Kruisverwijzing
gast
| lemma | meaning |
|---|---|
| aikyaku-相客 | medepassagier; kamergenoot; andere gast [loge] |
| aisō-愛想 | vriendelijkheid; hoffelijkheid; voorkomendheid; gastvrijheid; hulpvaardigheid |
| aisō-愛想 | gastvrijheid; warme ontvangst |
| baihin-陪賓 | gasten begeleider; begeleider van de eregast |
| banshoku-伴食 | eten met een belangrijke [hooggeplaatste] persoon; eten aan dezelfde tafel als de eregast |
| basseki-末席 | zitplaats aan het eind van de tafel (het verst verwijderd van de eregast) |
| bijitā・fī-ビジター・フィー | toegangsprijs [entreeprijs] voor gasten [niet-leden] |
| bishokushugi-美食主義 | gastronomie; genotzucht |
| buri-振り | (gasten) die zonder reservering in een restaurant, hotel, etc. komen |
| chauke-茶請け | iets lekkers (een klein hapje; cake; snoepje) bij de thee voor gast |
| chinkyaku-珍客 | een welkome (onverwachte) bezoeker [gast] |
| chisō-馳走 | gastvrijheid; hartelijkheid; gulheid |
| chōja-長者 | (hist.) hoofd van een clan; hoofd van een poststation; gastvrouw van een bordeel |
| dinā・kurūzu-ディナー・クルーズ | dinner cruise (een boottocht waarbij gasten genieten van heerlijk eten aan boord) |
| fukusokurui-腹足類 | slak; buikpotige (gastropode) |
| gasutorokamera-ガストロカメラ | gastrocamera (medisch gebruikt bij maagonderzoek) |
| gasutoronomī-ガストロノミー | gastronomie |
| gasu・tābin-ガス・タービン | gasturbine |
| gasu・tanku-ガス・タンク | gastank; gashouder; gasreservoir; gasmeter |
| geihin-迎賓 | een eregast verwelkomen |
| gesuto-ゲスト | gast; bezoeker; logé |
| gesutoshutsuen-ゲスト出演 | gastoptreden |
| gesuto・hausu-ゲスト・ハウス | pension; gastenverblijf |
| gurume-グルメ | gourmet; fijnproever; gastronoom |
| hin-賓 | geëerde gast |
| hinkaku-賓客 | eregast; vip |
| hōmusutei-ホームステイ | het verblijven bij een gastgezin |
| honsō-奔走 | het verlenen van gastvrijheid |
| hosutesu-ホステス | gastvrouw; hostess |
| hosuto-ホスト | gastheer |
| hosuto・famirī-ホスト・ファミリー | gastgezin |
| ichōbyōgaku-胃腸病学 | gastro-enterologie |
| ien-胃炎 | gastritis (ontsteking in de maag) |
| ikataru-胃カタル | maagcatarre; gastritis; ontsteking van het maagslijmvlies |
| irasshaimase-いらっしゃいませ | (ter verwelkoming van gasten of klanten, in winkels, e.d.) (wees) welkom |
| jōkyaku-上客 | eregast |
| jōkyaku-上客 | goede [trouwe; vaste] klant; stamgast |
| jōkyaku-常客 | vaste klant; stamgast |
| jōza-上座 | ereplaats; zitplaats voor een hooggeplaatst persoon of gast (aan het hoofd van de tafel) |
| kamiza-上座 | ereplaats; zitplaats voor een hooggeplaatst persoon of gast (aan het hoofd van de tafel) |
| kantai-款待 | vriendelijke bejegening; gastvrijheid; hartelijkheid |
| kapuseru・hoteru-カプセル・ホテル | capsulehotel (waar de hotelgasten slapen in een soort capsule van ongeveer 2 meter lang, 1 meter breed en 1 meter hoog) |
| kihin-貴賓 | een vooraanstaande [hooggeplaatste] gast [klant]; eregast |
| kokuhin-国賓 | gast van een land; staatsgast |
| kuidōraku-食い道楽 | genotzucht; fijnproeverij; gastronomie |
| kyaku-客 | gast (m); gaste (v); bezoeker (m); bezoekster (v) |
| kyaku-客 | woord voor het tellen van spullen die gebruikt worden bij het ontvangen van gasten (b.v. serviesgoed voor recepties e.d.) |
| kyakuashirai-客あしらい | manier van omgaan met gasten [klanten]; dienstverlening |
| kyakuatsukai-客扱い | manier van omgaan met gasten [klanten]; klankvriendelijkheid |
| kyakubun-客分 | als een gast behandeld worden |
| kyakubun-客分 | gast; genodigde |
| kyakuen-客演 | gastoptreden |
| kyakuin-客員 | gastlid; buitengewoon lid; erelid |
| kyakujin-客人 | bezoek; gast |
| kyakushitsu-客室 | logeerkamer; gastenkamer; passagiershut |
| kyakusō-客僧 | reizende [gast] priester [monnik] |
