podium / po-di-um ( het (o) | znw | podiums; podia )
1演台; 演壇 [spreekgestoelte]
2ステージ [toneel]
3表彰台 [erepodium]
Kruisverwijzing
podium
| lemma | meaning |
|---|---|
| ageita-上げ板 | (in een traditioneel theater) houten vloeren links en rechts waar het podium en de hanamichi (verhoogd pad naar toneel) samenkomen |
| akaza-藜 | (plant) ganzenvoet (Chenopodium album var. centrorubrum) |
| ashibyōshi-足拍子 | (bij podiumkunsten) het ritmisch tikken met de voet; tempo [maat] aangeven met de voet |
| butai-舞台 | (toneel) podium; (op de) planken |
| dan-壇 | podium; spreekgestoelte; verhoging; tribune |
| deban-出番 | beurt; (bij toneelopvoeringen) de beurt van een acteur om op het podium te komen |
| debasho-出場所 | beurt om op te komen (op het toneelpodium) |
| deha-出端 | (muzikale begeleiding bij) de opkomst van een acteur op het podium (theater) |
| dōdan-登壇 | het podium opstappen; het spreekgestoelte beklimmen; achter de kansel gaan staan |
| dōdōmeguri-堂堂巡り | het stemmen van Japanse parlementsleden, waarbij zij hun stembiljetten in een doos die op het podium staat stoppen |
| ēderuwaisu-エーデルワイス | edelweiss (Leontopodium alpinum) |
| endan-演壇 | rostrum; spreekgestoelte; podium |
| furigoto-振り事 | een dans of dansdrama opgevoerd op een Kabuki-podium |
| geigoto-芸事 | traditionele Japanse podiumkunsten |
| gigei-伎芸 | zang- en podiumkunst in Kabuki |
| gisoku-偽足 | pseudopodium; schijnvoet (voetachtige uitstulping bij cellen) |
| hashigakari-橋懸かり | overbrugging tussen acteursfoyer en het podium (Nō theater) |
| hatsubutai-初舞台 | debuut; de eerste keer dat men op het podium verschijnt |
| hiraba-平場 | (theater) zitplaatsen direct voor het podium; parket |
| hiradoma-平土間 | (theater) zitplaatsen direct voor het podium; parket |
| hyōshōdai-表彰台 | podium; verhoging; estrade |
| iriha-入端 | (in dans-gerelateerde podiumkunsten) het deel waar dans, zang, muziek, etc. worden uitgevoerd bij het verlaten van het podium |
| jōdan-上段 | bovendek; podium; loge |
| kadai-架台 | (bouw)steiger; stellage; podium |
| kamite-上手 | de linkerkant van het toneel [podium] (vanuit het podium gezien) |
| kōdan-降壇 | het podium afstappen; het spreekgestoelte verlaten |
| kodōgu-小道具 | (theater) rekwisieten; meubels, gereedschap, etc. gebruikt op het podium |
| koppō-骨法 | speciale [geheime] technieken [trucs] in de kunst (m.n. podiumkunst) of ambachten |
| kyōdan-教壇 | podium of spreekgestoelte (in een klaslokaal) |
| makuuchi-幕内 | het deel van het theaterpodium dat zich achter het gordijn bevindt; backstage; achter het toneel; in de coulissen |
| mandan-漫談 | een soort podiumkunst met een humoristisch, warrig verhaal [gesprek] |
| noru-載る | op een plank [podium] kunnen zetten; ergens ingeladen kunnen zijn |
| pējento-ページェント | openluchttheater; openlucht podium |
| seri-迫り | lift op toneel [podium] |
| shimote-下手 | de rechterkant van het toneel [podium] |
| shiroza-シロザ | melganzenvoet; witte ganzenvoet (Chenopodium album var. album) |
| shosagoto-所作事 | een dans of dansdrama opgevoerd op een Kabuki-podium |
| sutēji-ステージ | podium; toneel |
| takaashi-高足 | dubbel podium (van twee verdiepingen) |
| tōjō-登場 | (op het podium, scherm, etc.) opkomst; verschijning; optreden; (op de markt) intrede |
| tōtai-灯体 | verlichting in theater; toneellicht(en); podiumverlichting |
| yagura-櫓 | steiger, hoge (houten) stellage (voor bouwwerkzaamheden); hoog podium voor theater, e.d. |
| yuka-床 | grond; vloer; podium |