Kruisverwijzing
aal
| lemma | meaning |
|---|---|
| abunōmaru-アブノーマル | abnormaal; afwijkend |
| adobokashīkōkoku-アドボカシー広告 | een advertentie met het doel een bepaalde mening of overtuiging uit te dragen (Eng.: Advocacy advertising)i |
| adomiraru-アドミラル | admiraal |
| aen-亜鉛 | zink (metaal) |
| aete-敢えて | helemaal niet; zeker niet |
| agapē-アガペー | agape (christelijk vriendenmaal) |
| agete-挙げて | alles; allemaal; geheel |
| agezen-上げ膳 | een maaltijd voor iemand opdienen |
| agezen-上げ膳 | een maaltijd geserveerd krijgen |
| agora-アゴラ | agora (centraal stadsplein in het oude Griekenland) |
| aidoku-愛読 | voorliefde voor lezen; met plezier [vaak; regelmatig] een bepaald boek [tijdschrift] lezen |
| aifu-合符 | afhaal bewijs voor bagage |
| aimochi-相持ち | de rekening opsplitsen waarbij ieder voor zichzelf betaalt |
| ainame-鮎並 | Hexagrammos otakii (een straalvinnige vissensoort uit de familie van groenlingen) |
| aisan-愛餐 | agapē, de gezamenlijke maaltijd ter nagedachtenis aan het laatste avondmaal van Jezus; een vriendenmaal |
| aite-相手 | tegenstander; rivaal |
| aitemu-アイテム | een virtueel voorwerp, wapen of betaalmiddel dat men nodig heeft om een niveau verder te komen in een |
| aiwa-哀話 | een droevig [triest] verhaal; een tragische episode [geschiedenis]; een zielig [deerniswekkend] verhaal |
| aizu-合図 | teken; aanwijzing; signaal; sein |
| ai・emu・efu-アイ・エム・エフ | IMF (Internationaal Monetair Fonds) |
| ai・ō・shī-アイ・オー・シー | IOC (Internationaal Olympisch Comité) |
| ai・esu・bī・enu-アイ・エス・ビー・エヌ | ISBN (internationaal standaardboeknummer) |
| ai・esu・ō-アイ・エス・オー | ISO, internationaal normalisatie-instituut (International Standardization Organization) |
| aka-赤 | totaal; volledig; duidelijk |
| akahadaka-赤裸 | helemaal naakt; spiernaakt |
| akahara-赤腹 | Tribolodon hakonensis (een straalvinnige vissensoort uit de familie van karpers) |
| akahon-赤本 | triviaalliteratuur; goedkoop boek (qua inhoud of uitgave) |
| akakippu-赤切符 | proces verbaal (bij zware verkeerovertredingen) met mogelijke strafvervolging |
| akashinbun-赤新聞 | boulevardkrant; schandaalpers; roddelpers |
| akashingō-赤信号 | rood (stop)licht [verkeerslicht]; waarschuwingssignaal |
| akinoōgi-秋の扇 | herfstwaaier, metafoor voor een vrouw die de genegenheid of interesse van een man heeft verloren (uit een oud Chinees verhaal) |
| akki-悪気 | een niet heldere lucht; een rokerige lucht; een lucht met een bepaalde onaangename geur |
| akkōzōgon-悪口雑言 | gevloek; schelden; verbaal geweld; afgeven op; schadelijke roddels |
| akugen-悪言 | laster; vulgair [ruw] taalgebruik; scheldwoord; belediging |
| akugon-悪言 | laster; vulgair [ruw] taalgebruik; scheldwoord; belediging) |
| akusererētā-アクセレレーター | accelerator; versneller; gaspedaal (auto) |
| akuseru-アクセル | accelerator; versneller; gaspedaal (auto) |
| akushōbanashi-悪性話 | vulgaire taal |
| akutai-悪態 | grove [beledigende] toon; krasse taal [bewoordingen] |
| akutareguchi-悪たれ口 | beledigende opmerkingen; grove [vulgaire; obscene] taal |
| akutaremono-悪たれ者 | iemand die kattenkwaad uithaalt; een deugniet |
| akutareru-悪たれる | beledigingen uiten; beledigende [vulgaire] taal gebruiken |
| amaebi-甘海老 | zoete (noordelijke) garnaal (Pandalus borealis) |
| amakudari-天下り | vanuit een (hoge) overheidspositie overgaan naar een goedbetaalde functie in semi-overheidsorganisatie of private organisatie |
| amarugamu-アマルガム | amalgaam (kwik-metaallegering) |
| amatsu-天つ | hemels; keizerlijk; imperiaal |
| amazarashi-雨曝し | verweerd; aangetast [kaal geworden] door de regen |
| amibari-編み針 | breinaald |
| amibō-編み棒 | breinaald |
| amōraru-アモーラル | amoreel; moraalloos |
| anagachi-強ち | (niet) noodzakelijk; (niet) altijd; (niet) helemaal; (niet) kunnen |
| anago-穴子 | zeepaling; kongeraal (familie Congridae) |
| anatakata-あなた方 | jullie (allemaal); u allen |
| andon-行灯 | andon, een traditionele Japanse lamp (bestaande uit washi-papier over een frame van bamboe, hout of metaal gespannen) |
| angō-暗号 | geheimtaal; geheime code [tekens] (letters of cijfers); wachtwoord |
| ango-暗語 | geheimtaal; geheime code |
| angura-アングラ | onconventioneel; radicaal; clandestien |
| anguro・sakuson-アングロ・サクソン | (taal) Angelsaksisch; Oudengels |
| angurushi-アングル紙 | L-vormig hoekmateriaal van karton (ter ondersteuning en bescherming van producten, zoals glasplaten, pakketten, etc.) |
| ankyo-暗渠 | een ondergronds draineringskanaal |
| annai-案内 | goed op de hoogte zijn; bepaalde informatie hebben |
| anoyo-彼の世 | de andere wereld; de wereld van de doden; het hiernamaals |
| anpojōyaku-安保条約 | nationaal veiligheidsverdrag |
| anshō-暗証 | een geheime letter- [cijfer] combinatie voor toegang tot bepaalde gegevens, of voor identificatie van een persoon |
| antonimu-アントニム | (taalkunde) antoniem |
| antore-アントレ | hoofdgerecht (bij maaltijd) |
| an'yo-あんよ | (in kindertaal) been; voet |
| an'yo-あんよ | (in kindertaal) lopen; waggelen |
| aomi-青み | groentegarnering (bij maaltijden) |
| aoshio-青潮 | blauw getij (waarbij de zwavel in zeewater colloïdaal wordt en het zeewater troebel wordt) |
| aperitifu-アペリティフ | aperitief(je) ((alcoholhoudend) drankje voor de maaltijd) |
| appaku-圧迫 | iets door druk toe te passen verkleinen (van omvang, schaal, e.d.) |
| aragane-粗金 | erts; ongeraffineerd [ruw] metaal |
| araiageru-洗い上げる | goed [helemaal] wassen |
| araizarashi-洗い晒し(の) | verwassen; (door vaak wassen) vaal; verkleurd; verbleekt |
| arakabe-粗壁 | een muur die (na de eerste laag) nogmaals geschilderd moet worden |
| aratamete-改めて | opnieuw; nogmaals |
| arifureru-有り触れる | gewoon [alledaags; normaal] zijn |
| aru-或る | een zekere; een bepaalde; één of ander; ene; sommige |
| arukadia-アルカディア | Arcadia; Arcadië (landschap op de Peloponnesus, Griekenland; in de literatuur voorgesteld als ideaal) |
| asemizuku-汗水漬く | helemaal bezweet zijn; kleddernat van het zweet zijn |
| asenburigengo-アセンブリ言語 | assembleertaal (programmeertaal) |
| ataisuru-値する | waard zijn; een bepaalde waarde vertegenwoordigen |
| atakkā-アタッカー | een aanvaller (speciaal bij volleybal) |
| atarimae-当たり前 | juist; geschikt; vanzelfsprekend; logisch; normaal |
| ategaibuchi-宛行扶持 | de afgepaste hoeveelheid rijst die een baas betaalde als loon aan zijn knechten (Edo periode) |
| atekko-当てっこ | het spelletje [een wedstrijd] waarbij men iets naar een bepaald doel probeert te gooien |
| atekosuru-当て擦る | insinueren (dat); op een bedekte manier een aantijging maken tegen iem.; onder de dekmantel van een heel ander verhaal tegen iem. een ironische opmerk |
| atokata-跡形 | spoor; overblijfsel; bewijs; bewijsmateriaal |
| atsuenkakō-圧延加工 | het platwalsen van metaal |
| atsuenkō-圧延鋼 | gewalst staal |
| atsuraemuki-誂え向き | ideaal [heel geschikt] zijn (voor) |
| autofaitingu-アウトファイティング | het vechten op een bepaalde afstand van elkaar |
| auto・bokushingu-アウト・ボクシング | boksen staand op bepaalde afstand van elkaar |
| awasete-合わせて | in totaal; alles bij elkaar [tezamen] |
| azekura-校倉 | pakhuis (op palen) met wanden gemaakt van horizontaal gestapelde boomstammen |
| baggu-バッグ | tas; zak; baal |
| bai-倍 | twee keer [maal]; het dubbele |
| bai-倍 | keer [maal]; -voud |
| baiasu-バイアス | diagonaal; schuinte (van stof) |
| baimetaru-バイメタル | bimetaal |
| bairingaru-バイリンガル | bilinguaal; tweetalig |
| baishun-買春 | (klandizie van) prostitutie; betaalde seks |
| bakari-ばかり | (geeft aan dat iets is gelimiteerd tot en bepaalde handeling [plaats; ding]): slechts, alleen (maar) |
| bakudai-莫大 | enorm [immens; kolossaal] zijn |
| ban-晩 | het avondeten; de avondmaaltijd |
| bango-蛮語 | streektaal van Hokkaidō |
| bango-蛮語 | (Edo periode) buitenlandse taal (soms ook met afkeurende bijbetekenis) |
| bangohan-晩御飯 | diner; avondmaaltijd; avondeten |
| banketto-バンケット | banket; feestmaal |
| bankin-板金 | een metalen plaat; bladmetaal |
| banku・kādo-バンク・カード | betaalpas |
| banmeshi-晩飯 | diner; avondmaaltijd; avondeten |
| banpingu-バンピング | een deur ontgrendelen met een speciaal ontwikkelde sleutel (klopsleutel of slagsleutel) |
| banshoku-晩食 | avondeten; avondmaal; diner |
| banshoku-晩食 | het 's avonds [laat] eten; de maaltijd 's avonds [laat] eten |
| bantō-晩稲 | rijstsoort die later rijp is normaal |
| bapponteki-抜本的 | drastisch; grondig; radicaal |
| baransu-バランス | weegschaal; balans |
| bari-罵詈 | het kwaadspreken; schelden; beledigende taal; scheldpartij |
| bashoku-馬謖 | Ma Su, een Chinese generaal (190 - 228), die leefde in Shu Han tijdens de Drie Koninkrijken periode (221 - 280) |
| bāzu・ai・byū-バーズ・アイ・ビュー | algemeen overzicht (in taalkunde) |
| bebe-べべ | kleding in kindertaal |
| beiju-米寿 | 88ste verjaardag (die in Japan speciaal en feestelijk wordt gevierd) |
| beikokuyotakushōken-米国預託証券 | (American Depositary Receipt) Amerikaans certificaat (van een bank) voor een bepaald aantal verhandelbare aandelen van een buitenlands bedrijf |
| bekkaku-別格 | het speciaal [buitengewoon] zijn |
| benchāshikin-ベンチャー資金 | durfkapitaal; risicokapitaal |
| benchā・kyapitaru-ベンチャー・キャピタル | durfkapitaal; risicokapitaal |
| bengakujo-勉学所 | studiezaal; studieruimte |
| bentō-弁当 | een bentobox (met voorverpakte maaltijd) |
| bēshikku-ベーシック | Basic (computertaal) |
| beta-べた | (helemaal) bedekt [opgevuld; afgedekt] zijn |
| bētasen-ベータ線 | bètastraal; bètastraling |
| betsudan-別段 | speciaal [bijzonder; uitzonderlijk] zijn |
| betsuni-別に | (niet) bepaald; iets [niets] bijzonders |
| betsuwaku-別枠 | buitengewone norm [standaard]; speciaal geval |
| bibun-微分 | (wiskunde) differentiaal |
| bidan-美談 | een indrukwekkend [ontroerend] verhaal |
| biji-美辞 | bloemrijke taal [retoriek] |
| bīkon-ビーコン | baken; lichtsignaal; vuurtoren |
| bīmu-ビーム | lichtbundel; straling; straal |
| bintēji-ビンテージ | (tijd van de) wijnoogst; wijn van een bepaald jaar; |
| bion-鼻音 | nasaal geluid; nasale klank; een nasaal |
| bō-房 | kamer [zaal] een van de traditionele Chinese sterrenbeelden [asterismes] |
| bō-某 | een zekere; een bepaalde |
| boa-ボア | boa (een sjaal van bont of veren) |
| bodī・rangēji-ボディー・ランゲージ | lichaamstaal |
| bōgen-暴言 | harde [beledigende; grove] taal; grove woorden; grof taalgebruik |
| bōgetsu-某月 | een bepaalde maand |
| bogo-母語 | moedertaal; eerste taal |
| bogo-母語 | brontaal; prototaal; oertaal |
| bogowasha-母語話者 | moedertaalspreker; native speaker |
| bōgui-棒杭 | een paal |
| bōkaru-ボーカル | vocaal; gezongen (muziek) |
| bōkaru-ボーカル | klinker; vocaal (taalkunde) |
| bōkisaito-ボーキサイト | bauxiet (mineraal) |
| bokokugo-母国語 | moedertaal; eerste taal |
| borē・kikku-ボレー・キック | omhaal (traptechniek in het voetbal) |
| bōseki-紡績 | het (machinaal) spinnen (van garen) |
| bōsho-某所 | een zekere [bepaalde] plek [plaats]; ergens |
| bōshokuzai-防蝕剤 | (grond)verf om corrosie van metaal tegen te gaan |
| bōshu-芒種 | (lett. zaad in kafnaald) tijd om graan te zaaien (één van de 24 seizoenen van de zonnekalender, ca. 6 juni) |
| bōtaoshi-棒倒し | spel waarbij het de bedoeling is om de paal van de tegenstander omver te werpen |
| bōzu-坊主 | een kaalgeschoren hoofd |
| buiyabēsu-ブイヤベース | bouillabaisse (Provençaalse vissoep) |
| buji-蕪辞 | grove woorden; grof taalgebruik |
| buji-蕪辞 | nederige bewoording; nederig taalgebruik |
| bukeyashiki-武家屋敷 | behuizing van de krijgselite (in feodaal Japan) |
| bungen-文言 | (in China) schrijftaal t.o. spreektaal |
| bungo-文語 | de geschreven taal; schrijftaal |
| bunka-分課 | sectie; (onder)afdeling; filiaal |
| bunkengaku-文献学 | filologie (studie taal en letteren van een volk) |
| bunkō-分校 | dependance [filiaal; bijgebouw] van een school |
| bunpōteki-文法的 | grammaticaal |
| bunrikazei-分離課税 | afzonderlijke belasting (van een bepaald type inkomen) |
| bunshi-分詞 | (taalkunde) deelwoord |
| bunsho-分署 | vestiging; filiaal; bijkantoor |
| bunshōgo-文章語 | woord dat voornamelijk in geschreven taal wordt gebruikt |
| buranchi-ブランチ | tak; afdeling; filiaal |
| buranchi-ブランチ | brunch; gecombineerde ontbijt-lunch maaltijd |
| burando・shea-ブランド・シェア | merk-marktaandeel (het aandeel in de markt van een bepaald merk) |
| buraunkan-ブラウン管 | kathodestraalbuis; beeldbuis |
| buriki-ブリキ | blik (bladmetaal) |
| bushitsuke-不躾 | lomp; ongemanierd; onbeschaafd; onbeschaamd; brutaal |
| bushō-武将 | militair leider; generaal; (opperste) krijgsheer; opperbevelhebber |
| bushō-武将 | generaal die uitblinkt in de krijgskunsten [gevechtsporten] |
| bushu-部首 | radicaal (classificatie-) component van een kanji |
| butai-舞台 | plaats; locatie; achtergrond (van een verhaal) |
| butchigai-打っ違い | diagonaal kruis |
| butsuden-仏殿 | tempelgebouw [zaal] waarin het boeddha beeld staat |
| butsudō-仏堂 | tempelgebouw [zaal] waarin het boeddha beeld staat |
| butsuza-仏座 | plaats van het Boeddhabeeld in de tempelzaal |
| buttekishōko-物的証拠 | fysiek [tastbaar] bewijsmateriaal |
| buyōshitsu-舞踊室 | balzaal; danszaal |
| buyūden-武勇伝 | levensverhaal van een held; ridderverhaal; (ironisch) heldenepos van kroegloper |
| byō-病 | (in kanji combinaties) ziekte; aandoening; kwaal; zwakte; slechte gewoonte |
| byōki-病気 | ziekte; kwaal |
| byōshitsu-病室 | ziekenkamer; ziekenhuiskamer; ziekenzaal; ziekenboeg |
| byūfōdofūryokukaikyū-ビューフォート風力階級 | de schaal van Beaufort (voor het meten van windsterkte) |
| byuran-ビュラン | graveernaald; graveerstift |
| chaneru-チャネル | kanaal (water; tv, etc.) |
| channeru-チャンネル | kanaal (van televisie, radio etc.) |
| channeru-チャンネル | knop waarmee je een tv- of radio kanaal selecteert |
| channeru-チャンネル | kanaal; waterweg; vaarwater; zee-engte |
| channeruarasoi-チャンネル争い | ruzie over de keuze van het (tv) kanaal |
| chanoko-茶の子 | tussendoortje [lichte maaltijd] tijdens het werk voor het ontbijt (zoals in een boerenbedrijf) |
| chazuke-茶漬け | eenvoudige maaltijd |
| chenji・appu-チェンジ・アップ | een change-up (bepaalde worp bij honkbal en softbal) |
| chēn・sutoa-チェーン・ストア | filiaal van een grootwinkelbedrijf |
| chihōjichi-地方自治 | lokale overheid; lokaal gezag |
| chikarazuyoi-力強い | sterk; krachtig; energiek; vitaal |
| chikuh・chikuri・chikun-ちくっ・ちくり・ちくん | de pijnscheut (op het moment dat men geprikt wordt met een naald, etc.) |
| chimeiteki-致命的 | dodelijk; fataal |
| chinbun-珍聞 | uitzonderlijk [vreemd; merkwaardig] verhaal [nieuws] |
| chinbunkibun-珍聞奇聞 | een vreemd [merkwaardig] verhaal |
| chindan-珍談 | vreemd nieuws; anekdote; grappig verhaal |
| chinko-沈痼 | langdurige ziekte [kwaal; aandoening] zonder genezing |
| chinpunkanpun-ちんぷんかんぷん | wartaal; nonsens; onbegrijpelijk gebrabbel |
| chippu-チップ | chip (computer); (poker) fiche; bepaalde slag bij golf |
| chiseki-地積 | de oppervlakte [het areaal] van een stuk land |
| chishō-知将 | een vindingrijke generaal; een generaal die uitblinkt in strategie en tactiek |
| chisō-馳走 | feestmaal; voortreffelijk gerecht |
| chittomo-ちっとも | (met ontk.) helemaal niet |
| chōeki-懲役 | (onbeleefd taalgebruik) aanspreektitel van gedetineerden |
| chōhen-長編 | een lang stuk [verhaal; film] |
| chōka-長歌 | langere vorm van waka-poëzie, met regels van 5 en 7 lettergrepen, die afwisselend minstens drie keer worden herhaald (meestal eindigend met 7) |
| chōkokutō-彫刻刀 | beitel; mesje voor houtsnijwerk; graveernaald |
| chokusetsuhō-直接法 | directe methode [rede] (taalkunde) |
| chōkyoridenwa-長距離電話 | internationaal [interlokaal] telefoongesprek |
| chōon-長音 | (taalkunde) lange klank; lange klinker |
| chōritsu-町立 | plaatselijk [lokaal] zijn |
| chōseki-長石 | veldspaat (mineraal) |
| chōsengo-朝鮮語 | het Koreaans; de Koreaanse taal |
| chōzame-蝶鮫 | steur (straalvinnige vissoort, Acipenser mikadoi) |
| chūgidate-忠義立て | trouw; loyaliteit; loyaal gedrag |
| chūgokugo-中国語 | het Chinees; de Chinese taal |
| chūhen-中編 | novelle; kort verhaal |
| chūhenshōsetsu-中編小説 | novelle; kort verhaal |
| chūjō-中将 | luitenant-generaal; viceadmiraal |
| chūkin-鋳金 | het metaal gieten |
| chūkon-中根 | (boeddh.) iemand met een middelmatig spiritueel talent [vermogen] om het Boeddhisme optimaal te kunnen bestuderen [volgen] |
| chūō-中欧 | Centraal-Europa; Midden-Europa |
| chūōafurika-中央アフリカ | Centraal-Afrika |
| chūōafurikakyōwakoku-中央アフリカ共和国 | Centraal-Afrikaanse Republiek |
| chūōeki-中央駅 | Centraal Station |
| chūōshūken-中央集権 | centralisatie van de macht; centraal gezag |
| chūseisenzai-中性洗剤 | synthetisch wasmiddel; neutraal reinigingsmiddel |
| chūshoku-昼食 | lunch; middagmaal |
| chūton-駐屯 | het (tijdelijk) verblijf van een leger in een bepaald gebied; stationering; legerkamp; bivak |
| chūzai-駐在 | (afk. voor) politiepost met woonvertrekken (vaak buiten de stadsgrenzen, lokaal of op het platteland) |
| chūzaisho-駐在所 | politiepost met woonvertrekken (vaak buiten de stadsgrenzen, lokaal of op het platteland) |
| dabitto-ダビット | davit (een haakpaal aan boord van schepen waar een sloep, reddingsboot, e.d. aan hangt) |
| daidaiteki-大大的 | op grote schaal; grootschalig |
| daidan'en-大団円 | ontknoping; afloop; einde; slot (van een verhaal) |
| daiei-題詠 | (het componeren van) een gedicht met een bepaald thema |
| daien-大円 | grootcirkel; orthodroom (een cirkel op een boloppervlak waarvan de straal gelijk is aan de straal van de bol) |
| daiichininsha-第一人者 | de hoogstgeplaatste [meest gezaghebbende] persoon; degene met de hoogste rang; de leidende [invloedrijkste] persoon (op een bepaald gebied) |
| daiichininshō-第一人称 | (taalkunde) eerste persoon |
| daikasuto-ダイカスト | het gieten (van metaal) in een vorm; gietsel; gietstuk |
| daikibo-大規模 | grootschalig; op grote schaal |
| daikō-乃公 | (arch.; arrogant taalgebruik van mannen) ik; mij |
| dainingu-ダイニング | maaltijd; diner |
| dainingu-ダイニング | eetkamer; eetzaal |
| dainingu・rūmu-ダイニング・ルーム | eetkamer; eetzaal |
| dainininshō-第二人称 | (taalkunde) de tweede persoon |
| daino-大の | een zelfstandig iemand die zowel fysiek als mentaal volwassen is |
| daisanninshō-第三人称 | (taalkunde) derde persoon |
| daiseidō-大聖堂 | kathedraal |
| daisensei-大先生 | autoriteit op een bepaald gebied [kunst, wetenschap, e.d.] |
| daishō-代将 | (mil.) brigadegeneraal; commodore (marine; luchtmacht) |
| daitai-大体 | ongeveer; globaal; over het algemeen; voornamelijk |
| dan-段 | sectie [gedeelte, deel, hoofdstuk] van een vertelling [verhaal] b.v. (in de Ise Monogatari of de Tsurezuregusa) |
| dan-談 | gesprek; verhaal; mondeling verslag |
