失格 | ongeschiktheid; niet gekwalificeerd zijn |
| shikken-執権 | (Kamakura-periode) regent [toezichthouder] voor de shogun |
| shikken-識見 | inzicht; begripsvermogen |
| shikku-シック | chic; deftig; elegant |
| shikkubirushōkōgun-シックビル症候群 | sickbuildingsyndroom |
| shikkuhausushōkōgun-シックハウス症候群 | sickbuildingsyndroom |
| shiko-四顧 | het kijken in alle (vier) richtingen [naar alle kanten]; in de buurt [omgeving] |
| shikon-詩魂 | dichterlijk gemoed; gevoel voor poezie |
| shikuramen-シクラメン | cyclaam (plant, Cyclamen persicum) |
| shikyō-詩境 | poëtische gemoedstoestand (bij het componeren, lezen of reciteren van een gedicht) |
| shimaru-閉まる | dichtgaan; (zich) sluiten |
| shimeru-閉める | dichtdoen; dicht maken; sluiten; beëindigen |
| shimoichidankatsuyō-下一段活用 | vervoeging [verbuiging] van ichidan werkwoorden eindigend op: -eru |
| shimonoku-下の句 | de laatste twee regels van een wake [tanka; renga] gedicht |
| shīn-シーン | landschap; uitzicht |
| shina-科 | Japanse linde (Tilia japonica) |
| shinadareru-撓垂れる | tegenaan leunen; zich tegen iemand aanvlijen [aankruipen] |
| shinamon-シナモン | kaneelboom (Cinnamomum zeylanicum) |
| shinanoki-科の木 | Japanse linde (Tilia japonica) |
| shinchō-慎重 | voorzichtigheid; behoedzaamheid |
| shinchō-身長 | lichaamslengte; gestalte; postuur |
| shindansuru-診断する | diagnosticeren; een diagnose stellen |
| shinesain-シネサイン | lichtreclamebord met bewegend beeld |
| shingaku-心学 | moraalfilosofie, die het confucianisme, boeddhisme en shintoïsme combineerde, gesticht door Ishida Baigan (1685-1744) |
| shingan-真贋 | echtheid of onechtheid; waarheid of onwaarheid; authenticiteit of valsheid; origineel of imitatie |
| shingao-新顔 | een nieuwkomer; nieuw gezicht |
| shingiron-神義論 | theodicee |
| shingō-信号 | verkeerslicht; stoplicht; sein |
| shingōmachi-信号待ち | het wachten [wachtend verkeer] voor het stoplicht |
| shinguru・purēyā-シングル・プレーヤー | golfer met een eencijferig getal als handicap |
| shinigami-死に神 | de (personificatie van de) dood; Magere Hein; de man met de zeis |
| shinigao-死に顔 | het gezicht van een dode (mens) |
| shiniisogu-死に急ぐ | zich haasten naar de dood; snel op weg zijn naar de dood; op weg naar een voortijdige dood zijn |
| shinimi-死に身 | dood lichaam; lijk |
| shinjikēto-シンジケート | syndicaat; coalitie van bedrijven; belangenvereniging |
| shinjikēto・rōn-シンジケート・ローン | gesyndiceerde lening; syndicaatlening |
| shinjin-新人 | nieuweling; nieuwkomer; nieuw lid; rekruut; novice; groentje |
| shinjū-心中 | (figuurlijk) je verplicht voelen je lot te verbinden aan een ander (of aan het bedrijf of de organisatie waar je werkt) |
| shinkan-新刊 | nieuwe publicatie [uitgave] |
| shinkasuru-深化する | zich verdiepen; dieper worden |
| shinkenzai-新建材 | synthetisch bouwmateriaal (plastic, vinyl, etc.) |
| shinkinōfuzen-心機能不全 | hartinsufficiëntie |
| shinkōhōkō-進行方向 | rijrichting; beweging in een richting |
| shinkon-身魂 | ziel; lichaam en geest |
| shinkotenshugi-新古典主義 | neoclassicisme |
| shinkui-身口意 | (in Boeddhisme) een woord voor het menselijk handelen, n.l. doen, spreken en denken (lett. lichaam, mond en geest) |
| shinmai-新米 | beginneling; beginner; nieuweling; novice |
| shinmaku-心膜 | pericardium; pericard; hartzakje |
| shinmakuen-心膜炎 | pericarditis (ontsteking van het hartzakje)) |
| shinnō-心嚢 | hartzakje; pericardium |
| shinpaisuru-心配する | zich zorgen maken; ongerust zijn |
| shinpei-新兵 | nieuwe rekruut [dienstplichtige]; groentje |
| shinpon-新本 | nieuw [pas gekocht; net gepubliceerd] boek |
| shinro-進路 | (fig.) koers; richting; keuze (voor de toekomst) |
| shinsei-真正 | echtheid; authenticiteit |
| shinseidai-新生代 | cenozoïcum |
| shinseimen-新生面 | een nieuwe richting [fase]; een nieuw gebied |
| shinsekkijidai-新石器時代 | neolithicum |
| shinsetsu-新設 | oprichting; stichting; instelling |
| shinshasuru-深謝する | zich oprecht verontschuldigen; oprechte verontschuldigingen aanbieden |
| shinsho-新書 | nieuw (gepubliceerd) boek |
| shinsho-新書 | paperback uitgave van een (m.n. non-fiction) boek (in het B6 shinsho-formaat) |
| shinshōhitsubatsu-信賞必罰 | het expliciet belonen of bestraffen van gedrag |
| shinshuku-伸縮 | expansie en contractie; inkrimping en uitzetting; elasticiteit; flexibiliteit |
| shinsō-新装 | verbouwing; herinrichting; renovatie; nieuwe opstelling [uitrusting; aankleding] |
| shintai-身体 | lichaam; gestel; fysiek |
| shintaigengo-身体言語 | lichaamstaal; gebarentaal |
| shintaihappu-身体髪膚 | het hele (menselijk) lichaam (kop tot teen; huid en haar) |
| shintaikakubu-身体各部 | lichaamsdeel |
| shintaikatsudō-身体活動 | lichamelijke [fysieke] activiteit |
| shintaikensa-身体検査 | lichamelijk [medisch] onderzoek |
| shintaishōgaisha-身体障害者 | lichamelijk gehandicapte (persoon); persoon met een lichamelijke beperking |
| shintakuginkō-信託銀行 | trust bank (die cliënten in staat stelt transacties met elkaar te verrichten door middel van contracten die trusts genoemd worden) |
| shintekigaishōgosutoresushōgai-心的外傷後ストレス障害 | (PTSS) posttraumatisch stresssyndroom; posttraumatische stressstoornis (PTSD, post-traumatic stress disorder) |
| shintō-神灯 | heilig [goddelijk] licht |
| shin'ō-震央 | epicentrum (van aardbeving) |
| shin'yaku-新薬 | een nieuw medicijn |
| shion-紫苑 | purperaster (bloem: Aster tataricus) |
| shippitsusha-執筆者 | schrijver; auteur; medewerker [bijdrager] (aan publicaties) |
| shiracha-白茶 | lichtbruine [beige] kleur |
| shirajira-白白 | het (geleidelijk) licht [helder] worden (van de nacht naar de dageraad) |
| shirakeru-白ける | verkleuren; vervagen; verschieten; wit worden; verbleken; licht worden |
| shirakeru-白ける | (arch.) huichelen; veinzen onschuldig te zijn |
| shiraneaoi-白根葵 | (plant) Glaudicium palmatum |
| shiranui-不知火 | bioluminescentie, het uitstralen van licht door organismen in zee |
| shirase-知らせ | bericht; kennisgeving; mededeling |
| shirauo-白魚 | Japanse ijsvis (Salangichthys microdon) |
| shirei-死冷 | lijkkoude; algor mortis (dalende lichaamstemperatuur na overlijden) |
| shirikon-シリコン | silicium |
| shirikōn-シリコーン | silicone |
| shirikon・airando-シリコン・アイランド | silicon eiland (Kyūshū) |
| shirikon・barē-シリコン・バレー | Silicon Valley (in California, regio zijn veel technologiebedrijven) |
| shiritsu-私立 | particulier [privé] (instelling) |
| shiritsudaigaku-私立大学 | particuliere universiteit |
| shirizoku-退く | ontslag nemen; zich terugtrekken (uit een positie) |
| shirizoku-退く | weggaan; zich terugtrekken (uit een ruimte) |
| shiroashige-白葦毛 | lichtgrijs, schimmel(kleur) |
| shirogisu-白鱚 | Japanse wijting (Sillago japonica); zilverwijting |
| shironanbā-白ナンバー | witte kentekenplaat (gebruikt voor personenauto's, in particulier bezit) |
| shirozumi-白炭 | witte [lichte], harde houtskool |
| shirozumi-白炭 | witte steenkool (gefabriceerd door het drogen van gehakt hout boven een vuur, zonder carboniseren) |
| shīru-シール | sticker; etiket |
| shirubāshijō-シルバー市場 | markt [verkoop] (met producten) gericht op de ouderen |
| shirubā・māketto-シルバー・マーケット | markt [verkoop] (met producten) gericht op de ouderen |
| shirubā・shīto-シルバー・シート | zitplaatsen voor senioren en gehandicapten (in bus, trein, metro, etc.) |
| shirubā・wīku-シルバー・ウィーク | Silver Week, in Japan een aantal officiële vakantiedagen achter elkaar |
| shiryo-思慮 | overweging; behoedzaamheid; voorzichtigheid; discretie |
| shiryoku-視力 | gezichtsvermogen; zicht; visus |
| shisai-詩才 | talent voor dichten; dichtgave |
| shisaku-詩作 | het componeren van gedichten; dichtkunst |
| shisan-四散 | verspreiding [verstrooiing] in alle richtingen |
| shisansuru-四散する | in alle richtingen verspreiden [verstrooien] |
| shisasuru-示唆する | suggereren; voorstellen; impliceren |
| shisei-姿勢 | (lichaams)houding; postuur |
| shisei-私製 | door particulieren [particulieren bedrijven; organisaties] gemaakt [vervaardigd] |
| shisei-試製 | proefproductie; proeffabricage; experimentele productie |
| shisei-詩聖 | grote dichter; meester-dichter [-dichteres] |
| shisei-詩聖 | eretitel voor de Chinese dichter Du Fu (712 - 770) |
| shisen-私撰 | persoonlijke selectie en redactie (van een gedichtenbundel, e.d.) |
| shisen-視線 | blik; gezichtslijn; oogopslag |
| shisen-詩仙 | een groot [eminent] dichter |
| shisen-詩仙 | eretitel van de Chinese dichter Li Bai (ook wel Li Po genoemd; 701-762) |
| shisenwakashū-私撰和歌集 | privéverzameling van waka-gedichten |
| shisetsu-私設 | particulier; privé (zaak) |
| shishin-指針 | kompasnaald; wijzer; indicator |
| shishin-指針 | richtlijn; leidraad |
| shishin-私信 | privébrief; persoonlijk bericht |
| shishin-詩心 | poëtisch gevoel; dichterlijke inspiratie |
| shishinkei-視神経 | gezichtszenuw (nervus opticus) |
| shishitō-獅子唐 | een groene peper (soort: Capsicum annuum) |
| shishitōgarashi-獅子唐辛子 | een groene peper (soort: Capsicum annuum) |
| shisho-司書 | vakgebied m.b.t. boeken en publicaties |
| shishobako-私書箱 | een postbus (voor particulieren, in een postkantoor, m.n. hoofdkantoor; sinds 1872) |
| shishū-死臭 | de stank [doordringende geur] van een lijk [dood lichaam] |
| shishū-詩集 | dichtbundel; gedichtenbundel; poëziebundel |
| shishusuru-死守する | zich wanhopig verdedigen; verdedigen met je leven; verdedigen tot de laatste man |
| shiso-始祖 | stichter; oprichter; initiatiefnemer; (stam)vader |
| shisō-死相 | de schaduw des doods (op iemand's gezicht); doodsblik |
| shisō-死相 | het gezicht van een dode |
| shisō-詩宗 | een gerenommeerd dichter |
| shisō-詩草 | een opzet voor [een voorlopige versie van] een gedicht |
| shīsurū-シースルー | doorkijk -; doorzichtig |
| shita-舌 | tong (lichaamsdeel) |
| shitadai-舌代 | bericht; mededeling |
| shitai-姿態 | figuur; gestalte; lichaamshouding |
| shitai-死体 | dood lichaam; lijk; kadaver |
| shitaiken'ansho-死体検案書 | autopsiecertificaat |
| shitamae-下前 | binnenste pand van een kledingstuk dat om het lichaam wordt gewikkeld (b.v. kimono) |
| shitamuki-下向き | (de blik) naar beneden gericht; met de ogen naar beneden |
| shitatameru-認める | (zich) voorbereiden; zich klaarmaken; regelen |
