Kruisverwijzing
mei
lemma | meaning |
---|---|
agemaki-揚巻 | dameskapsel uit de Meiji-periode |
aichōshūkan-愛鳥週間 | de week waarin de aandacht wordt gevraagd voor het beschermen en houden van (wilde) vogels (10-16 mei) |
aikyōmono-愛敬者 | een charmant meisje; een joviale man; een geliefd [bewonderd] iemand |
ama-尼 | jong meisje met haar tot op schouderlengte |
bādo・wīku-バード・ウィーク | de week waarin de aandacht wordt gevraagd voor het beschermen en houden van (wilde) vogels (10-16 mei) |
banī・gāru-バニー・ガール | serveermeisje; animeermeisje (in nachtclub) |
battōtai-抜刀隊 | een speciale (met Japanse zwaarden bewapende) politie-eenheid (Meiji-periode) |
beppin-別嬪 | schoonheid; knappe vrouw; mooi meisje |
bokkuri-木履 | traditionele gelakte houten sandalen (geta) voor meisjes |
bunmeikaika-文明開化 | (lett. beschaving en vooruitgang) tendens naar modernisering en verwestersing in de vroege Meiji-periode in Japan |
burunetto-ブルネット | brunette (meisje of vrouw met donkerbruin haar) |
chāmu・sukūru-チャーム・スクール | etiquetteschool (voor meisjes) |
charumera-チャルメラ | schalmei (fluit) |
chikusuijitsu-竹酔日 | 13 mei (maankalender), de dag waarop traditioneel in China bamboe werd geplant (lett. dronken bamboe-dag) |
danjo-男女 | man en vrouw; mannen en vrouwen; jongens en meisjes; beide geslachten |
dējī-デージー | madeliefje; meizoentje |
dōji-童子 | een kind; een kleine jongen; een klein meisje |
dōjo-童女 | en kind; een klein meisje |
domein-ドメイン | domein |
domeinmei-ドメイン名 | domeinnaam |
domein・nēmu-ドメイン・ネーム | domeinnaam |
ekiteikyoku-駅逓局 | bagagetransport bureau (het bureau dat het bagagevervoer tussen de stations regelde in het begin van de Meiji periode) |
fōramu-フォーラム | Romeins forum |
gakudō-学童 | schoolkind; schooljongen; schoolmeisje |
gejo-下女 | keukenmeid; keukenmeisje; dienstmeid; dienstmeisje |
gemainshafuto-ゲマインシャフト | (sociologie) Gemeinschaft (een samenleving met sterke affectieve bindingen en saamhorigheid) |
gensūbunretsu-減数分裂 | meiose; reductiedeling (biologie) |
gogatsu-五月 | mei (de 5de maand) |
gogatsubyō-五月病 | voorjaarsmoeheid; depressie in mei (m.n. na een nieuwe baan of opleiding, die in april is gestart) |
gogatsuningyō-五月人形 | een (samoerai) pop die wordt uitgestald in mei ter gelegenheid van het kinderfestival van jongens |
goisshin-御一新 | (oude naam voor) de Meiji-restauratie |
goninbayashi-五人囃子 | vijf hofmuzikantenpoppen, uitgestald tijdens het meisjesfestival (op 3 maart) |
gōruden・wīku-ゴールデン・ウィーク | Golden Week, jaarlijkse vakantieperiode in Japan in mei |
gosekku-五節句 | de vijf grote festivals (7 januari, 3 maart, 5 mei, 7 juli en 9 september) |
gurekorōman-グレコローマン | Grieks-Romeins worstelen |
gureko・rōman・sutairu-グレコ・ローマン・スタイル | Griek-Romeinse stijl (worstelen) |
gyaru-ギャル | meisje; jonge vrouw |
hahanohi-母の日 | Moederdag (2de zondag in mei) |
haka-破瓜 | jong meisje (ca.16 jaar) |
hakaki-破瓜期 | pubertijd (van meisjes) |
hakoirimusume-箱入り娘 | lievelingsdochter; (naïef) meisje dat beschermd is opgevoed |
hankō-藩侯 | (feodale) leenheer; hoofd van een domein [clan] |