| danchigai-段違い | totaal verschillend; op geheel verschillend niveau |
| danjite-断じて | (met negatie) helemaal [absoluut] niet; in geen geval |
| dansukyōshitsu-ダンス教室 | dansklas; dansles (lokaal); dansstudio |
| dansu・hōru-ダンス・ホール | danszaal; balzaal |
| dasai-ださい | ouderwets; uit de mode; provinciaal; eenvoudig |
| dashi-山車 | paradewagen; festivalwagen; praalwagen |
| dasshu-ダッシュ | verbindingsstreepje; horizontaal streepje |
| debitto・kādo-デビット・カード | debetkaart; betaalkaart; betaalpas; pinpas |
| defure・supairaru-デフレ・スパイラル | (economie) deflatoire spiraal |
| deguchi-出口 | uitlaat; afvoerkanaal |
| deisui-泥酔 | stomdronken; straalbezopen; ladderzat |
| dejitaru-デジタル | digitaal |
| dejitaru・wotchi-デジタル・ウォッチ | digitaal horloge |
| deka-デカ | deca- (tien maal) |
| demae-出前 | bezorging aan huis van maaltijden bereid door restaurants, cateraars, e.d. |
| demae-出前 | maaltijdbezorgers |
| denchū-電柱 | elektriciteitspaal; telefoonpaal |
| dendō-殿堂 | paleis; openbaar gebouw; grote zaal |
| denkiunagi-電気鰻 | sidderaal (Electrophorus electricus) |
| dennetsuki-電熱器 | elektrothermisch apparaat [toestel]; elektrische kachel; straalkachel; elektrische verwarmingseenheid |
| dennetsukoiru-電熱コイル | elektrische (waterkoker) spiraal |
| denpa-電波 | radiogolf; elektromagnetische golf; signaal; ontvangst (van telefoon of internet verbinding) |
| denpyō-伝票 | nota; bon(netje); betaalbewijs |
| denshikeijiban-電子掲示板 | elektronisch [digitaal] informatiebord; bulletinboard |
| denshimanē-電子マネー | elektronisch [digitaal] geld |
| desakikikan-出先機関 | filiaal; locale vestiging; bijkantoor |
| detekutibu・sutōrī-デテクティブ・ストーリー | detectiveverhaal |
| dijitaru-ディジタル | digitaal |
| disendā-ディセンダー | neerhaal (van een letter); staartletter |
| dō-堂 | zaal; aula |
| do-度 | (aantal) keer; maal |
| dōbachi-銅鈸 | (muziekinstrument) bekken; cimbaal |
| dodekafonī-ドデカフォニー | dodecafonie; twaalftoonsmuziek |
| dodo-度度 | vaak; telkens weer; herhaaldelijk; iedere keer |
| dōdōshita-堂堂した | openlijk; schaamteloos; zonder gêne; brutaal |
| dōgaku-道学 | ethiek; moraalfilosofie; morele filosofie; moraalwetenschap |
| dōgyōtasha-同業他社 | een ander bedrijf in dezelfde bedrijfstak; concurrent; handelsrivaal |
| dohyōgiwa-土俵際 | kritiek [belangrijk; cruciaal] ogenblik |
| doitsugo-ドイツ語 | Duits; de Duitse taal |
| dojō-泥鰌 | Chinese weeraal (Aziatische modderkruiper; Misgurnus anguillicaudatus) |
| dōjō-道場 | hal [zaal] waar Japanse vechtsporten beoefend worden |
| dokubun-独文 | Duitse taal [zin; literatuur] |
| dokugo-独語 | Duits; de Duitse taal |
| dokusaiteki-独裁的 | dictatoriaal; despotisch; autoritair |
| dokusō-独奏 | een (muziek) solo (instrumentaal) |
| dokutā・kōsu-ドクター・コース | doctoraal programma (PhD-opleiding) |
| dokuzetsu-毒舌 | een giftige [scherpe] tong; krasse [beledigende] taal; kwaadsprekerij |
| dōmitorī-ドーミトリー | slaapzaal |
| donburi-丼 | een porseleinen kom [schaal] |
| dondengaeshi-どんでん返し | plotselinge, onverwachte wending (in een verhaal, etc.) |
| donkō-鈍行 | (spreektaal) stoptrein; lokale (langzame) trein |
| doraipointo-ドライポイント | droge naald (techniek bij kopergravure) |
| doramachikku-ドラマチック | dramatisch; theatraal |
| doroppu-ドロップ | (bij honkbal) een kromme bal (die verticaal naar beneden valt) |
| ebi-海老 | garnaal; langoest; rivierkreeft |
| ebigatame-海老固め | worsteltechniek (de tegenstander (als een garnaal) ten val te brengen door een handgreep om zijn nek en om een knie) |
| ebiimo-海老芋 | een smalle taro wortel (de vorm lijkt op een garnaal) |
| ebisu-夷 | volkeren uit het noorden van Japan (met een eigen taal en cultuur) |
| efu・ō・bī-エフ・オー・ビー | Vrij aan boord (Eng. FOB: Free On Board; term in het internationale handelsrecht voor bepaalde leveringscondities) |
| ei-永 | (in kanji combinaties) eeuwig; onbepaalde [lange] tijd [afstand] |
| eiga-栄華 | pracht; praal; welvaart |
| eigakan-映画館 | bioscoop; filmzaal |
| eigo-英語 | Engels; de Engelse taal |
| eigyōken-営業権 | goodwill (immateriële vastgoedwaarde van een bedrijf gebaseerd op zijn traditie en sociaal vertrouwen) |
| eiyō-栄耀 | luxe; welvaart; pracht en praal |
| ekiben-駅弁 | een bentobox (met voorverpakte maaltijd) die in stations wordt verkocht |
| enchoku-鉛直 | verticaal [loodrecht] zijn |
| enchokumen-鉛直面 | een verticaal vlak |
| ennichi-縁日 | herdenkingsdienst of festival op de dag van de geboorte of manifestatie van een bepaalde god of Boeddha |
| enshin-遠心 | centrifugaal [middelpuntvliedend] zijn |
| enshūshitsu-演習室 | lokaal waar een werkcollege wordt gegeven |
| entotsu-煙突 | schoorsteen; rookkanaal |
| enza-宴坐 | keizerlijk banket [feestmaal] (met feestelijkheden erna) |
| erimaki-襟巻き | sjaal; das; stola |
| erotomania-エロトマニア | erotomanie; hyperseksualiteit; abnormaal seksueel verlangen |
| essen-エッセン | eten; voedsel; maaltijd |
| esuperanto-エスペラント | Esperanto (internationale kunsttaal) |
| etsuranshitsu-閲覧室 | leeszaal; studiezaal |
| ē・eru・tī-エー・エル・ティー | (assistant language teacher) assistent taalleraar |
| ē・tī・esu-エー・ティー・エス | (automatic train stop) een systeem dat automatisch een trein stopt bij bepaalde noodsituaties |
| fajī・konpyūtā-ファジー・コンピューター | speciaal ontworpen computer die gebruik maakt van vage logica (fuzzy logic) |
| federaru-フェデラル | federaal; regerings-; bonds- |
| feiru・seifu-フェイル・セイフ | faalveilig (van apparaten, bij falen niet leidend tot een gevaarlijke situatie) |
| feraito-フェライト | ferriet (metaal) |
| fingā-フィンガー | (luchthaven) pier [ophaalplatform] |
| firorojī-フィロロジー | filologie (studie taal en letteren van een volk) |
| firutā-フィルター | (elektrotechniek) filter voor het doorlaten van bepaalde frequenties |
| fōkutēru-フォークテール | volksverhaal |
| fonēmu-フォネーム | foneem (taalkunde) |
| fossa・maguna-フォッサ・マグナ | slenkvallei, gebied waar een vulkanische gordel doorheen loopt (van noord naar zuid door centraal Honshu) |
| fōtoran-フォートラン | (formula translation) computer programmeertaal |
| fuchō-符丁 | code; wachtwoord; geheimtaal |
| fudadome-札止め | volle zaal; uitverkocht |
| fudeato-筆跡 | handschrift; geschrift; geschreven woord; schrijftaal |
| fue-笛 | fluitje; fluitsignaal |
| fuhenshihon-不変資本 | constant kapitaal (concept van Karl Marx) |
| fuhō-不法 | onwettig; illegaal |
| fuhōtaizai-不法滞在 | illegaal verblijf |
| fuhōtaizaisha-不法滞在者 | een illegaal; illegale vreemdeling |
| fuiri-不入り | (in theater e.d.) kleine opkomst; weinig publiek; een lege zaal |
| fukashikōsen-不可視光線 | onzichtbare straal |
| fūkikeisatsu-風紀警察 | moraalpolitie (m.n. in islamitische landen) |
| fukku-フック | (bepaalde slag bij golf, cricket) hook |
| fukubun-複文 | (taalkunde) een samengestelde zin |
| fukudokuhon-副読本 | aanvullend lesmateriaal [studieboek] |
| fukugōseikyokushotōtsūshōkōgun-複合性局所疼痛症候群 | (CRPS) complex regionaal pijn syndroom |
| fukushi-副詞 | (taalkunde) bijwoord |
| fukutoshin-副都心 | stad subcentrum; centraal stadsdeel |
| fumoji-ふ文字 | (vrouwelijke hoftaal) karper |
| fumoji-ふ文字 | (vrouwelijke hoftaal) brief |
| fune-船 | schaal in de vorm van een boot om sashimi in op te dienen |
| furansugo-フランス語 | Frans; de Franse taal |
| furatto-フラット | plat; vlak; horizontaal; effen; eentonig; leeg (van band); plat, zonder koolzuur [zonder prik] (van drank) |
| furenchi-フレンチ | Frans; de Franse taal; de Fransen |
| furēzu-フレーズ | (taal) frase; uitdrukking |
| furidashi-振り出し | betaalopdracht; overmaking (geld); geldwisseling |
| fūrigan-フーリガン | hooligan; (voetbal) vandaal |
| furō-フロー | toevoer; toevloed (kapitaal of goederen) |
| furōringu-フローリング | (houten) vloermateriaal |
| furu-フル | vol; volledig; helemaal |
| furu-フル | geheel; totaal; alles |
| furukusai-古臭い | muf; bedompt; verschaald; ouderwets; versleten; aftands |
| furyōsaiken-不良債権 | slechte lening; niet verhaalbare [oninbare] lening |
| fusasuguri-フサスグリ | rode bes; aalbes |
| fuseki-斧石 | axiniet (mineraal) |
| fushō-不祥 | schande; schandaal |
| fushō-不詳 | onbekend [onbepaald] zijn |
| fushōji-不祥事 | betreurenswaardig incident; vervelend voorval; schandaal |
| futebuteshii-ふてぶてしい | brutaal; schaamteloos; onbeschaamd |
| futei-不定 | onbepaaldheid; onzekerheid; onbeslistheid |
| futokui-不得意 | iemands zwakke punt; slecht zijn in bepaalde vaardigheden |
| futsugo-仏語 | Frans; de Franse taal |
| futsūmeishi-普通名詞 | (taalkunde) soortnaam |
| futtosaru-フットサル | een soort zaalvoetbal (5 tegen 5 spelers) |
| fuwataritegata-不渡り手形 | onbetaalde rekening |
| gagen-雅言 | verfijnd [elegant] en correct taalgebruik |
| gaikokugo-外国語 | vreemde [buitenlandse] taal |
| gakidaishō-ガキ大将 | snotaap generaal; kinderbende leider; kind dat de buurt terroriseert |
| gakkōkyūshoku-学校給食 | schoolmaaltijd; school lunch |
| gakkyūbunko-学級文庫 | (kleine) bibliotheek in een leslokaal (m.n. vanaf basisschool) |
| gakudō-学堂 | studiezaal (b.v. in een kostschool e.d.); school |
| gakugai-学外 | buiten de universiteit [school]; extern, niet verbonden aan de universiteit [school]; extramuraal |
| gakugaku-諤諤 | openhartig; onomwonden; vrijuit; recht voor zijn raap; zonder omhaal |
| gakugaku-諤諤 | brutaal; luidruchtig |
| gakumenkingaku-額面金額 | nominaal bedrag; nominale hoeveelheid |
| gakusō-楽想 | muzikaal thema [motief]; melodie |
| ganshitsu-眼疾 | oogziekte; oogkwaal; oogaandoening |
| garabō-がら紡 | het (machinaal) spinnen (van garen) |
| gei・bōi-ゲイ・ボーイ | (verouderde term) een man die het uiterlijk en de taal van vrouwen imiteert (m.n. als beroep) |
| gekichūgeki-劇中劇 | verhaal [toneelstuk] binnen een verhaal [toneelstuk] |
| gekigo-激語 | ferme taal; krachtige [scherpe] bewoordingen |
| gekkyūbi-月給日 | betaaldag (van maandsalaris) |
| gekon-下根 | (boeddh.) iemand met heel weinig spiritueel talent [vermogen] om het Boeddhisme optimaal te kunnen bestuderen [volgen] |
| genbun-原文 | oorspronkelijke tekst; tekst in de brontaal |
| genbun-言文 | gesproken en geschreven taal |
| gendō-言動 | woorden en daden; gedrag (taal en handelen) |
| gengo-原語 | (een woord in) de oorspronkelijke taal; brontaal |
| gengo-言語 | taal; taaluiting; woorden |
| gengogaku-言語学 | taalkunde; linguïstiek; taalwetenschap |
| gengokōgaku-言語工学 | (language engineering) taaltechnologie (gericht op het efficiënter en effectiever laten verlopen van taalprocessen) |
| genji-言辞 | taal; woorden |
| gensōkyoku-幻想曲 | fantasie; een instrumentaal muziekstuk met een ongedefinieerde [vrije] vorm |
| gensuiki-減衰器 | elektrische [elektronische] attenuator [verzwakker] (apparaat dat het vermogen van een signaal vermindert) |
| genzairyō-原材料 | grondstof; basis materiaal; onbewerkte materialen |
| gesewa-下世話 | plat [ordinair] taalgebruik |
| giboku-擬木 | paal of pilaar van beton of plastic met boomschorsmotief (zodat het lijkt op een boomstam) (in parken, e.d.) |
| gigoku-疑獄 | (politiek) schandaal vanwege smeergeld [omkoping] |
| gijō-議場 | vergaderzaal; congreszaal; kamer (parlement) |
| ginban-銀盤 | een zilveren bord [schaal; plaat] |
| ginkōken-銀行券 | bankbiljet (papiergeld door een centrale bank als betaalmiddel uitgegeven) |
| ginkōsenmon'yōgo-銀行専門用語 | bancaire vaktaal; bankjargon |
| ginshō-銀将 | (een van de stukken van het shogi schaakspel) de zilveren generaal |
| giyaku-義訳 | betekenis-vertaling; vertaling naar de betekenis (b.v. delen van een samengesteld woord vertalen tot een nieuw samengesteld woord in de andere taal) |
| gō-ゴー | gaan; start (signaal om te gaan) |
| goburetto-ゴブレット | bokaal |
| gochisō-御馳走 | traktatie (eten of drinken); onthaal; het trakteren |
| gochisōsama-御馳走様 | dank u voor de traktatie [voor de maaltijd; voor het onthaal; voor de ontvangst] |
| gogaku-語学 | linguïstiek; taalkunde |
| gogaku-語学 | taalstudie; studie van een vreemde taal |
| gogyō-五行 | de vijf elementen in de Chinese filosofie (hout, vuur, aarde, metaal, water) |
| gohan-御飯 | (gekookte) rijst; maaltijd |
| gohasan-御破算 | het helemaal opnieuw beginnen; beginnen met een schone lei; teruggaan naar af |
| gohō-語法 | (taalkunde) formulering; uitdrukking |
| gojin-吾人 | (schrijftaal voor de eerste persoon) ik; wij |
| gōka-豪華 | pracht; praal; luister; luxe |
| gōkei-合計 | som; optelling; het totaal |
| gōkeisuru-合計する | (bij elkaar) optellen; het totaal berekenen |
| gōkin-合金 | (metaal) legering |
| gōkinkō-合金鋼 | gelegeerd staal |
| gōmo-毫も | (niet) in het minst; helemaal (niet) |
| gongo-言語 | taal |
| gōon-号音 | geluidssignaal; geluidssein (via een tempelbel, luidklok, grote trommel, trompet, etc.) |
| gorimuchū-五里霧中 | radeloosheid; verbijsterd [in de war; verdwaald; de kluts kwijt] zijn |
| gorotsuki-ごろつき | uitvreter; parasiet; klaploper; vandaal; crimineel; schurk; afperser |
| gose-後世 | het hiernamaals; het leven na de dood |
| gōsei-豪勢 | grandeur; pracht; praal |
| goshō-後生 | hiernamaals; het leven na de dood |
| goyaku-誤訳 | foute vertaling; vertaalfout |
| gozoku-語族 | taalfamilie; groep van verwante talen |
| gozonji-御存じ | (beleefd taalgebruik voor) weten; kennen |
| gūi-寓意 | moraal; principe |
| gundan-軍談 | oorlogsverhaal |
| gunju-軍需 | behoeften van het leger; materiaal of diensten die het leger nodig heeft; leger goederen [bevoorrading; munitie; proviand] |
| gunki-軍紀 | militaire discipline [moraal; gedragsregels] |
| gurasu・ūru-グラス・ウール | glaswol (filtreer- en isolatiemateriaal) |
| guraundo・sutorōku-グラウンド・ストローク | (tennis) groundstroke (een slag die wordt geslagen nadat de bal eenmaal is gestuiterd) |
| gurōbaru-グローバル | mondiaal; wereldwijd |
| gusaku-愚策 | (bescheiden taalgebruik) mijn slechte plan [tactiek] |
| gusei-愚生 | (nederig, mannentaal) ik, mij |
| gusoku-愚息 | (nederig taalgebruik) mijn zoon (lett. domme zoon) |
| gūyū-偶有 | toevallige eigenschap; bij toeval een bepaalde eigenschap [vaardigheid] hebben |
| gūyūsei-偶有性 | toevallige eigenschap; bij toeval een bepaalde eigenschap [vaardigheid] hebben |
| gyararī-ギャラリー | (kunst)galerij; museumzaal |
| gyokai-魚介 | (eetbare) zeevissen en schaal- en schelpdieren; zeevruchten |
| gyōshukankakusa-業種間格差 | verschil tussen bedrijfstakken (op bepaalde vlakken) |
| habukūkō-ハブ空港 | hub luchthaven (centraal vliegveld waar men overstapt op andere vluchten) |
| hageagaru-禿げ上がる | een terugwijkende haarlijn krijgen; kaal (vanaf het voorhoofd) worden |
| hageru-禿げる | kaal worden |
| haiban-杯盤 | glas [beker; mok] en bord [schotel; schaal] |
| haigun-敗軍 | verslagen leger(macht) [generaal] |
| haihanchiken-廃藩置県 | administratieve hervorming van het Japanse staatsbestuur in 1871 (overgang van feodaal clan-systeem naar prefecturen onder centraal overheidsgezag) |
| hairu-入る | lid worden (van); zich aansluiten bij; zich in een bepaalde wereld [kring] begeven |
| hairu-入る | (aan iets) beginnen; overgaan tot; een bepaalde tijd [situatie] (beginnen te) worden |
| haisatsu-拝察 | (beleefd, nederig taalgebruik) vermoeden; veronderstelling |
| haishoku-配食 | maaltijdbezorging (in een instelling) |
| haisupīdo・suchīru-ハイスピード・スチール | sneldraaistaal; snelstaal |
| hakari-秤 | weegschaal |
| hakkōginkō-発行銀行 | bank die betaalkaarten uitgeeft aan klanten |
| haku-箔 | folie; dun velletje metaal (zoals bladgoud, bladzilver, etc.); verguldsel |
| hakuwa-白話 | Baihuawen, schrijfvorm voor gesproken taal in China |
| hamanabe-蛤鍋 | een maaltijdsoep [stoofpot] met mosselen [zeevruchten] |
| hamo-鱧 | Batavia snoekaal (Muraenesox cinereus) |
| hanakotoba-花言葉 | de taal der bloemen; (symbolische) betekenis van bloemen |
| hanamichi-花道 | verhoogd pad waarover de acteurs naar- en van het toneel lopen (door de zaal met het publiek) |
| hanamidō-花御堂 | een zaaltje versierd met bloemen voor de viering van de verjaardag van Boeddha (8 april) |
| hanao-鼻緒 | het koord van een sandaal (geta) dat tussen de tenen geklemd zit |
| hanarewaza-離れ業 | een gewaagde [verrassende] prestatie; een kunststukje; knap staaltje; stunt |
| hanashi-話 | wat er verteld wordt; vertelling; relaas; verhaal; sprookje |
| hanashihanbun-話半分 | de helft van het verhaal |
| hanasu-話す | spreken; praten; zeggen; (in een bepaalde taal) spreken |
| hanboin-半母音 | (taalkunde) semivocaal; halfklinker |
| handa-半田 | soldeersel; soldeermetaal |
| handoauto-ハンドアウト | folder; stencil; pamflet (informatiemateriaal voorafgaand aan persconferenties, symposia, etc.) |
| hanebashi-跳ね橋 | ophaalbrug |
| hankei-半径 | straal (van een cirkel); radius |
| hanmai-飯米 | (consumptie)rijst; rijst (voor het bereiden van maaltijden) |
| hanmi-半身 | (bij vechtsporten) de starthouding (diagonaal) tegenover de tegenstander |
| hanro-販路 | markt; verkoopkanaal; afzetgebied |
| hanshakai-反社会 | asociaal zijn |
| hanshazai-反射材 | reflecterend materiaal [reflecterende producten] (voor verkeersveiligheid) |
| haraikomibi-払い込み日 | betaaldatum; betaaldag; uitbetalingsdatum |
| haraikomizumi-払い込み済み | volledig betaald; reeds voldaan |
| harau-払う | overweldigen; wegvagen; iem. helemaal van zijn stuk brengen |
| haretsuon-破裂音 | (taalkunde) (ex)plosief; plofklank |
| hari-針 | naald; pin |
| hari-針 | wijzer (klok); kompasnaald |
| hariā-ハリアー | Harrier gevechtsvliegtuig (dat zowel horizontaal als verticaal kan opstijgen) |
| hariabako-針箱 | naaldendoos; naaidoos |
| harichōseki-玻璃長石 | sanidien (mineraal) |
| harigane-針金 | draad; metaalkabel |
| harishigoto-針仕事 | naaldwerk; naaiwerk; borduurwerk |
| haritsuke-磔 | executie door een veroordeelde aan een paal vast te binden en met speren te steken |
| haseigo-派生語 | (taalkunde) derivaat; afgeleid woord |
| hasu-斜 | diagonaal |
| hasukai-斜交い | diagonaal; schuin |
| hatagosen-旅籠銭 | (Edo-periode) verblijfskosten in een herberg (logies en maaltijden) |
| hatato-はたと | plotseling; totaal; helemaal |
| hatsuhikō-初飛行 | de eerste vlucht (van een bepaald vliegtuig); luchtdoop |
| hatsukaban-二十日盆 | 20 juli, volgens de oude maankalender (in het Tohoku district is er een speciaal festival op die dag) |
| hatsuonbin-撥音便 | 1 van de 4 soorten klankveranderingen in de Japanse taal, de nasale 'n' (b.v. 'shinite' wordt 'shinde'; 'yomita' wordt 'yonda') |
| hayade-早出 | vroeger (dan normaal) gaan werken [op kantoor komen] |
| hazu-筈 | bij sumo (worstelen), een bepaald soort aanval (met duwen) |
| heburaizumu-ヘブライズム | hebraïsme (oude Hebreeuwse godsdienst of taal) |
| heigo-平語 | standaard [alledaagse; gewone] taal |
| heijō-平常 | normaal [gebruikelijk; gewoon] zijn |
| heikemonogatari-平家物語 | het verhaal [de geschiedenis] van de Heike clan |