| shitei-視程 | zichtbaarheid |
| shiteki-指摘 | aanwijzing; indicatie; commentaar |
| shiteki-詩的 | poëtisch; dichterlijk |
| shitekisuru-指摘する | aanwijzen; indiceren; (iem.) erop wijzen (dat) |
| shiten-視点 | standpunt; gezichtspunt; oogpunt |
| shitetsu-私鉄 | particuliere spoorlijn |
| shiteyaru-為て遣る | slagen (in); bewerkstelligen; klaarspelen; lukken; vóór zijn; anticiperen |
| shitō-私闘 | conflict door persoonlijke rancune [wrok; wrevel] |
| shitsumei-失明 | verlies [vermindering] van gezichtsvermogen |
| shitsumu-執務 | de uitoefening van de (officiële) functie [taken]; het vervullen van een ambt; het werken |
| shitsumusuru-執務する | (officiële) functie [taken] uitoefenen; een ambt vervullen; zijn werk doen |
| shitsureisuru-失礼する | zich excuseren |
| shiwake-仕分け | sortering; classificering; indeling |
| shiya-視野 | gezichtsveld |
| shiya-視野 | gezichtspunt; oogpunt; standpunt; mening |
| shiyakyōsaku-視野狭窄 | gezichtsveldbeperking |
| shiza-視座 | standpunt; gezichtspunt; mening |
| shizentai-自然体 | natuurlijke [ontspannen] (lichaams)houding [pose] |
| shizumu-沈む | zich depressief [down;miserabel] voelen |
| shī・ai・ē-シー・アイ・エー | CIA, centrale inlichtingendienst van de VS (Eng.: Central Intelligence Agency) |
| shī・dī-シー・ディー | (certificate of deposit) depositocertificaat; depositobewijs |
| shī・esu-シー・エス | (communications satellite) communicatiesatelliet |
| shī・ī・ō-シー・イー・オー | (chief executive officer) president-directeur; algemeen directeur |
| shī・kyū-シー・キュー | (call to quarters) code die gebruikt wordt bij communiceren via morsecode |
| shī・tī・shī-シー・ティー・シー | (centralized traffic control) centrale verkeersleiding |
| shō-証 | bewijs; getuigenis; certificaat |
| shō-証 | (boeddh.) de (staat van) verlichting |
| shō-頌 | ode; lofdicht; hymne |
| shō-頌 | Chinese dichtvorm in Het Boek der Liederen [Boek der Oden] (Shijing) |
| shō-頌 | stijlvorm (soms ook in dichtvorm) in kanbun ter verheerlijking [lofprijzing] van keizers en edelen |
| shōatsuyaku-昇圧薬 | vasopressor (medicijn) |
| shōatsuzai-昇圧剤 | vasopressor (medicijn) |
| shoboshobo-しょぼしょぼ | zwak (van lichaam of geest) |
| shobun-処分 | het afstand doen [zich ontdoen] van; (uit)verkopen; opruimen; weggooien; verwijderen |
| shōchi-勝地 | plaats met goed uitzicht; schilderachtige plek; plaats van historisch belang |
| shōchi-召致 | officiële uitnodiging; oproep |
| shodai-初代 | de oprichter; grondlegger; stichter |
| shōdokuyaku-消毒薬 | ontsmettingsmiddel; antisepticum |
| shōgai-傷害 | verwonding; (lichamelijk) letsel |
| shōgai-障害 | hindernis; beletsel; obstakel; handicap |
| shōgaisha-障害者 | gehandicapte persoon; persoon met een handicap; persoon met een geestelijke of lichamelijke beperking |
| shōgaishafukushi-障害者福祉 | welzijnsvoorziening voor gehandicapten |
| shōgaishakea-障害者ケア | gehandicaptenzorg |
| shōgaishakenrijōyaku-障害者権利条約 | Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap (New York, 13-12-2006) |
| shōgaishasupōtsu-障害者スポーツ | gehandicaptensport |
| shogaku-所学 | studie; onderricht(ing); lering; onderwijs |
| shōge-障礙 | hindernis; beletsel; obstakel; handicap |
| shōgō-照合 | controle; verificatie; vergelijking |
| shōha-小破 | kleine [lichte] schade |
| shōhei-招聘 | een officiële uitnodiging |
| shōhenshōsetsu-掌編小説 | buitengewoon kort verhaal; handpalmverhaal (flash fiction) |
| shohi-諸費 | diverse [niet-gespecificeerde] uitgaven |
| shōhyō-証票 | bewijsstuk; certificaat; echtheidsdocument |
| shoji-所持 | bezit; het (iets) bij zich dragen [hebben] |
| shojoshuppan-処女出版 | iemands eerste publicatie; debuutwerk |
| shōkai-詳解 | gedetailleerde uitleg; uitvoerige toelichting |
| shokan-所管 | rechtsbevoegdheid; jurisdictie |
| shōkaseikaiyō-消化性潰瘍 | maagzweer; ulcus pepticum |
| shokatsu-所轄 | rechtsbevoegdheid; jurisdictie |
| shōken-小見 | kortzichtigheid; bekrompen blik [mening] |
| shoken-書剣 | pen (lett.: boek) en zwaard (voorwerpen die geleerden en schrijvers vroeger altijd bij zich hadden) |
| shōken-証券 | waardepapier; effect; certificaat |
| shōkentorihikiiinkai-証券取引委員会 | Securities and Exchange Commission (SEC) (Amerikaanse toezichthouder van verschillende effectenbeurzen) |
| shōkō-将校 | officier (in het leger, de marine of de luchtmacht) |
| shokō-諸公 | (hooggeplaatste) politicus; minister |
| shōkobukken-証拠物件 | officieel bewijsstuk |
| shōkōi-商行為 | commericiele handeling [activiteit; transactie] |
| shōku-承句 | tweede regel in een Chinees gedicht van vier versregels |
| shōku-承句 | derde of vierde regel in een Chinees gedicht van zeven of acht versregels |
| shokubutsugaku-植物学 | botanie; botanica; plantkunde |
| shokushu-職種 | werkclassificatie; beroeps-categorie; soort baan |
| shōkūtō-照空灯 | zoeklicht |
| shōmei-照明 | verlichting; belichting |
| shōmei-証明 | bewijs; getuigenis; verificatie |
| shōmeidan-照明弾 | lichtkogel; lichtgranaat |
| shōmeigakari-照明係 | lichttechnicus; belichtingstechnicus; lichtman (b.v. in theater) |
| shōmeigan-証明願 | verzoek om een certificatie (b.v. van een vergunning); certificeringsverzoek |
| shōmeikigu-照明器具 | verlichtingsarmatuur |
| shōmeikōka-照明効果 | lichteffect(en) |
| shōmeisho-証明書 | getuigenis; certificaat; getuigschrift |
| shōmijūryō-正味重量 | nettogewicht |
| shōmon-蕉門 | leerlingen [volgelingen] van Matsuo Bashō (1644 - 1694), een dichter uit de Edo-periode) |
| shōmon-証文 | akte; contract; certificaat |
| shōnen'in-少年院 | justitiële Jeugdinrichting; opvoedingsgesticht |
| shoppusei-ショップ制 | verplicht vakbondslidmaatschap |
| shosa-所作 | gedrag; hoe zich te gedragen (bij een bepaalde gelegenheid) |
| shōsai-商才 | zakelijk inzicht |
| shōsansuru-賞賛する | bewonderen; loven; prijzen; toejuichen; applaudisseren |
| shoseki-書籍 | boek(en); publicatie(s) |
| shōsenkyoku-小選挙区 | een klein [enkelvoudig] kiesdistrict (met één zetel) in Japan |
| shōsenkyokuhireidaihyōheiritsusei-小選挙区比例代表並立制 | kiesstelsel bestaande uit kiesdistricten met één zetel en proportioneel vertegenwoordigde kiesdistricten met meerdere zetels |
| shōsenkyokusei-小選挙区制 | kiestselsel van kiesdistricten met één zetel |
| shoshi-処士 | privé persoon; particulier |
| shōshi-将士 | officieren en manschappen [soldaten] |
| shōshi-小史 | een korte geschiedenis; kort historisch overzicht |
| shōshi-小史 | de officiële functie van secretaris in de Zhou-dynastie in China |
| shōshi-頌詩 | lofdicht; ode |
| shoshiki-書式 | formulier; formaat; opmaak (een vaste manier om documenten te schrijven, zoals b.v. certificaten) |
| shōsho-証書 | een akte; certificaat |
| shoshū-所収 | publicatie binnen een serie of boek |
| shōsoku-消息 | nieuws; brief; bericht |
| shōsokusuji-消息筋 | informatiebronnen; welingelichte kringen |
| shōsotsu-将卒 | officieren en manschappen [soldaten] |
| shōsuru-称する | zich voordoen als; pretenderen |
| shōto-ショート | (short selling) het verkopen van effecten die men niet in eigen bezit heeft (om snel te kunnen anticiperen op koerswisselingen) |
| shōto・shōto-ショート・ショート | buitengewoon kort verhaal; handpalmverhaal (flash fiction) |
| shōu-小雨 | lichte regen; motregen |
| shōuchū-小宇宙 | microkosmos |
| shōwa-唱和 | het in koor zingen [zeggen; juichen; roepen; antwoorden] |
| shōyaku-生薬 | natuurgeneesmiddel; natuurlijk medicijn (plantaardig of dierlijk) |
| shōyo-賞与 | bonus; gratificatie |
| shozainai-所在ない | zich vervelen; niets te doen hebben |
| shu-首 | woord dat wordt gebruikt om Chinese en Japanse gedichten (zoals tanka, e.a.) te tellen |
| shubetsu-種別 | classificatie; sortering |
| shubu-主部 | (grammatica) het onderwerp |
| shūchūchiryōshitsu-集中治療室 | intensive care (afdeling); ic |
| shūchūkōgeki-集中攻撃 | (lett. en fig.) gerichte [geconcentreerde] aanval; spervuur |
| shūchūsuru-集中する | zich concentreren; zich focussen (op) |
| shugainen-種概念 | (logica) een specifiek begrip [concept] |
| shūgi-祝儀 | felicitatie; geschenk (als felicitatie) |
| shūgin-秀吟 | een prachtig [voortreffelijk] lied [gedicht] |
| shugo-主語 | (grammatica) onderwerp |
| shuhigimu-守秘義務 | geheimhoudingsplicht; vertrouwelijkheid; zwijgplicht |
| shuhigimuihan-守秘義務違反 | schending van de geheimhoudingsplicht; vertrouwensbreuk |
| shuin-朱印 | rood zegel; rode stempelafdruk (vanaf de Muromachi periode tot de Edo-periode voor officiële documenten van het shogunaat) |
| shuji-主事 | hoofdopzichter; toezichthouder; degene die de primaire verantwoordelijkheid draagt |
| shuji-主事 | (zenboeddhisme) opzichter; secretaris; kok; beheerder (voor 1 jaar) |
| shuji-主辞 | (grammatica) onderwerp |
| shūjigaku-修辞学 | retorica |
| shuki-手記 | (voor zichzelf opgeschreven) notities [aantekeningen]; herinneringen; memoires |
| shūkō-集光 | (natuurkunde) condensatie; concentratie [focus] (van lichtstralen) |
| shūku-秀句 | een uitstekend gedicht; prachtige haiku |
| shukubō-宿坊 | ruimte voor shinto-priesters voor religieuze reiniging [purificatie] e.d |
| shukuden-祝電 | felicitatietelegram |
| shukuzu-縮図 | microkosmos |
| shungen-峻厳 | strictheid; strengheid |
| shunkō-春光 | lentelicht; lentekleuren; lentelandschap |
| shuppan-出版 | uitgeven; uitgave; publiceren; publicatie |
| shuppanbutsu-出版物 | uitgave; uitgifte; publicaties |
| shuppanhi-出版費 | publicatiekosten |
| shuppanhō-出版法 | publicatiewet |
| shuppanken-出版権 | publicatierecht; uitgeversrecht(en) |
| shuppansuru-出版する | publiceren; uitgeven |
| shūroku-収録 | het publiceren; noteren; samenstelling; drukken |
| shuryū-主流 | (fig.) hoofdstroom; heersende stroming; voornaamste trend [richting] (in kunst, cultuur, e.d.) |
| shūsai-収載 | publicatie |
| shūsei-修正 | verbetering; correctie; rectificatie; revisie; amendement |
| shushō-修証 | (boeddh.) training en inzicht [verlichting] |
| shūshokukibōsha-就職希望者 | werkzoekende; sollicitant |
| shussan'iwai-出産祝い | felicitaties [cadeaus] bij een geboortefeest |
| shusshōshōmeisho-出生証明書 | geboorteakte; geboortecertificaat |
| shūwaisuru-収賄する | smeerdgeld aannemen; zich laten omkopen |
| shuyaku-主薬 | (bij medicijnen) de basis; hoofdingrediënt; belangrijkste component |