hankō-藩校 | (Edo periode) school van een domein [han] (voor hoger onderwijs) |
han'i-範囲 | gebied; domein; begrenzing; bereik; invloedssfeer |
hatsuzekku-初節句 | (de viering van) het eerste jongens- [meisjes-] festival van een baby |
hinaarare-雛霰 | kleine, zoete, gekleurde rijstkoekjes die bij het Poppenfestival (op de Meisjesdag, 3 maart) worden gegeten |
hinagiku-雛菊 | madeliefje; meizoentje |
hinamatsuri-雛祭り | Japans poppenfeest [Meisjesdag] (op 3 maart, dan stallen meisjes hun traditionele poppen uit) |
hondō-本堂 | hoofdtempel (binnen een tempeldomein) |
honke-本家 | hoofdplaats; de naam van een domeinheer |
honsei-本姓 | oorspronkelijke achternaam [familienaam]; meisjesnaam |
hoshika-干し鰯 | meststof op basis van gedroogde ontvette sardines en haring (werd gebruikt voor de katoen- en tabaksteelt van late Edo-periode tot de Meiji periode) |
ianfu-慰安婦 | troostmeisje(s) |
ishin-維新 | (afk. voor) de Meiji-restauratie (1867) |
itarikkurōman-イタリックローマン | cursief romeins (lettertype) |
jin'ya-陣屋 | (Edo periode) residentie van de daimyo van een klein domein zonder kasteel |
jiten-辞典 | (vanaf de Meiji periode en in titels) woordenboek |
jōchan-嬢ちゃん | jong meisje; juffrouw |
joji-女児 | jong meisje; schoolmeisje |
jokyū-女給 | serveerster; barmeisje |
joshi-女子 | vrouw; meisje |
joshijidō-女子児童 | jong meisje; schoolmeisje |
jūgun'ianfu-従軍慰安婦 | troostmeisje (als prostituee gebruikte gevangene van de Japanse bezetters in WO II) |
jupitā-ジュピター | Jupiter (Romeinse God) |
kaburo-禿 | kortgeknipt meisjeskapsel |
kachū-家中 | (Edo periode) dienaar [vazal] in een han-domein; vazal van een daimyo; han-domein |
kahi-下婢 | dienstmeisje |
kaizoe-介添え | helper; hulp; assistent; secondant; bruidsmeisje; bruidsjonker |
kakusode-角袖 | (Meiji-tijdperk) een officier [agent] in burgerkleding |
kamigata-上方 | (Meiji periode) aanduiding voor de stad Kyoto |
kamuro-禿 | kortgeknipt meisjeskapsel |
kankōba-勧工場 | In de Meiji- en Taisho-periode een plek (markt, bazaar) waar vele winkels onder één dak allerlei goederen verkochten |
kankōjusu-観光繻子 | satijn (geweven van zijde en katoen; in de Meiji-periode geproduceerd in de prefectuur Gunma en verkocht bij een toeristenbureau in Asakusa, Tokio) |
kanōha-狩野派 | de Kanō school van Japanse schilderkunst (de meest dominante school van eind 15e eeuw tot de Meiji periode |
kare-彼 | hij of zij; die persoon (tot aan Meiji tijdperk gebruikt); u; jij (arch.); dat (arch.) |
kazō-加増 | toename; uitbreiding (van toelage, bezit, domein, e.d.) |
kenpōkinenbi-憲法記念日 | Dag van de Grondwet (in Japan op 3 mei) |
kikyō-帰京 | terugkeer naar de hoofdstad (voor de Meiji-periode was dat Kyoto, daarna Tokio) |
koibana-恋ばな | gesprekjes (m.n. van meisjes) over elkaars liefdes(avonturen) |
koinobori-鯉幟 | traditionele karpervormige wimpels [windzakken] (worden in Japan opgehangen tijdens het Jongensfestival op 5 mei) |
kokudo-国土 | domein; grondgebied; land; aardrijk |
kōsa-黄砂 | geel zand (dat door de wind tussen maart en mei vanuit China over Japan wordt verspreid) |