| heikiko-兵器庫 | arsenaal; wapenhuis; wapenmagazijn |
| heinen-平年 | gemiddeld [normaal] jaar (wat betreft neerslag, temperatuur, etc.) |
| heisagatatōshishintaku-閉鎖型投資信託 | beleggingsfonds dat een vast aantal aandelen uitgeeft via een enkele openbare aanbieding (om kapitaal te verzamelen voor de eerste investeringen) |
| hekuto-ヘクト | hecto- (100 maal) |
| hen-偏 | linkerdeel [radicaal] van een kanji (b.v. ⺅ in de kanji 仁 ) |
| henbō-偏旁 | het linker- en het rechter gedeelte [radicaal] van een kanji\ |
| henkakukatsuyō-変格活用 | (taalkunde) onregelmatige vervoeging |
| henshinryōfūtō-返信料封筒 | (port betaalde) retourenveloppe |
| hensoku-変則 | onregelmatigheid; afwijkend [abnormaal; incorrect; onjuist] zijn |
| hensōkyoku-変奏曲 | variatie (verandering van een muzikaal thema binnen een muziekstuk) |
| herazukuchi-減らず口 | onbeschaamd [brutaal] geklets |
| herusu・mētā-ヘルス・メーター | personenweegschaal voor thuisgebruik |
| hidama-火玉 | vuurbal; dwaallicht |
| higōhō-非合法 | illegaal [onwettig; onrechtmatig] zijn |
| higoro-日頃 | gewoonlijk; normaal; altijd |
| hihaku-飛白 | (kasuri) weeftechniek waarbij de draden speciaal voor het weefpatroon worden geverfd |
| hiki-誹毀 | smaad; laster; schandaal |
| hikikomori-引き籠もり | mensen die zich uit de maatschappij terugtrekken [in sociaal isolement leven) |
| hikikomori-引き籠もり | het zich uit de maatschappij terugtrekken [in sociaal isolement leven) |
| hikinzoku-卑金属 | onedel metaal |
| hikinzokugenso-非金属元素 | een niet-metaal element (bijv. waterstof, zuurstof, zwavel, etc.) |
| hikkai-筆海 | etui [foedraal] voor penselen |
| hikken-筆硯 | een term die voornamelijk in brieven wordt gebruikt en verwijst naar het leven van een bepaalde schrijver |
| hikōkinshikūiki-飛行禁止空域 | no-fly zone; vliegverbod in bepaald gebied |
| hindo-貧土 | onvruchtbare [verschraalde] grond |
| hinetsu-比熱 | bepaalde warmte [hitte] |
| hinnyō-頻尿 | pollakisurie, het frequent (vaker dan normaal) plassen [urineren] |
| hinotama-火の玉 | vuurbal; dwaallicht |
| hinpan-頻繁 | voortdurend [onophoudelijk; herhaald; regelmatig] zijn |
| hiroma-広間 | hal; (grote) zaal; ontvangstruimte |
| hirumeshi-昼飯 | lunch; lichte maaltijd rond het middaguur |
| hishakōteki-非社交的 | asociaal; terughoudend; eenzelvig; teruggetrokken |
| hitetsukinzoku-非鉄金属 | non-ferrometaal |
| hitobarai-人払い | alle mensen wegsturen (uit een kamer, zaal, etc,) |
| hitodama-人魂 | de geest van een (pas) overleden persoon (in de vorm van een vlam of vuurbal); dwaallicht |
| hitokoro-一頃 | een (bepaald) moment [periode]; eens |
| hitokuchibanashi-一口話 | een kort komisch verhaal; een korte anekdote |
| hitonami-人並み | gewoon [gemiddeld; normaal] zijn |
| hitosuji-一筋 | (iets dat lang en smal is) een streep; lijn; stuk; snoer; lengte; straal |
| hitouchi-一打ち | één klap [haal; streek; slag] |
| hitozukiai-人付き合い | het sociaal zijn; goed met mensen overweg kunnen |
| hiwa-悲話 | triest [zielig] verhaal |
| hiwa-秘話 | een geheim [onbekend] verhaal |
| hobo-保母 | een werkneemster bij een kinderopvang (zoals peuterspeelzaal, kinderdagverblijf, etc.) |
| hōbun-邦文 | het Japans; de Japanse taal |
| hodokoshimono-施し物 | aalmoes |
| hōgen-方言 | dialect; streektaal |
| hoikuen-保育園 | crèche; kinderdagverblijf; peuterspeelzaal |
| hoikusho-保育所 | (formeel) crèche; kinderdagverblijf; peuterspeelzaal |
| hoiru-ホイル | (metaal)folie |
| hōkenseido-封建制度 | feodaal stelsel; feodalisme |
| hokkokuakaebi-北国赤海老 | zoete (noordelijke) garnaal (Pandalus borealis) |
| hoko-矛 | (met lantaarns) gedecoreerde paal (voor optochten en festivals) |
| hōkōda-方向舵 | verticaal roer (in de staart van een vliegtuig) |
| hōmurūmu-ホームルーム | schoollokaal waar een groep leerlingen extra begeleiding krijgt van een vaste leraar (vaak voordat de reguliere lessen beginnen) |
| honjitsu-本日 | (schrijftaal, formeel) vandaag |
| honkakuteki-本格的 | volwaardig; volledig; totaal; volslagen; regelrecht; serieus |
| honke-本家 | hoofdkantoor; hoofdfiliaal |
| honrainara-本来なら | strikt genomen; normaal gesproken |
| honten-本店 | hoofdkantoor; hoofdvestiging; hoofdfiliaal |
| horāshōsetsu-ホラー小説 | griezelverhaal; griezelroman; horrorstory |
| hori-堀 | kanaal; gracht; waterweg; sloot |
| horie-堀江 | kanaal; waterweg; watergang |
| horiwari-掘り割り | kanaal; waterweg; watergang |
| horo-幌 | een geweven strook stof, bevestigd aan de achterkant van een (samoerai) harnas of helm (als versiering of bescherming tegen verdwaalde pijlen) |
| horo-母衣 | geweven doek aan de achterkant van het harnas van een samoerai (als decoratie en als bescherming tegen verdwaalde pijlen) |
| hōsekisango-宝石サンゴ | bloedkoraal (Corallium rubrum) |
| hoshimawari-星回り | een van de sterren aan de hand waarvan (via het geboortejaar) het lot [geluk] van iemand wordt bepaald |
| hōshin-方針 | magneetnaald; kompasnaald |
| hosu-干す | leegdrinken; (helemaal) opdrinken |
| hōtei-法廷 | rechtbank; gerecht; rechtszaal; tribunaal |
| hōteki-法的 | legaal; wettelijk |
| hottate-掘っ立て | een paal [pilaar] direct in de grond [aarde] plaatsen (zonder frame of standaard) |
| howaito・gōrudo-ホワイト・ゴールド | (Eng.: white gold) witgoud (een legering van goud met tenminste één wit metaal (b.v. nikkel, zilver of palladium) |
| hyakubai-百倍 | honderdmaal; honderd keer (zoveel) |
| hyakubaisuru-百倍する | verhonderdvoudigen; honderdmaal zo groot maken |
| hyakumonogatari-百物語 | 100 spookverhalen (gezelschapspel uit de Edo periode, van de 100 kaarsen doofde men er 1 na elk verhaal, na de laatste zou er een monster verschijnen) |
| hyōhen-豹変 | (verwijzing naar de vacht van een luipaard) plotselinge verandering van gedrag (en taalgebruik) |
| hyōhon-標本 | proefstuk; monster; staal |
| hyōjungo-標準語 | standaardtaal |
| hyōkishōgun-驃騎将軍 | (Chin.) cavalerie generaal; legeraanvoerder; veldheer |
| hyōryō-秤量 | de weging; het wegen met een weegschaal |
| hyōryō-秤量 | het maximumgewicht dat een weegschaal kan meten |
| i-亥 | het everzwijn, het twaalfde dier in de Chinese dierenriem |
| i-位 | decimaal (cijfer achter de komma of punt) |
| ichi-一 | een; een bepaalde; een zekere; één of andere |
| ichibushijū-一部始終 | het hele verhaal, van begin tot eind; alle details [bijzonderheden] |
| ichidō-一同 | met z'n allen; allemaal; iedereen |
| ichijō-一条 | één regel [lijn; streep; straal] |
| ichikyo-一渠 | kanaal voor watertoevoer; waterpijp; waterbuis |
| ichimi-一味 | een bepaalde smaak; een bepaald (medicijn) ingrediënt |
| ichininshō-一人称 | (taalkunde) de eerste persoon; (in literatuur) de ik-persoon; ik-vorm |
| ichionichigisetsu-一音一義説 | de theorie die de unieke betekenis van elke klank van de Japanse taal erkent |
| ichizenmeshi-一膳飯 | een eenvoudige maaltijd |
| igyō-偉業 | grote prestatie; goed (behaald) resultaat |
| iitsukusu-言い尽くす | alles [het hele verhaal] vertellen; niets ongezegd laten |
| ijō-異常 | abnormaal [ongewoon] zijn |
| ikareru-いかれる | geobsedeerd [geboeid; gefascineerd] worden; helemaal verliefd zijn [worden] |
| ikeshaashaato-いけしゃあしゃあと | heel erg schaamteloos; hondsbrutaal |
| ikisatsu-経緯 | verticaal en horizontaal; lengtegraad en breedtegraad; schering en inslag |
| ikkō-一向 | absoluut; totaal; geheel; compleet |
| inakamono-田舎者 | (schertsend) plattelander; provinciaal; boerenkinkel; boerenpummel |
| inamura-稲叢 | strobaal [stromijt] (van geoogste rijst) |
| indio-インディオ | inheemse volkeren [Indianen] van Centraal en Zuid-Amerika |
| ingakankei-因果関係 | oorzakelijk [causaal] verband |
| ingo-隠語 | geheimtaal; jargon; Bargoens; argot |
| inisharu-イニシャル | (Eng.: initials) initiaal; initialen; eerste letter(s) |
| injikētā-インジケーター | controlelampje; wijzer; signaal |
| inkurain-インクライン | (Eng.: incline) kanaal of spoorlijn over een hellend vlak [berghelling] |
| inkyokusen-陰極線 | kathodestraal |
| inochibiroi-命拾い | het nippertje; het oog van de naald (fig.) |
| inochibiroisuru-命拾いする | door het oog van de naald kruipen; op het nippertje [aan de dood] ontsnappen |
| inochitori-命取り | fataal; dodelijk |
| inochitori-命取り | fataal (fig.); noodlottig |
| insaido・sutōrī-インサイド・ストーリー | inside story; persoonlijk verhaal |
| inshi-印紙 | fiscale zegel; fiscaalzegel; belastingzegel |
| intā-インター | internationaal |
| intākonchinentaru-インターコンチネンタル | intercontinentaal (op verschillende continenten) |
| intānashonaru-インターナショナル | internationaal |
| intānashonaru・ofisharu・rekōdo-インターナショナル・オフィシャル・レコード | internationaal officieel record; officieel wereldrecord |
| intāpuritā-インタープリター | interpreter (software), computerprogramma dat herhaaldelijk instructies leest en vertaalt naar machinecode |
| intoron-イントロン | intron (genetisch materiaal) |
| inu-戌 | de Hond (elfde van de twaalf tekens van de Chinese dierenriem) |
| inzai-印材 | materiaal voor het maken van zegels |
| inzū-員数 | (totaal) aantal; totaalsom; quotum |
| in・hai-イン・ハイ | afk. voor Inter-high, nationaal atletiektoernooi voor middelbare scholen dat twee keer per jaar wordt gehouden |
| iomante-イオマンテ | een Ainu-ceremonie waarbij een bruine beer wordt geofferd (nadat hij een bepaalde tijd in het dorp is grootgebracht) |
| ionbin-イ音便 | (taalkunde) eufonische verandering (waarbij de medeklinkers k, g, sh, of r voor de -i wegvallen, b.v. 聞きて wordt 聞いて) |
| ippan-一飯 | een kom rijst; een maaltijd |
| ippōteki-一方的 | eenzijdig; unilateraal |
| ire-入れ | houder; etui; foedraal; holster; kist; koffer |
| iregyurā-イレギュラー | ongewoon; abnormaal; onregelmatig |
| irīgaru-イリーガル | illegaal; onwettig; wederrechtelijk |
| irimidareru-入り乱れる | door elkaar gehaald [gegooid] worden |
| iroage-色揚げ | het opnieuw verven (voor nieuwe kleur of opfrissen van vaal geworden kleding) |
| iroha-伊呂波 | de kana-tabel, een verzameling van in het totaal 47 karakters, die allen voorkomen in het gedicht iroha-uta |
| irori-囲炉裏 | verzonken haard; stookplaats (vierkant en centraal in de leefruimte) |
| issai-一切 | alles; allemaal |
| issai-一切 | niets; helemaal niet; niet in het minst |
| isseki-一席 | banket; feestmaal; feestelijk diner; etentje |
| issho-一書 | een bepaald boek |
| isso-いっそ | (arch.) werkelijk; helemaal; in ieder geval; hoe dan ook |
| isūtai-異数体 | aneuploïde; heteroploïde (een individu met een abnormaal aantal chromosomen) |
| itadakimasu-頂きます | bedankt voor dit lekkere eten [deze maaltijd] |
| itagane-板金 | plaatmetaal |
| itan-異端 | ketterij; dwaalleer; heidendom |
| itariago-イタリア語 | de Italiaanse taal; het Italiaans |
| itarian-イタリアン | Italiaans; Italiaanse taal; Italiaans eten |
| itazuragoto-徒言 | onzin; wartaal; holle frasen; geklets |
| ittei-一定 | constant [vast; zeker; bepaald; gebruikelijk; uniform] zijn |
| ittōchi-一頭地 | de beste (van allemaal) |
| iwaibashi-祝い箸 | ronde eetstokjes met dunne uiteinden die men gebruikt bij feestelijke maaltijden |
| iwakutsuki-曰く付き | met een verhaal [geschiedenis] erachter |
| iyaiya-否否 | nee!; nee nee!; nee, helemaal niet |
| iyaiya-嫌嫌 | (uitroep) nee; nee nee!; helemaal niet |
| izen-以前 | niet voldoen aan een bepaald voorstadium |
| izenkei-已然形 | (taalkunde) izenkei (conditionele vorm) |
| jairopairotto-ジャイロパイロット | (op vliegtuigen en schepen) automatische piloot (een instrument dat automatisch een bepaalde koers aanhoudt) |
| japanīzu-ジャパニーズ | Japans; Japanse taal; Japanners |
| jendā-ジェンダー | (taalkunde) genus; geslacht |
| jettokiryū-ジェット気流 | jetstream; straalstroom |
| jibīru-地ビール | een lokaal (gebrouwen) bier |
| jibyō-持病 | een chronische ziekte; oude [terugkerende] aandoening [klacht; kwaal] |
| jidaishoku-時代色 | de sfeer [kenmerken; trends] van een bepaalde tijd [periode] |
| jidori-地鳥 | een vrije uitloop kip (die in Japan aan bepaalde strenge voorwaarden moet voldoen) |
| jigane-地金 | erts; onbewerkt metaal |
| jijin-時人 | mensen van een (bepaald) tijdperk; tijdgenoten |
| jimawari-地回り | lokaal opererende gangster [misdadiger] |
| jimono-地物 | lokaal product; streekproduct |
| jimu-ジム | gymzaal; gymnastieklokaal; trainingszaal; sportschool |
| jimunajiumu-ジムナジウム | gymzaal; gymnastieklokaal; trainingszaal; sportschool |
| jingo-人語 | mensentaal |
| jinjiin-人事院 | Nationale Personeelsautoriteit; Nationaal Personeelsbureau |
| jinjō-尋常 | gewoon [normaal; alledaags; middelmatig; gemiddeld] zijn |
| jinki-人気 | het temperament [de stemming] van mensen in een bepaald gebied |
| jiseitai-磁性体 | magnetisch materiaal |
| jisen-自薦 | het zichzelf aanbevelen [nomineren; voordragen] (b.v. voor een bepaalde positie of functie) |
| jisensuru-自薦する | zichzelf aanbevelen [nomineren; voordragen] (b.v. voor een bepaalde positie of functie) |
| jishin-磁針 | magneetnaald; kompasnaald |
| jishoku-辞色 | iemands taalgebruik en uiterlijke verschijning [gelaatstrekken; gelaatsuitdrukking] |
| jissetsu-実説 | een waar gebeurd verhaal |
| jiten-時点 | (op een bepaald) moment; per ... |
| jitsuwa-実話 | een waar gebeurd verhaal |
| jī・enu・pī-ジー・エヌ・ピー | bnp (bruto nationaal product) |
| jōgai-場外 | buiten een plaats [locatie; zaal; terrein] |
| jōgi-定規 | liniaal; tekenhaak; tekendriehoek |
| jōhōshūsei-上方修正 | opwaartse aanpassing [herziening; waardering] (van aandelen of kapitaal) |
| jōji-畳字 | herhaalsymbool; herhalingsteken voor kanji of kana (々; ゝ) |
| jōju-成就 | verwezenlijking; prestatie; behaald succes; verworvenheid; hetgeen bereikt is |
| jōkon-上根 | (boeddh.) iemand met heel veel spiritueel talent [vermogen] om het Boeddhisme optimaal te kunnen bestuderen [volgen] |
| jōnai-場内 | binnen(in) een plaats [locatie; zaal; terrein] |
| josūshi-序数詞 | ordinaalgetal; rangtelwoord |
| jōtai-常体 | (taalkunde) een informele [directe] stijl (da-de aru) |
| jōwa-情話 | een emotioneel verhaal; liefdesverhaal; liefdesgeschiedenis |
| jūaku-十悪 | (boeddh.) tien slechte daden (die gedrag, taalgebruik en instelling omvatten) |
| jūdansuru-縦断する | verticaal doorsnijden [splitsen; verdelen] |
| jūgen-重言 | (taalkunde) tautologie; herhaling binnen een uitdrukking |
| jūgen-重言 | kanji-combinatie waarin hetzelfde teken wordt herhaald |
| jūjū-重重 | herhaaldelijk |
| jukushikusai-熟柿臭い | (verschaalde) dranklucht; alcohollucht (lett. de stank van een rijpe kakivrucht) |
| jūnishi-十二支 | de twaalf tekens van de Chinese dierenriem |
| jushin-受信 | ontvangst (bericht; tv of radio signaal, etc.) |
| jushinsuru- 受信する | ontvangen (bericht; tv of radio signaal, etc.) |
| jūtanbakugeki-絨緞爆撃 | tapijtbombardement (waarbij een groot aantal bommen over een heel gebied worden uitgestrooid, in plaats van bepaalde doelen te raken) |
| jūyō-充用 | het iets reserveren [toewijzen; aanwenden] (voor een bepaald doel) |
| kaburo-禿 | kaalheid |
| kachū-渦中 | draaikolk; maalstroom (ook fig.) |
| kaentake-火炎茸 | gifvuurkoraal |
| kaesugaesu-返す返す | herhaaldelijk; steeds opnieuw |
| kagaminoma-鏡の間 | spiegelkamer; spiegelzaal (Versailles) |
| kagaribi-篝火 | een vuur in een ijzeren korf, opgehangen als signaal [baken], of op schepen om vissen te lokken |
| kagekibunshi-過激分子 | radicaal element (chem.) |
| kagezen-陰膳 | een maaltijd klaarmaken voor een afwezige persoon (met een gebed voor diens veilige terugkeer) |
| kagibari-鉤針 | haaknaald |
| kahenshihon-可変資本 | variabel kapitaal (concept van Karl Marx) |
| kai-回 | keer; maal |
| kaibun-怪聞 | vreemd [vals] gerucht; schandaal |
| kaibun-灰分 | mineraal; minerale stof (in voedsel)) |
| kaichō-開帳 | het openen (op bepaalde dagen) van de gordijnen of deuren van een heiligdom, zodat het publiek het verborgen Boeddhabeeld kan zien |
| kaidan-怪談 | spookverhaal; griezelverhaal |
| kaiguntaishō-海軍大将 | admiraal (van een zeevloot) |
| kaijō-会場 | ontmoetingsruimte; vergaderzaal; evenementenruimt |
| kaijō-開場 | het opengaan van de deuren van een zaal [theater] (voor een voorstelling) |
| kaikan-会館 | hal; zaal; ontmoetingsruimte |
| kaikeinendo-会計年度 | fiscaal jaar |
| kaikyō-海峡 | kanaal; zee-engte |
| kaimoku-皆目 | volledig; helemaal; totaal |
| kaimu-皆無 | nihil; (helemaal) niets; geen |
| kaiseki-解析 | analyse; ontleding (van b.v. bewijsmateriaal, videobeelden, e.d.) |
| kaishime-買い占め | speculatie (op de beurs); het massaal opkopen van aandelen |
| kaishimeru-買い占める | speculeren (op de beurs); aandelen massaal opkopen |
| kaitenritsu-回転率 | omloopsnelheid (goederen, kapitaal) |
| kaizōdo-解像度 | resolutie (van beeldmateriaal, beeldscherm, etc.) |
| kajitori-舵取り | (lett. of fig.) het sturen (in een bepaalde richting); aan het roer staan; leiderschap; leiding |
| kajō-渦状 | spiraalvormig [kolkvormig] zijn; de vorm [toestand] van een draaikolk hebben |
| kajū-加重 | (med.) herhaalde stimulatie [prikkeling] |
| kakezu-掛け図 | (lesmateriaal, op school, e.d.) wandkaart; wandplaat |
| kakugo-覚悟 | (boeddh.) de verlichting; staat van totaal begrip |
| kakuteisuru-確定する | besloten [bepaald; vastgesteld] worden; besluiten; vastleggen; ratificeren |
| kakuzai-角材 | balk; vierkante paal |
| kakyō-佳境 | het sleutelmoment [de climax; het hoogtepunt] (van een verhaal, discussie, etc.) |
| kamaeru-構える | een bepaalde houding aannemen (b.v. ter verdediging); gereed hebben; bij de hand hebben; klaar staan (om te); voorbereiden |
| kamenokō-亀の甲 | (chemie) de structuurformule van benzeen (verticaal en horizontaal op elkaar geplaatste zeshoeken) |
| kamisama-神様 | (figuurlijke stijlfiguur om een autoriteit op een bepaald gebied te noemen) expert; groot deskundige; meester |
| kamoshidasu-醸し出す | een bepaalde stemming [sfeer] creëren [teweegbrengen]; een bepaald gevoel geven |
| kamuro-禿 | kaalheid |
| kan-館 | openbaar gebouw; instituut; zaal; hal; paviljoen |
| kanagashira-金頭 | Lepidotrigla microptera (een straalvinnige vissensoort uit de familie van ponen) |
| kanake-金気 | metaalsmaak; metaalachtige smaak |
| kanakusai-金臭い | metaalachtige geur [smaak] |
| kanakuso-金屎 | (metaal)slak; sintel; onzuiverheden in gesmolten metaal |
| kanakuzu-金屑 | schroot; metaalafval |
| kanayama-金山 | berg waar metaal wordt gedolven; metaalmijn |
| kanbyō-看病 | gebed (door een boeddhistische priester e.d.) voor genezing van een kwaal |
| kane-金 | metaal |
| kanehen-金偏 | kanji radicaal voor metaal of goud |
| kanehen-金偏 | de metaalindustrie |
| kanenbutsu-可燃物 | brandbaar materiaal; brandbare stoffen |
| kango-款語 | informeel [amicaal; intiem] gesprek |
| kango-漢語 | de Chinese taal |
| kankan-看貫 | (afk. voor) platformweegschaal |
| kankanbakari-看貫秤 | platformweegschaal |