| sochira-そちら | die kant (dichter bij de toehoorder dan bij de spreker); daar; die |
| sōchō-総長 | president [rector magnificus] van een universiteit [Hogeschool] |
| sōda-ソーダ | soda; natriumbicarbonaat |
| sodatsu-育つ | groeien; uitgroeien; zich ontwikkelen (tot) |
| sōda・garasu-ソーダ・ガラス | natronkalkglas (soort glas, ook soda-lime-silica-glas genoemd) |
| sōden-送電 | elektriciteitstransmissie |
| sofisutikēshon-ソフィスティケーション | verfijning; raffinement; elegantie; chic |
| sofutonomikkusu-ソフトノミックス | economische beleid dat meer gericht is op informatie en de software industrie |
| sofuto・baiku-ソフト・バイク | lichte motorfiets; bromscooter (gemotoriseerde tweewieler met een cilinderinhoud van 50 cc of minder) |
| sōgai-窓外 | (hetgeen zich bevindt) buiten het raam |
| sōgi-争議 | meningsverschil; geschil; ruzie; twist; conflict |
| sōgō-相好 | uiterlijk; gezicht |
| sōgyō-創業 | oprichting van een onderneming [bedrijf e.d.] |
| sōgyōsha-創業者 | oprichter; stichter; grondlegger |
| sōhan-相反 | tegenstrijdigheid; tegenspraak; contradictie |
| sōhō-ソーホー | SOHO (Eng.: small office home office) klein kantoor; thuiskantoor |
| sōkankeisū-相関係数 | correlatiecoëfficiënt (van Pearson) |
| sōken-創建 | oprichting; stichting |
| soketto-ソケット | (elektriciteit) fitting; contactdoos |
| sōki-総記 | indeling [classificatie] van een bibliotheekbestand (van boeken, kranten, tijdschriften, etc.) |
| sokkin-側近 | het dichtbij een machthebber [hoog geplaatste persoon] staan |
| soko-そこ | daar; die plaats (dichter bij de toehoorder dan bij de spreker) |
| sōko-操觚 | het schrijven; poëzie componeren; dichten |
| sōkō-相好 | uiterlijk; gezichtsuitdrukking |
| sōkoku-相克 | rivaliteit; wedijver; onenigheid; conflict |
| sokonuke-底抜け | roekeloos; onvoorzichtig; indiscreet |
| sokuei-即詠 | improvisatie (van een gedicht) |
| sokuga-側芽 | laterale knop; okselknop (bevindt zich op de kruising van het blad en de stengel van een plant) |
| sokugin-即吟 | improvisatie (van een gedicht) |
| sokumen-側面 | zijkant; zijaanzicht; flank |
| sokusu-即す | zich conformeren met; zich aanpassen aan; zich schikken naar; gebaseerd zijn op |
| sokusuru-即する | zich conformeren met; zich aanpassen aan; zich schikken naar; gebaseerd zijn op |
| sōmi-総身 | (iemands) hele lichaam; het hele lijf; ten voeten uit |
| sōmushō-総務省 | Japanse Ministerie van Binnenlandse Zaken en Communicatie (voor 2001: Ministerie van Openbaar Bestuur, Binnenlandse Zaken, Post en Telecommunicatie) |
| sonawaru-備わる | voorzien zijn (van); uitgerust [ingericht] zijn (met) |
| sonetto-ソネット | sonnet (dichtvorm) |
| songan-尊顔 | (respectvol woord voor het gezicht van iemand anders) uw gezicht [gelaat; voorkomen] |
| sonna-そんな | zulke; zo'n; zoals dat [die] (dichter bij de toehoorder dan bij de spreker) |
| sono-その | dat; die (dichter bij de toehoorder dan bij de spreker) |
| son'yō-尊容 | uw gelaat [gezicht] (beleefde term) |
| son'yō-尊容 | het gelaat [gezicht] van een Boeddhabeeld |
| sōō-相応 | (boeddh.) de verbinding tussen [vereniging van] lichaam en geest |
| sorame-空目 | net doen alsof je iets niet ziet; een oogje dichtdoen |
| sōran-総覧 | uitgebreid overzicht; compendium; bronnenboek; complete gids |
| sorane-空寝 | net doen alsof je slaapt; zich slapende houden |
| soraneiri-空寝入り | net doen alsof je slaapt; zich slapende houden |
| sorarizēshon-ソラリゼーション | solarisatie (fotografische inversie, waarbij zwart-wit in fotografisch werk wordt omgekeerd door tijdens het ontwikkelen enigszins te overbelichten) |
| soratobokeru-空惚ける | zich van de domme houden; net doen alsof je het niet weet |
| sore-それ | dat; die (dichter bij de toehoorder dan bij de spreker) |
| soriddo・sutēto-ソリッド・ステート | (elektronica) vaste stof (gebruikmakend van het elektronisch fenomeen van de stof zelf) |
| sorimi-反り身 | lichaamshouding met de borst vooruit |
| sōrin-叢林 | dichte bebossing; dichtbegroeid bos |
| sōrin-相輪 | een verticaal decoratief ornament bovenop een Japanse pagode |
| sōritsu-創立 | stichting; oprichting; instelling |
| sōryō-総量 | totale [bruto] gewicht [volume; hoeveelheid] |
| sōsa-操作 | bediening (van een machine, e.d.); (be)werking; verrichting |
| sōsasuru-操作する | bedienen (machine, e.d.); bewerken; verrichten |
| sōsetsu-創設 | stichting; oprichting; instelling |
| sōsetsu-総説 | algemene discussie [bespreking]; overzicht |
| sōsetsusha-創設者 | oprichter; stichter (van een instelling e.d.) |
| soshaku-咀嚼 | het verteren; in zich opnemen; begrijpen |
| soshakusuru-咀嚼する | verteren; in zich opnemen; verwerken; begrijpen |
| sōsharu・apurikēshon-ソーシャル・アプリケーション | sociale software; software waar sociale netwerken op draaien (Engels: social application) |
| sōsharu・uea-ソーシャル・ウエア | kleding die gedragen wordt buiten het kantoor indien men persoonlijk met het publiek moet communiceren (Engels: social wear) |
| soshikitōchi-組織統治 | corporate governance (gericht op verbeteren van het management) |
| sōshin-瘦身 | een slank [dun] lichaam [figuur] |
| sōshin-総身 | het hele lichaam |
| sōshin-送信 | doorzending; overdracht (bericht) |
| sōshinsuru-送信する | verzenden; doorsturen; overbrengen (bericht) |
| sosogu-注ぐ | aandacht schenken aan; zich concentreren [focussen] op |
| sōsuru-奏する | rapporteren [berichten; informeren] aan de keizer |
| sotchi-そっち | die kant (dichter bij de toehoorder dan bij de spreker); daar; die |
| sotsugyōshōsho-卒業証書 | (studie) diploma; certificaat |
| sou-沿う | zich bevinden op een rij [naast elkaar; langs [parallel} aan] |
| soyokaze-微風 | lichte wind; zacht briesje |
| sozaisangyō-素材産業 | industriesector die zich bezighoudt met het winnen en raffineren van onbewerkte grondstoffen (b.v. staal, olie, kool, hout, etc.) |
| sozō-塑像 | beeld(je) van klei, gips of plastic |
| sōzōsuru-想像する | zich verbeelden; zich voorstellen; veronderstellen |
| subekukuru-統べ括る | toezicht houden; beheren; controleren |
| sudare-簾 | scherm; afscherming (voor direct zonlicht e.d.) |
| sūgakusha-数学者 | wiskundige; mathematicus |
| sugao-素顔 | onopgemaakt gezicht; gezicht zonder make-up |
| sugao-素顔 | echt gezicht (zonder modificatie zoals met fotoshoppen e.d.) |
| sugi-杉 | Japanese ceder (Cryptomeria japonica) |
| suikazura-忍冬 | kamperfoelie (Lonicera japonica) |
| suiminyaku-睡眠薬 | slaappil; slaapmedicatie |
| suimitsu-水密 | waterdichtheid |
| suiryokuhatsuden-水力発電 | opwekking van elektriciteit uit waterkracht |
| suishitai-水死体 | lichaam [lijk] van iemand die is verdronken |
| suishoku-水色 | lichtblauw |
| suisui-すいすい | (onomatopee) licht; soepel; glijdend; gladjes; vlot |
| suitchi・torēdo-スイッチ・トレード | handelswijze waarbij het ene bedrijf zijn verplichting om een aankoop te doen in een bepaald land aan een ander bedrijf verkoopt |
| suitō-水痘 | waterpokken; varicellen |
| suiyaku-水薬 | vloeibaar medicijn; geneesmiddel in drankvorm; medicinaal drankje |
| suji-筋 | logica; (logische) redenering; juistheid; gerechtigheid |
| suji-筋 | bron; kanaal; (welingelichte) kringen |
| sujibone-筋骨 | spieren en beenderen [botten; skelet]; lichaamsbouw |
| sujime-筋目 | rede; logica |
| sujimichi-筋道 | rede; logica |
| sukījō-スキー場 | ski resort; skicentrum; skihelling |
| sukimasangyō-隙間産業 | niche-industrie; niche-branche (van een klein gespecialiseerd segment van de handelsmarkt) |
| sukkirisuru-すっきりする | zich opgeknapt [opgefrist] voelen |
| sukōpu-スコープ | gezichtsveld; vizier |
| sukurabu-スクラブ | scrub (gezichtsreiniging) |
| sukuramu-スクラム | een dicht opeengepakte menigte; een menselijke keten bij een demonstratie |
| sukuranburukōsaten-スクランブル交差点 | schuine oversteekplaatsen; kruispunt waar voetgangers gelijktijdig in alle richtingen kunnen oversteken |
| sukurappu・ando・birudo-スクラップ・アンド・ビルド | methode bij het maken van een nieuwe begroting van een organisatie (inefficiënte onderdelen worden geschrapt en vervangen door nieuwe) |
| sukuu-救う | (iem.) redden; (iem.'s) lijden verlichten |
| sumairī-スマイリー | smiley; emoticon |
| sumire-菫 | viooltje (Viola mandshurica) |
| sumitsuki-墨付き | document; brief; certificaat |
| sumitsuki-墨付き | gezichtskleur; teint; stemming |
| sumitsuku-住み着く | zich (ergens) vestigen; gaan wonen |
| sumoggu-スモッグ | smog; vervuilde mist; dichte damp |
| sunakku-スナック | hapje; tussendoortje; lichte maaltijd |
| sunappu-スナップ | (American football) beginpass (door de benen van de center naar de back) |
| sunatchi-スナッチ | (gewichtheffen) het trekken |
| sūpābaizā-スーパーバイザー | leidinggevende; toezichthouder; opzichter |
| sūpā・bouru-スーパー・ボウル | de Super Bowl (de kampioenswedstrijd tussen de twee winnende teams van resp. de American Football Conference en de National Football Conference) |
| supekku-スペック | (afk. van specification) specificatie |
| supekutakuru-スペクタクル | aanblik; uitzicht |
| suppokasu-すっぽかす | (iets) nalaten; ongedaan laten; (een plicht; taak) verwaarlozen [verzaken] |
| supureddo-スプレッド | spreiding (van portefeuille, risico's, e.d.) |
| suraidogarasu-スライドガラス | microscoopglaasje; object glaasje; voorwerpglaasje |
| suraidogurasu-スライドグラス | microscoopglaasje; object glaasje; voorwerpglaasje |
| surappusutikku-スラップスティック | slapstick (vorm van komedie) |
| surimi-擂り身 | surimi (fijngehakte vis of schaaldieren die tot een gladde pasta zijn vermalen, o.a. gebruikt voor imitatie krabsticks) |
| suritto・kamera-スリット・カメラ | een camera zonder sluiter, maar met een smalle spleet waar het licht doorheen valt (stripfotografie of spleetfotografie) |
| surottoru-スロットル | gas minderen; smoren; dichtknijpen |
| surumeika-鯣烏賊 | vliegende inktvis (Todarodes pacificus) |
| susabu-荒ぶ | doen wat men wil; zijn gang gaan; zich amuseren |
| susamu-荒む | doen wat men wil; zijn gang gaan; zich amuseren |
| susaru-退る | terugtreden; terugdeinzen; terugschrikken; (zich) terugtrekken |
| susugu-濯ぐ | (雪ぐ) zich ontdoen van een smet [schandvlek; vernedering] |
| susumu-進む | doorgaan; zich (verder) ontwikkelen |
| sutā-スター | ster (hemellichaam) |
| sutāto-スタート | START, Strategic Arms Reduction Treaty |