kunigarō-国家老 | hooggeplaatste samoerai-ambtenaar in dienst van een daimyō (die in diens afwezigheid het domein beheert) |
kurōto-玄人 | geisha; animeermeisje; prostituee |
kyaria・gāru-キャリア・ガール | carrièremeisje; ambitieus meisje |
kyōdōshakai-共同社会 | (sociologie) Gemeinschaft (een samenleving met sterke affectieve bindingen en saamhorigheid) |
kyōgaku-共学 | co-educatie; gemeenschappelijke opleiding [opvoeding] voor jongens en meisjes |
kyojō-居城 | woonkasteel van een kasteelheer [domeinvorst; daimyō] |
kyūmei-旧名 | oorspronkelijke naam; oude naam; meisjesnaam |
kyūsei-旧姓 | oorspronkelijke familienaam (voor het huwelijk); meisjesnaam |
kyūshi-旧氏 | vorige naam; oude naam; meisjesnaam |
mākyurī-マーキュリー | Mercurius (Romeinse godheid) |
mappo-マッポ | (jargon; afk. voor Satsumappo) politieagent (Meiji periode) |
maria-マリア | Maria (meisjesnaam) |
marusu-マルス | Mars (Romeinse oorlogsgod) |
māsu-マース | Mars (Romeinse oorlogsgod) |
mēdē-メーデー | Dag van de Arbeid (1 mei) |
mēdo-メード | meid; dienstmeid; kamermeisje; huishoudster; maagd |
meido-メイド | meid; dienstmeid; kamermeisje; huishoudster; maagd |
meiji-明治 | Meiji, de regeringsperiode (1868-1912) van keizer Mutsuhito (1852-1912) |
meijiishin-明治維新 | de Meiji-restauratie (1867) |
meijijidai-明治時代 | de Meiji periode (1868-1912) |
meireikei-命令形 | (taalkunde) meireikei, imperatieve vorm; gebiedende wijs |
metchen-メッチェン | meisje |
mineruba-ミネルバ | Minerva (Romeinse godin) |
momonosekku-桃の節句 | Perzikbloesemfestival [Meisjesdag; Poppenfeest] (seizoenfeestdag voor meisjes op 3 maart) |
momoware-桃割れ | haarstijl met een perzikvormige knot (uit het Meiji tijdperk) |
morigaaru-森ガール | zachte, losse [wijde] stijl van vrouwenkleding (met als thema een meisje in het bos); meisje dat zulke kleding draagt |
musume-娘 | meisje; jonge vrouw |
musumegokoro-娘心 | meisjesachtige geest [hart; aard]; meisjesachtige onschuld |
nakai-仲居 | [近世、商家などで、奥女中と下女の中間の奉公人] een dienstmeisje |
nanbā・sukūru-ナンバー・スクール | (een van) de acht oudste en meest prestigieuze middelbare scholen in Japan (in de Meiji periode) |
natsubasho-夏場所 | het zomer sumotoernooi (sumo toernooi dat gehouden wordt in mei) |
neeya-姉や | (aanspreekvorm voor) kinderoppas; dienstmeisje |
niyakeru-にやける | dandyachtig [verwijfd; meisjesachtig] zijn |
ochappii-おちゃっぴい | een kletskous; een spraakzaam [levendig] meisje |
ōjī-オージー | kantoormeisje; secretaresse |
okyan-お侠 | brutaal [schaamteloos; vrijpostig; baldadig] meisje |
onago-女子 | meisje; (jonge) vrouw |
onba-乳母 | min; zoogster; kindermeisje |
oneechan-お姉ちゃん | meisje; jongedame |
onnanoko-女の子 | meisje; dochter |
ōrudo・gāru-オールド・ガール | oudje; beste meid |
osan-御三 | keukenmeid; keukenmeisje |
osandon-お爨どん | keukenmeid; keukenhulp; werk in de keuken |
otenba-お転婆 | een wilde [jongensachtige] meid; wildebras |
otome-乙女 | meisje; jonge vrouw; maagd |
otomego-乙女子 | klein meisje; jonge dame |
oyama-女形 | meisjespop |
panteon-パンテオン | pantheon (Grieke of Romeinse tempel gewijd aan alle goden) |
