中 naka
1 in; binnen
最近、家の中がおもしろくない。
De laatste tijd is het thuis niet zo leuk meer.
De laatste tijd is het thuis niet zo leuk meer.
会社の中でトラブルがあった。
Er waren problemen in [binnen] het bedrijf.
Er waren problemen in [binnen] het bedrijf.
家の中に入る
het huis binnengaan
het huis binnengaan
心の中
in mijn hart
in mijn hart
2 (van)uit; onder; in het midden; de middelste; temidden; tussen; in; inclusief
卒業生名簿の中に彼の名前はない。
Zijn naam staat niet op de lijst met afgestudeerden.
Zijn naam staat niet op de lijst met afgestudeerden.
その中の一人
één van hen
één van hen
この中から選ぶ
hieruit kiezen; kiezen uit deze
hieruit kiezen; kiezen uit deze
中に立つ
als bemiddelaar [intermediair] optreden; bemiddelen
als bemiddelaar [intermediair] optreden; bemiddelen
中を取る
de (gulden) middenweg kiezen; een compromis sluiten; tot een compromis komen
de (gulden) middenweg kiezen; een compromis sluiten; tot een compromis komen
中へ入る
binnengaan; tussenbeide komen; als contacpersoon fungeren
binnengaan; tussenbeide komen; als contacpersoon fungeren
3 middelpunt; centrum
入り口付近の人はもっと中に入って下さい。
Willen de mensen die het dichtst bij de ingang staan wat meer naar het midden gaan a.u.b.
Willen de mensen die het dichtst bij de ingang staan wat meer naar het midden gaan a.u.b.
4 interval; tussenruimte; middenstuk
中四日置いて登板する。
Ik stapte weer op de werpheuvel om te pitchen na 4 dagen rust.
Ik stapte weer op de werpheuvel om te pitchen na 4 dagen rust.
5 terwijl; in; gedurende
あらしの中
tijdens [gedurende] de storm
tijdens [gedurende] de storm
雨の中を帰る
in de regen terugkeren
in de regen terugkeren