| sutearingu-ステアリング | besturing; stuurinrichting |
| sutekkā-ステッカー | sticker |
| sutētsuman-ステーツマン | staatsman; politicus |
| sutikku-スティック | hockeystick |
| sutoashugi-ストア主義 | stoïcisme |
| sutoatetsugaku-ストア哲学 | stoïcisme |
| sutoatetsugakusha-ストア哲学者 | stoïcijn |
| sutoikku(na)-ストイック(な) | stoïcijns |
| sutoishizumu-ストイシズム | stoïcisme |
| sutōkā-ストーカー | stalker (iem. die zich schuldig maakt aan stalking) |
| sutoppuraito-ストップライト | stoplicht; verkeerslicht |
| sutoppuraito-ストップライト | achterlicht (voertuig) |
| sutoretchi-ストレッチ | stretch; elasticiteit; rekmateriaal |
| suwapputorihiki-スワップ取引 | ruilcontract (waarbij een partij een bepaalde kasstroom of risico ruilt met dat van een andere partij) |
| suzuki-鱸 | (volwassen) Japanse zeebaars (Lateolabrax japonicus) |
| suzumeiro-雀色 | licht rood-bruine kleur |
| suzumushi-鈴虫 | belkrekel (Meloimorpha japonicus) |
| tabikasanaru-度重なる | zich meerdere keren herhalen; frequent zijn |
| tabō-多望 | grote belofte; goede hoop voor toekomst; goede vooruitzichten |
| taburakasu-誑かす | bedriegen; oplichten; iem. verleiden (om iets te doen) |
| tachiagaru-立ち上がる | terugveren; zich herstellen |
| tachiiru-立ち入る | ergens diep op ingaan; zich bemoeien (met andermans zaken) |
| tachinaoru-立ち直る | zich herstellen; zit vermannen; terugveren; er weer bovenop komen |
| tachiuo-太刀魚 | haarstaartdegenvis (Trichiurus lepturus) |
| tachiyuku-立ち行く | standhouden; doorgaan; zich handhaven |
| tadasu-正す | rechttrekken (houding, kraag, enz.); rectificeren; herstellen |
| tadoru-辿る | voortgaan in een bepaalde richting |
| tāgetto・māketingu-ターゲット・マーケティング | doelgroep marketing; (doel)gerichte marketing |
| tahō-他方 | andere kant [richting] |
| tai-体 | (in kanji combinaties) lichaam |
| tai-体 | (wiskunde) lichaam; veld |
| taiatari-体当たり | het met het volle gewicht er tegenaan gaan; zich storten op |
| taibetsu-大別 | algemene onderverdeling [classificatie] |
| taibetsusuru-大別する | ruwweg [algemeen] onderverdelen [classificeren] |
| taichō-体調 | lichaamsconditie |
| taiden-帯電 | elektrificatie; elektrisering; het onder spanning [stroom] zetten |
| taidō-胎動 | tekenen [indicaties] van verandering |
| taieki-体液 | lichaamsvocht; lichaamssap |
| taige-体解 | (boeddh.) totaal begrip [besef; bevatting] (door lichaam en geest verkregen) |
| taigen-体現 | belichaming; incarnatie; personificatie |
| taigensuru-体現する | belichamen; model staan voor |
| taigyō-大業 | het slagen voor het eindexamen van het officiële promotie-examen in het Ritsuryo-systeem; ook de persoon die dat bereikt |
| taiheiyō-太平洋 | de Grote [Stille] Oceaan; de Pacific |
| taihitsu-大筆 | meesterwerk in kalligrafie, dichtkunst, proza, e.d. |
| taihojutsu-逮捕術 | arrestatietechniek voor politie (om iemand die zich verzet tegen arrestatie de handboeien aan te doen) |
| taii-体位 | lichaamshouding |
| taii-退位 | troonsafstand; abdicatie |
| taiiku-体育 | lichamelijke opvoeding; gymnastiek |
| taijū-体重 | lichaamsgewicht |
| taikaku-体格 | lichaamsbouw; constitutie; fysiek gestel |
| taikan-体感 | zintuiglijke waarneming; lichamelijke gevoelens; sensibiliteit |
| taikei-体型 | lichaamstype; biotype |
| taikendan-体験談 | ervaringsverslag (een vaak fictieve of overdreven getuigenis als verkooptechniek) |
| taiki-待機 | het een kans afwachten; paraat [stand-by] zijn; zich verdekt opstellen; in hinderlaag liggen |
| taikisuru-待機する | een kans afwachten; paraat [stand-by] zijn; zich verdekt opstellen; in hinderlaag liggen |
| taikō-体腔 | (vloeistof-gevulde) lichaamsholte; coeloom |
| taikutsusuru-退屈する | zich vervelen |
| taikyakusuru-退却する | zich terugtrekken; zich overgeven |
| taikyoku-大局 | algemene [globale] situatie [omstandigheid]; algemene [globale] toestand; breder geheel; het grote beeld; het algehele overzicht |
| taimenkōtsū-対面交通 | met het gezicht naar [aan de kant van de weg van] tegemoetkomend verkeer lopen |
| taimō-体毛 | lichaamshaar |
| tainai-体内 | binnen [in] het lichaam |
| tainichi-対日 | ten opzichte van [met betrekking tot] Japan; wat Japan betreft; met Japan |
| taion-体温 | lichaamstemperatuur |
| taionkei-体温計 | thermometer; temperatuurmeter (lichaam) |
| tairyoku-体力 | lichaamskracht; fysieke kracht; uithoudingsvermogen |
| taisabaki-体捌き | (judo) draaiende beweging van het lichaam |
| taisei-体勢 | (lichaams)houding; stand; postuur |
| taisei-耐性 | resistentie (b.v. tegen antibiotica); weerstand; tolerantie |
| taiseki-退席 | vertrek; (zich) terugtrekken; opstaan (uit je stoel); weggaan |
| taishibōritsu-体脂肪率 | lichaamsvetpercentage |
| taishitsu-体質 | fysieke [lichamelijke] gesteldheid |
| taishoku-大食 | vraatzucht; gulzigheid; grote eetlust; het veel eten; zich volproppen |
| taishū-体臭 | lichaamsgeur |
| taiten-大典 | (boeddh. naam) Taiten, priester van de Rinzai-sekte (Zen boeddhisme) met een groot aantal dichtwerken op zijn naam (Edo-periode) |
| taitorōpu-タイトロープ | (fig.) (dansen op) het slappe koord (risicovolle onderneming) |
| taitoru-タイトル | titel; naam (van een boek, verhaal, gedicht, film, muziekstuk etc.) |
| taiyō-太陽 | bron van geluk [vreugde; hoop]; licht (fig.) |
| taiyōkō-太陽光 | zonlicht |
| taiyōtō-太陽灯 | hoogtezon; zonlichtlamp |
| takaburu-高ぶる | zich hooghartig [bazig; trots] gedragen; uit de hoogte doen |
| takaburu-高ぶる | zich opwinden; zich druk [zenuwachtig] maken |
| takaha-鷹派 | haviken; hardliners; radicale groep [factie] |
| takana-高菜 | Japanse grote rode mosterdplant (Brassica juncea var. integrifolia) |
| takanotsume-鷹の爪 | (plant) Capsicum annuum; rode peper; Spaanse peper |
| takanotsume-鷹の爪 | (plant) parelkruid (Sagina japonica) |
| takaru-集る | zich verzamelen; samenkomen |
| take-丈 | hoogte; lichaamslengte; gestalte |
| takitsukeru-焚き付ける | aanstichten; opruien; opstoken; ophitsen |
| takken-卓見 | helderziendheid; doordringend inzicht |
| takken-達見 | inzicht; vooruitziende blik |
| takuan-沢庵 | (gele) ingemaakte daikon (rettich) |
| tamaru-溜まる | zich opstapelen [verzamelen]; aangroeien; oplopen; blijven liggen |
| tamaru-貯まる | gespaard worden; zich opstapelen |
| tanbishugi-耽美主義 | estheticisme |
| tangan-嘆願 | smeekbede; petitie; pleidooi; (officieel) verzoek\ |
| taningyōgi-他人行儀 | het zich afstandelijk [gereserveerd; formeel] gedragen; gereserveerdheid; afstandelijkheid |
| tanka-短歌 | een Japans gedicht bestaande uit vijf regels met 31 lettergrepen (5-7-5-7-7) |
| tanka-譚歌 | ballade; verhalend gedicht [lied] |
| tankōbon-単行本 | een los boek (als zelfstandig werk gepubliceerd, in tegenstelling tot een boek dat deel uitmaakt van een serie) |
| tankōshoku-淡黄色 | (de kleur) lichtgeel |
| tanoshimu-楽しむ | (ergens van) genieten; plezier hebben; zich amuseren |
| tanren-鍛練 | geestelijke en lichamelijke training [discipline] |
| tanshi-短詩 | een kort gedicht |
| tanshi-譚詩 | ballade; verhalend gedicht [lied] |
| tanshin-短信 | kort bericht; notitie; memo; korte boodschap |
| tansū-単数 | (grammatica) enkelvoud |
| tantan-淡淡 | licht; eenvoudig; natuurlijk; ongedwongen; onverschillig |
| tantehōkō-短手方向 | breedterichting |
| tanukineiri-狸寝入り | net doen alsof je slaapt; zich slapende houden |
| tanzaku-短冊 | een smalle strook papier voor het schrijven van Japanse (waka) gedichten (verticaal) |
| tanzeisha-担税者 | belastingplichtige; belastingbetaler |
| tan'i-単位 | eenheid van gewicht [lengte]; munteenheid |
| tarabagani-鱈場蟹 | rode koningskrab (Paralithodes camtschaticus) |
| tare-垂れ | kanji-radicaal links-boven |
| tarumono-たる者 | zo iemand als; iemand die zich ... kan noemen; degene die ... (moet) zijn |
| tashinamu-嗜む | voorzichtig [bescheiden] zijn |
| tashisentakushiki-多肢選択式 | multiple choice; meerkeuze |
| tashisentakushikimondai-多肢選択式問題 | meerkeuzevragen; multiplechoicevragen |
| tashisentakushikitesuto-多肢選択式テスト | multiplechoicetest; multiplechoicetoets; meerkeuzetoets |
| tashō-他称 | derde persoon (grammatica) |
| tashō-多少 | enigszins; ietwat; lichtelijk; tamelijk |
| tatakiageru-叩き上げる | zichzelf opwerken; van onderaf beginnen |
| tatchi・futtobōru-タッチ・フットボール | eenvoudigere variant van het American Football |
| tate-縦 | lengte; hoogte; diepte; verticaal; loodrecht; van boven naar beneden; van noord naar zuid |
| tatebue-縦笛 | blaasinstrument waar verticaal op geblazen wordt |
| tategaki-縦書き | verticaal schrift |
| tategumi-縦組み | verticale typografie; verticale leesrichting |
| tatejiku-縦軸 | verticale as; y-as |
| tatejima-縦縞 | verticale strepen |
| tatekomoru-立て籠もる | (zich) terugtrekken (in een kamer) |
| tatekomoru-立て籠もる | (zich) verschansen [verschuilen] (in een kasteel, gebouw, e.d.) |
| tatemae-建て前 | officieel [publiek; diplomatiek] standpunt; façade |
| tatenuki-経緯 | verticaal en horizontaal; lengtegraad en breedtegraad; schering en inslag |
| tateru-建てる | bouwen; oprichten |
| tatetsuku-盾突く | trotseren; tarten; zich verzetten; niet gehoorzamen; in opstand komen |
| tatewari-縦割り | iets verticaal [in de lengte] doormidden delen |
| tatewari-縦割り | verticale [hiërarchische] organisatiestructuur |
| tatsu-立つ | zichzelf staande houden |
| tawakeru-戯ける | zich dwaas gedragen; gek doen; grapjes maken |
| tayōka-多様化 | diversificatie; afwisseling |
| tayōkasuru-多様化する | diversificeren; afwisselen; variëren |
| tayori-便り | bericht; nieuws; tijding |
| tayori-頼り | het vertrouwen [steunen; rekenen; zich verlaten op]; betrouwbaarheid; steunpilaar |
| tayoru-頼る | vertrouwen; steunen; rekenen; zich verlaten op |
| tazusaeru-携える | in de hand(en) dragen [hebben]; bij zich dragen [hebben] |
| tazusawaru-携わる | verwikkelen; (erbij) betrekken; zich bezighouden met; meedoen |
| tebana-手鼻 | je neus schoonblazen door met je vingers één voor één de neusgaten dicht te drukken |
| tefūkin-手風琴 | accordeon; trekharmonica; concertina |
| tegami-手紙 | brief; bericht; epistel |
| tegaru-手軽 | eenvoud; ongecompliceerdheid |
| tegatai-手堅い | vast; evenwichtig |
| teiatsu-低圧 | (elektriciteit) laagspanning |
| teisei-訂正 | correctie; aanpassing; herziening; rectificatie |
