Kruisverwijzing
achting
| lemma | meaning |
|---|---|
| an-案 | een gedachte; idee; een plan; een vooruitzicht; verwachting |
| angai-案外 | onverwacht [onvoorzien] zijn; buiten verwachting |
| anihakaran'ya-豈図らんや | onverwacht; tegen de verwachting; verbazingwekkend |
| ate-当て | hoop; kans; mogelijkheid; gissing; veronderstelling; verwachting; vooruitzicht |
| atekomi-当て込み | ergens op rekenen [hopen]; iets ergens van verwachten; verwachting; hoop |
| atekoto-当て事 | verwachting(en); hoop; berekening |
| besshi-蔑視 | verachting; minachting |
| bōkō-暴行 | aanranding; verkrachting |
| bubetsu-侮蔑 | hoon; minachting; geringschatting; belediging |
| bujoku-侮辱 | belediging; minachting; geringschatting |
| chōkō-兆候 | voorteken; omen; voorbode; indicatie; verwachting |
| chōrō-嘲弄 | minachting; bespotting; hoon |
| daki-唾棄 | verachting; minachting; afkeer; haat; afschuw |
| esupowāru-エスポワール | hoop; verwachting |
| gōkan-強姦 | verkrachting |
| gyakusatsu-虐殺 | (af)slachting; bloedbad; holocaust |
| gyakusō-逆走 | het tegen de wind ingaan; (fig.) tegen de trend [verwachting] ingaan |
| gyōbō-翹望 | verwachting; het ergens naar uitkijken |
| heikinjumyō-平均寿命 | gemiddelde levensduur; levensverwachting |
| heikinyomei-平均余命 | levensverwachting |
| hige-卑下 | zelfverachting; een lage dunk van jezelf hebben; nederigheid; onderdanigheid |
| hōpu-ホープ | hoop; verwachting |
| ihyō-意表 | verrassing; buiten verwachting [onverwacht] zijn |
| imējimento-イメージメント | het controleren [aanpassen] van het imago [de uitstraling] van producten of diensten naar de verwachtingen van de consumenten |
| ippaku-一泊 | een (hotel)overnachting |
| isoisosuru-いそいそする | vrolijk [levendig] zijn; ergens blij [vol verwachting] naar uitkijken |
| isshuku-一宿 | een overnachting |
| jikoken'o-自己嫌悪 | zelfhaat; zelfverachting |
| jison-自尊 | zelfrespect; eigenwaarde; zelfachting |
| kaitaisuru-懐胎する | in verwachting raken; zwanger worden |
| kanwa-緩和 | versoepeling; verlichting; verzachting; ontspanning |
| keibetsu-軽蔑 | hoon; minachting; geringschatting; verachting |
| keibu-軽侮 | minachting; hoon |
| keii-敬意 | (gevoel van) eerbied; hoogachting; respect |
| kibō-希望 | hoop; verwachting |
| kitai-期待 | verwachting; hoop |
| kobaka-小馬鹿 | minachting |
| kōchisho-拘置所 | huis van bewaring (voor gedaagden in hechtenis; en veroordeelden in afwachting van de hoogste strafvoltrekking in Japan) |
| kōryū-勾留 | inhechtenisneming; detentie (in afwachting van het proces) |
| machikaneru-待ち兼ねる | ongeduldig wachten (op); in afwachting zijn (van); staan te popelen (om) |
| maegeiki-前景気 | verwachting; hoop; vooruitzicht(en) |
| man-慢 | minachting |
| manba-漫罵 | belediging; beschimping; minachting; hoon |
| medo-目処 | vooruitzicht; verwachting |
| mikomi-見込み | voorspelling; verwachting; berekening; (in)schatting |
| mikoshi-見越し | verwachting; vooruitzicht |
| mitooshi-見通し | verwachting; voorspelling |
| mō-望 | (in kanji combinaties) wens; hoop; verwachting |
| mushi-無視 | veronachtzaming; onverschilligheid; het negeren (van regels, etc.); minachting |
| nakanaka-中中 | erg; behoorlijk (veel); heel wat; nogal; meer dan verwacht; boven verwachting |
| nozomi-望み | hoop; verwachting |
| oazuke-お預け | voorlopig; in afwachting; in de wacht; uitstel; vast gereserveerd |
| omowaku-思惑 | verwachting; anticipatie; vooruitzicht; voorspelling; prognose |
| reipu-レイプ | verkrachting |
| rinkan-輪姦 | groepsverkrachting |
| sakidori-先取り | in afwachting van; het vooruit lopen op; anticiperen |
| sasuga-流石 | (naar) verwachting |
| shitame-下目 | het op iemand neerkijken; verachting |
| shosanpu-初産婦 | primipara; vrouw die voor het eerst een kind heeft gebaard; vrouw die in verwachting is van haar eerste kind |
| shūbō-衆望 | publiek vertrouwen; publieke verwachtingen; publieke steun |
| shukuhakuhi-宿泊費 | verblijfskosten; overnachtingskosten |
| shuraba-修羅場 | vechtpartij; bloedbad; afslachting |
| sonchō-尊重 | respect; waardering; achting |
| sonkei-尊敬 | respect; achting |
| sōtei-想定 | veronderstelling; hypothese; aanname; verwachting; inschatting |
| tabine-旅寝 | een overnachting op reis (in een hotel, etc.) |
| taimei-待命 | in afwachting van orders [instructies; aanstelling] |
| tairyōgyakusatsu-大量虐殺 | massamoord; genocide; massaslachting |
| takanozomi-高望み | hoge verwachting(en) |
| tegome-手込め | verkrachting; aanranding |
| tenkiyohō-天気予報 | weerbericht; weersvoorspelling; weersverwachting |
| tenmei-天命 | levensduur; levensverwachting |
| tsu-つ | hulpwerkwoord, gevoegd achter de renyōkei van een werkwoord of adjectief, drukt uit: voltooide handeling; uiteindelijk; zekere verwachting; zekerheid |
| tsumahajiki-爪弾き | uitsluiting; minachting; verwerping; versmading |
| yohō-予報 | voorspelling; verwachting |
| yoken-予見 | verwachting; voorspelling; prognose; voorkennis |
| yoki-予期 | anticipatie; verwachting |
| yosō-予想 | verwachting; vooruitzicht; voorspelling; veronderstelling |
| yosoku-予測 | voorspelling; verwachting; (in)schatting |
| zongai-存外 | boven verwachting; tegen de verwachting in |