| kankokugo-韓国語 | het Koreaans; de Koreaanse taal |
| kanma-カンマ | decimaalteken |
| kanōdōshi-可能動詞 | (taalkunde) werkwoord dat de potentialis uitdrukt (zoals kunnen) |
| kanryō-完了 | (taalkunde) de voltooide tijd |
| kanshō-環礁 | atol; (ringvormig) koraaleiland |
| kansō-完走 | (bij een hardlooprace) het afleggen van de gehele afstand (van startplaats tot finish); een race helemaal uitlopen |
| kanwa-官話 | het mandarijn (Chinese taal) |
| kan'yu-換喩 | metonymie (stijlfiguur in taal) |
| kappu-カップ | bokaal; beker; cup; trofee |
| kara-殻 | schaal; schil; schelp; peul |
| karakami-唐紙 | kleurbenaming in de weefkunst, bij de schering en inslag (horizontaal geel, verticaal wit) |
| karakishi-からきし | totaal; volledig; volkomen; geheel en al; geheel |
| karasugane-烏金 | geld uitgeleend voor één etmaal; lening die direct de volgende ochtend moet worden terugbetaald (lett. kraaien-geld; kraaien krijsen bij zonsopgang) |
| karei-華麗 | pracht; praal; grootsheid |
| kasanegasane-重ね重ね | herhaaldelijk; vaak; regelmatig; steeds weer |
| kasanegasane-重ね重ね | nogmaals; oprecht |
| kashiramoji-頭文字 | initiaal; initialen |
| kashiseki-貸席 | een gehuurde [te huren] zaal [vergaderruimte; hal] |
| kashishitsu-貸し室 | een gehuurde [te huren] kamer [ruimte; zaal] |
| kasuri-絣 | weeftechniek waarbij de draden speciaal voor het weefpatroon worden geverfd |
| katai-過怠 | (feodaal Japan) bestraffing van een fout of misdaad via geldelijke vergoeding of verplichte arbeid te voldoen |
| kataki-敵 | rivaal; opponent; concurrent |
| katari-語り | vertelling; verhaal |
| katedoraru-カテドラル | kathedraal; domkerk |
| kāton-カートン | een schaal [schaaltje; dienblad] (waar geld op wordt gelegd bij betaling) |
| katorisenkō-蚊取り線香 | anti-muskieten wierook; muggen geurspiraal |
| kawahagi-皮剥ぎ | straalvin vijlvis (Stephanolepis cirrhifer) |
| kazu-数 | hoeveelheid; aantal; getal (taalkunde) |
| keigo-敬語 | beleefd taalgebruik; eerbiedige uitdrukkingen |
| keihō-警報 | alarm; alarmsignaal |
| keii-経緯 | schering en inslag; horizontaal en verticaal |
| keiji-繋辞 | (taalkunde) koppelwerkwoord; copula |
| keijō-経常 | gewoon [normaal; regulier; actueel; huidig] zijn |
| keikinzoku-軽金属 | lichtmetaal; lichte metalen |
| keikō-経口 | via de mond ingegaan zijn; oraal zijn |
| keisai-荊妻 | (nederig taalgebruik t.o.v. een hoger geplaatste) mijn (eigen) vrouw |
| keisanshaku-計算尺 | rekenliniaal; schuifmaat |
| keishoku-軽食 | een lichte [kleine] maaltijd; snelle hap; tussendoortje |
| keitai-敬体 | (taalkunde) beleefde [respectvolle; formele] stijl (desu-masu) |
| keitōdateru-系統立てる | systematiseren; (ideeën, kennis, informatie. etc.) ordenen volgens een bepaald principe of bepaalde regel |
| keiyōshi-形容詞 | bijvoeglijk naamwoord; Japans i-adjectief (verbaal adjectief) |
| kemudashi-煙出し | schoorsteen; rookkanaal; rookgat |
| kemuridashi-煙出し | schoorsteen; rookkanaal; rookgat |
| kenjin-県人 | iemand die afkomstig uit een bepaalde prefectuur; inwoner van een bepaalde prefectuur |
| kenjōgo-謙譲語 | eerbiedig [nederig] taalgebruik |
| kenkyūshitsu-研究室 | laboratorium; onderzoeksruimte; congreszaal; kantoor van een professor |
| kenpa-検波 | demodulatie (reconstructie van een signaal) |
| kensaku-検索 | het opzoeken (b.v. in een woordenboek); het zoeken naar bepaalde informatie [gegevens] (in documenten, op internet, etc.) |
| kensei-県政 | prefectuur bestuur; provinciaal bestuur |
| kenwanchokuhitsu-懸腕直筆 | kalligrafietechniek met een bepaalde lhouding (penseel rechtop en elleboog opzij) |
| kenzai-建材 | bouwmateriaal |
| ken'an-検案 | verkenning; oriënterend onderzoek (ter plaatse, van fysiek bewijsmateriaal, zoals (voet)sporen, e.d.) |
| kerorito-けろりと | compleet; volledig; totaal |
| kesa-袈裟 | brede lange sjaal, gedragen door Boeddhistische priesters |
| kesshoku-欠食 | een maaltijd overslaan; niet eten |
| kesshokusuru-欠食する | niet eten; een maaltijd overslaan |
| kētaringu-ケータリング | catering; proviandering; maaltijdverstrekking |
| ketsugoka-結合価 | (taalkunde) valentie |
| kibo-規模 | omvang; formaat; schaal |
| kibo-規模 | schaalmodel; voorbeeld |
| kigō-記号 | (semiotiek) taalteken; woord |
| kihonteki-基本的 | fundamenteel; basaal; standaard |
| kiji-生地 | het ruwe [natuurlijke] materiaal; onbewerkte stof |
| kijo-貴女 | (tweede persoon in schrijftaal, m.n. in brieven) u |
| kikan-季刊 | kwartaalpublicatie; publicatie [uitgave] 4 keer per jaar (van een tijdschrift, magazine, e.d.) |
| kiketsu-帰結 | (taalkunde) apodosis (hoofdzin die volgt op een bijzin) |
| kiketsu-既決 | besloten [bepaald; vastgesteld] zijn |
| kikinzoku-貴金属 | edelmetaal |
| kikioboeru-聞き覚える | iets leren door luisteren (een taal b.v.) |
| kikitori-聞き取り | luistervaardigheid in [auditief begrip van] een vreemde taal |
| kikkake-切っ掛け | signaal [teken; aanwijzing; gelegenheid] om iets te beginnen; oorzaak; motief |
| kikkake-切っ掛け | actie of signaalwoord om het volgende bedrijf in een theaterstuk (kabuki) aan te geven |
| kikkō-亀甲 | (afk. voor) schildpadschild vorm; hexagonaal patroon |
| kikkōgata-亀甲形 | schilldpadschild vorm; hexagonaal patroon |
| kikō-紀行 | reisverslag; reisverhaal |
| kiku-規矩 | passer en liniaal |
| kin-金 | (één van de vijf elementen van de Chinese filosofie) metaal |
| kingashinnen-謹賀新年 | beste wensen voor het nieuwe jaar; Gelukkig Nieuwjaar (schrijftaal) |
| kinkō-金工 | metaalbewerking |
| kinkō-金工 | metaalbewerker |
| kīnōto-キーノート | centraal thema; grondgedachte; uitgangspunt |
| kinpai-金杯 | gouden bokaal |
| kinsekibun-金石文 | inscriptie op metaal of steen |
| kinshō-金将 | de Gouden generaal (een stuk in Shōgi, Japans schaken) |
| kinzetsu-禁絶 | totaal verbod |
| kinzetsusuru-禁絶する | (totaal) verbieden; uitbannen |
| kinzoku-金属 | metaal |
| kinzokugenso-金属元素 | een metaal (element; bijv. ijzer, cobalt, titanium etc.) |
| kin'yō-緊要 | (van) vitaal belang |
| kin'yūshihon-金融資本 | financieel kapitaal |
| kirara-雲母 | (mineraal) mica; glimmer |
| kireji-切れ字 | slotwoord aan het einde van een Japans gedicht (haiku, renga, e.a.) om een bepaald gevoel uit te drukken (b.v. 'kana') |
| kirikōjō-切り口上 | stijf [formeel] taalgebruik [spreken] |
| kirikuzu-切り屑 | (etens)resten; kliekjes; spaanders; houtkrullen; (metaal) slijpsel |
| kiruku-キルク | kurk (materiaal, van de bast van de kurkeik) |
| kisai-既済 | (reeds) afgehandeld [afbetaald; voldaan] zijn |
| kisha-喜捨 | een (charitatieve) donatie (m.n. aan een tempel of heiligdom); aalmoes |
| kishōkinzoku-希少金属 | zeldzaam metaal |
| kisū-基数 | kardinaalgetal kardinale; hoofdtelwoord |
| kitsunebi-狐火 | dwaallicht |
| kitsunenoyomeiri-狐の嫁入り | lampionoptocht; dwaallichten |
| kizai-器材 | gereedschap [machines] en materiaal; materialen [onderdelen] voor het maken van machines |
| kizai-機材 | machines [apparatuur] en materiaal; machineonderdelen |
| kobachi-小鉢 | kleine kom; schaaltje |
| koban-小判 | ovaal; ellips (vorm) |
| kōban-鋼板 | staalplaat |
| kobanashi-小話 | kort verhaal; anekdote |
| kōbō-光芒 | lichtstraal; bliksemschicht |
| koboru-コボル | (common business oriented language) COBOL, een computer programmeertaal |
| kōbutsu-鉱物 | delfstof; mineraal |
| kōchaku-膠着 | agglutinatie (taalkunde) |
| kōchakugo-膠着語 | agglutinerende taal |
| kodō-古道 | oude spirituele weg [moraal] van Japan voorafgaand aan de introductie van het boeddhisme en confucianisme |
| kōdō-講堂 | collegezaal; gehoorzaal |
| kōen-講筵 | collegezaal |
| kōgai-構外 | buiten een bepaald gebied [terrein] |
| kōgaisuion-口蓋垂音 | (taalkunde) uvulaar; uvulaire medeklinker |
| kogata-小型 | klein formaat; kleine afmeting [schaal] |
| kōgo-口語 | spreektaal; gesproken taal |
| kogo-古語 | oude [klassieke; archaïsche] taal |
| kōgotai-口語体 | informele schrijfstijl (geschreven als spreektaal) |
| kōho-候補 | mededinger; rivaal; tegenstander |
| koigataki-恋敵 | medeminnaar; rivaal in de liefde |
| koiru-コイル | spoel; spiraal |
| kojōrakujitsu-孤城落日 | het zich helemaal [hopeloos] alleen en verlaten voelen |
| kōkaidō-公会堂 | hal voor publieke bijeenkomsten; gemeenschapszaal; stadsgehoorzaal |
| kōkaiiki-降灰域 | gebied waar vulkanische as is neergedaald |
| kōkakurui-甲殻類 | schaaldieren |
| kokkarieki-国家利益 | nationaal belang |
| kokkashakaishugi-国家社会主義 | nationaalsocialisme |
| kōkoshiryō-考古資料 | archeologische materiaal; archeologisch (kunst)voorwerp; archeologische artefact |
| kokubun-国文 | Japanse taal en literatuur |
| kokueikigyō-国営企業 | overheidsbedrijf; staatsbedrijf; nationaal bedrijf |
| kokueki-国益 | nationaal belang; landsbelang |
| kokufu-国富 | nationale rijkdom; nationaal vermogen |
| kokugo-国語 | de taal van een land |
| kokugo-国語 | taal (als vak op school) |
| kokugo-国語 | de Japanse taal; Japans |
| kokugogaku-国語学 | (Japanse) taalwetenschap [linguïstiek] |
| kokugoshingikai-国語審議会 | Japanse Taalraad; Raad voor de Japanse Taal |
| kokui-国威 | nationaal prestige [gezag]; nationale eer [waardigheid] |
| kokuminnenkin-国民年金 | Nationaal pensioen; AOW |
| kokuminnenkintechō-国民年金手帳 | Nationaal Pensioenboekje |
| kokuminshotoku-国民所得 | nationaal inkomen |
| kokuminsōseisan-国民総生産 | bruto nationaal product (bnp) |
| kokumintaiikutaikai-国民体育大会 | Nationaal Sport Festival |
| kokuri-国利 | nationaal belang |
| kokuritsubijutsukan-国立美術館 | rijksmuseum; Nationaal museum |
| kokuritsukōbunshokan-国立公文書館 | rijksarchief; nationaal archief |
| kokuritsukōen-国立公園 | nationaal park |
| kokusai-国際 | internationaal zijn |
| kokusaidenwa-国際電話 | internationaal gesprek; telefoongesprek uit het buitenland |
| kokusaigunjisaiban-国際軍事裁判 | Internationaal Militair Tribunaal |
| kokusaihō-国際法 | internationaal recht; volkenrecht |
| kokusaijin-国際人 | internationaal ingestelde persoon; kosmopoliet; wereldburger |
| kokusaijōyaku-国際条約 | internationaal verdrag |
| kokusaikaigi-国際会議 | internationale conferentie; internationaal congres |
| kokusaikaiyōhōsaibansho-国際海洋法裁判所 | Internationaal Zeerechttribunaal; Internationaal Hof voor het recht van de zee |
| kokusaikanshūhō-国際慣習法 | internationaal gewoonterecht |
| kokusaikaruteru-国際カルテル | internationaal kartel |
| kokusaikekkon-国際結婚 | internationaal huwelijk |
| kokusaikūkō-国際空港 | internationaal vliegveld; internationale luchthaven |
| kokusaionpyōmoji-国際音標文字 | internationaal fonetisch alfabet |
| kokusaiorinpikkuiinkai-国際オリンピック委員会 | Internationaal Olympisch Comité |
| kokusaisenpanhōtei-国際戦犯法廷 | Internationaal Tribunaal voor Oorlogsmisdaden |
| kokusaishiai-国際試合 | internationale wedstrijd [competitie]; ; internationaal toernooi |
| kokusaishihō-国際司法 | internationaal recht |
| kokusaishihōsaibansho-国際司法裁判所 | internationaal gerechtshof [tribunaal] |
| kokusaishoku-国際色 | internationaal karakter |
| kokusaiteki-国際的 | internationaal |
| kokusaitsūkakikin-国際通貨基金 | Internationaal Monetair Fonds (IMF) |
| kokusaitsūkaseido-国際通貨制度 | Internationaal Monetair Stelsel |
| kokusaiuchūsutēshon-国際宇宙ステーション | Internationaal ruimtestation (ISS, International Space Station) |
| kokusaku-国策 | nationaal beleid; beleid van een natie [land] |
| kokusan-国産 | iets dat in eigen land [lokaal] is geproduceerd [gekweekt] |
| kokusei-国政 | nationale politiek; nationaal beleid [beheer] |
| kokushiteijūyōbunkazai-国指定重要文化財 | nationaal erkend cultuurbezit; nationale schat |
| kokusui-国粋 | bepaalde kenmerken [karakteristieken] van een land |
| kokutai-国体 | (afk. voor) Nationaal Sport Festival |
| kokutei-国定 | van [door] de staat [nationaal] zijn |
| kokuteikōen-国定公園 | quasi-nationaal [semi-nationaal] park (toegewezen door de overheid maar beheerd door een prefectuur) |
| kokuten-国典 | nationale wetgeving; nationaal wetboek |
| kokuyūzaisan-国有財産 | nationaal bezit; staatseigendom |
| kokuze-国是 | nationaal beleid |
| komashakureru-こましゃくれる | vrijpostig [brutaal] zijn (m.n. van kinderen) |
| komedawara-米俵 | een baal [zak] rijst |
| komemono-込め物 | vulmateriaal; vulling; opvulsel |
| komemono-込め物 | holwit (zetmateriaal voor het maken van lege marges bij letterzetten) |
| komikku-コミック | stripverhaal; stripboek; stripalbum |
| konbiniensu・fūdo-コンビニエンス・フード | kant-en-klaarmaaltijden; vlugklaargerechten |
| konchinentaru-コンチネンタル | continentaal; Europees |
| kondatehyō-献立表 | menukaart; week [maand] overzicht van maaltijden |
| konji-今次 | deze keer; ditmaal; bij deze gelegenheid |
| konma-コンマ | decimaalteken |
| konto-コント | een (luchtig, geestig) kort verhaal; sketch; satire |
| kōpasu-コーパス | corpus; verzamelwerk; materiaalverzameling; woordarchief |
| koppa-木っ端 | Iets onbelangrijks [triviaals] |
| korāru-コラール | koraal; koorzang |
| kori-梱 | (omwikkelde) baal; pakket; bagage; tenen mand |
| koritsugo-孤立語 | isolerende taal (zonder verbuigingen, vervoegingen of gebonden morfemen) |
| koritsumuen-孤立無援 | alleen; geïsoleerd; totaal zonder steun van anderen |
| kōru-コール | roep; kreet; geroep; signaal |
| koru-凝る | opgaan in; bezeten zijn van; toegewijd zijn aan; gek zijn van, zich helemaal storten op |
| koruku-コルク | kurk (materiaal, van de bast van de kurkeik) |
| kōsai-鉱滓 | [metaal) slak; sintel(s) |
| kōseki-鉱石 | erts; delfstof; mineraal |
| kōsen-光線 | lichtstraal |
| kōsen-鉱泉 | bronwater; mineraalwater |
| kōshi-高師 | (afk. voor) voormalige Japanse Hogere Normaalschool (lerarenopleiding) |
| koshio-小潮 | doodtij (getijdekrachten heffen elkaar op, zodat de getijdenverschillen minimaal zijn) |
| kōshitsu-硬質 | hardheid (van water, metaal, etc.) |
| kōshūdōtoku-公衆道徳 | sociale etiquette; welvoeglijkheid; fatsoen; moraal |
| kōsokudokō-高速度鋼 | sneldraaistaal; snelstaal |
| kōsu-コース | een gang (van een maaltijd) |
| kote-籠手 | een handschoen die beschermd is met metaal of hard leer (wordt o.a. gedragen bij de Japanse zwaardvechtkunst Kendo) |
| koteishihon-固定資本 | vast kapitaal (vaste activa) |
| kotoba-言葉 | taal; dialect; woord(en) |
| kotobatsuki-言葉つき | taalgebruik; woordkeus; manier van spreken |
| kotobazukai-言葉遣い | taal; taalgebruik; woordkeus |
| kotodama-言霊 | de (spirituele) kracht [bezieling] van taal |
| kotogotoku-悉く | helemaal; volledig; geheel en al; totaal |
| kōtoku-公徳 | burgerlijke deugd; openbare [sociale] moraal |
| kotonoha-言の葉 | woorden; taal; spraak |
| kōtōshihangakkō-高等師範学校 | voormalige Japanse Hogere Normaalschool (lerarenopleiding) |
| kotsumitsudo-骨密度 | botdichtheid; botmineraaldichtheid |
| kōyōgo-公用語 | officiële taal van een land [natie]; formeel erkende taal van een land [natie] (om verordeningen, e.d. bekend te maken) |
| kōzai-鋼材 | staal; metalen constructiemateriaal; gewalst staal |
| kōzairyō-好材料 | gunstig [goed] nieuws [materiaal; informatie] |
| kozakashii-小賢しい | brutaal; onbeschaamd; sluw; listig; geslepen |
| kubikase-首枷 | schandpaal; schandplank |
| kubimaki-首巻き | sjaal; das; stola |
| kuchifūji-口封じ | (straattaal) iemand omleggen; laten slapen; voorgoed het zwijgen opleggen |
| kuchiguchi-口口 | iedereen; elke persoon; allemaal |
| kuchinarashi-口慣らし | het wennen aan [aanleren van] een bepaalde smaak |
| kuchisaganai-口さがない | praatziek; indiscreet; vol roddels; op sensatie [schandaaltjes] belust |
| kuchiutsushi-口移し | het [oraal] van mond tot mond doorgeven |
| kui-杭 | paal; staak |
| kuibuchi-食い扶持 | de prijs [kosten] voor het eten [de maaltijden] |
| kuihagureru-食い逸れる | een maaltijd overslaan [mislopen] |
| kuīnsaizu-クイーンサイズ | een standaard maat voor bedden en kleding (tussen kingsize en normaal in) |
| kuishiro-食い代 | prijs [kosten] voor het eten [de maaltijden] |
| kumode-蜘蛛手 | balken die diagonaal een brug of dak ondersteunen |
| kumu-組む | uitgeven; overmaken (betaalopdracht) |
| kunigara-国柄 | nationaal karakter; nationale geaardheid |
| kunniringusu-クンニリングス | (oraal-genitaal contact) cunnilingus [cunnilinctus]; het beffen |
| kunwa-訓話 | een leerzaam [waarschuwend] verhaal |
| kuōtarī-クオータリー | driemaandelijks; éénmaal per kwartaal; viermaal per jaar |
| kurai-暗い | donker (van kleur); vaal |
| kuraianto-クライアント | client (computer die informatie haalt van een server) |
| kuraidori-位取り | de naam van een bepaalde zet bij het shogi (Japans schaken) |
| kuraimu・sutōrī-クライム・ストーリー | misdaadverhaal |
| kuraisuru-位する | een bepaalde rang [positie; plaats] innemen [bezitten] |
| kurasshā-クラッシャー | vergruizer; maalmachine; pletmachine |
| kureguremo-呉呉も | herhaaldelijk; keer op keer; telkens weer |
| kurigoto-繰り言 | klacht; (herhaaldelijk) geklaag [gemopper] |
| kuroko-黒子 | toneelassistent die helemaal in het zwart is gekleed (om niet op te vallen) |
| kurosoido-クロソイド | clothoïde; spiraal van Cornu (term uit de civiele techniek) |
| kurosoidokyokusen-クロソイド曲線 | clothoïde; spiraal van Cornu (term uit de civiele techniek) |
| kurōzudo・mōgēji-クローズド・モーゲージ | hypotheek met vast kapitaal [onderpand] |
| kurumaebi-車海老 | Japanse tijgergarnaal (Marsupenaeus japonicus) |
| kuse-曲 | centraal muziekgedeelte van een Nō-voorstelling |
| kyabarē-キャバレー | danszaal; nachtclub; cabaret |
| kyakka-却下 | (spreektaal) afgekeurd! |
| kyapitaru-キャピタル | kapitaal (geld) |
| kyasshuresu-キャッシュレス | zonder contant geld; niet betalen met contant geld (dus betalen met creditkaart of betaalkaart) |
| kyassuru-キャッスル | Compact Application Solution Language (programmeertaal) |
| kyatchifon-キャッチフォン | wisselgesprek (signaal waarschuwt voor tweede binnenkomend gesprek) |
| kyōbaijō-競売場 | veilinghal; veilingzaal |
| kyōdan-教壇 | podium of spreekgestoelte (in een klaslokaal) |
| kyōdō-経堂 | opslagplaats [zaal; bibliotheek] in een tempelcomplex waar boeddhistische soetra's worden bewaard |
| kyōen-饗宴 | banket; feestmaal; smulpartij |
| kyōgeki-矯激 | radicaal [extreem; buitengewoon gewelddadig; excentriek] zijn |
| kyōgi-経木 | flinterdunne houtvellen (m.n. gebruikt als verpakkingsmateriaal) |
| kyōjō-教場 | (arch.) schoollokaal; klas |
| kyōkaidō-教会堂 | (Christelijke) kerk (gebouw); kathedraal; kapel |
| kyokubu-局部 | deel; sectie; lokaal; plaatselijk |
| kyokusa-極左 | radicaal-links; ultralinks; extreemlinks; uiterst links; links-radicaal |
| kyokusho-局所 | deel; sectie; lokaal; plaatselijk |
| kyokuu-極右 | radicaal-rechts; ultrarechts; extreemrechts; uiterst rechts; rechts-radicaal |
| kyosetsu-虚説 | onwaar (niet op feiten gebaseerd) verhaal [verslag; rapport] |
| kyōshitsu-教室 | klaslokaal; collegezaal; leslokaal |
| kyōsō-狂騒 | uitzinnigheid; kabaal; opwinding |
| kyōsōaite-競争相手 | concurrent; rivaal; tegenstander |