| teisha-停車 | het (tijdelijk) stoppen van een voertuig (voor een stoplicht, halte, station, etc.) |
| teishin-挺身 | vrijwilliger; het zich als vrijwilliger aanbieden |
| teishinsuru-挺身する | zich als vrijwilliger aanbieden; het voortouw nemen |
| teisuru-挺する | het voortouw [initiatief] nemen; voorop gaan; zich inzetten voor; zich opofferen |
| teitō-低頭 | diepe buiging van het hoofd en bovenlichaam (als begroeting) |
| teiyu-提喩 | synecdoche (stijlfiguur in grammatica en retorica) |
| tejika-手近 | dichtbij (de hand) |
| tekikakutegata-適格手形 | een bankaccept (gekwalificeerd door de Bank van Japan) |
| tekīra-テキーラ | tequila (Mexicaanse alcoholische drank) |
| tekisuru-敵する | zich verzetten tegen; bezwaar maken tegen; dwarsbomen; tegenwerken |
| tekitō-滌蕩 | zuivering; reiniging; purificatie (van een verwonding, smet e.d.) |
| tekiya-的屋 | straatventer; sjacheraar; oplichter; bedrieger |
| tekiyaku-適薬 | het juiste [specifieke] medicijn; passende remedie (voor een bepaalde ziekte) |
| tekiyō-摘要 | samenvatting; kort overzicht |
| tekketsu-剔抉 | een fraudegeval [schandaal] aan het licht brengen. |
| tekunikkusu-テクニックス | Technics, merknaam van Panasonic Corporation |
| tekunishan-テクニシャン | technicus; servicemonteur |
| tekunokurashī-テクノクラシー | technocratie (economische inrichting van de maatschappij onder leiding van technici) |
| tema-手間 | salaris; loon naar werken; geld voor verrichte arbeid |
| temachin-手間賃 | salaris; loon naar werken; geld voor verrichte arbeid |
| temadai-手間代 | salaris; loon naar werken; geld voor verrichte arbeid |
| temae-手前 | mijn gezichtspunt |
| temochibusata-手持ち無沙汰 | niets te doen hebben; niets om handen hebben; zich vervelen |
| temori-手盛り | zelfservice; zichzelf opscheppen; zichzelf bedienen |
| temoto-手元 | dichtbij; bij de hand; onder handbereik |
| ten-点 | onderwerp; punt (van aandacht); standpunt; aspect; opzicht |
| tenaishoku-手内職 | thuiswerk (doen); handwerk thuis verrichten |
| tenarai-手習い | notatie van een (eigen) gedicht, e.d. (dat in je gedachten opkomt) |
| tenareru-手慣れる | zich bekwamen (in); zich eigen maken; gewend raken (aan) |
| tenja-点者 | recensent [criticus] van Japanse poëzie (waka, haiku, etc.) |
| tenjin-天神 | de vergoddelijkte geest van Sugawara no Michizane |
| tenjiru-転じる | draaien; wenden; van richting veranderen |
| tenkaisuru-展開する | ontwikkelen; uitspreiden; uitrollen; openvouwen; uitlichten; uitwerken |
| tenken-点検 | inspectie; verificatie |
| tenkiyohō-天気予報 | weerbericht; weersvoorspelling; weersverwachting |
| tenma-伝馬 | lichter; platbodem (vaartuig) |
| tenmabune-伝馬船 | lichter; bladbodem (vaartuig) |
| tenmado-天窓 | dakraam; een opening in het dak of het plafond (om bijv. licht binnen te laten of rook te laten ontsnappen) |
| tenmasen-伝馬船 | lichter; bladbodem (vaartuig) |
| tenmetsu-点滅 | het knipperen; aan en uit gaan (van licht) |
| tenseki-典籍 | boek; publicatie |
| tenseki-転籍 | registratie van overplaatsing (van woonplaats, studierichting, school, etc.) |
| tenshin-転進 | koerswijziging; verandering van richting |
| tenshutsutodoke-転出届 | aangifte [kennisgeving] van verhuizing; verhuisbericht |
| tensu-テンス | tijdsvorm; tempus (grammatica) |
| tentai-天体 | hemellichaam |
| tentei-点綴 | het zich vastklampen; verbinden; combineren |
| tentetsu-点綴 | het zich vastklampen; verbinden; combineren |
| tentō-点灯 | het aandoen [inschakelen] van licht [lampen] (b.v. van autolampen) |
| tentō-転倒 | verstoring; verwarring; uit evenwicht; ontsteltenis |
| tēpingu-テーピング | het intapen (van gewrichten, e.d.) |
| tērā・shisutemu-テーラー・システム | systeem van wetenschappelijke bedrijfsvoering (van Frederick Taylor) |
| terekomu-テレコム | telecom; telecommunicatie |
| terekomyunikēshon-テレコミュニケーション | telecommunicatie |
| tereru-照れる | verlegen [in verlegenheid] zijn; zich opgelaten voelen |
| tēruraito-テールライト | achterlicht |
| tēruranpu-テールランプ | achterlicht |
| tikkā-ティッカー | tikker (toestel dat berichten telegrafisch op papierstroken overbrengt); elektronisch prikbord voor nieuws en beursberichten |
| tō-東 | (in kanjicombinaties) oost |
| tō-灯 | lamp; licht |
| tobihi-飛び火 | rondvliegende vonken [vlammen]; zich verspreidend [overspringend] vuur |
| tobihi-飛び火 | (fig.) vonken die overspringen; zich verspreidende gevolgen [effecten] |
| tobikakaru-飛びかかる | zich op iemand [iets] storten; aanvallen |
| tobirae-扉絵 | frontispice; titelplaat; illustratie bij titelpagina |
| tobu-飛ぶ | haast maken; zich haasten; snel zijn |
| tochi-土地 | plaats; gebied; district; regio |
| tōei-灯影 | licht; lamp; toorts; lichtschijnsel [flikkering] (van lamp of vuur) |
| tōgō-統合 | eenwording; unificatie; integratie |
| tōgōsuru-統合する | unificeren; tot eenheid brengen; integreren |
| tōhō-東方 | het oosten; oostelijke richting |
| tōhon-謄本 | officiële kopie van een familie-register |
| tōhyō-灯標 | lichtbaken; lichtboei |
| toiawaseru-問い合わせる | informeren (naar); navraag doen; inlichtingen inwinnen |
| tōitsu-統一 | eenwording; vereniging; hereniging; unificatie; standaardisatie |
| tōji-蕩児 | losbol; libertijn; lichtmis |
| tojikomoru-閉じ籠もる | zich afzonderen; zich opsluiten |
| tōjiru-投じる | zich toeleggen op; zich wijden aan; zich (enthousiast) ergens op storten |
| tōjiru-投じる | toedienen (medicijnen) |
| tojiru-綴じる | (dicht)naaien; stikken |
| tojiru-閉じる | sluiten; dichtdoen; afsluiten |
| tōkatsu-統括 | controle; toezicht; supervisie |
| tōkatsu-統轄 | controle; toezicht; supervisie |
| tokekomu-溶け込む | opgaan; samengaan; zich aanpassen; assimileren (in een groep) |
| tokihogusu-解きほぐす | ontspannen; verlichten (van pijn, e.d.) |
| tokinashi-時無し | (afk. voor 時無し大根) een soort daikon [rettich] (die het hele jaar door beschikbaar is) |
| tokinashidaikon-時無し大根 | een soort daikon [rettich] (die het hele jaar door beschikbaar is) |
| tokkyochō-特許庁 | octrooibureau; octrooicentrum |
| tōkō-投稿 | bijdrage (aan een publicatie) |
| tokobushi-常節 | kleine zeeoor [abalone] (Sulculus diversicolor supertexta) |
| toku-解く | vrij laten; laten gaan; ontslaan (van een plicht); ontbinden (van een contract) |
| tokubetsuhikidashiken-特別引き出し権 | speciale trekkingsrechten (certificaten in valutasysteem) |
| tokubetsuku-特別区 | speciaal district; aparte economische zone |
| tokudō-得道 | (boeddh.) de weg [methode] om de verlichting te bereiken |
| tokuhō-特報 | een speciaal (kort) nieuwsbericht; nieuwsflits |
| tokuibi-特異日 | (meteorologie) singulariteit: een specifieke dag waarop een bepaald weertype zich met grote waarschijnlijkheid voordoet |
| tokureishi-特例市 | (Japans systeem) classificatie als kernstad (met speciale administratieve bevoegdheden) voor steden met minstens 20.000 inwoners |
| tokushuhōjin-特殊法人 | bijzondere onderneming (voor projecten zonder commerciële doeleinden, zoals overheidsbedrijven, bedrijfsverenigingen, stichtingen, e.d.) |
| tokutei-特定 | vaststelling; specificering; identificatie |
| tōkyū-等級 | classificatie; waardering |
| tomadou-戸惑う | de kluts [weg] kwijt zijn; zich geen raad weten; verbijsterd [in de war; verbluft; perplex; beduusd] zijn |
| tomonau-伴う | met zich meebrengen; resulteren; gepaard gaan met |
| ton-トン | tonnage; ton (eenheid van massa en gewicht in het metrieke stelsel) |
| ton-頓 | (boeddh.) in één keer de verlichting bereiken (zonder voorproces van studie en training) |
| toneriko-梣 | es; essenboom (Fraxinus japonica) |
| tonerikozai-トネリコ材 | essenhout; hout van de Japanse es (Fraxinus japonica) |
| tonikku・wōtā-トニック・ウォーター | (koolzuurhoudende drank) tonic |
| toonoku-遠退く | zich terugtrekken; langzaam (in de verte) verdwijnen |
| toorima-通り魔 | een crimineel die in het wilde weg [blindelings] passanten aanvalt en vernielingen aanricht |
| toozakaru-遠ざかる | zich verwijderen; verder weggaan; vervagen; wegsterven |
| toozakeru-遠ざける | vermijden; weghouden van; zich onthouden van; uit de buurt blijven; op afstand houden; zich afzijdig houden |
| topikkusu-トピックス | TOPIX (Tokyo Stock Price Index, index aandelenbeurs Tokio) |
| torigai-鳥貝 | zeeschelp; kokkel (Fulvia mutica) |
| toriiru-取り入る | bij iemand in de gratie [in het gevlij] proberen te komen; zich aan iemand opdringen |
| torikkusutā-トリックスター | bedrieger; oplichter; zwendelaar; goochelaar |
| torikomisagi-取り込み詐欺 | oplichterij; zwendel; flessentrekkerij |
| torikotto-トリコット | tricot; gebreide stof; gebreide kleding |
| torinoichi-酉の市 | Tori-no-ichi festival (gehouden op de dag van de haan in november bij de Otori-schrijn) |
| torishimaru-取り締まる | onder controle hebben; beheren; toezicht houden (op) |
| torisumasu-取り澄ます | zich onbezorgd [zelfverzekerd] voordoen; zich een zelfverzekerde houding geven |
| toritateru-取り立てる | benadrukken; zich richten op; de aandacht richten op |
| tōrō-灯籠 | (Japanse) tuinlantaarn; tuinverlichting |
| toroi・onsu-トロイ・オンス | troyounce (|een gewichtsmaat voor edelmetalen, groot 31,1034768 gram) |
| toru-執る | doen; uitvoeren; zich inzetten voor; het bevel [de leiding] nemen |
| tōryō-投了 | (sport of spel) opgave; het opgeven; zich gewonnen geven |
| tōsandō-東山道 | Tōsandō, een van de zeven oude wegen in het gebied tussen de Tōkaidō en de Hokurikudō, en onderdeel van de Gokishichidō (五畿七道) |
| tōsha-投射 | (licht) projectie; reflectie |
| tōshi-透視 | (ergens) doorheen kijken; doorzichtigheid |
| tōshin-頭身 | hoofd en lichaam |
| tōshin-頭身 | de verhouding tussen hoofdlengte en lichaamslengte |
| tōshō-凍傷 | bevriezing (van lichaamsdeel); beschadiging [verwonding] als gevolg van bevriezing |
| tōshōkabukashisū-東証株価指数 | Tokyo Stock Price Index; TOPIX (index aandelenbeurs Tokio) |
| tōsō-闘争 | gevecht; conflict; oorlog; strijd |
| tōsuikeisū-透水係数 | waterdoorlaatbaarheidscoëfficiënt |
| tōsuiryōkeisū-透水量係数 | overdraagbaarheidscoefficient |
| tosu・battingu-トス・バッティング | (honkbal) peppergame, oefening waarbij ballen herhaaldelijk naar een slagman worden gegooid, die ze terugslaat naar dichtbij staande veldspelers |
| tōtai-灯体 | verlichting in theater; toneellicht(en); podiumverlichting |
