払う harau
1 verwijderen; wegvegen; schoonvegen; wegknippen
彼女は立ち止まって衣服の雪を払った。
Zij stond even stil en veegde de sneeuw van haar kleren.
Zij stond even stil en veegde de sneeuw van haar kleren.
ほこりを払う
afstoffen; stof wegvegen
afstoffen; stof wegvegen
煤を払う
roet wegvegen
roet wegvegen
立ち木の下枝を払う
de onderste takken van de hoge boom wegsnoeien
de onderste takken van de hoge boom wegsnoeien
2 wegsturen; wegjagen; verjagen; opjagen; verbannen
はえを払う
de vliegen verjagen
de vliegen verjagen
人を払う
mensen wegsturen [wegjagen]
mensen wegsturen [wegjagen]
3 overweldigen; wegvagen; iem. helemaal van zijn stuk brengen
威風あたりを払う
door zijn waardigheid ongenaakbaar [overweldigend] zijn
door zijn waardigheid ongenaakbaar [overweldigend] zijn
4 betalen; uitbetalen; afbetalen; (de rekening) voldoen
その帽子にいくら払いましたか。
Hoeveel heb je betaald voor die hoed?
Hoeveel heb je betaald voor die hoed?
罰金を払う
een boete betalen
een boete betalen
勘定を払う
de rekening betalen [voldoen]
de rekening betalen [voldoen]
給料を払う
de salarissen uitbetalen
de salarissen uitbetalen
現金で払う
(met) contant (geld) betalen
(met) contant (geld) betalen
税金を払う
belasting betalen
belasting betalen
5 uitverkopen; uitverkoop houden
古物を払う
de oude artikelen uitverkopen
de oude artikelen uitverkopen
6 (aandacht e.d.) geven; schenken; (respect e.d.) tonen; betonen
敬意を払う
respect [eerbied] (be)tonen
respect [eerbied] (be)tonen
苦心を払う
moeite doen [zich inspannen] (voor)
moeite doen [zich inspannen] (voor)
…に注意を払う
aandacht geven [schenken] aan...
aandacht geven [schenken] aan...
7 (vaak in de combinatie: chi wo harau, dan meestal geschreven als 掃う) geheel verdwijnen
道義地を払う。
Alle morele principes zijn geheel verdwenen.
Alle morele principes zijn geheel verdwenen.
8 (een plek, gebouw e.d.) verlaten; vertrekken [wegtrekken] (uit)
部屋を払う
een kamer opzeggen en verlaten
een kamer opzeggen en verlaten
9 (met een zwaard, stok e.d.) heen en weer zwaaien
刀を払う
met een zwaard zwaaien
met een zwaard zwaaien