| kyakuyō-客用 | voor (gebruik door) gasten |
| madamu-マダム | eigenaresse; hospita; directrice; gastvrouw in een bar |
| mama-ママ | de vrouwelijke eigenaar [uitbaatster; gastvrouw] van een bar |
| manekarezarukyaku-招かれざる客 | de ongenode [niet uitgenodigde] gast |
| marōdo-客人 | bezoeker; gast; klant |
| masseki-末席 | zitplaats aan het eind van de tafel (het verst verwijderd van de eregast) |
| mēn・tēburu-メーン・テーブル | hoofdtafel; tafel met de belangrijkste gasten en/of gastheer [gastvrouw] |
| mōningu・kōru-モーニング・コール | wake-upcall; telefoontje om iemand (b.v. een hotelgast) op verzoek te wekken 's morgens |
| motenashi-持て成し | onthaal; ontvangst; gastvrijheid |
| nagaremono-流れ者 | rondtrekkende arbeider; gastarbeider |
| nakai-仲居 | [料亭などで、料理を運んだりして客に応接する女性; (仲居)] een gastvrouw; hostess |
| okami-御上 | (aanspreektitel voor) de eigenares [bazin; gastvrouw] van een traditioneel eethuis, theehuis, hotel, e.d. |
| okamisan-お上さん | (aanspreektitel voor) de eigenares [bazin; gastvrouw] van een traditioneel eethuis, theehuis, hotel, e.d. |
| omotase-お持たせ | een klein geschenk dat een gastheer [gastvrouw] aan een gast geeft om mee naar huis te nemen |
| omotenashi-お持て成し | gastvrijheid; onthaal; ontvangst |
| onagare-お流れ | beleefde zegswijze waarbij de gastheer aan de eregast om diens sakekopje vraagt (om zelf uit te drinken) |
| oobanburumai-大盤振る舞い | gulle gastvrijheid; gulheid |
| ooya-大家 | huisbaas; waard; herbergier; gastheer |
| otaiko-お太鼓 | iemand die (als beroep) zorgt voor een goede sfeer tussen gasten tijdens een feest; stemmingmaker; grappenmaker; entertainer |
| pōtā-ポーター | valet (iemand belast met het parkeren en ophalen van auto's van gasten van restaurants, hotels, vliegvelden, etc.) |
| raihin-来賓 | gast; bezoeker |
| raikaku-来客 | bezoeker; gast |
| raikyaku-来客 | bezoeker; gast |
| san'yaku-三役 | (bij een theeceremonie) drie personen: de gastheer, de hoofdgast en de bediende |
| seikaku-正客 | eregast |
| seishitsu-正室 | kamer om gasten te ontvangen |
| senkyaku-先客 | een voorgaande [eerdere] gast [bezoeker] |
| shōkakigaku-消化器学 | gastro-enterologie |
| shokuhakukyaku-宿泊客 | hotelgast; pensiongast |
| shōkyaku-正客 | eregast |
| shōza-正座 | de ereplaats (voor de (belangrijke) gast) |
| shuhin-主賓 | eregast; hoofdgast |
| shujin-主人 | gastheer; echtgenoot, man; de heer des huizes |
| shukaku-主客 | de gastheer en zijn gast(en) |
| shukuhakusha-宿泊者 | hotelgast; pensiongast |
| shukushu-宿主 | (biologie) gastheer (van parasieten, e.a.) |
| taikomochi-太鼓持ち | iemand die (als beroep) zorgt voor een goede sfeer tussen gasten en geisha tijdens een feest; stemmingmaker; animator |
| taizaikyaku-滞在客 | gast; bezoeker |
| teatsui-手厚い | hartelijk; warm; gastvrij; attent |
| tefuki-手拭き | kleine handdoek; gastendoekje; zakdoek |
| teishu-亭主 | herbergier; eigenaar (van horeca); gastheer |
| togyo-蠹魚 | zilvervisje; suikergast (een klein insect, Lepisma saccharina) |
| tokubetsugesuto-特別ゲスト | speciale gast; gastrol |
| tomomachi-供待ち | plaats waar bedienden [chauffeurs, etc.] wachten op de gasten |
| torimotsu-取り持つ | gasten ontvangen; een etentje [feestje] geven |
| toritsugu-取り次ぐ | gasten ontvangen; de deur opendoen; de telefoon aannemen |
| watarimono-渡り者 | rondtrekkende arbeider; gastarbeider |
| yadonushi-宿主 | waard; herbergier; (hotel)eigenaar; hospita; gastheer |
| yadonushi-宿主 | (biologie) gastheer (van parasieten) |
| yokkaku-浴客 | badhuis bezoeker [gast] |
| yokkyaku-浴客 | badhuis bezoeker [gast] |
| yuna-湯女 | een vrouw die vroeger voor badgasten zorgde in een onsen (warmwaterbron) |
| yūtai-優待 | voorkeursbehandeling; gastvrijheid |