| tōtetsu-透徹 | helderheid; doorzichtigheid; transparantie |
| totetsu-途轍 | reden; logica |
| totetsusuru-透徹する | duidelijk zijn; doorzichtig zijn; helder [transparant] zijn |
| tou-問う | zich afvragen; betwijfelen |
| tou-問う | uitgeven; publiceren; openbaren |
| tōyaku-投薬 | medicatie; medicijnen; recept |
| tōyōsuru-盗用する | zich toe-eigenen; plagiaat plegen; plagiëren; frauderen |
| tsentonā-ツェントナー | centenaar (oude gewichtsmaat, was in Duitsland 50kg; Zwitserland en Oostenrijk 100kg) |
| tserutozakku-ツェルトザック | een lichtgewicht tent (Duits: Zeltsack) |
| tsubaki-椿 | camelia; Camellia japonica |
| tsubakurame-燕 | zwaluw; boerenzwaluw (Hirundo rustica) |
| tsubame-燕 | zwaluw; boerenzwaluw (Hirundo rustica) |
| tsubomu-窄む | smaller worden; samentrekken; krimpen; zich sluiten |
| tsubudatsu-粒立つ | korrelig worden (zoals bij het koken van rijst, die niet papperig is, waarbij afzonderlijke korreltjes goed zichtbaar zijn) |
| tsūchisuru-通知する | mededelen; berichten; laten weten; informeren; adviseren |
| tsudou-集う | samenkomen; bijeenkomen; zich verzamelen |
| tsūfū-痛風 | jicht |
| tsugai-番い | gewricht |
| tsuge-黄楊 | buxus (Buxus microphylla) |
| tsugumu-噤む | zwijgen; stil zijn; het zwijgen ertoe doen; je mond (dicht)houden; zich stil houden |
| tsuinin-追認 | ratificatie; bekrachtiging; bevestiging |
| tsuiteha-就いては | daarom; als gevolg daarvan; in dit verband; wat dat betreft; in dat opzicht |
| tsukaeru-支える | een drukkend gevoel op de borst hebben, zich bedrukt voelen (door verdriet of zorgen) |
| tsukaiwakeru-使い分ける | correct gebruiken (de juiste instrumenten voor de juiste taak gebruiken); zich aanpassen aan de situatie |
| tsukamaru-掴まる | zich vastklampen (aan) |
| tsukaru-漬かる | (fig.) zich onderdompelen in; vol zijn van |
| tsukebi-付け火 | brandstichting |
| tsukene-付け根 | basis; wortel; gewricht |
| tsukikage-月影 | maanlicht |
| tsukikage-月影 | de weerspiegeling van het maanlicht |
| tsukisusumu-突き進む | zich een weg banen; voorwaarts stormen [rennen] |
| tsukiyo-月夜 | door de maan verlichte nacht; maannacht |
| tsukkomu-突っ込む | je neus ergens insteken; zich bemoeien met |
| tsukkomu-突っ込む | zich verdiepen in; grondig onderzoeken; een scherpe [kritische] vraag stellen; (in een komisch stuk) schertsen |
| tsukuri-作り | uiterlijk; lichaamsbouw |
| tsukuriageru-作り上げる | uitvoeren; (op)bouwen; fabriceren; voltooien; uitvinden; bedenken |
| tsukuribanashi-作り話 | fictie; verzonnen verhaal; verzinsel; bedenksell |
| tsukuru-作る | maken; vervaardigen; produceren; fabriceren; in elkaar zetten; componeren |
| tsukuru-作る | bouwen; oprichten |
| tsukuru-作る | doen; handelen; verrichten |
| tsukutsukubōshi-つくつく法師 | Walker's cicade (Meimuna opalifera) |
| tsuma-端 | een oppervlak loodrecht op de zij- of nokrichting van een gebouw |
| tsumekusa-爪草 | (plant) parelkruid (Sagina japonica) |
| tsumikasaneru-積み重ねる | zich opstapelen; ophopen, opeenstapelen |
| tsumu-詰む | dicht [strak] geweven [gebreid] zijn; dicht op elkaar gepakt [gepropt] zijn |
| tsunawatari-綱渡り | het koorddansen; balanceren; risico's nemen |
| tsura-面 | gezicht |
| tsuranokawa-面の皮 | gezichtshuid; aangezicht |
| tsuriaiomori-釣り合いおもり | tegengewicht; tegenwicht |
| tsurikawa-吊り革 | hanglus (waaraan staande passagiers zich kunnen vasthouden in tram, bus, metro, e.d.) |
| tsurikomu-釣り込む | binnenhalen; ophalen; optillen; naar zich toe trekken |
| tsurime-つり目 | ogen met naar boven gerichte ooghoeken |
| tsurureishi-蔓茘枝 | een bittere soort meloen (Momordica charantia) |
| tsūshin-通信 | communicatie; correspondentie; nieuws; bericht; verslag; mededeling |
| tsūshinkiban- 通信基盤 | telecommunicatie-infrastructuur |
| tsūshinmō-通信網 | communicatienetwerk |
| tsūshin'eisei-通信衛星 | communicatiesatelliet |
| tsuta-蔦 | Japanse wilde wingerd (Eng.: Boston ivy; Parthenocissus tricuspidata) |
| tsutaeru-伝える | doorgeven; berichten; laten weten |
| tsūtatsu-通達 | notificatie; aankondiging; kennisgeving |
| tsutome-勤め | plicht; verplichting; taak; opdracht; werk; dienst |
| tsutomemuki-勤め向き | iemand's zaken [plichten; taken] |
| tsutomeru-努める | pogen; wagen; zich inzetten (voor); zijn best doen; zich toeleggen op |
| tsutsushimi-慎み | voorzichtigheid; bescheidenheid; terughoudendheid |
| tsutsushimu-慎む | letten op; passen op; voorzichtig [tactvol] zijn |
| tsutsushimu-慎む | nalaten; afzien van; zich onthouden van |
| tsuwabuki-石蕗 | (plant) Farfugium japonicum |
| tsūzokushōsetsu-通俗小説 | lichte roman; stuiversroman; sensatieroman; roman voor het grote publiek |
| uchichigaeru-打ち違える | verkeerd doen; een fout maken; zich vergissen |
| uchideshi-内弟子 | bij een leermeester inwonende student (die huistaken verricht als betaling voor onderwijs) |
| uchiharau-打ち払う | (van zich af) slaan; wegslaan; wegvegen; wegjagen |
| uchikomu-打ち込む | zich (toe)wijden aan |
| uchiwake-内訳 | specificatie (van producten, voorraad, uitgaven, etc.) |
| ude-腕 | arm (lichaamsdeel) |
| udonge-優曇華 | (plant) ficus racemosa |
| uēbu-ウエーブ | golf (elektriciteit, geluid, radio, etc.) |
| ueito-ウエイト | gewicht |
| ueitorifutingu-ウエイトリフティング | het gewichtheffen |
| uerunesu-ウエルネス | gezondheid; lichamelijk welbevinden |
| uerutākyū-ウエルター級 | welter gewichtsklasse (boksen) |
| uēto-ウエート | gewicht |
| uikyō-茴香 | venkel (Foeniculum vulgare) |
| uindō・doresshingu-ウインドー・ドレッシング | etalage-inrichting; het etaleren |
| uinkā-ウインカー | richtingaanwijzer; knipperlicht |
| ukaberu-浮かべる | zich herinneren; voor de geest halen |
| ukan-有官 | iemand met een officiële functie [rang; positie] bij de overheid; een ambtenaar |
| ukaseru-浮かせる | half overeind komen; zich oprichten |
| ukasu-浮かす | half overeind komen; zich oprichten |
| ukemi-受身 | (grammatica) de passieve [lijdende] vorm |
| ukemotsu-受け持つ | (een taak) op zich nemen [uitvoeren]; (een opdracht) aannemen |
| ukeou-請け負う | op zich [voor zijn rekening] nemen; (werk) aannemen |
| uketsukeru-受け付ける | ontvangen; aannemen; accepteren; op zich nemen |
| ukiagaru-浮き上がる | ontsnappen aan; zich losmaken [bevrijden] |
| uma-午 | (windrichting) het zuiden |
| umarekawaru-生まれ変わる | (fig.) herboren zijn; totaal veranderd zijn; een nieuwe start maken; zich rehabiliteren |
| uminooya-生みの親 | stichter; oprichter; grondlegger |
| unaginobori-鰻登り | (lett. een paling die verticaal omhoog (in het water) klimt) het snel stijgen [omhoogklimmen]; omhoogschieten (van prijzen, populariteit, e.d.) |
| unbo-雲母 | (mineraal) mica; glimmer |
| undō-運動 | lichaamsbeweging; (conditie)training; oefening(en) |
| une-畝 | richel (in een veld) |
| unmo-雲母 | (mineraal) mica; glimmer |
| unza-運座 | bijeenkomst waarbij mensen samen haiku gedichten schrijven over een bepaald onderwerp |
| uranari-末生り | metafoor voor (een zwak) iemand met een bleek gezicht |
| uraomote-裏表 | twee gezichten hebben; hypocriet zijn |
| urauchi-裏打ち | bewijsvoering via een ander gezichtspunt [perspectief] |
| ureeru-憂える | vrezen; zich zorgen maken; angst hebben |
| ureu-憂う | zich zorgen maken over; treuren; overstuur [angstig; van streek; bedroefd] zijn |
| urisabaku-売り捌く | efficiënt [op grote schaal] verkopen van artikelen; de hele voorraad goederen verkopen |
| uruguai・raundo-ウルグアイ・ラウンド | Uruguay-ronde (Internationale onderhandelingen van 1986 tot 1994, die uiteindelijk leidden tot de oprichting van de Wereldhandelsorganisatie) |
| urushi-漆 | lakboom (Rhus verniciflua) |
| urushimake-漆負け | huiduitslag door gifsumak (van de plant Rhus radicans) |
| urutora-ウルトラ | radicaal |
| ushin-有心 | inzicht en beleid |
| ushin-有心 | de standaard vorm van een waka gedicht |
| ushin-有心 | de serieuze vorm van een renga gedicht |
| ussō-鬱蒼 | dichte bebossing; donkere [dicht op elkaar staande] bomen |
| usu-薄 | (als prefix) licht; vaag; dun; weinig; schaars |
| usuaji-薄味 | licht gekruid; milde smaak |
| usuakari-薄明かり | zwak licht; schemering |
| usuao-薄青 | lichtblauw |
| usubi-薄日 | zwak (zon)licht; een waterig zonnetje |
| usucha-薄茶 | lichte [slappe] (groene) matcha thee |
| usucha-薄茶 | lichtbruine kleur |
| usude-薄手 | lichte verwonding; een klein sneetje |
| usugumori-薄曇り | licht bewolkt |
| usui-薄い | licht; vaag (van kleur) |
| usukuchi-薄口 | zachte smaak; licht op smaak gebracht |
| usukuchi-薄口 | dun [fijn; delicaat] voorwerp (b.v. aardewerk, porselein) |
| usumurasaki-薄紫 | lichtpaars |
| usumurasakiiro-薄紫色 | lichtpaarse kleur |
| usuwarai-薄笑い | een vage [lichte] glimlach |
| usuzumi-薄墨 | dunne [lichte] zwarte inkt |
| utaawase-歌合わせ | waka-gedichtenwedstrijd |
| utakai-歌会 | dichtwedstrijd; wedstrijd [bijeenkomst] voor het maken van Japanse gedichten |
| utayomi-歌詠み | het componeren [reciteren] van waka (gedichten) |
| utayomi-歌詠み | dichter [dichteres] (van waka) |
| utsuru-映る | zich weerspiegelen; gereflecteerd worden |
| utsuru-移る | zich verplaatsen; verhuizen |
| uttaeru-訴える | klagen; een klacht indienen; zich beklagen |
| uwanori-上乗り | het begeleiden [de begeleider; opzichter] van goederen [vracht; lading] tijdens transport |
| uwatsuku-浮つく | wispelturig [lichtzinnig; rusteloos] zijn [worden] |
| uyokyokusetsu-紆余曲折 | wendingen; complicaties; wisselvalligheden |
| uyūsensei-烏有先生 | een denkbeeldig persoon; een fictief karakter |
| uzukumaru-蹲る | hurken; bukken; ineenduiken; zich klein maken |
| vachikan-ヴァチカン | het Vaticaan |
| wabiru-詫びる | zich verontschuldigen |
| wabisuke-侘助 | Wabisuke camelia (een variëteit van de Camellia Japonica, met kleine enkele bloemen; vanwege hun eenvoud vaak gebruikt bij theeceremonies) |
| wagami-我が身 | mijzelf; zichzelf |
| waiya-ワイヤ | elektriciteitskabel; snoer |
| waiyaresu-ワイヤレス | draadloze communicatie; draadloos |
| waiyaresu-ワイヤレス | (afkorting voor) draadloze microfoon |
| waiyaresukyūden-ワイヤレス給電 | draadloze voeding [elektriciteitsaansluiting] |
| waiyaresutsūshin-ワイヤレス通信 | draadloze communicatie |
| waiyaresu・maiku-ワイヤレス・マイク | draadloze microfoon |
| waiyaresu・maikurohon-ワイヤレス・マイクロホン | draadloze microfoon |