| kyōtsūgo-共通語 | gemeenschappelijke taal; standaardtaal |
| kyoyōryō-許容量 | maximaal toelaatbare waarde [hoeveelheid] |
| kyoyōsenryō-許容線量 | maximaal toelaatbare dosis |
| kyōzai-教材 | lesmateriaal; onderwijsmateriaal |
| kyōzō-経蔵 | opslagplaats [zaal; bibliotheek] in een tempelcomplex waar boeddhistische soetra's worden bewaard |
| kyū-キュー | toneelaanwijzing; seintje; signaalwoord |
| kyū-仇 | (in kanji combinaties) vijand; rivaal; vijandschap; wrok |
| kyūhai-九拝 | herhaaldelijk diep buigen |
| kyūkinzumō-給金相撲 | (in een sumo toernooi) de beslissende partij die bepaalt of de worstelaar meer winst of meer [8] verliespartijen heeft |
| kyūshin-急進 | radicaal [extreem] zijn |
| kyūshin-求心 | centripetaal [middelpuntzoekend] zijn |
| kyūsho-急所 | vitaal [essentieel] punt; gevoelige [zwakke] plek |
| kyūshoku-給食 | schoollunch; middagmaaltijd die op school wordt aangeboden |
| kyūshūgappei-吸収合併 | een bepaald soort bedrijfsfusie door overname (één van de betrokken bedrijven blijft bestaan, het andere bedrijf verdwijnt) |
| lange-ラング | (een term van de taalkundige Ferdinand de Saussure) taal (systeem) |
| machiēru-マチエール | materiaal; stof; grondstof; materie |
| madou-惑う | verbaasd [verward; in de war; verdwaald] zijn; de weg kwijt zijn |
| maebaraidaikin-前払い代金 | vooruitbetaalde kosten |
| maebaraihiyō-前払い費用 | vooruitbetaalde kosten |
| maewatashikin-前渡し金 | vooruitbetaald geld |
| mafurā-マフラー | sjaal; das |
| maigo-迷子 | een verdwaald [vermist] kind |
| maigo-迷子 | een bepaalde variant van begeleidende kabuki muziek [geluidseffecten] |
| mairusutōn-マイルストーン | mijlpaal |
| maishoku-毎食 | (bij) elke maaltijd |
| makanai-賄い | maaltijden; kost; vol pension |
| maketto-マケット | maquette; schaalmodel |
| makigai-巻き貝 | huisjesslak; spiraalvormig schelpdier |
| makimono-巻物 | sjaal; stola; rol stof |
| makkikanja-末期患者 | terminaal zieke patiënt |
| makura-枕 | inleiding; introductie (bij een verhaal, etc.) |
| man-満 | volledig; in totaal |
| mandan-漫談 | een soort podiumkunst met een humoristisch, warrig verhaal [gesprek] |
| manekineko-招き猫 | gelukskatje (beeldje van een kat die met een bewegende voorpoot klanten binnen wenkt (li-poot) of voorspoed en rijkdom binnenhaalt (re-poot)) |
| manē・biru-マネー・ビル | geldverwerving; kapitaalverwerving; het verdienen [vergaren] van geld |
| mangakissa-漫画喫茶 | theehuis [lunchroom] met een boekenkast met stripboeken, die klanten kunnen lezen tijdens de maaltijd |
| manjō-満場 | alle aanwezigen; de hele ruimte [zaal] |
| mankibitsuki-満期日付 | vervaldatum; uiterste betaaldatum |
| mannaka-真ん中 | (precies) in het midden; centraal; centrum |
| manryō-万両 | kerstbes; Australische hulst; koraalstruik (Ardisia crenata) |
| manzara-満更 | (niet) helemaal; (niet) geheel; (niet) in alle opzichten |
| mappira-真っ平 | helemaal; in ieder geval |
| mappira-真っ平 | (met ontkenning) helemaal niet; geenszins |
| marīnsunō-マリーンスノー | zeesneeuw (bezinksel in de diepzee bestaande uit organisch materiaal) |
| maru-丸 | geheel; helemaal |
| maruchinashonaru-マルチナショナル | multinationaal; een multinationale onderneming |
| marude-丸で | geheel; compleet; totaal |
| marudori-丸取り | het nemen [opeisen] van alles (niets overlatend); totaal in beslag nemen |
| maruzon-丸損 | een totaal fiasco; compleet verlies; totale nederlaag |
| masse-末世 | een gedegenereerde wereld; tijdperk zonder moraal |
| matazoro-又ぞろ | alweer; opnieuw; nogmaals |
| materiaru-マテリアル | materiaal; stof |
| matsuba-松葉 | dennennaald |
| matsunoha-松の葉 | dennennaald |
| mattaku-全く | helemaal; geheel; compleet; helemaal niet; niet in het minst |
| mattō-全う | geheel; totaal; compleet |
| mayumi-檀 | (de struik) kardinaalshoed [kardinaalsmuts] (Euonymus sieboldianus) |
| mayutsubamono-眉唾物 | een kletsverhaal; sterk [dubieus] verhaal |
| mēdē-メーデー | SOS; noodsignaal |
| medo-針孔 | het oog van de naald |
| meibutsu-名物 | beroemd lokaal product; specialiteit van een bepaalde streek |
| meido-冥土 | (boeddh.) dodenrijk; hiernamaals; Hades; onderwereld; hel |
| meifuku-冥福 | hemelse zaligheid; geluk in het hiernamaals |
| meikai-冥界 | (boeddh.) dodenrijk; hiernamaals; Hades; onderwereld; hel |
| meimokuchingin-名目賃金 | nominaal loon; nominale inkomen |
| meireikei-命令形 | (taalkunde) meireikei, imperatieve vorm; gebiedende wijs |
| meisū-名数 | een bepaald [precies] aantal; bepaalde hoeveelheid; numerieke waarde |
| memori-目盛り | schaalverdeling; maatstreep; graadverdeling |
| mentaru-メンタル | mentaal; geestelijk; psychisch |
| merukarishindokaikyū-メルカリ震度階級 | schaal van Mercalli |
| metagengo-メタ言語 | metataal |
| metarikku-メタリック | metallic; metaalachtig; metalen |
| metaru-メタル | metaal |
| mi-巳 | de slang (het zesde dier in de twaalfjaarlijkse cyclus van de Chinese dierenriem) |
| midi-ミディ | musical instrument digital interface, een digitaal systeem voor elektronische muziekinstrumenten |
| mihon-見本 | monster; staal; proefstuk |
| mikiwameru-見極める | doorzien; doorgronden; helemaal begrijpen |
| mina-皆 | iedereen; allemaal; allen |
| minasan-皆さん | allen; allemaal; iedereen |
| minasugen'yu-ミナス原油 | Minas-olieveld (in centraal Sumatra, Indonesië) |
| mineraru-ミネラル | mineraal; delfstof; erts |
| mineraru・uōtā-ミネラル・ウオーター | mineraalwater |
| mineraru・wōtā-ミネラル・ウォーター | mineraalwater |
| minkansetsuwa-民間説話 | volksverhaal; overlevering; legende |
| minna-皆 | iedereen; allen; allemaal |
| minwa-民話 | folklore; volksverhaal |
| misai-未済 | niet afgedaan [afbetaald; voldaan] zijn |
| misebiraki-店開き | het openen van een winkel (op een bepaalde tijd van de dag) |
| misejimai-店仕舞い | het sluiten van een winkel (op een bepaalde tijd van de dag) |
| missatsu-密殺 | het illegaal slachten (van vee) |
| misukyasuto-ミスキャスト | het verkeerd casten van een acteur [actrice] voor een bepaalde rol |
| misuterī-ミステリー | detectiveroman; detectiveverhaal; een whodunit |
| mitsunyūkoku-密入国 | heimelijk [stiekem; illegaal] het land binnenkomen |
| mitsuryōsuru-密猟する | stropen; illegaal jagen [vissen] |
| mitsushukkoku-密出国 | heimelijk [stiekem; illegaal] het land verlaten |
| mitsuzō-密造 | illegale vervaardiging [productie]; illegaal distilleren [stoken] van sterke drank |
| miyagebanashi-土産話 | reisverhaal |
| mizenkei-未然形 | (taalkunde) mizenkei (irrealis vorm; gebruikt als aansluitvorm voor optatief, negatief, passief, causatief) |
| mizugusuri-水薬 | vloeibare medicijn; medicinaal drankje |
| mizumashishihon-水増し資本 | het verwateren van kapitaal (d.w.z. nieuwe aandelen uitgeven op de bestaande activa) |
| mizumizushii-瑞瑞しい | fris; jong; jeugdig; vitaal; energiek |
| mōbosansennooshie-孟母三遷の教え | het belang van het creëren van een goede leeromgeving voor een kind (naar een oud verhaal over Mencius' moeder die 3 keer verhuisde daarvoor) |
| mojūru-モジュール | module (gestandariseerd bouwmateriaal) |
| mokuhyō-目標 | oriëntatiepunt; baken; mijlpaal |
| monogatari-物語 | verhaal; vertelling |
| monoii-物言い | manier van spreken; taal |
| monoraru-モノラル | monoauraal; mono; niet stereofonisch |
| moraru-モラル | moraal; normbesef; zeden; principes; ethiek |
| moraru・hazādo-モラル・ハザード | moraal; normbesef; zeden; principes; ethiek |
| moribana-盛り花 | een bepaalde ikebana-stijl; bloemenarrangement |
| morisoba-盛り蕎麦 | soba (boekweitnoedels) op een rieten schaal |
| mōshō-猛将 | dappere [moedige; onverschrokken] generaal [krijgsheer] |
| motenashi-持て成し | onthaal; ontvangst; gastvrijheid |
| mugamuchū-無我夢中 | zichzelf verliezen [helemaal opgaan] in; totaal in beslag genomen door |
| muka-無価 | onbetaalbaar; van ongekende waarde |
| mukago-零余子 | broedknop; propagule (plantaardig materiaal) |
| mukashibanashi-昔話 | oude legende; volksverhaal; sprookje |
| mukashigatari-昔語り | legende; oud verhaal |
| muki-無期 | (voor) onbepaalde tijd |
| mukibutsu-無機物 | anorganische substantie; anorganisch materiaal |
| mukishitsu-無機質 | anorganisch materiaal; mineraal; delfstof |
| mukuwareru-報われる | beloond [terugbetaald] worden |
| mukyū-無給 | onbetaald zijn; zonder salaris; niet gesalarieerd |
| mushiryoku-無資力 | gebrek aan kapitaal [vermogen]; zonder geld [vermogen] |
| mushozoku-無所属 | onafhankelijk [onpartijdig; ongebonden] zijn (niet behorend tot een bepaalde geloofsrichting of politieke partij) |
| myōdō-冥道 | (boeddh.) dodenrijk; hiernamaals; Hades; onderwereld; hel |
| myōkai-冥界 | (boeddh.) dodenrijk; hiernamaals; Hades; onderwereld; hel |
| nachizumu-ナチズム | nazisme; nationaalsocialisme |
| nagabanashi-長話 | het lang praten; een lang gesprek [verhaal] |
| nagakōjō-長口上 | een lang verhaal; lange toespraak |
| nagara-ながら | (gevoegd achter een zn. of bijw.) alles; allen; allebei (tegelijk); geheel; totaal; compleet |
| nagaredama-流れ弾 | een verdwaalde kogel |
| nagareya-流れ矢 | een verdwaalde pijl |
| nagekakeru-投げかける | omdoen; omslaan (b.v. een sjaal, e.d.) |
| naichingēru-ナイチンゲール | nachtegaal (zangvogel, Luscinia megarhynchos) |
| naimu-内務 | binnenlandse (staats)zaken m.b.t. politie, publieke werken, algemene volksgezondheid (inclusief afvalverwerking en riolering) en lokaal bestuur |
| naiteki-内的 | geestelijk; mentaal |
| naiyōgo-内容語 | (taalkunde) woorden, zoals zelfstandige naamwoorden, werkwoorden en bijvoeglijke naamwoorden, die de semantische betekenis in een zin aanduiden |
| naiyōkyōka-内容教科 | vakken die worden bestudeerd om kennis op een bepaald gebied te verwerven; inhoudsvakken |
| nakanaka-中中 | halverwege; in het midden; neutraal |
| nakkurubōru-ナックルボール | (honkbal) een bal die met een speciaal effect wordt gegooid door de pitcher |
| nakuhanai-なくはない | (uitdrukking met een dubbele ontkenning) het is niet zo dat het er (helemaal) niet is; niet zonder zijn; wel zo moeten zijn; er zijn veel |
| namari-鉛 | lood (metaal element) |
| namarigōkin-鉛合金 | een metaalmengsel dat [een legering die] lood bevat |
| namiashi-並足 | normaal [gemiddeld] looptempo; wandelpas |
| nanafushigi-七不思議 | zeven wonderen (binnen een bepaalde regio, in Japan m.n. religieus relevante natuurverschijnselen) |
| nanako-魚子 | een metaalgraveertechniek (met korrels die op viseieren lijken) |
| naname-斜め | schuin; hellend; scheef; diagonaal |
| nanigashi-某 | een bepaalde hoeveelheid [som] |
| nantetsu-軟鉄 | zacht staal; zacht ijzer; weekijzer, |
| narēshon-ナレーション | vertelling; verhaal |
| naridoshi-生り年 | mastjaar (bij bosbouw en natuurbeheer een benaming voor een jaar waarin bomen en planten veel meer vrucht dragen dan normaal) |
| naritatsu-成り立つ | rendabel [haalbaar] zijn |
| naru-成る | bereikt [behaald; verkregen] worden; succesvol zijn |
| nasaru-為さる | (gebruikt als hulp-ww. om beleefdheid uit te drukken; wordt niet vertaald of uitgedrukt door de toevoeging: alstublieft) |
| nashonaru-ナショナル | nationaal; binnenlands; staats-; rijks- |
| nashonaru・burando-ナショナル・ブランド | nationaal handelsmerk |
| nashonaru・intaresuto-ナショナル・インタレスト | nationaal belang; landsbelang |
| nashonaru・kyarakutā-ナショナル・キャラクター | volksaard; volkskarakter; nationaal karakter |
| nashonaru・pāku-ナショナル・パーク | nationaal park (beschermd natuurgebied) |
| nashonaru・purodakuto-ナショナル・プロダクト | nationaal product |
| negibōzu-葱坊主 | de bloem [bloeiwijze] van planten van de Allium familie (prei, bosui, bieslook, etc.) (de bolvormige, witte bloemen lijken op een kaalgeschoren hoofd) |
| negoro-値頃 | een redelijke [schappelijke; betaalbare] prijs |
| neitibu-ネイティブ | (afkorting voor) native speaker; moedertaalspreker |
| neitibu・supīkā-ネイティブ・スピーカー | moedertaalspreker; native speaker |
| nekkara-根っから | (met ontkenning) niet in het minst; helemaal niet(s) |
| nendo-年度 | fiscaal jaar; belastingjaar; boekjaar |
| nenjiyūkyūkyūka-年次有給休暇 | jaarlijkse betaalde vakantie |
| nenkyū-年休 | jaarlijkse betaalde vakantie |
| nenne-ねんね | (kindertaal) een slaapje [slapie-slapie] doen |
| nenneko-ねんねこ | (kindertaal) kat; poes |
| nenneko-ねんねこ | (kindertaal) een slaapje [slapie-slapie] doen |
| neru-練る | (metaal) smeden |
| nessen-熱線 | hete metaaldraad |
| neta-ねた | (een omkering van het woord tane) materiaal; informatie |
| neta-ねた | bewijs(materiaal) |
| niban-二番 | tweemaal; twee keer |
| nichi-日 | een dag; een etmaal |
| nichigintankan-日銀短観 | (afk. voor) Tankan onderzoek (economische kwartaal peiling van het ondernemersvertrouwen door de Japanse Bank) |
| nihongaku-日本学 | Japanologie; de studie van de taal en cultuur van Japan |
| nihongo-日本語 | het Japans; de Japanse taal |
| nihongokyōiku-日本語教育 | Japans taalonderwijs |
| nijigen-二次元 | tweedimensionaal; twee dimensies |
| nikkō-日光 | zonneschijn; zonlicht; zonnestraal |
| nikoyaka-にこやか | glimlachend [glunderend; stralend; joviaal; vrolijk] zijn |
| nininsankyaku-二人三脚 | tijdelijke samenwerking (voor een bepaalde taak) |
| nininshō-二人称 | (taalkunde) de tweede persoon |
| ninozen-二の膳 | de tweede gang (van een maaltijd) |
| ninshō-人称 | (taalkunde) persoon |
| nisshi-日誌 | dagboek; journaal; logboek |
| nobegane-延べ金 | plaatmetaal; metalen plaat |
| nobeita-延べ板 | (platgehamerd) plaatmetaal |
| nobejin'in-延べ人員 | het totaal aantal mensen [personen] (dat nodig is om een taak te voltooien) |
| nobeninzū-延べ人数 | het totaal aantal mensen [personen] (dat nodig is om een taak te voltooien) |
| nobenissū-延べ日数 | totaal aantal (werk)dagen |
| nobinobi-延び延び | (herhaaldelijk) uitgesteld zijn |
| noboribō-登り棒 | klimpaal (speeltoestel) |
| nobutoi-野太い | onbevreesd; brutaal; onbeschaamd |
| nodokubi-喉頸 | een belangrijke plaats [plek]; een essentieel [vitaal] onderdeel |
| nogi-芒 | kafnaald (van graan of gras) |
| nogisu-ノギス | nonius; schuifmaat (hulpschaalverdeling) |
| nōki-能記 | (taalkunde) de betekenaar; het betekenende; het concept (signifier) |
| nokorazu-残らず | alles; volledig; helemaal; compleet; totaal; zonder uitzondering |
| nokoru-残る | (achter een ander ww. gevoegd:) niet (helemaal) gedaan, onafgemaakt |
| nōkyō-膿胸 | pleuraal empyeem; pleura-empyeem; pyothorax |
| nōmaru-ノーマル | normaal |
| nomihosu-飲み干す | achter elkaar [in één keer] opdrinken; helemaal opdrinken |
| nominaru・rēto-ノミナル・レート | nominaal tarief |
| nonsekuto-ノンセクト | niet-sektarisch; niet gebonden aan een bepaalde religie of politieke partij |
| noroshi-狼煙 | rooksignaal; lichtbaken; lichtkogel |
| nōsaido-ノーサイド | (rugby, e.d.) eindsignaal; einde van de wedstrijd |
| nōsei-脳性 | wat de hersenen betreft; cerebraal |
| nukeagaru-抜け上がる | terugtrekken van de haarlijn; kaal worden vanaf het voorhoofd |
| nukenuke-ぬけぬけ | brutaal; schaamteloos; vrijpostig |
| nyannyan-ニャンニャン | (kindertaal) kat; poes |
| nyōki-尿器 | po; ondersteek; urinaal |
| nyūraru・nettowāku-ニューラル・ネットワーク | (kunstmatig) neuraal netwerk (computersysteem) |
| nyūtei-入廷 | het binnentreden in de rechtszaal (van de betrokkenen bij het proces) |
| nyūteisuru-入廷する | verschijnen [binnentreden] in de rechtszaal |
| nyūtoraru-ニュートラル | neutraal; onpartijdig |
| ōbāōru-オーバーオール | over het algemeen; in totaal; in het algemeen; globaal |
| ōbārōn-オーバーローン | overtollige lening, het verschijnsel dat banken in Japan meer uitleenden dan de som van hun kapitaal en deposito's |
| oboreru-溺れる | totaal bezeten zijn; zwelgen in; zich ergens op storten (fig.) |
| ōchaku-横着 | brutaal [verwaand; schaamteloos; lomp] zijn |
| ochazuke-お茶漬け | eenvoudige maaltijd |
| ochimusha-落ち武者 | (spreektaal) student, kandidaat, of sollicitant die heeft gefaald in zijn [haar] ondernemingen |
| odoriji-踊り字 | herhaalsymbool; herhalingsteken voor kanji of kana (々; ゝ) |
| ofurimitto-オフリミット | verboden (terrein) voor bepaalde personen |
| ohire-尾鰭 | opsmuk; verfraaiing (van een verhaal) |
| ojisan-オジサン | een straalvinnige vissoort, Parupeneus multifasciatus |
| okashii-可笑しい | vreemd; ongewoon; abnormaal |
| okiba-置き場 | (volkstaal) lommerd; pandjeshuis; bank van lening |
| okogamashii-痴がましい | aanmatigend; brutaal; vrijpostig |
| okosozukin-御高祖頭巾 | een (warme) vierkante doek, om hoofd en schouders gewikkeld (gebruikt door vrouwen als sjaal-hoofddoek [kap] in de Edo- tot de Meiji-periode) |
| okyan-お侠 | brutaal [schaamteloos; vrijpostig; baldadig] meisje |
| omanma-お飯 | (gekookte) rijst; maaltijd |
| omochikaeri-お持ち帰り | afhaalmaaltijd; het afhalen (van eten en drinken) |
| omori-重り | gewicht (voor weegschaal) |
| omotenashi-お持て成し | gastvrijheid; onthaal; ontvangst |
| onamidachōdai-お涙頂戴 | tranentrekker; smartlap; melodrama; sentimenteel verhaal [liedje; programma] |
| onesho-おねしょ | (kindertaal) het bedplassen |
| ongisetsu-音義説 | de theorie die de unieke betekenis van elke klank van de Japanse taal erkent |
| onibi-鬼火 | dwaallicht |
| onikisu-オニキス | onyx (mineraal) |
| onikkusu-オニックス | onyx (mineraal) |
| onnabara-女腹 | een vrouw wiens kinderen allemaal meisjes zijn |
| onoishi-斧石 | axiniet (mineraal) |
| onrimitto-オンリミット | toegankelijk [toegestaan] voor bepaalde personen |
| onso-音素 | (taalkunde) foneem |
| oogakari-大掛かり | grote schaal; grote maat |
| oogata-大型 | een grote maat [afmeting; schaal] |
| oohiroma-大広間 | de grote zaal [hal; aula] |
| ooinaru-大いなる | groot; groots; enorm; monumentaal |
| oomaka-大まか | globaal; bij benadering; vrij; algemeen |
| oometsuke-大目付 | inspecteur-generaal van de overheid in de Edo-periode |
| oonyūdō-大入道 | mytisch monster uit Japan in de vorm van een kaalhoofdige man met een lange nek |
| oozukami-大掴み | een globaal (beeld hebben); ruwe [algemene] (details) |
| opāru-オパール | opaal (steen) |
| orandago-オランダ語 | Nederlands; Nederlandse taal |
| oroshi-下ろし | het verticaal langs de ruggengraat doorsnijden van een vis |
| ōru-オール | lees; allen; allemaal |
| ōrubakku-オールバック | (helemaal) naar achteren gekamd haar (zonder scheiding) |
| ōru・wezā-オール・ウエザー | een (atletiek- of race) baan van een materiaal dat geschikt is voor alle weersomstandigheden |
| ōru・wezā・torakku-オール・ウエザー・トラック | een (atletiek- of race) baan van een materiaal dat geschikt is voor alle weersomstandigheden |
| oshinabete-押し並べて | in het algemeen; over het geheel genomen; globaal |
| oshitsukegamashii-押し付けがましい | opdringerig; brutaal; aanmatigend; vrijpostig |
| otogibanashi-御伽話 | sprookjesverhaal; sprookje |
| otokobara-男腹 | een vrouw wiens kinderen allemaal jongens zijn |
| otoshi-落とし | het einde van een verhaal |
| oyatsu-お八つ | tussendoortje; snack; hapje tussen de maaltijden |
| ōzappa-大雑把 | het globaal [algemeen; vaag] zijn |
| pachipachi-ぱちぱち | het herhaald knipperen met de ogen |