pechanko-ぺちゃんこ | (informeel) meisje met platte borsten |
purūtō-プルートー | Pluto (Romeinse mythologische figuur) |
rasotsu-邏卒 | politieagent (begin Meiji tijdperk |
reiwa-令和 | Reiwa, naam van de regeringsperiode (vanaf 1 mei 2019 -) van keizer Naruhito |
rikka-立夏 | eerste dag van de zomer (ca. 6 mei, volgens de oude maankalender) |
rōdōsai-労働祭 | Dag van de Arbeid (1 mei) |
rōmankyapitaru-ローマンキャピタル | Romeinse hoofdletters |
rorikon-ロリコン | Lolita complex (van mannen die zich aangetrokken voelen tot jonge meisjes) |
rorīta・konpurekkusu-ロリータ・コンプレックス | Lolita complex (van mannen die zich aangetrokken voelen tot jonge meisjes) |
ryōbun-領分 | (Edo periode) domein [leengoed] van een daimyo |
ryōshu-領主 | daimyo; domeinheer; (feodale) heer (van een bepaald gebied) |
saika-裁可 | (onder de Meiji grondwet) officiële goedkeuring van de keizer voor wetsvoorstellen en begrotingen |
sanpatsudattōrei -散髪脱刀令 | (Meiji) proclamatie in 1871, ter afschaffing van de klassieke haardracht van de samoerai en een verbod op het publiekelijk dragen van zwaarden |
sansei-参政 | (Meiji-periode) leenheer van een domein |
santōseiji-三頭政治 | driemanschap; triumviraat (ten tijde van het Romeinse Rijk) |
saotome-早乙女 | jonge vrouw [meisje] |
satsukibare-五月晴れ | mooi weer in mei (tijdens het regenseizoen) |
shichigosan-七五三 | (lett. zeven-vijf-drie) een traditioneel Japans festival op 15 november, voor meisjes van drie en zeven jaar oud en jongens van vijf jaar oud |
shigaku-斯学 | dit (academisch) kennisgebied [kennisterrein; kennisdomein] |
shigaku-視学 | schoolinspecteur (Meiji periode) |
shinjin-神人 | (in Okinawa) een meisje die in een Shintō-heiligdom werkt |
shintaishi-新体詩 | nieuwe stijl (Japanse) poëzie (door Westerse invloeden in de vroege Meiji-periode) |
shōbainin-商売人 | animeermeisje; geisha |
shōjo-少女 | (jong) meisje; jonge vrouw; maagd |
shokuten-食店 | (term uit de Meiji periode) eethuis; eetgelegenheid; restaurant |
shōman-小満 | (één van de 24 zonnetermen van de maankalender) de 8ste term (rond 21 mei van de zonnekalender) |
shoryō-所領 | domein; (bestuurs)gebied |
shusshi-出仕 | (in de Meiji periode) een ambtenaar in proeftijd; tijdelijke boventallige ambtenaren |
sun-駿 | het oude Suruga domein [gebied] |
suruga-駿河 | het oude Suruga domein [gebied] |
tango-端午 | Jongensdag (5 mei) |
tangonosekku-端午の節句 | Japanse feestdag voor jongens (elk jaar op 5 mei) |
teinai-邸内 | binnen huis en erf; binnen het landgoed [domein; herenhuis] |
tochi-土地 | grondgebied; terrein; domein; territorium |
tōjinmage-唐人髷 | een haarstijl voor dames (Edo- tot Meiji-periode) |
tsukutsukubōshi-つくつく法師 | Walker's cicade (Meimuna opalifera) |
uma-午 | mei (5de maand van de maankalender) |
wai・daburyū・shī・ē-ワイ・ダブリュー・シー・エー | Young Women’s Christian Association, een beweging die zich inzet voor leiderschap en rechten van vrouwen en meisjes |
yakisoba-焼き蕎麦 | roerbak gerecht met boekweitnoedels; (Chinees) cho mein |
yanusu-ヤヌス | Janus (Romeinse God) |
yūjo-遊女 | meisje van plezier; prostituee; hoer |