| wai・daburyū・shī・ē-ワイ・ダブリュー・シー・エー | Young Women’s Christian Association, een beweging die zich inzet voor leiderschap en rechten van vrouwen en meisjes |
| waka-和歌 | waka (klassieke Japanse dichtvorm) |
| wakadoshiyori-若年寄 | een jongere die zich als een oudere gedraagt |
| wākahorikku-ワーカホリック | workaholic. iemand die verslaafd is aan zijn werk; iemand die veel werkt |
| wakaisuru-和解する | zich verzoenen; verzoend worden (met); (ruzie) bijleggen |
| wakamuki-若向き | bestemd voor [gericht op] jonge mensen |
| wakamurasaki-若紫 | licht paars |
| wakareru-分かれる | verdeeld worden; zich vertakken [verspreiden] |
| wakaru-分かる | duidelijk zijn; begrijpen; zich realiseren |
| wakazukuri-若作り | zich jong kleden; zich jonger kleden dan de eigen leeftijd |
| wakiku-脇句 | tweede vers van een renga of een renku (Japans kettinggedicht) |
| wanchan-わんちゃん | misschien; wellicht |
| wanman-ワンマン | één man die de leiding heeft [die alle macht naar zich toetrekt]; tiran; dictator |
| waraeru-笑える | in zichzelf [van binnen] lachten; spontaan lachen [glimlachen] |
| waraigao-笑い顔 | (glim)lachend gezicht |
| waraitobasu-笑い飛ばす | iets weglachen; zich er met een (glim)lach vanaf maken |
| ware-我 | ik; mijzelf; zichzelf |
| waregachini-我勝ちに | het streven [dringen] om de eerste te zijn; ieder voor zich |
| warekara-我から | uit eigen beweging; uit zichzelf |
| waremonochūi-割れ物注意 | (op bagage, pakketten, etc.) voorzichtig [pas op], breekbaar! |
| warenagara-我ながら | ondanks zichzelf; voor mij; wat mij betreft |
| waresakini-我先に | het streven [dringen] om de eerste te zijn; ieder voor zich |
| wareto-我と | op eigen initiatief; uit eigen beweging; uit zichzelf |
| warubireru-悪びれる | (dit w.w. wordt gebruikt in ontkennende zinnen) te verlegen zijn; zich klein [minderwaardig] voelen; rusteloos [zenuwachtig] zijn |
| waruburu-悪ぶる | zich (ten onrechte) voordoen [gedragen] als een schurk [slechterik] |
| warui-悪い | zich slecht [ziek] voelen |
| wasabi-山葵 | (plant) Eutrema japonicum |
| wasuru-和する | passende dichtregels maken als antwoord op een andere dichtregels [verzen] |
| watakushiritsu-私立 | particulier; privé (instelling) |
| watakushisuru-私する | zich toe-eigenen |
| watarizome-渡り初め | de (officiële) opening van een nieuwe brug |
| webuapuri-ウェブアプリ | webapplicatie |
| webu・sābisu-ウェブ・サービス | webdienst; webservice |
| web・apurikēshon-ウェブ・アプリケーション | webapplicatie |
| wiketto-ウィケット | wicket (bij cricket) |
| windouzu-ウィンドウズ | Windows (het computerbesturingssysteem van Microsoft) |
| windouzu・sābisupakku-ウィンドウズ・サービスパック | Windows Service Pack |
| wiruowisupu-ウィルオウィスプ | dwaallicht |
| yabukōji-藪柑子 | (plant) Ardisia japonica (marlberry) |
| yadake-矢竹 | pijlbamboe (Pseudosasa japonica) |
| yadoru-宿る | verblijven; zich ophouden; zich bevinden (in) |
| yadosu-宿す | bevatten; omvatten; huisvesten; in zich hebben |
| yagiza-山羊座 | (sterrenbeeld) Steenbok (Capricornus) |
| yajirobee-弥次郎兵衛 | één van de twee hoofdpersonen uit het boek Tōkaidōchū Hizakurige (Jippensha Ikku, gepubliceerd 1802-1822) |
| yakei-夜景 | aanzicht [uitzicht] bij nacht; nachtelijk aanzicht [uitzicht] |
| yakka-薬価 | medicijnprijzen; de vergoeding voor medicijnen |
| yakka-薬禍 | schadelijke bijwerkingen van een medicijn |
| yaku-薬 | narcotica; drug(s); verdovend middel |
| yakubutsu-薬物 | geneesmiddel; medicijn; medicament |
| yakubutsu-薬物 | (politieterm) drugs; narcotica |
| yakudoku-薬毒 | gif in een medicijn; een giftige stof in medicijnen |
| yakuhin-薬品 | medicijn; geneesmiddel; chemisch produkt |
| yakuin-役印 | een officieel zegel [stempel]; ambtstempel |
| yakuri-薬理 | werking [effect] van medicijnen |
| yakurisayō-薬理作用 | medicinale werking; de werking van geneesmiddelen |
| yakurō-薬籠 | medicijnkist |
| yakusai-訳載 | vertaling van een artikel [publicatie] |
| yakusatsu-扼殺 | wurging (het dichtknijpen van de keel) |
| yakushi-訳詩 | vertaald gedicht; vertaling van een gedicht |
| yakushin-薬疹 | huiduitslag als bijwerking van medicijngebruik |
| yakushoku-役職 | een officieel ambt; officiële functie |
| yakushu-薬酒 | medicijndrank; geneeskrachtige [medicinale] drank |
| yakuzai-薬剤 | een medicijn; farmaceutisch product |
| yamabuki-山吹 | Ranonkelstruik (Kerria japonica) |
| yamagiwa-山際 | bergkam; bergrichel; bergrug |
| yamahototogisu-山時鳥 | paddenlelie (Tricyrtis macropoda) |
| yamaimo-山芋 | Japanse bergyam (Dioscorea japonica ) |
| yamake-山気 | ondernemend persoon; iemand die graag risico's neemt |
| yamaki-山気 | ondernemend persoon; iemand die graag risico's neemt |
| yamakke-山っ気 | ondernemend persoon; iemand die graag risico's neemt |
| yamanari-山形 | de vorm van een berg; een chevron (een omgekeerde V als onderscheidingsteken, b.v. op de mouw van een officier) |
| yamanoimo-山の芋 | Japanse bergyam (Dioscorea japonica ) |
| yamanote-山の手 | Yamanote, district van Tokio |
| yamashi-山師 | goudzoeker; avonturier; gelukzoeker; speculant; oplichter |
| yamatoimo-大和芋 | Japanse yam (soort aardappel, Dioscorea japonica) |
| yamatouta-大和歌 | traditioneel Japanse gedicht (waka) |
| yami-闇 | hopeloosheid; uitzichtloosheid |
| yamine-闇値 | de prijs op de zwarte markt; een prijs die niet de officieel vastgestelde prijs is |
| yamisōba-闇相場 | de prijs op de zwarte markt; een prijs die niet de officieel vastgestelde prijs is |
| yan'ya-やんや | toejuichingen (zoiets als: Ned. bravo!; (Eng. wow); luid applaus |
| yarikuri-遣り繰り | het erdoorheen komen; zich behelpen; toch voor elkaar krijgen |
| yasei-野生 | (een nederige term om naar zichzelf te verwijzen) ik; mij |
| yasen-野選 | (honkbal) fielder's choice; de keuze van veldspeler (als hij na een honkslag kan kiezen de slagman uit te schakelen of een andere honkloper) |
| yaseru-痩せる | afvallen; gewicht verliezen |
| yashi-野史 | onofficiële [particuliere] geschiedschrijving (term binnen de Chinese geschiedschrijving) |
| yashu-野手 | (honkbal, cricket) veldspeler; verrevelder |
| yashusentaku-野手選択 | (honkbal) fielder's choice; de keuze van veldspeler (als hij na een honkslag kan kiezen de slagman uit te schakelen of een andere honkloper) |
| yasui-安い | frivool; zorgeloos; onvoorzichtig; indiscreet |
| yasuragu-安らぐ | gemoedsrust hebben; zich op zijn gemak voelen; gerust [zonder zorgen] zijn |
| yasushi-安し | makkelijk; zacht; licht |
| yasuukeai-安請け合い | een ondoordachte [lichtvaardige] belofte |
| yasuukeaisuru-安請け合いする | lichtvaardig [overhaast] een belofte doen (die men niet kan nakomen) |
| yasuuri-安売り | op lichtvaardige wijze bereidwillig zijn |
| yatō-夜灯 | nachtlamp; nachtlantaarn (als straatverlichting e.d.) |
| yatsude-八つ手 | vingerplant (Fatsia japonica) |
| yawarageru-和らげる | verzachten; matigen; verlichten |
| yayakoshii-ややこしい | ingewikkeld; complex; gecompliceerd; onoverzichtelijk; verwarrend |
| yō-陽 | yang; het licht; de zon; het positieve; de positieve [lichte] kant |
| yobiokosu-呼び起こす | (in je herinnering) oproepen; zich herinneren |
| yobitsukeru-呼び付ける | iem. bij zich roepen; oproepen; sommeren |
| yōbō-容貌 | gelaatstrekken; gelaatsvorm; gezichtsvorm |
| yōdai-容態 | (medische) aandoening [kwaal]; lichamelijke gesteldheid [conditie] |
| yōgogakkō-養護学校 | speciale school; school voor speciaal onderwijs (voor kinderen met een lichamelijke of geestelijke beperking) |
| yōhin-洋品 | westerse artikelen (veelal kleding, accessoires, cosmetica, etc.) |
| yōhon-洋本 | een westers boek; boek gepubliceerd in het Westen |
| yoitsubureru-酔い潰れる | stomdronken worden; zich bewusteloos drinken; comazuipen |
| yōjin-用心 | voorzichtigheid; zorgvuldigheid; voorzorg |
| yōjinbukai-用心深い | voorzichtig; waakzaam; alert; op zijn hoede |
| yojō-余情 | implicaties; suggesties; suggestief zijn; emoties oproepen; blijvende indruk achterlaten |
| yoki-予期 | anticipatie; verwachting |
| yokkaichizensoku-四日市喘息 | Yokkaichi asthma, veroorzaakt door inademen van zwaveldioxide (vervuilingsziekte in Japanse prefectuur Mie tussen 1960 en1972) |
| yōkō-要綱 | hoofdpunt; kernpunt; (grond)beginsel; overzicht |
| yokogao-横顔 | profiel; zijaanzicht; silhouet |
| yokogumi-横組み | horizontale typografie; horizontale leesrichting |
| yokotaeru-横たえる | (naast zich) neerleggen |
| yokotawaru-横たわる | zich uitstrekken (over) |
| yokusuru-浴する | (fig.) baden; zich blootstellen aan; de eer krijgen |
| yokuyoku-翼翼 | voorzichtig [behoedzaam] zijn |
| yōmei-溶明 | (beeld) het invloeien; verschijnen; lichter [helderder] worden |
| yomibito-詠み人 | auteur (vnl. van poëzie); dichter |
| yomibitoshirazu-詠み人知らず | (van poëzie) auteur [dichter] onbekend |
| yomikomu-詠み込む | in een gedicht de naam van iets opnemen (b.v. plaatsnaam, seizoen, etc.) |
| yomikomu-読み込む | (computer) gegevens vanaf een extern apparaat (b.v. USB-stick) inlezen en opslaan |
| yomite-読み手 | dichter [auteur] van Japanse poëzie |
| yomo-四方 | de vier (wind)richtingen; alle kanten; overal; de omgeving |
| yomu-詠む | een Japans gedicht componeren [schrijven]; als thema voor een gedicht gebruiken |
| yōni-陽に | zichtbaar; openlijk; openbaar; publiekelijk |
| yōran-要覧 | overzicht; samenvatting |
| yoriki-与力 | politieofficier (Edo periode) |
| yorisou-寄り添う | dicht tegen elkaar aan zitten [kruipen; blijven]; zich tegen elkaar aan nestelen |
| yorokobi-喜び | felicitatie |
| yorokobu-喜ぶ | blij [verrukt; opgetogen] zijn; zich verheugen |
| yorokobu-喜ぶ | (iem.) feliciteren; (iets) met blijdschap [dank] ontvangen |
| yoromeku-蹌踉めく | zich misdragen; het slechte pad opgaan; overspel plegen |
| yoru-寄る | naderen; dichterbij komen |
| yosebashi-寄せ箸 | eetstokjes waarmee men (kom met) een gerecht naar zich toe trekt (onjuist gebruik van eetstokjes) |
| yosen-予選 | voorronde; kwalificatiewedstrijd; selectiewedstrijd |
| yoshoku-余色 | complementaire kleuren (die tegenover elkaar staan in de kleurencirkel en met licht samen wit vormen) |
| yosō-予想 | verwachting; vooruitzicht; voorspelling; veronderstelling |
| yosoou-装う | (zich) (aan)kleden; aantrekken; gekleed zijn (in) |
| yosoou-装う | (zich) voordoen (als); simuleren; veinzen; pretenderen |