| paisen-パイセン | (slang voor senpai) senior (b.v. iemand met meer ervaring of kennis dan jijzelf op een bepaald vakgebied) |
| pakupaku-ぱくぱく | (onomatopee) herhaaldelijk openend en sluitend (van de mond); naar lucht happend |
| panteon-パンテオン | pantheon (geheel van goden van een bepaalde mythologie of religie) |
| parōru-パロール | (een term van de taalkundige Ferdinand de Saussure) taaluiting; woorden (concreet taalgebruik) |
| pasapasa-ぱさぱさ | (onomatopee) droog; dor; uitgedroogd; schraal |
| pāsonaru・chekku-パーソナル・チェック | persoonlijke cheque (van persoonlijke betaalrekening) |
| pāsonaru・kōru-パーソナル・コール | een persoonlijk (internationaal) telefoongesprek |
| passhingu-パッシング | het geven van een lichtsignaal in de auto om andere weggebruikers te waarschuwen |
| passhon-パッション | de passie; het passieverhaal (over het lijden van Christus) |
| patchi-パッチ | lapje (stof); pleister; stukje (metaal, etc.) |
| pedaru-ペダル | pedaal |
| pējento-ページェント | praalvertoning; pronkstoet; historisch schouwspel |
| pekopeko-ぺこぺこ | (onomatopee) herhaaldelijk buigend |
| penanto-ペナント | wimpel; vaan; signaalvlag; kampioenschapsvlag |
| pēpā・puran-ペーパー・プラン | een plan dat alleen maar op papier bestaat, en waarvan de haalbaarheid of uitvoerbaarheid klein is |
| perapera-ぺらぺら | (onomatopee) vloeiend (een taal spreken); veel [snel] pratend; welbespraakt |
| petorizara-ペトリ皿 | petrischaal; glazen laboratoriumschaaltje |
| pēzurī-ペーズリー | paisley, abstract kleurenpatroon in stoffen (genoemd naar de plaats Paisley in Schotland, waar kasjmier sjaals met paisley motief werden gefabriceerd) |
| pijin・ingurisshu-ピジン・イングリッシュ | Pidginengels (handelstaal op basis van het Engels) |
| pitchi-ピッチ | snelheid en frequentie waarmee een handeling wordt herhaald |
| pōchi-ポーチ | portaal; portiek; veranda |
| posuto-ポスト | pilaar; paal |
| potensharu-ポテンシャル | potentiaal; elektrisch vermogen (natuurkunde) |
| puraisu・rīdāshippu-プライス・リーダーシップ | prijsleiderschap (systeem waarin marktprijzen worden bepaald door toonaangevende, machtige bedrijven) |
| puresu・rūmu-プレス・ルーム | perszaal; zaal waar persconferenties worden gehouden |
| purofinterun-プロフィンテルン | ProfIntern, internationaal syndicaat (ook bekend als de Rode Internationale van Vakbonden, of Rode Vakbondsinternationale, RVI) |
| puroguramingugengo-プログラミング言語 | programmeertaal |
| purominensu-プロミネンス | (taalkunde) nadruk; klemtoon |
| purotto-プロット | plot; verhaallijn |
| rabu・romansu-ラブ・ロマンス | (Eng.: love romance) liefdesverhaal; liefdesaffaire; romantiek |
| rabu・sutōrī-ラブ・ストーリー | (Eng.: love story) liefdesverhaal; liefdesgeschiedenis |
| rachi-羅致 | het samenbrengen van personen met bepaalde vaardigheden (zoals het vangen van vogels in een net) |
| raise-来世 | (lett.: de komende wereld) het hiernamaals; het leven na de dood |
| rajian-ラジアン | radiaal (hoekmaat) |
| rajikaru-ラジカル | extreem (gedrag); radicaal (politiek) |
| rajikaru-ラジカル | stam (taalkunde) |
| rajikaru-ラジカル | radicaal (chemie) |
| rakuhatsu-落髪 | het zich laten kaalscheren voor men in een (boeddhistisch) klooster gaat; tonsuur |
| rakuseki-落籍 | een voorschot betaald aan de baas van een prostitué of geisha (met het doel haar vrij te kopen) |
| randa-乱打 | (de bal) het herhaaldelijk slaan; heen en weer slaan |
| rangaku-蘭学 | (lett. Nederlandse studies) de studie van westerse technologie en geneeskunde via de Nederlandse taal (Edo periode) |
| rango-蘭語 | (arch.) Nederlands; de Nederlandse taal |
| rangu-ラング | (uit het Frans: langue) taal |
| ran'enkei-卵円形 | een ovaal (vorm) |
| rasen-螺旋 | schroef; spiraal |
| ratengo-ラテン語 | Latijns; Latijnse taal |
| rea・metaru-レア・メタル | zeldzaam metaal |
| refarensu・rūmu-レファレンス・ルーム | (studie)zaal met naslagwerken |
| reikin-礼金 | sleutelgeld; vergoeding betaald voor huurrechten |
| reinen-例年 | een normaal jaar; elk jaar |
| reitōshokuhin-冷凍食品 | ingevroren voedsel; diepvriesproducten; diepvriesmaaltijd |
| rekijitsu-暦日 | een bepaalde dag op een kalender |
| rekishimonogatari-歴史物語 | een historisch verhaal; geschiedverhaal |
| renjō-連声 | (taalkunde) sandhi (klankbeïnvloeding door naburige klanken binnen een woord of tussen twee woorden) |
| renkaban-廉価版 | goedkope [betaalbare; populaire] uitgave [editie] |
| renko-連呼 | herhaaldelijk geroep [geschreeuw] |
| rensaimanga-連載漫画 | dagelijks in kranten [tijdschriften] verschijnend feuilleton [stripverhaal; manga] |
| rensaku-連作 | herhaalde teelt van dezelfde gewassen op dezelfde grond |
| rentaikei-連体形 | (taalkunde) rentaikei (attributieve vorm; woordenboekvorm) |
| rentaishūshokugo-連体修飾語 | (taalkunde) een bepaling [bepalend woord] bij een niet-infecterend [onvervoegbaar] woord |
| rentaru・rūmu-レンタル・ルーム | gehuurde kamer [zaal] |
| ren'on-連音 | (taalkunde) sandhi (gelijkwording van eind- en beginklank van opeenvolgende delen) |
| ren'on-連音 | (taalkunde) binding |
| ren'yōkei-連用形 | (taalkunde) renyōkei (verbindingsvorm van werkwoorden) |
| ren'yōshūshokugo-連用修飾語 | (taalkunde) een bepaling [bepalend woord] bij een inflecterend [vervoegbaar] woord |
| ressuru-列する | behoren bij; in een bepaalde positie zijn |
| riberaru-リベラル | liberaal |
| riberaru-リベラル | een liberaal; liberale [ruimdenkende] persoon |
| riekijunbikin-利益準備金 | kapitaalreserve (fonds) |
| rigen-俚言 | spreektaal; omgangstaal; dialect |
| rihitā・sukēru-リヒター・スケール | de schaal van Richter |
| rikushō -陸将 | (militaire rang) luitenant-generaal |
| rikushyōho-陸将補 | (militaire rang) generaal-majoor |
| rinji-臨時 | extra; speciaal; bonus- |
| rinri-倫理 | ethiek; moraal; gedragscode |
| risō-理想 | een ideaal; ideaalbeeld |
| risōteki-理想的 | ideaal (ideale) |
| rittaiteki-立体的 | driedimensionaal |
| roban-露盤 | een vierkante plaat bovenin een pagode, waarop de sōrin (lang verticaal ornament is geplaatst |
| rōgetsu-臘月 | de twaalfde maand van de maankalender |
| rogosu-ロゴス | logos; (filosofie) de rede; (Bijbeltaal) het Woord |
| rogu-ログ | logboek; scheepsjournaal |
| rojin-ロジン | colofonium; spiegelhars; vioolhars; pijnhars (natuurlijke hars gewonnen uit naaldbomen, Pinus) |
| rōjinbyō-老人病 | ouderdomsziekte; ouderdomskwaal |
| rōkaru-ローカル | lokaal; plaatselijk |
| romansugo-ロマンス語 | Romaanse taal |
| romansushogo-ロマンス諸語 | Romaanse taal |
| rōnin-浪人 | iemand die het toelatingsexamen voor de universiteit niet heeft gehaald (en moet wachten op een volgende kans) |
| ronsaku-論策 | betoog [essay] om een bepaald eigentijds probleem op te lossen |
| rōtaika-老大家 | ervaren [gerespecteerde] autoriteit (op een bepaald vakgebied) |
| rōwa-朗話 | een vrolijk [blijmoedig] verhaal |
| ruihan-累犯 | een herhaalde misdaadpleging [overtreding]; recidive |
| rukin-鏤金 | versiering [decoratie] met goud; gravure op metaal |
| runge・kuttahō-ルンゲ・クッタ法 | de Runge-Kuttamethode (een numerieke methode om differentiaalvergelijkingen op te lossen, van de Duitse wiskundigen Carl Runge en Martin Kutta) |
| rūpusen-ループ線 | spiraalvormige spoorlijn (b.v. om tegen een steile helling op te rijden) |
| rusetsu-流説 | ongegrond verhaal [gerucht; verslag] |
| ryōchō-寮長 | conciërge; huismeester; slaapzaal opzichter [wacht] |
| ryōdo-領土 | eigen grond; grond in eigendom; nationaal grondgebied |
| ryōkō-良好 | goed [toereikend; voldoende; optimaal; uitstekend] zijn |
| ryokudo-緑土 | groen mineraal; zee-sediment |
| ryōsha-寮舎 | slaapzaal |
| ryōshu-領主 | daimyo; domeinheer; (feodale) heer (van een bepaald gebied) |
| ryōzai-良材 | goed materiaal |
| ryūchijō-留置場 | detentie cel; arrestantenlokaal; arrestantenkamer (in o.a. politie bureaus) |
| ryūdan-流弾 | verdwaalde kogel |
| ryūgen-流言 | (ongegrond) gerucht; verzonnen bericht [verhaal]; verzinsel; kletspraatje |
| ryūgū-竜宮 | het drakenpaleis op de bodem van een diepe zee (zoals in het verhaal over Urashima Tarō) |
| ryūsetsu-流説 | ongegrond verhaal [gerucht; verslag] |
| sābisuzangyō-サービス残業 | onbetaalde overuren; onbetaald overwerk |
| sābisu・saizu-サービス・サイズ | het formaat van een foto [kleurendruk)] (die goedkoop kan worden aangeboden door in grote hoeveelheden machinaal af te drukken) |
| saburiminaru-サブリミナル | subliminaal; onderbewust |
| sage-下げ | (in rakugo) de pointe [clou] van het verhaal |
| sai-宰 | rentmeester, feodaal heer; minister |
| saido・rīdā-サイド・リーダー | aanvullend lesmateriaal (voor buitenlandse talen) |
| saihan-再犯 | herhaalde misdaadpleging [overtreding]; recidive |
| sainyū-歳入 | jaarlijkse overheidsinkomsten (totale overheidsinkomsten binnen één fiscaal jaar) |
| sain・rangēji-サイン・ランゲージ | gebarentaal |
| sairen-サイレン | sirene (geluidssignaal) |
| sairon-再論 | nogmaals een discussie [bespreking] houden (over dezelfde kwestie) |
| sairyōrōdōsei-裁量労働制 | discretionair arbeidssysteem (waarin lonen worden betaald op basis van vooraf bepaalde hoeveelheid gewerkte tijd i.p.v. van de werkelijke werkuren) |
| saisansaishi-再三再四 | herhaaldelijk; keer op keer; steeds maar weer |
| saishutsu-歳出 | jaarlijkse overheidsuitgaven (totale overheidsuitgaven binnen één fiscaal jaar) |
| saiwa-再話 | het opnieuw vertellen (van een legende, oud verhaal, e.d.); een nieuwe [eigentijdse] versie van een oud verhaal |
| saka-坂 | mijlpaal |
| sakibashiru-先走る | brutaal [vrijpostig] zijn |
| sakuchū-作中 | iets dat [iemand die] wordt beschreven in een verhaal |
| sakuraebi-桜海老 | sakuragarnaal (Sergia lucens) |
| samoarabaare-遮莫 | als dat het geval is; in ieder geval; wat er ook gebeurt; zo is het nu eenmaal |
| sanagara-宛ら | veel [vele]; geheel; totaal |
| sanbīmu-サンビーム | zonnestraal |
| sanbonjime-三本締め | ritueel (aan het einde van een bijeenkomst, ceremonie, project, e.d.) waarbij het klappen in de handen drie keer wordt herhaald |
| sanbyōshi-三拍子 | het ritme dat wordt bepaald door drie instrumenten, de kleine trommel, grote trommel en de taiko-trommel |
| sanchi-産地 | gebied [streek] waar een lokaal product (wijn, vruchten, kunstnijverheid, e.d.) wordt geproduceerd |
| sandaru-サンダル | sandaal |
| sandawara-桟俵 | ronde deksel van stro (werd gebruikt voor het afdichten van een baal rijst) |
| sando-三度 | driemaal; drie keer |
| sango-珊瑚 | koraal (zeedieren) |
| sangogani-珊瑚蟹 | koraalkrab (Trapezia cymodoce) |
| sangohebi-珊瑚蛇 | koraalslang |
| sangoju-珊瑚珠 | koraalkraal; kraal gemaakt van koraal |
| sangoshō-珊瑚礁 | koraalrif |
| sangotō-珊瑚島 | koraaleiland; atol |
| sangyōshihon-産業資本 | industrieel kapitaal |
| sanidein-サニディン | sanidien (mineraal) |
| sanninshō-三人称 | (taalkunde) de derde persoon |
| sanpaikyūhai-三拝九拝 | herhaaldelijk (knielen en) diep buigen |
| sanpuru-サンプル | proefstuk; monster; staal |
| sansankudo-三三九度 | (bij Shinto-huwelijksritueel) het drinken van kopjes sake door het bruidspaar (eerst de man 3, dan de vrouw 3, dan de man weer 3 kopjes, totaal 9) |
| sansuru-算する | (een bepaald aantal) bereiken; tellen |
| santan-三嘆 | herhaald geklaag |
| santarō-三太郎 | verdwaald [vermist] kind |
| sanzunokawa-三途の川 | Sanzu, in de Japanse boeddhistische mythologie een rivier die overledenen na hun dood moeten oversteken om in het hiernamaals te komen |
| sao-竿 | (bamboe) stok; paal; hengel; steel; afduw-stok (van een boot) |
| sao-竿 | (bargoens; straattaal) penis |
| saodake-竿竹 | bamboepaal; bamboestok |
| sappari-さっぱり | (met ontkenning) helemaal niet; totaal niet |
| sarashi-晒し | blootstelling; aan de schandpaal |
| sasai-些細 | triviaal [onbeduidend; onbelangrijk] zijn |
| sashiashi-差し足 | (bij paardenraces) de laatste spurt waarmee een paard de anderen inhaalt en net als eerste over de finish komt |
| sashidegamashii-差し出がましい | brutaal; opdringerig |
| sashigane-差し金 | (gereedschap) winkelhaak (metalen L-vormige liniaal) |
| sashitaru-然したる | bijzonder; bepaald; specifiek; aanzienlijk |
| sashizuninbaraitegata-指図人払い手形 | rekening [nota] (betaalbaar) aan order [toonder]; toonderpapier |
| sateraito・sutajio-サテライト・スタジオ | een andere locatie dan de studio van waaruit men normaal de uitzendingen (voor radio of tv) verzorgt. |
| saundosukēpu-サウンドスケープ | muzikaal panorama |
| sawagu-騒ぐ | lawaai [kabaal] maken; rumoerig zijn |
| sawari-触り | belangrijkste stuk [passage; climax] van een verhaal of muziekstuk |
| sayori-細魚 | een straalvinnige vis, halfsnavelbek (Hyporhamphus sajori) |
| segyō-施行 | (boeddh.) liefdadigheid; het geven van aalmoezen aan (bedel)monniken |
| seidō-精銅 | geraffineerd koper (metaal met meer dan 97,5 % koper) |
| seidō-聖堂 | tempel; (dom)kerk; kathedraal; heiligdom; schrijn |
| seihen-正編 | het belangrijkste deel van een boek ; hoofdverhaal |
| seiitaishōgun-征夷大将軍 | generaal die in de Heian-periode naar het noordelijke territorium uitgezonden werd om tegen niet-Japanse volken te strijden |
| seijō-正常 | normaal [gewoon] zijn |
| seikō-製鋼 | vervaardiging [productie] van staal |
| seikōgyō-製鋼業 | staalindustrie |
| seikōgyōsha-製鋼業者 | staalproducent |
| seikōhō-製鋼法 | staalproductieproces |
| seikōjo-製鋼所 | staalfabriek |
| seikōkōjō-製鋼工場 | staalfabriek |
| seikōro-製鋼炉 | staaloven |
| seireishiteitoshi-政令指定都市 | decretaal gedesigneerde stad (met meer dan 500.000 inwoners, en met fiscale en bestuurlijke bevoegdheden, die gelijk zijn aan die van prefecturen) |
| seiryokuteki-精力的 | energiek; krachtig; vitaal |
| seiryokuzen’yō-勢力善用 | (judo) efficiënt [optimaal] gebruik maken van je kracht [energie] |
| seisai-精彩 | pracht; praal; luister |
| seisan-聖餐 | heilige communie; het Laatste Avondmaal; Eucharistie |
| seisanki-精算機 | automaat waarmee je het te weinig of teveel betaalde bedrag van je treinkaartje kunt verrekenen |
| seisanshabeika-生産者米価 | de prijs die de overheid aan de boeren betaalt voor hun rijst (in het kader van de wet op de voedselcontrole) |
| seishinteki-精神的 | mentaal; geestelijk; psychisch |
| seisoku-正則 | regelmatigheid; correct [juist; regulier; gebruikelijk; normaal] zijn |
| sekaiteki-世界的 | internationaal; wereldwijd; mondiaal |
| sekando・ran-セカンド・ラン | tweede reeks van een filmvoorstelling (in een andere bioscoopzaal) |
| sekennami-世間並み | gebruikelijke [normaal; gewoon; gemiddeld) zijn |
| seki-席 | plaats [plek] waar een ontmoeting [gebeurtenis; gelegenheid] zal plaatsvinden; kamer; zaal |
| sekibun-積分 | integraal berekening |
| sekidōginia-赤道ギニア | Equatoriaal-Guinea |
| sekimonshingaku-石門心学 | moraalfilosofie, die het confucianisme, boeddhisme en shintoïsme combineerde, gesticht door Ishida Baigan (1685-1744) |
| sekkaku-折角 | met (grote) moeite; speciaal; vooral; uitdrukkelijk |
| sekuto-セクト | sekte (groep aanhangers van een bepaalde leer of overtuiging) |
| senbiki-線引き | het trekken van een draad (van metaal) |
| senka-泉下 | het hiernamaals; de onderwereld; Hades |
| senkenteki-先験的 | transcendentaal; buitenzintuiglijk |
| senki-戦記 | (waargebeurd of fictief) oorlogsverhaal |
| senkō-線香 | (afk. voor) anti-muskieten wierook; muggen geurspiraal |
| senmonkyōiku-専門教育 | speciaal (technisch) onderwijs |
| senryō-千両 | kaal sarcandra-kruid (Sarcandra glabra) |
| sentā・pōru-センター・ポール | elektriciteitspaal tussen twee spoorwegen |
| sentensu-センテンス | (taalkunde) zin |
| sentoraru-セントラル | centraal; midden-; belangrijkste |
| sentoraru・fairu・shisutemu-セントラル・ファイル・システム | centraal bestandssysteem |
| sento・pōru-セント・ポール | St. Paul's cathedral (kathedraal in Londen) |
| sento・pōrudaiseidō-セント・ポール大聖堂 | St. Paul's cathedral (kathedraal in Londen) |
| senzurutokoro-詮ずる所 | uiteindelijk; tenslotte; als het puntje bij het paaltje komt |
| separētā-セパレーター | iemand [iets] dat scheidt; afscheider; afscheidingstoestel; centrifugaal machine |
| sessaku-切削 | het snijden (van metaal en andere materialen) |
| sessha-拙者 | (eerste persoon enkelvoud, in taalgebruik van samoerai e.d.) ik; mij |
| setsubitōshi-設備投資 | kapitaalinvestering; investering in outillage [machinerie; apparatuur] |
| setsuji-接辞 | (taalkunde) toevoegsel (affix) |
| setsurumento-セツルメント | vestigingswerk in wijken; sociaal werk om de levensomstandigheden in arme buurten te verbeteren |
| setsuwa-説話 | verhaal; vertelling; fabel; legende |
| seyo-施与 | liefdadigheid; het geven van een aalmoes; dispensatie; genade |
| shaashaa-しゃあしゃあ | schaamteloos; brutaal |
| shabushabu-しゃぶしゃぶ | Japans gerecht (aan tafel geserveerd waarbij plakjes vlees met eetstokjes door een pan met bouillon en groenten worden gehaald) |
| shahi-舎費 | onderhoudskosten van een slaapzaal, die de bewoners moeten betalen |
| shakaifukushishi-社会福祉士 | maatschappelijk werker; sociaal werker |
| shakaikyōiku-社会教育 | sociaal [maatschappelijk] onderwijs; educatieve activiteiten buiten de school (b.v. in musea, bibliotheken, e.d.) |
| shakaisei-社会性 | sociaal karakter; sociale aanleg [aard] |
| shakaiteki-社会的 | maatschappelijk; sociaal |
| shakō-斜光 | schuine lichtstraal |
| shakō-社交 | sociaal leven; sociale omgang [betrekkingen] |
| shakōjirei-社交辞令 | diplomatiek [vleiend] taalgebruik |
| shakōsei-社交性 | socialiteit; sociaal zijn |
| shakōteki-社交的 | sociaal |
| sharakusai-洒落臭い | schaamteloos; onbeschaamd; brutaal |
| shāre-シャーレ | petrischaal; glazen laboratoriumschaaltje |
| shasen-斜線 | schuine lijn; schuine streep (naar voren); diagonaal |
| shiatsu-指圧 | shiatsu; acupressuur (een massagetherapie waarbij men met vingers en handpalmen druk uitoefent op bepaalde plekken van het lichaam) |
| shibashiba-屢 | vaak; regelmatig; herhaald |
| shibireunagi-痺れ鰻 | sidderaal (Electrophorus electricus) |
| shichidōgaran-七堂伽藍 | (boeddh.) de zeven hoofdgebouwen van een tempelcomplex (hoofdzaal, pagode, gehoorzaal, klokkentoren, opslaghuis van soetra's, eetzaal en slaapzaal) |
| shichiseki-七赤 | 7de van de 9 astrologische tekens in de Onmyōdō kosmologie (horoscoop en waarzeggerij; verwant aan planeet Venus, windrichting west en element metaal) |
| shichishō-七生 | zeven wedergeboorten; zeven maal herboren worden |
| shidan-史談 | historisch verhaal (een verhaal gebaseerd op een historische gebeurtenis) |
| shīfūdo-シーフード | eetbare zeevis en schaal- en schelpdieren |
| shigaidenwa-市外電話 | interlokaal (telefoon)gesprek |
| shigaisen-紫外線 | ultraviolette straal [stralen] |
| shīgengo-シー言語 | programmeertaal C |
| shigeshige-繁繁 | heel vaak; frequent; regelmatig; herhaaldelijk |
| shigo-死語 | dode taal |
| shigo-詩語 | poëtisch woord [taalgebruik] |
| shigohenka-死後変化 | post mortem [postmortaal] interval (PMI) |
| shigunaru-シグナル | signaal; sein |
| shihanki-四半期 | kwartaal; een kwart jaar (3 maanden) |
| shiharaihōhō-支払い方法 | betaalwijze; wijze van betalen; betaalmethode; betalingsmethode |
| shiharaizumi-支払い済み | al betaald [voldaan] zijn |
| shihon-資本 | (geld) kapitaal; fondsen |
| shihonjōyokin-資本剰余金 | kapitaaloverschot |
| shihonjunbikin-資本準備金 | kapitaalreserve(s) |
| shihonkiban-資本基盤 | kapitaalbasis |
| shihonkin-資本金 | aandelenkapitaal; geïnvesteerd vermogen |
| shihonshijō-資本市場 | kapitaalmarkt |
| shihontōshi-資本投資 | kapitaalinvestering |
| shii-椎 | naaldboom Castanopsis cuspidata (Japanse Chinquapin) |
| shiisosan-尸位素餐 | er de kantjes aflopen; niet alles doen waar men wel voor wordt betaald |
| shijidaimeishi-指示代名詞 | (taalkunde) aanwijzend voornaamwoord |
| shijigo-指示語 | (taalkunde) demonstratief; aanwijzend [deiktisch) (voornaam)woord |
| shijishi-指示詞 | (taalkunde) demonstratief; aanwijzend (deiktisch] (voornaam)woord |
| shijitai-支持体 | ondergrond voor schilderingen (zoals papier, karton, canvas, metaalplaten en muuroppervlakken) |
| shijūshō-四重唱 | vocaal kwartet; vierdelig koor |
| shikatabanashi-仕方話 | gesticulatie; het praten en tegelijk gebaren maken; spreken met veel lichaamstaal |
| shikijō-式場 | de zaal waar een ceremonie plaatsvindt (b.v. een trouwzaal) |
| shikijōkyō-色情狂 | erotomanie; hyperseksualiteit; abnormaal seksueel verlangen |
| shikin-資金 | fonds(en); kapitaal; financiële middelen |
| shikinbusoku-資金不足 | onvoldoende (monetaire) middelen; gebrek aan fondsen [geld; kapitaal] |
| shikinjuyō-資金需要 | kapitaalvereisten; kredietbehoefte; kredietvraag |
| shikinryō-資金量 | totaalbedrag van fondsen |
| shikirini-頻りに | vaak; herhaaldelijk; regelmatig |
| shikkan-疾患 | ziekte; aandoening; kwaal; stoornis |
| shikonchō-紫紺鳥 | staalvink (Vidua chalybeata) |
| shikyoku-支局 | bijkantoor; plaatselijk filiaal |
| shimau-仕舞う | (voorafgegaan door een werkwoord in de te-vorm) (iets) afronden [helemaal afmaken] (vaak met de connotatie dat het helaas niet meer |
| shime-締め | het totaal; de totale som |
| shimobashira-霜柱 | ijsnaalden (lang dun ijskristal) |
| shinaidenwa-市内電話 | lokaal (telefoon)gesprek |
| shinansha-指南車 | oud Chinees rijtuig (met een kompas waarvan de naald altijd het Zuiden aangeeft) |
| shinbaru-シンバル | cimbaal (muziekinstrument) |
| shinchūsei-真鍮製 | koper (metaal) |
| shindenzukuri-寝殿造り | een stijl van aristocratische residenties in de Heian-periode, met het slaapzaalgebouw in het midden van het complex |
| shindo-震度 | de intensiteit van een aardbevingsbeweging op een bepaald punt (volgens de seismische schaalverdeling in Japan uitgedrukt in de getallen 1 tot 7) |
| shindokaikyū-震度階級 | schaal voor seismische intensiteit |
| shingaku-心学 | moraalfilosofie, die het confucianisme, boeddhisme en shintoïsme combineerde, gesticht door Ishida Baigan (1685-1744) |
| shinifian-シニフィアン | (taalkunde) de betekenaar; het betekenende; het concept (signifier) |
| shinifie-シニフィエ | (taalkunde) vorm; teken; geluid (signified) |
| shinkeisei-神経性 | neurologisch [neuraal; neurogeen] zijn |
| shinkenzai-新建材 | synthetisch bouwmateriaal (plastic, vinyl, etc.) |
| shinriteki-心理的 | psychologisch; mentaal; psychisch |
| shintaigengo-身体言語 | lichaamstaal; gebarentaal |
| shin'yōju-針葉樹 | naaldboom |
| shiokara-塩辛 | een pasta van gedroogde en gefermenteerde vis (inktvis, schaaldieren, visingewanden, etc.) |
| shion-歯音 | (taalkunde) dentaal (tandklank) |
| shippaikyōfushō-失敗恐怖症 | faalangst |
| shippei-疾病 | ziekte; aandoening; kwaal |
| shippi-失費 | uitgaven; (uitbetaalde) kosten |
| shirahata-白旗 | witte vlag (internationaal symbool van vrede, wapenstilstand en overgave) |
| shirokujira-白鯨 | de witte baleinen van de grijze walvis (worden gebruikt als knutselmateriaal) |
| shiryō-資料 | materiaal; gegevens; bronnen |
| shiryōhensan-史料編纂 | bundeling, samenvoeging historisch materiaal |
| shiryoku-資力 | (geld)middelen; kapitaal(kracht); vermogen |
| shisanshūekiritsu-資産収益率 | rentabiliteit totaal vermogen (RTV) |
| shishin-指針 | kompasnaald; wijzer; indicator |
| shisho-支所 | filiaal; nevenvestiging; bijkantoor |
| shisō-詞藻 | poëtisch [bloemrijk] taalgebruik; stijlfiguur; poëtische uitdrukking [retoriek] |
| shisō-詞藻 | iemand die goed is in poëtisch taalgebruik |
| shitatameru-認める | nuttigen; eten; de maaltijd gebruiken |
| shitchin-七珍 | (boeddh.) de Zeven Schatten (goud, zilver, parels, agaat, kristal, koraal, lapis lazuli) |
| shiteitoshi-指定都市 | decretaal gedesigneerde stad (met meer dan 500.000 inwoners, en met fiscale en bestuurlijke bevoegdheden, die gelijk zijn aan die van prefecturen) |
| shiten-支店 | filiaal; nevenvestiging; bijkantoor |
| shitsu-疾 | (in kanji combinaties) ziekte; kwaal; aandoening |
| shitsunaikyōgi-室内競技 | zaalsport; indoorsport |
| shittakaburi-知ったかぶり | het veinzen [voorwenden] (dat men alles weet of helemaal op de hoogte is) |
| shiwa-史話 | verhaal gebaseerd op een historische gebeurtenis |
| shizai-資材 | (grond)stof; materiaal |
| shōgun-将軍 | shogun; groot opperbevelhebber; legerleider; generaal; veldheer (met tijdelijk mandaat van de keizer) |
| shōgyōeigo-商業英語 | Engelse handelstaal; zakelijk Engels |
| shōhenshōsetsu-掌編小説 | buitengewoon kort verhaal; handpalmverhaal (flash fiction) |
| shoin-書院 | studiezaal; studeerkamer; leeszaal |
| shōkakan-消化管 | spijsverteringskanaal |
| shōkei-小計 | subtotaal |
| shōkeigaku-小計額 | subtotaal (bedrag) |
| shōkeikinō-小計機能 | subtotaal functie (computers) |
| shōkeisuru-小計する | het subtotaal berekenen |
| shōki-将器 | (een persoon met) het vermogen [de capaciteiten] om generaal te kunnen zijn |
| shoki-所記 | (taalkunde) vorm; teken; geluid (signified) |
| shōkibo-小規模 | (op) kleine schaal |
| shokkan-食間 | tijd tussen de maaltijden |
| shōko-証拠 | bewijs; bewijsmateriaal; getuigenis |
| shokudō-食堂 | kantine; eetzaal |
| shokugo-食後 | na de maaltijd; na het eten |
| shokuhi-食費 | de prijs [kosten] voor het eten [de maaltijden] |
| shokuji-食事 | maaltijd |
| shokujisuru-食事する | eten; een maaltijd nuttigen |
| shokuzen-食前 | voor de maaltijd; voor het eten |
| shōru-ショール | sjaal; omslagdoek |
| shōrūmu-ショールーム | showroom; toonzaal; presentatieruimte |
| shosa-所作 | gedrag; hoe zich te gedragen (bij een bepaalde gelegenheid) |
| shōsei-小生 | (formeel, bescheiden, mannelijk taalgebruik) ik |
| shōseki-証跡 | bewijs; bewijsmateriaal; spoor |
| shōsetsu-小説 | verhaal; roman; novelle |
| shosha-書写 | kalligrafie (Japans taalvak op school); handschrift |
| shoshi-書誌 | uitleg en beschrijving van boeken (over formaat, materiaal (grondstoffen) en productiewijze) |
| shōshō-少将 | generaal-majoor |
| shoshō-書証 | bewijsstuk; bewijsmateriaal |
| shōsō-聖僧 | boeddhistisch beeld (m.n. van Manjushri) in de monnikenhal (Zenboeddhisme), of aan het hoofd van de eetzaal |
| shōsū-小数 | een decimaal (getal) |
| shōsūten-小数点 | decimaalteken (punt of komma) |
| shōto・shōto-ショート・ショート | buitengewoon kort verhaal; handpalmverhaal (flash fiction) |
| shōto・sutōrī-ショート・ストーリー | kort verhaal; novelle |
| shōwa-小話 | kort verhaal; anekdote |
| shōwa-笑話 | grappig [humoristisch; amusant; vermakelijk] verhaal |
| shu-珠 | (in kanji combinaties) parel; ronde bal; kraal |
| shubi-首尾 | omstandigheden optimaal regelen om zaken tot een goed einde te brengen |
| shūgiin-衆議院 | het (Japanse) Lagerhuis; Kamer van volksvertegenwoordigers; Tweede Kamer (der Staten-Generaal) |
| shui-主意 | hoofdgedachte; hoofdonderwerp; focus; centraal idee |
| shūkei-集計 | totaal berekening [optelling] |
| shūki-終期 | het einde van een bepaalde periode; einddatum |
| shūkinnin-集金人 | collectant; iem. die geld inzamelt [ophaalt] |
| shukuen-祝宴 | feestelijk banket; feestmaal |
| shukuteki-宿敵 | oude vijand [rivaal] |
| shūnen-周年 | jubileum; aantal jaren dat verstreken is (sinds een bepaalde gebeurtenis) |
| shuninsei-主任制 | een systeem waarbij leerkrachten bepaalde administratieve taken krijgen toegewezen |
| shuninseido-主任制度 | een systeem waarbij leerkrachten bepaalde administratieve taken krijgen toegewezen |
| shūren-習練 | herhaaldelijke oefening [training] |
| shurinpu-シュリンプ | garnaal |
| shūsan-蓚酸 | oxaalzuur |
| shūshikei-終止形 | (taalkunde) shūshikei (in klassiek Japans, eindvorm; woordenboekvorm) |
| shūshokugo-修飾語 | (taalkunde) bepaling; bepalend woord |
| shūshūbi-収集日 | ophaaldag van huisvuil [afval] |
| shusshi-出資 | investering; kapitaalinbreng |
| shutchōjo-出張所 | bijkantoor; filiaal; lokale [plaatselijke] vertegenwoordiging; agentschap |
| shuwa-手話 | gebarentaal |
| sō-相 | (taalkunde) aspect |
| sodai-粗大 | lomp [massief; grof; ruw; schetsmatig; globaal] zijn |
| soegi-添え木 | plantensteun (stok, paaltje) |
| sōgaku-総額 | de totale som; het totaalbedrag |
| sogo-祖語 | prototaal; brontaal; oertaal |
| sohan-粗飯 | slechte [armoedige; eenvoudige] maaltijd |
| sōjū-操縦 | het (sociaal) manoeuvreren; manipuleren |
| sōkei-総計 | het totaal; totaalbedrag; totale som |
| sokō-粗鋼 | ruwstaal |
| sōkō-糟糠 | eenvoudige maaltijd; grof [niet verfijnd] voedsel |
| sokobaku-若干 | een (onbepaald) aantal; een kleine hoeveelheid; een paar; een beetje |
| somekaesu-染め返す | oververven; nogmaals verven |
| sondō-尊堂 | (schrijftaal, m.n. in brieven, voor het huis van een ander) uw huis |
| sondō-尊堂 | (schrijftaal, m.n. in brieven, om een ander aan te spreken) u |
| sonkeigo-尊敬語 | erend [respectvol] taalgebruik |
| sōpuresu・sōpu-ソープレス・ソープ | synthetisch wasmiddel; neutraal reinigingsmiddel |
| sorei-祖霊 | voorouderlijke geesten (n Japan de geesten van overledenen waarvoor al bepaalde herdenkingsdiensten zijn gehouden, b.v. 33 of 50 jaar na hun dood) |
| sōrin-相輪 | een verticaal decoratief ornament bovenop een Japanse pagode |
| sōryōji-総領事 | consul-generaal; hoofdconsul |
| sōsharu-ソーシャル | maatschappelijk; publiekelijk; openbaar; sociaal |
| sōsharu・akushon-ソーシャル・アクション | sociaal handelen (Engels: social action) |
| sōsharu・demokurashī-ソーシャル・デモクラシー | sociaaldemocratie |
| sōsharu・hakkingu-ソーシャル・ハッキング | sociaal hacken; het op grote schaal beïnvloeden van het gedrag en standpunten van mensen (zonder dat ze het door hebben) (Engels: social hacking) |
| sōsharu・kurakkingu-ソーシャル・クラッキング | sociaal kraken; het achter iemands wachtwoord proberen te komen [een wachtwoord kraken] buiten de computerwereld om (Engels: social cracking) |
| sōsharu・tagingu-ソーシャル・タギング | (lett. sociaal labelen) folksonomie (Engels: social tagging) |
| sōsharu・wākā-ソーシャル・ワーカー | maatschappelijk werker [werkster]; sociaal werker [werkster] |
| sōten-総点 | totaal aantal punten; totaalscore; eindcijfer |
| sōtoku-総督 | gouverneur; landvoogd; gouverneur-generaal |
| sozai-礎材 | materiaal gebruikt als bouwsteen; basismateriaal |
| sozai-素材 | (oorspronkelijk) materiaal; materie; grondstof |
| sozaisangyō-素材産業 | industriesector die zich bezighoudt met het winnen en raffineren van onbewerkte grondstoffen (b.v. staal, olie, kool, hout, etc.) |
| suberidome-滑り止め | antislip (materiaal) |
| subete-全て | alles; helemaal; volledig |
| suchīru-スチール | staal |
| sudare-簾 | weefsel [textiel] met een horizontaal weefpatroon |
| suezen-据え膳 | een maaltijd voor iemand opdienen |
| suiban-水盤 | schaal voor ikebana (bloemschikken) arrangement |
| suimyaku-水脈 | waterweg; vaarroute; kanaal |
| suirishōsetsu-推理小説 | detectiveroman; detectiveverhaal; een whodunit |
| suiro-水路 | waterweg; kanaal; aquaduct |
| suisho-水書 | het Sui-schrift, een logografisch schrijfsysteem van de Sui-taal |
| suitchihittā-スイッチヒッター | (straattaal) een biseksueel; een veelzijdig persoon |
| suitchi・torēdo-スイッチ・トレード | handelswijze waarbij het ene bedrijf zijn verplichting om een aankoop te doen in een bepaald land aan een ander bedrijf verkoopt |
| suiyaku-水薬 | vloeibaar medicijn; geneesmiddel in drankvorm; medicinaal drankje |
| suji-筋 | verhaallijn; plot |
| suji-筋 | bron; kanaal; (welingelichte) kringen |
| sujichigai-筋違い | diagonaal; dwarsliggend; kruiselings |
| sujidate-筋立て | verhaallijn; plot |
| sujikai-筋交い | diagonaal [schuin; kruisend] zijn |
| sukāfu-スカーフ | (Eng.: scarf) sjaal |
| sukērabiriti-スケーラビリティ | schaalbaarheid; uitbreidbaarheid; aanpasbaarheid |
| sukēru-スケール | omvang; mate; schaal; verhouding; perspectief |
| sukēru-スケール | weegschaal; graadverdeling; schuifmaat |
| suketchi-スケッチ | kort toneelstuk [verhaal; muziekstuk] |
| sukihōdai-好き放題 | naar believen, helemaal naar (je) eigen zin |
| sukikatte-好き勝手 | naar believen, helemaal naar (je) eigen zin |
| sūkikei-枢機卿 | (katholieke) kardinaal |
| sukkari-すっかり | helemaal; volledig |
| sukoshimo-少しも | (met een ontkenning) niet in het minst; geenszins; helemaal niet |
| sukurappu-スクラップ | (metaal) schroot |
| sukyandaru-スキャンダル | schandaal |
| sunakku-スナック | hapje; tussendoortje; lichte maaltijd |
| sunwa-寸話 | heel kort verhaaltje |
| supeingo-スペイン語 | het Spaans; de Spaans taal |
| supekutorubunseki-スペクトル分析 | spectraalanalyse |
| supesharu-スペシャル | speciaal; bijzonder; apart |
| supesharu-スペシャル | speciale aanbieding; extra editie; speciaal (tv)programma |
| supotto・komāsharu-スポット・コマーシャル | reclamespotje dat op bepaalde tijdstippen wordt uitgezonden |
| suppari-すっぱり | volledig; grondig; totaal; in één klap |
| supuritto・fingādo・fasuto・bōru-スプリット・フィンガード・ファスト・ボール | (honkbal) een snelle bal met effect geworpen zodat hij plotseling daalt |
| surabu-スラブ | stuk gesteente; steenplaat; betonplaat; staalplaat |
| suragu-スラグ | (metaal) slak; sintel(s) |
| suraidā-スライダー | (honkbal) een horizontaal afbuigende bal (geworpen door de pitcher) |
| suraidingu・shisutemu-スライディング・システム | glijdende schaal systeem (methode die de lonen automatisch aanpast aan schommelingen in de index van kosten van levensonderhoud en consumptieprijzen) |
| suraidingu・sukēru-スライディング・スケール | glijdende schaal (methode die de lonen automatisch aanpast aan schommelingen in de index van de kosten van levensonderhoud, consumptieprijzen, etc) |
| suraidosei-スライド制 | glijdende schaal (methode die de lonen automatisch aanpast aan schommelingen in de index van de kosten van levensonderhoud, consumptieprijzen, etc) |
| surangu-スラング | jargon; straattaal |
| surimi-擂り身 | surimi (fijngehakte vis of schaaldieren die tot een gladde pasta zijn vermalen, o.a. gebruikt voor imitatie krabsticks) |
| surī・dī-スリー・ディー | 3D (driedimensionaal) |
| surottori・rebā-スロットル・レバー | gashendel; gaspedaal |
| surottoru-スロットル | gashendel; gaspedaal |
| suru-刷る | (machinaal of handmatig) afdrukken; printen; bedrukken |
| surudoi-鋭い | scherp (van mes, naald, etc.) |
| sutaffu-スタッフ | materiaal; spul |
| sutandobai・kurejitto-スタンドバイ・クレジット | lening van IMF (Internationaal Monetair Fonds) aan lidstaten |
| sutenresu-ステンレス | roestvrij (staal) |
| sutenresukō-ステンレス鋼 | roestvrij staal |
| sutenresu・suchīru-ステンレス・スチール | roestvrij staal |
| sutēshon・kōru-ステーション・コール | een internationaal gesprek waarbij de aanvrager niet een bepaalde persoon hoeft te spreken |
| sutokku-ストック | aandelen(kapitaal) |
| sutoretchi-ストレッチ | stretch; elasticiteit; rekmateriaal |
| sutōrī-ストーリー | verhaal; verhaallijn; plot |
| sutorōku-ストローク | slag; klap; zet; haal |
| sutōru-ストール | stola; sjaal |
| suwapputorihiki-スワップ取引 | ruilcontract (waarbij een partij een bepaalde kasstroom of risico ruilt met dat van een andere partij) |
| tabezugirai-食べず嫌い | een (instinctieve) hekel hebben aan een bepaald soort voedsel; iets niet lusten zonder het ooit geproefd te hebben |
| tabi-度 | (aantal) keer; maal |
| tabitabi-度度 | vaak; telkens weer; herhaaldelijk; iedere keer |
| tābojetto-ターボジェット | turbinestraalmotor |
| tachiyaku-立ち役 | hoofdrol; hoofdfiguur; held (van een verhaal) |
| tadoru-辿る | voortgaan in een bepaalde richting |
| tai-タイ | Thailand; Thais (taal); Thailander |
| tai-態 | (taalkunde) vorm; aspect |
| taiga-タイガ | moerassig naaldwoud; boreaal woud |
| taige-体解 | (boeddh.) totaal begrip [besef; bevatting] (door lichaam en geest verkregen) |
| taiikukan-体育館 | gymnasium; gymzaal; trainingszaal; sportschool |
| taimenshūgōkyōiku-対面集合教育 | klassikaal onderwijs |
| taimu・kapuseru-タイム・カプセル | tijdcapsule (een capsule gevuld met informatie, bedoeld om mensen in de toekomst te helpen een beeld te krijgen van een bepaalde tijdsperiode) |
| tairageru-平らげる | (helemaal) opeten; naar binnen werken |
| taisha-大赦 | amnestie; generaal pardon |
| taishite-大して | heel; veel; sterk; bijzonder; speciaal |
| taishō-大将 | generaal; admiraal |
| taishō-対称 | (taalkunde) de tweede persoon |
| taitoru-タイトル | titel; naam (van een boek, verhaal, gedicht, film, muziekstuk etc.) |
| taiwanbōzu-台湾坊主 | (algemene term voor) kaalheid |
| takayōji-高楊枝 | het uitgebreid (rustig; op het gemak) gebruiken van een tandenstoker na de maaltijd |
| take-竹 | bamboe (plant; materiaal) |
| takedakeshii-猛猛しい | wild; woest; vermetel; dapper; brutaal |
| takezao-竹竿 | bamboepaal; bamboestok |
| takokukankyōtei-多国間協定 | multilateraal akkoord [verdrag] |
| takokusekikigyō-多国籍企業 | multinationale onderneming; internationaal bedrijf |
| taku-啄 | de zevende penseelstreek (diagonaal van rechtsboven naar linksonder) van de 永字八法 (de acht basis penseelstreken van kanji) |
| takuhatsu-托鉢 | (boeddh.) bedeltocht van een monnik; rondgang voor het vragen van aalmoezen) |
| takuhatsu-托鉢 | (Zen boeddhisme) monniken gaan met hun eigen eetkom naar de eetzaal in een Zen tempel |
| tama-玉 | kraal; lens; druppel |
| tamatebako-玉手箱 | een mysterieuze doos (die niet geopend had mogen worden) uit het Japanse volksverhaal Urashima Tarō |
| tan-譚 | verhaal (dit kanji wordt alleen gebruikt in combinatie met andere kanji) |
| tanbi-度 | (informele vorm van: tabi) keer; maal; telkens |
| tanbun-単文 | (taalkunde) een enkelvoudige zin |
| tane-種 | materiaal; ingrediënt |
| tanhon'i-単本位 | monometallisme (een monetair systeem met één metaal als muntstandaard) |
| tanhon'iseido-単本位制度 | monometallisme (een monetair systeem met één metaal als muntstandaard) |
| tankan-短観 | (afk. voor) Tankan onderzoek (economische kwartaal peiling van het ondernemersvertrouwen door de Japanse Bank) |
| tannin-担任 | de leiding hebben over een bepaalde klas (of een bepaald vak) op school |
| tanpakuseki-蛋白石 | opaal (mineraal) |
| tanpakuseki-蛋白石 | opaalsteen |
| tanpen-短編 | kort stuk (verhaal, film, etc.) |
| tanpenshosetsu-短編小説 | een kort verhaal; novelle |
| tanren-鍛練 | het smeden (van metaal); smeedwerk |