| yōyaku-要約 | samenvatting; uittreksel; overzicht |
| yūbinhagaki-郵便葉書 | briefkaart; ansichtkaart |
| yūbō-有望 | goede vooruitzichten; veelbelovend zijn |
| yūbōkabu-有望株 | een veelbelovend persoon; persoon met goede vooruitzichten |
| yūbōkigyō-有望企業 | een veelbelovende onderneming; een onderneming met goede vooruitzichten |
| yudan-油断 | onoplettendheid; onzorgvuldigheid; onvoorbereid zijn (etymologie: het licht gaat uit door het niet op tijd bijvullen van de lampolie) |
| yudaneru-委ねる | zich inzetten (voor); zich overgeven (aan); zich toeleggen (op) |
| yūdōjinmon-誘導尋問 | suggestieve [gerichte] vraag |
| yūfō-ユーフォー | ongeïdentificeerd vliegend voorwerp (unidentified flying object) |
| yūgao-夕顔 | fleskalebas (Lagenaria siceraria) |
| yugeshō-夕化粧 | teunisbloem (Onoethera stricta) |
| yūi-優位 | overheersing; superioriteit; overwicht; dominantie; suprematie |
| yūi-有意 | betekenis hebben; betekenisvol [veelbetekenend; significant] zijn |
| yuibishugi-唯美主義 | estheticisme |
| yūkage-夕影 | het licht van de ondergaande zon |
| yūkage-夕影 | een figuur [vorm] verlicht door de avondzon |
| yūkaku-遊客 | iemand die zich alleen maar vermaakt zonder te werken; lanterfanter; pretmaker |
| yukan-湯灌 | lijkwassing; het wassen van het lichaam van een overledene (voor de begrafenis) |
| yukidaore-行き倒れ | een overleden persoon die op straat ligt (vroeger iem. die stierf tijdens een reis en niet begraven kon worden omdat hij geen gegevens bij zich had) |
| yukiore-雪折れ | het (door)breken [doorzakken] (van iets) onder het gewicht van een pak sneeuw |
| yukioresuru-雪折れする | (door)breken [doorzakken] (van iets) onder het gewicht van een pak sneeuw |
| yukiwarisō-雪割草 | leverbloempje (Hepatica) |
| yukiyake-雪焼け | zonnebrand in de sneeuw (door weerkaatsing van zonlicht op sneeuw of ijs) |
| yūkōkyūjinbairitsu-有効求人倍率 | verhouding tussen het aantal vacatures en het aantal sollicitanten |
| yūkōteki-友好的 | vriendschappelijk; amicaal |
| yukue-行方 | richting; bestemming; waar men heengaat |
| yukue-行方 | plaats van bestemming; verblijfplaats; waar men zich bevindt |
| yunesuko-ユネスコ | UNESCO, de Organisatie der Verenigde Naties voor Onderwijs, Wetenschap en Cultuur (United Nations Educational, Scientific and Cultural Organization) |
| yunikōdo-ユニコード | Unicode (computerterm) |
| yunisefu-ユニセフ | UNICEF, het Kinderfonds van de Verenigde Naties (United Nations International Children's Emergency Fund, nu genoemd: United Nations Children's Fund) |
| yunitto・kitchin-ユニット・キッチン | keuken bestaande uit vaste keukenblokken; kleine geprefabriceerde keuken |
| yunitto・shisutemu-ユニット・システム | eenheden systeem; internationaal meetsysteem (bij fabricage volgens bepaalde vastgestelde normen) |
| yurumeru-緩める | losser [slapper] worden; los gaan; (zich) ontspannen |
| yuruyaka-緩やか | licht [flauw; geleidelijk; kalm] zijn |
| yūsei-優勢 | superioriteit; overheersing; dominantie; overwicht |
| yūseidaijin-郵政大臣 | vroeger: Minister van post en telecommunicatie, tegenwoordig: Minister van binnenlandse zaken en communicatie |
| yūseigaku-優生学 | eugenetica; eugenese; rasveredeling |
| yūseishō-郵政省 | vroeger: Ministerie van post en telecommunicatie, tegenwoordig geïntegreerd in Mnisterie van binnenlandse zaken en communicatie |
| yūsen-有線 | (afk. voor) bekabelde communicatie |
| yūsendenshin-有線電信 | bekabelde communicatie |
| yushimenshoku-諭旨免職 | ontslagname na een officieel advies; gedwongen ontslagname |
| yushitaigaku-諭旨退学 | de school verlaten na een officieel advies |
| yūshōshō-優秀賞 | bewijs [certificaat] van verdienste |
| yūtai-勇退 | zich terugtrekken; vrijwillig zijn baan opzeggen; een stap terug doen; vrijwillige pensioenering |
| yūtaisuru-勇退する | zich terugtrekken; vrijwillig zijn baan opzeggen; een stap terug doen; vrijwillig met pensioen gaan |
| yutan-油単 | geoliede stof (om het waterdicht te maken); wasdoek; zeildoek |
| yūtō-遊蕩 | losbandigheid; onmatigheid; lichtzinnigheid; van losse zeden |
| yūwa-宥和 | verzoening; vredestichting |
| yūwaronsha-宥和論者 | vredestichter |
| yūwasuru-宥和する | verzoenen; vrede stichten |
| yuzai-油剤 | zalf; smeersel (een medicijn dat olie bevat) |
| zagaku-座学 | studie [les; onderricht e.d.] in de collegebanken (i.t.t. praktijkles) |
| zai-在 | (in kanjicombinaties) ergens zijn [wonen; verblijven] |
| zaidan-財団 | een stichting |
| zaidanhōjin-財団法人 | stichting |
| zaifu-在府 | (Edo-periode) het verplichte verblijf in de hoofdstad van een leenheer en zijn vazallen |
| zaimushohyō-財務諸表 | jaarverslag; jaaroverzicht |
| zaisei-財政 | (particuliere) financiën; geldzaken; geldmiddelen |
| zaitai-罪体 | corpus delicti (concreet bewijs van een misdaad) |
| zakuro-石榴 | granaatappelboom [granaatboom] (Punica granatum) |
| zankinshōgō-残金照合 | controle [verificatie] van het resterende saldo |
| zankō-残光 | nagloed (van licht] |
| zanshi-慙死 | het zich dood schamen; sterven van schaamte |
| zanshisuru-慙死する | zich dood schamen |
| zanshitai-惨死体 | het (verminkte) lichaam van iemand die op brute wijze is vermoord |
| zareru-戯れる | speels zijn; spelen; dollen; zich amuseren (met iets); grappen maken |
| zāsai-ザーサイ | ingelegde mosterdkool uit Sichuan (Chinese provincie); ingemaakte Sichuan groente; (Eng. Szechuan [Szechwan] pickles); (Chn. zhacai) |
| zashikiwarashi-座敷童 | (Tohoku-regio in de prefectuur Iwate) geestachtige wezens, vaak in de verschijning van een jong kind met een rood gezicht en kortgeknipt haar |
| zasu-座主 | Boeddhistische monnik met de hoogste rang (toezichthouder van de grote tempel) |
| zau-座右 | (rechts) naast zich; bij de hand (hebben) |
| zayū-座右 | (rechts) naast zich; bij de hand (hebben) |
| zekkei-絶景 | prachtig uitzicht; schitterend landschap |
| zekku-絶句 | een Chinese dichtvorm (kwatrijn) |
| zenbin-前便 | (iemands) vorige [laatste] brief [bericht; post] |
| zeneraru・mōgēji-ゼネラル・モーゲージ | algemene bedrijfsobligaties (uitgegeven door bedrijven die bij speciale wetgeving zijn opgericht, zoals elektriciteitsbedrijven, e.d.) |
| zeneraru・raisensu-ゼネラル・ライセンス | algemene licentie [vergunning] |
| zeneraru・sutaffu-ゼネラル・スタッフ | generale staf (officieren van het leger) |
| zengakufutan-全額負担 | verplichting tot het betalen van het volledige bedrag |
| zengakuren-全学連 | (afk. voor) Japanse nationale federatie van zelfbesturende studentenverenigingen (opgericht in 1948) |
| zenigame-銭亀 | jonge Japanse waterschildpad (Mauremys japonica) |
| zenigame-銭亀 | (in katakana schrift) de Japanse benaming van de fictieve Pokémon-soort Squirtle |
| zenjō-禅定 | het zich concentreren op iets via mentale rust |
| zenjō-禅譲 | abdicatie; troonsafstand (voor troonopvolging van een keizer) |
| zenka-全科 | het hele curriculum; de hele cursus; alle lessen |
| zenkei-全景 | volledig beeld [overzicht]; panorama; vogelperspectief |
| zenkushōjō-前駆症状 | vroege [voorafgaande] symptomen (voordat de ziekte zich openbaart) |
| zenmai-薇 | koningsvaren (Osmunda japonica) |
| zenmen-全面 | alle richtingen |
| zennihongakuseijichikaisōrenkō-全日本学生自治会総連合 | Japanse nationale federatie van zelfbesturende studentenverenigingen (opgericht in 1948) |
| zenryōsei-全寮制 | een systeem waarin alle stafleden en studenten verplicht op het universiteitsterrein wonen |
| zenshin-全身 | het hele lichaam; ten voeten uit |
| zenshinbiyōshi-全身美容師 | schoonheidsspecialist(e) voor het hele lichaam |
| zensho-前書 | het vorige boek; het eerder geschreven [gepubliceerde] boek |
| zensokukanja-喘息患者 | astmapatiënt; astmalijder; astmaticus |
| zento-前途 | toekomstperspectief; vooruitzicht |
| zentotanan-前途多難 | sombere vooruitzichten; problemen in de toekomst |
| zentoyōyō-前途洋洋 | veelbelovende toekomst; goede vooruitzichten |
| zen'yaku-前約 | eerdere verplichting [afspraak] |
| zesei-是正 | correctie; rectificatie |
| zesshō-絶唱 | prachtig [uitmuntend; mooi] gedicht of lied |
| zesshokusuru-絶食する | vasten (geen voedsel tot zich nemen) |
| zetsudai-舌代 | bericht; mededeling |
| zettaizetsumei-絶体絶命 | uitzichtloze situatie; situatie waaruit geen ontsnapping mogelijk is; in een hoek gedreven zijn |
| zō-雑 | gevarieerde gedichten |
| zōbō-像法 | (in het boeddhisme, een van de 3 perioden na de dood van Shakyamuni) de volgende 500 of 1000 jaar na de officiële Dharma |
| zōfuku-増幅 | versterking (elektriciteit, geluid) |
| zōjōman-増上慢 | (boeddh.) hoogmoed (ten onrechte geloven dat men verlichting heeft bereikt) |
| zōka-雑歌 | diverse [gevarieerde] (waka) gedichten, die niet in een seizoen categorie vallen |
| zōki-臓器 | (inwendig) orgaan (in lichaam) |
| zokkan-続刊 | voortzetting van de publicatie; een reeds gepubliceerd boek of tijdschrift blijven uitgeven |
| zokuju-俗儒 | een middelmatige geleerde; een confucianist met weinig inzicht [begrip] |
| zokuke-俗気 | wereldlijke gerichtheid; platvloersheid; uit zijn op roem of geld |
| zokusai-続載 | publicatie als serie [feuilleton]; een reeks van artikelen [verhalen] die in afleveringen worden uitgegeven (in kranten, tijdschriften, e.d.) |
| zokusei-簇生 | het (dicht) bij [door] elkaar groeien (bv. van planten, bomen, maar ook van tanden en kiezen) |
| zokuseisuru-簇生する | (dicht) bij [door] elkaar groeien |
| zonjiageru-存じ上げる | (nederige vorm) weten; zich bewust zijn van; denken |
| zonzai-ぞんざい | onvoorzichtig; achteloos; nonchalant |
| zororito-ぞろりと | slordig [losjes] gekleed; te opzichtig [formeel] gekleed |
| zōryō-増量 | vermeerdering van gewicht; aankomen |
| zubanukeru-ずば抜ける | de beste zijn; opvallen; zichzelf onderscheiden; (met kop en schouders) uitsteken boven; uittorenen boven |
| zukan-図鑑 | veldgids; identificatie-gids (b.v. voor planten of dieren) |
| zukazuka-ずかずか | (onomatopee) direct (zonder plichtplegingen); bot; grof |
| zukkokeru-ずっこける | zichzelf belachelijk maken; domme dingen doen |
| zunukeru-図抜ける | de beste zijn; opvallen; zichzelf onderscheiden; (met kop en schouders) uitsteken boven; uittorenen boven |
| zūtai-図体 | (groot; dik; zwaar) lichaam [postuur] |