| tanteishōsetsu-探偵小説 | detectiveroman; detectiveverhaal; een whodunit |
| tanzaku-短冊 | een smalle strook papier voor het schrijven van Japanse (waka) gedichten (verticaal) |
| tan'on-短音 | (taalkunde) korte klank; korte klinker |
| tare-垂れ | kanji-radicaal links-boven |
| tashinameru-窘める | (iem.) fysiek of mentaal pijnigen |
| tate-縦 | lengte; hoogte; diepte; verticaal; loodrecht; van boven naar beneden; van noord naar zuid |
| tatebue-縦笛 | blaasinstrument waar verticaal op geblazen wordt |
| tategaki-縦書き | verticaal schrift |
| tatenuki-経緯 | verticaal en horizontaal; lengtegraad en breedtegraad; schering en inslag |
| tatewari-縦割り | iets verticaal [in de lengte] doormidden delen |
| tatsujin-達人 | expert; meester; deskundige; iemand die in een bepaalde vak, kunst of ambacht excelleert |
| teatsui-手厚い | rijkelijk; royaal |
| tebakari-手秤 | kleine hand-weegschaal |
| tebata-手旗 | seinvlag; signaalvlag |
| tegara-手柄 | (grote) prestatie; kunstukje; staaltje; knap werk |
| teiji-定時 | vastgesteld [vooraf bepaald] tijdstip; vaste tijd |
| teikuauto-テイクアウト | afhaalmaaltijd; het afhalen (van eten en drinken) |
| teineigo-丁寧語 | beleefdheidsvorm; beleefd taalgebruik |
| teitoku-提督 | admiraal |
| teki-敵 | rivaal; concurrent |
| tekiidō-定期異動 | verplaatsing voor bepaalde tijd |
| tekiseigo-敵性語 | de taal van de vijand [tegenpartij] (m.n. het Engels tijdens WOII) |
| tekishu-敵手 | rivaal; tegenstander; vijand |
| tekiyaku-適薬 | het juiste [specifieke] medicijn; passende remedie (voor een bepaalde ziekte) |
| tekketsu-剔抉 | een fraudegeval [schandaal] aan het licht brengen. |
| tekkō-鉄鋼 | ijzer en staal |
| tekkōgyō-鉄鋼業 | Ijzer- en staalindustrie |
| tekkotsu-鉄骨 | staalconstructie [stalen frame] van een bouwwerk |
| tekunikaru・nokkuauto-テクニカル・ノックアウト | technische knockout (wanneer een scheidsrechter bepaalt dat één van de deelnemers aan een gevecht niet in staat is verder te gaan) |
| temochishikin-手持ち資金 | ter beschikking staande fondsen; geld [kapitaal] dat er beschikbaar is |
| tenbin-天秤 | balans; weegschaal |
| tenbin-天秤 | (afk. voor) (sterrenbeeld) Weegschaal (Libra) |
| tenbinkyū-天秤宮 | (sterrenbeeld) Weegschaal (Libra) |
| tenbinza-天秤座 | (sterrenbeeld) Weegschaal (Libra) |
| tenkara-てんから | (met een ontkennend werkwoord) helemaal niet; absoluut niet; geenszins |
| tennōzan-天王山 | cruciaal moment; keerpunt |
| tenpo-店舗 | (schrijftaal, veelal in politie-verslagen) winkelpand; zaak |
| tenro-転炉 | convertor; staaloven |
| terakoya-寺子屋 | (historisch, pre-modern Japan) klein klaslokaal in een tempel (om buurtbewoners basisles te geven in lezen, schrijven en rekenen) |
| tete-てて | (kindertaal) handjes |
| tetsujin-鉄人 | sterke man; man van staal; ironman |
| tetsumuji-鉄無地 | staalgrijze effen stof [doek] |
| tetsuzai-鉄材 | ijzer (materiaal) |
| tīchingu・mashin-ティーチング・マシン | oorspronkelijk mechanische apparaat dat lesmateriaal presenteerde aan studenten (was de basis voor het latere computerondersteunend onderwijs) |
| tī・efu・tī-ティー・エフ・ティー | dunne film transistor (speciaal type transistor voor dunne films) |
| tobakujō-賭博場 | gokhuis; speelzaal; gokhol |
| tōbatsu-盗伐 | illegale houtkap; het illegaal kappen en stelen van bomen |
| tochikan-土地勘 | goede kennis van [vertrouwdheid met] een bepaalde plaats [omgeving; buurt] |
| tochikan-土地鑑 | kennis van [bekend zijn met] een bepaalde plaats [omgeving; buurt] |
| tochikotoba-土地言葉 | (lokaal) dialect |
| toge-刺 | naald |
| tōkashihonriekiritsu-投下資本利益率 | rendement op geïnvesteerd kapitaal |
| tokorogara-所柄 | kenmerken van een bepaalde plaats |
| tokubetsuku-特別区 | speciaal district; aparte economische zone |
| tokubetsukyōshitsu-特別教室 | speciaal uitgeruste klaslokalen (voor vakken als muziek, handvaardigheid, huishoudkunde, e.a., ook gebruikt als audio-visuele ruimte) |
| tokubetsusōsakan-特別捜査官 | buitengewoon opsporingsambtenaar; speciaal agent |
| tokuhō-特報 | een speciaal (kort) nieuwsbericht; nieuwsflits |
| tokuibi-特異日 | (meteorologie) singulariteit: een specifieke dag waarop een bepaald weertype zich met grote waarschijnlijkheid voordoet |
| tokuni-特に | met name; in het bijzonder; speciaal; vooral; voornamelijk |
| tokusan-特産 | lokale specialiteit; lokaal product (dat m.n. in een bepaalde regio wordt geproduceerd) |
| tokusen-特選 | het maken van een speciale selectie; speciaal geselecteerde zaken [goederen] |
| tokusetsu-特設 | het speciaal opzetten (instellen; installeren) |
| tokushi-特使 | speciaal (af)gezant |
| tokushu-特種 | bijzondere soort; speciaal type |
| tokushukō-特殊鋼 | speciaal staal (gemaakt door extra elementen toe te voegen aan gewoon gelegeerd staal) |
| tokusō-徳操 | moraal; morele waarde; deugd; kuisheid |
| tokuten-得点 | behaalde punten [cijfers]; score |
| tonto-とんと | helemaal; geheel; absoluut |
| tonto-とんと | (met ontkenning) helemaal niet; absoluut niet |
| toomawashi-遠回し | indirectheid; omhaal van woorden |
| tooshi-通し | helemaal van begin tot eind |
| torēdo・kyarakutā-トレード・キャラクター | een bepaald karakter [personage] als handelsmerk |
| torizara-取り皿 | een apart bordje [schaaltje] per persoon (om te eten uit gemeenschappelijke schalen met gerechten) |
| toshidensetsu-都市伝説 | broodjeaapverhaal; stadslegende |
| toshimawari-年回り | geluk behorend bij een bepaalde leeftijd (er wordt gezegd dat de ongeluksleeftijd bij mannen 42 is en bij vrouwen 33) |
| toshoshitsu-図書室 | bibliotheekzaal (bijv. in een school) |
| tosu・battingu-トス・バッティング | (honkbal) peppergame, oefening waarbij ballen herhaaldelijk naar een slagman worden gegooid, die ze terugslaat naar dichtbij staande veldspelers |
| totan-トタン | golfplaat (golvend gegalvaniseerd metaal) |
| tōtaru-トータル | het totaal (volledige hoeveelheid) |
| tōtaru・purodakuto-トータル・プロダクト | het totale product; totaalproduct |
| tōtei-到底 | (wordt altijd gevolgd door ontkenning) helemaal (niet); totaal (niet); absoluut (niet) |
| tōtemu・pōru-トーテム・ポール | totempaal |
| tsubozara-壺皿 | een kleine (diepe) schaal [schotel] |
| tsubu-粒 | korrel; druppel; kraal |
| tsūin-痛飲 | drinkgelag; zwelgpartij; bacchanaal |
| tsuishi-追試 | (afk. voor) inhaalexamen (vanwege ziekte b.v.); herexamen |
| tsuishiken-追試験 | inhaalexamen (vanwege ziekte b.v.); herexamen |
| tsuizo-終ぞ | (nog) nooit; helemaal niet |
| tsūjō-通常 | algemeen; normaal; gewoon |
| tsukuribanashi-作り話 | fictie; verzonnen verhaal; verzinsel; bedenksell |
| tsumadoikon-妻問婚 | een (matrilokaal) huwelijk waarbij het echtpaar bij de familie van de vrouw woont |
| tsumarutokoro-詰まるところ | om kort te zijn; uiteindelijk; alles goed en wel; als puntje bij paaltje komt |
| tsungūsu-ツングース | Toengoezisch (Altaïsche taal) |
| tsurime-つり目 | (in vertaling beledigend taalgebruik) spleetoog |
| tsuzukimono-続き物 | verhaal [roman] in afleveringen; artikelenreeks; serie |
| u-鵜 | aalscholver |
| uchiakebanashi-打ち明け話 | bekentenis; open en eerlijk verhaal [gesprek] |
| uchidashi-打ち出し | (in papier of metaal) reliëfwerk; drijfwerk |
| uchikaesu-打ち返す | het herhaaldelijk breken (van golven op het strand) |
| ugatsu-穿つ | tot de kern van een zaal doordringen; de essentie van dingen begrijpen; menselijke emoties haarfijn aanvoelen |
| ugui-石斑魚 | Tribolodon hakonensis (straalvinnige vissensoort uit de familie van karpers) |
| uhatsu-有髪 | een boeddhistische monnik of non die niet is kaalgeschoren; het niet kaalgeschoren zijn |
| ukai-鵜飼い | het vissen met aalscholvers (ze worden gebruikt om vissen te vangen, met een ring om hun hals zodat ze alleen kleine vissen zelf kunnen doorslikken) |
| ukina-浮き名 | gerucht; (slechte) reputatie; schandaal |
| ukurādo-ウクラード | (economie) bepaalde soorten productieverhoudingen |
| umarekawaru-生まれ変わる | (fig.) herboren zijn; totaal veranderd zijn; een nieuwe start maken; zich rehabiliteren |
| umiunagi-海鰻 | zeepaling; aal |
| umurauto-ウムラウト | (taalkunde) umlaut (teken voor klankwijziging van klinkers) |
| unagi-鰻 | paling; aal |
| unaginobori-鰻登り | (lett. een paling die verticaal omhoog (in het water) klimt) het snel stijgen [omhoogklimmen]; omhoogschieten (van prijzen, populariteit, e.d.) |
| unbo-雲母 | (mineraal) mica; glimmer |
| undōjō-運動場 | gymnastiekzaal; sportveld; speelplaats; schoolplein |
| unga-運河 | kanaal; waterweg; gracht |
| unmo-雲母 | (mineraal) mica; glimmer |
| unten-運転 | optimaal gebruik (van iets); optimaal laten draaien [functioneren] |
| untenshihon-運転資本 | werkkapitaal |
| untenshikin-運転資金 | werkkapitaal; bedrijfskapitaal |
| unza-運座 | bijeenkomst waarbij mensen samen haiku gedichten schrijven over een bepaald onderwerp |
| uonbin-ウ音便 | (taalkunde) klankverandering waarbij klanken als ku, gu, hi, bi, en mi worden uitgesproken als u |
| urabanashi-裏話 | het verhaal achter iets; inside story |
| uraguchi-裏口 | (fig.) achterdeur; illegaal binnenkomen; op frauduleuze wijze doen; toegang (tot universiteit, bedrijf, e.d.) zonder te voldoen aan toelatingseisen |
| uriba-売り場 | optimaal moment om te verkopen; ideale verkoopconditie |
| urisabaku-売り捌く | efficiënt [op grote schaal] verkopen van artikelen; de hele voorraad goederen verkopen |
| urutora-ウルトラ | radicaal |
| uttetsuke-打って付け | ideaal [perfect; meest geschikt; meest passend; precies goed] zijn |
| uyamuya-有耶無耶 | onduidelijk [vaag; onbestemd; onbepaald] zijn |
| uyū-烏有 | niets; niet bestaand; helemaal niets |
| uzu-渦 | draaikolk; werveling; maalstroom |
| uzumaki-渦巻き | draaikolk; werveling; maalstroom |
| uzumaki-渦巻き | spiraal; spiraalvorm |
| wa-話 | (in kanji combinaties) spreken; zeggen; vertellen; taal; woord; verhaall |
| wabisabi-侘寂 | wabisabi, een Japans esthetisch concept waarin de aanvaarding van vergankelijkheid en imperfectie centraal staat |
| wagahai-我輩 | (mannelijk taalgebruik, eerste persoon enkelvoud, tegenwoordig met een nogal arrogante duiding) ik |
| wagahai-我輩 | (mannelijk taalgebruik, eerste persoon meervoud) wij |
| wago-和語 | de Japanse taal |
| waidan-猥談 | boek [verhaal] met aanstootgevende [obscene; choquerende] inhoud |
| waiya-ワイヤ | draad; metaalkabel |
| waiya-ワイヤ | (afk. van) staalkabel; draadkabel; staaldraadkabel |
| waiya・rōpu-ワイヤ・ロープ | staalkabel; draadkabel; staaldraadkabel |
| wakahage-若禿 | vroegtijdige kaalheid; kaalheid op jonge leeftijd |
| wakamidori-若緑 | nieuwe [jonge] dennennaalden |
| wakasu-沸かす | smelten (van metaal, e.d.) |
| wanwan-わんわん | (kindertaal) hond(je) |
| wappu-割賦 | het meermaals (In porties) toewijzen of verdelen |
| waraibanashi-笑い話 | graag verhaal [relaas]; iets grappigs [om te lachen] |
| warazuka-藁塚 | opgestapelde bundel stro; strobaal |
| warazuto-藁苞 | strobundel; strowikkel (als verpakkingsmateriaal); een voorwerp in stro verpakt |
| warini-割に | ongewoon; anders dan normaal; in aanmerking genomen |
| wasshoi-わっしょい | (tussenwerpsel; uitroep) hup, hup!; allemaal tegelijk! (trekken; tillen); (scheepvaart) anker op! |
| wazawaza-態々 | uitdrukkelijk; nadrukkelijk; speciaal; de moeite nemen (om te) |
| webupōtaru-ウェブポータル | webportaal |
| wiruowisupu-ウィルオウィスプ | dwaallicht |
| yakeochiru-焼け落ちる | (totaal) afgebrand zijn; tot de grond toe afgebrand zijn; in vlammen tenondergaan |
| yakiire-焼き入れ | het afharden [temperen] (van metaal in water) |
| yakinamashi-焼き鈍し | het temperen [ontharden] (van glas of metaal) |
| yakuhon-訳本 | vertaling; vertaald werk [boek] |
| yakumei-訳名 | vertaalde naam [benaming] |
| yakuon-約音 | (taalkunde) samentrekking (van lettergrepen) |
| yakushi-訳詞 | vertaald lied; vertaling van een lied [songtekst] |
| yakushi-訳詩 | vertaald gedicht; vertaling van een gedicht |
| yakusho-役所 | (lokaal) overheidsgebouw |
| yakusho-訳書 | vertaling; vertaald werk [boek] |
| yakushutsu-訳出 | vertaling; vertaald werk |
| yamaboko-山鉾 | decoratief praalstuk dat wordt rondgedragen tijdens een festival |
| yamai-病 | ziekte; aandoening; kwaal |
| yamakotoba-山言葉 | taal [jargon] van jagers in de bergen |
| yamatokotoba-大和言葉 | de oude, oorspronkelijke Japanse taal [woorden] |
| yami-闇 | donker, geheim of illegaal |
| yamibaito-闇バイト | zwartwerk; illegaal deeltijdwerk (soms met criminele doeleinden) |
| yamiburōkā-闇ブローカー | een illegaal handelende makelaar |
| yamibusshi-闇物資 | artikelen [goederen] van de zwarte markt; illegaal geïmporteerde [gesmokkelde] goederen; geheime voorraden |
| yamiji-闇路 | in een toestand zijn waar men geen onderscheidingsvermogen meer heeft; van de goede weg afgedwaald zijn |
| yamikin-闇金 | geldtransacties zonder wettelijke toestemming; transacties met een niet wettelijk bepaalde rente |
| yamikin'yū-闇金融 | geldtransacties door bedrijven of organisaties, die daarvoor geen wettelijke toestemming hebben; transacties met een niet wettelijk bepaalde rente |
| yarikaesu-遣り返す | opnieuw doen; nogmaals doen; overdoen |
| yashiki-屋敷 | (afk. voor bukeyashiki) behuizing van de krijgselite (in feodaal Japan) |
| yassamossa-やっさもっさ | kabaal; rumoer; herrie; gedruis; opschudding |
| yobijio-呼び塩 | het ontzouten (van zout voedsel door mengen met water; hierbij wordt een beetje speciaal zout toegevoegd om te voorkomen dat het waterig wordt) |
| yobijio-呼び塩 | speciaal zout dat wordt gebruikt bij het ontzouten |
| yōdai-容態 | (medische) aandoening [kwaal]; lichamelijke gesteldheid [conditie] |
| yōgaku-洋学 | studie van westerse taal en cultuur |
| yōgen-用言 | (taalkunde) een verbuigbaar woord; woord dat men kan vervoegen |
| yōgo-洋語 | westerse taal; talen van westerse landen |
| yōgo-洋語 | Japans leenwoord uit een westerse taal |
| yōgogakkō-養護学校 | speciale school; school voor speciaal onderwijs (voor kinderen met een lichamelijke of geestelijke beperking) |
| yōgukyōka-用具教科 | de instrumentvakken, vakken zoals taal en wiskunde, waarvan de kennis als instrument kan dienen bij het bestuderen van de inhoudsvakken |
| yoko-横 | breedte; wijdte; horizontaal; van links naar rechts; zijwaarts; zijdelings |
| yokochō-横帳 | oblong [liggend] formaat notitieboek (van vellen papier horizontaal doormidden gevouwen en gebonden) |
| yokogaki-横書き | horizontaal schrift (m.n. van links naar rechts) |
| yokomono-横物 | horizontaal geschreven tekst; horizontaal opgehangen kunstwerk |
| yokowari-横割り | horizontaal doormidden delen |
| yomikaesu-読み返す | herlezen; nogmaals lezen |
| yomikiri-読み切り | een compleet verhaal |
| yoreyore-よれよれ | (onomatopee) versleten; kaal; armoedig |
| yorugohan-夜御飯 | diner; avondeten; avondmaal |
| yose-寄席 | variététheater [zaal]; concertzaal |
| yōsuiro-用水路 | irrigatiekanaal; watergang |
| yotamono-与太者 | deugniet; nietsnut; gangster; schurk; schavuit; vandaal (Eng.hooligan) |
| yōzai-用材 | timmerhout; hout (als materiaal) |
| yu-湯 | gesmolten metaal |
| yūfuku-裕福 | rijk [vermogend; kapitaalkrachtig] zijn |
| yūge-夕餉 | avondmaaltijd |
| yūgohan-夕御飯 | avondmaal; diner |
| yūhan-夕飯 | avondmaal; diner; souper |
| yūkai-幽界 | de onderwereld; het hiernamaals |
| yūkōteki-友好的 | vriendschappelijk; amicaal |
| yūkyū-有休 | betaald verlof; betaalde vakantie |
| yūkyūkyūka-有給休暇 | betaald verlof; betaalde vakantie |
| yumegatari-夢語り | fantastisch [wild; onrealistisch] verhaal |
| yumemonogatari-夢物語 | fantastisch [wild; onrealistisch] verhaal |
| yumesara-夢更 | ten minste; zelfs een klein beetje; (gevolgd door een ontkenning) niet in het minst; helemaal niet |
| yumichi-湯道 | gietloop (voor gesmolten metaal); gietkanaal; glijgoot |
| yunitto・shisutemu-ユニット・システム | eenheden systeem; internationaal meetsysteem (bij fabricage volgens bepaalde vastgestelde normen) |
| yūsei-有声 | vocaal; stemhebbend zijn |
| yusen-湯煎 | bain-marie; (iets) opwarmen in een schaal die op een pan met heet water is geplaatst |
| yushutsuyūgūzeisei-輸出優遇税制 | export preferentiële regeling (exporteurs ontvangen een terugbetaling van de betaalde consumptiebelasting op in eigen land aangeschafte producten) |
| zai-材 | grondstof; materiaal |
| zairyō-材料 | ingrediënt; materiaal; grondstof; materie |
| zairyō-材料 | gegevens; data; informatie; bronmateriaal |
| zairyōkagaku-材料科学 | materiaalkunde |
| zaishitsu-材質 | de kwaliteit van een materiaal (zoals hout, e.d.) |
| zatsuki-座付き | het (exclusief) werken voor een bepaald theater(gezelschap) (als auteur of acteur) |
| zenbō-全貌 | het geheel; totaal beeld (van iets); (fig.) voorstelling |
| zenbu-全部 | helemaal; alles; allemaal |
| zeneraru-ゼネラル | algemeen; gewoon; onbepaald |
| zeneraru-ゼネラル | generaal; veldheer |
| zengaku-全額 | het totaal; het volledig bedrag; de totale som |
| zenkaisuru-全開する | helemaal [wijd] openen [opendoen] |
| zenkokukigyōtankikeizaikansokuchōsa-全国企業短期経済観測調査 | Tankan onderzoek (economische kwartaal peiling van het ondernemersvertrouwen door de Japanse Bank) |
| zenkokutaikai-全国大会 | nationale conventie; nationaal (partij)congres; nationale competitie; nationaal toernooi |
| zenshi-全姿 | totaalbeeld; complete vorm |
| zensho-全書 | een verzamelbundel; verzameld werk; compleet boek (met alle theorieën en geschriften van een bepaalde persoon of op een bepaald vakgebied) |
| zenson-全損 | totaal verlies; totale schade |
| zenteki-全的 | totaal; volledig; geheel; alle |
| zenzen-全然 | (met negatie) helemaal niet |
| zenzen-全然 | geheel; helemaal; totaal; compleet |
| zen'ya-前夜 | de avond voor (een bepaalde dag) |
| zen'yō-全容 | het volledige beeld [verhaal] |
| zetsuentai-絶縁体 | isolator; isolerend [niet-geleidend] materiaal |
| zetsumu-絶無 | absoluut [totaal] niets |
| zettō-舌頭 | spraak; taal; spreekwijze |
| zettoki-ゼット旗 | signaalvlag (scheepvaart) |
| zōgan-象眼 | inlegwerk (hout, e.d.); damasceren (in metaal) |
| zōgon-雑言 | schuttingtaal; grof taalgebruik; scheldwoorden |
| zōkeisuru-造形する | modelleren; vormen; in een bepaalde vorm brengen |
| zokugara-続柄 | (spreektaal) familierelatie; familiebetrekking; verwantschap |
| zokugen-俗言 | alledaagse taal [uitdrukking]; spreektaal |
| zokugo-俗語 | spreektaal; populair jargon |
| zokuhatsu-続発 | (herhaaldelijk) opeenvolgende gebeurtenissen; opeenvolging van gebeurtenissen |
| zonbun-存分 | (helemaal) zoals gewenst [gedacht; bedoeld] is |
| zubuno-ずぶの | geheel; totaal; compleet; volledig |
| zubutoi-図太い | schaamteloos; brutaal |
| zuiheishikō-水平思考 | het lateraal denken (het anders ordenen van bestaande informatie om zo tot nieuwe informatie te komen) |
| zukume-ずくめ | (achtervoegsel) geheel (en al); totaal; niets dan |