Kruisverwijzing
bakken
| lemma | meaning |
|---|---|
| aburaage-油揚げ | gebakken tofu |
| aburage-油揚 | gebakken tofu |
| aburu-炙る | grillen; roosteren; (aan)bakken |
| age-揚げ | gefrituurd; gebakken in olie |
| ageabura-揚げ油 | spijsolie; bakolie; olie om voedsel in te bakken |
| atsuyaki-厚焼き | het braden of bakken van een dikke plak |
| bakken-バッケン | (Noors: bakken) skihelling |
| chāhan-チャーハン | (Chinees) gerecht van gebakken rijst |
| chikin・raisu-チキン・ライス | gerecht van kip met gebakken rijst en tomatensaus |
| chūtohanpa-中途半端 | onvolledigheid; incompleet [halfbakken] zijn |
| dorai・karē-ドライ・カレー | droge curry (een gerecht van gebakken vlees en groenten met kerrie, zonder toevoeging van water) |
| furai-フライ | frituur; frituren; bakken |
| furesshu-フレッシュ | vers; pas geplukt [geoogst; gebakken] |
| hanninmae-半人前 | half [matig] werk leveren; halfslachtig [halfbakken] zijn |
| inakajiruko-田舎汁粉 | (plattelandse) zoete rode bonensoep met (gebakken) rijst cakes |
| iru-煎る | bakken; roosteren; grillen |
| itame-炒め | roergebakken; geroerbakt |
| itameru-炒める | roerbakken |
| kakimochi-欠き餅 | dungesneden gedroogde mochi (om te bakken) |
| kama-窯 | oven (voor pottenbakken, keramiek, glas, etc.) |
| kashoku-火食 | (het eten van) gekookt [gebakken] voedsel |
| kenchin-巻繊 | gehakte groenten (zoals daikon, wortels en shiitake) gebakken en samen met verkruimelde tofu gewikkeld in gedroogde tofuvellen en gefrituurd |
| kenchin-巻繊 | (arch.) zwarte sojascheuten gebakken in sesamolie, gewikkeld in gedroogde tofuvellen en gestoofd |
| kōdai-高台 | voetring (pottenbakken) |
| midiamu・rea-ミディアム・レア | (van vlees) halfrauw; kort gebakken |
| munieru-ムニエル | (voor het bakken) in bloem gewenteld ingrediënt (zoals vis b.v.) |
| namanie-生煮え | vaag [besluiteloos; halfbakken] zijn |
| namayake-生焼け | half gebakken [half geroosterd; halfgaar] zijn |
| okoge-お焦げ | aangebakken rijst; aangebrande rijstkorst |
| okonomiyaki-お好み焼き | Japanse pannenkoek, gebakken op een grillplaat, met groenten, vlees of vis naar keuze |
| omuraisu-オムライス | (omelet-rijst) gebakken rijst in een omelet |
| rakuyaki-楽焼き | raku aardewerk (met de hand gevormd en op lage temperatuur gebakken) |
| rea-レア | (van vlees) halfrauw; kort gebakken; saignant |
| sāmonsutēki-サーモンステーキ | (Eng.: salmon steak) gebakken zalmmoot |
| sansai-三彩 | aardewerk gemaakt met drie (maar soms ook twee of vier) soorten gekleurd glazuur, op lage temperatuur gebakken |
| shirayaki-白焼き | het bakken van vis zonder kruiden; vis gebakken zonder kruiden |
| shirayaki-白焼き | het keramiek bakken zonder glazuur; biscuitaardewerk |
| shiruko-汁粉 | zoete rode bonensoep met (gebakken) rijst cakes |
| shōseisuru-焼成する | bakken; stoken |
| shōsekkō-焼石膏 | gebakken gips; gips van Parijs |
| sobameshi-蕎麦飯 | een (okonomiyaki) gerecht van soba noedels en rijst, aan tafel gebakken op een metalen plaat |
| sotē-ソテー | sauteren (kookmethode: snel bakken op heet vuur) |
| suyaki-素焼き | het keramiek bakken zonder glazuur; biscuitaardewerk |
| tanmen-タンメン | Chinese noedelsoep met roergebakken vlees en groenten |
| tenmado-天窓 | een gerecht waarbij er op gebakken noedels (soba of udon) een (zacht) gekookt of gebakken ei wordt gelegd |
| tsuboyaki-壺焼き | het garen [bakken] in een aardewerken pot |
| tsukune-捏ね | (afk. voor) gebakken gehaktballetjes (vis of kip) |
| tsukuneyaki-捏ね焼き | gebakken gehaktballetjes (vis of kip) |
| uerudan-ウエルダン | doorbakken (van vlees) |
| yakeru-焼ける | afbranden; verbrand [gebakken; geroosterd] worden |
| yaki-焼き | het bakken; grillen; roosteren; braden |
| yakimeshi-焼き飯 | gebakken rijst |
| yakimochi-焼き餅 | gebakken rijstcake |
| yakinaoshi-焼き直し | het opnieuw bakken [braden; smeden] |
| yakinaosu-焼き直す | opnieuw bakken [braden; smeden] |
| yakitsuke-焼き付け | het (foto) printen; emailleren; pottenbakken; vergulden [verzilveren]; sinteren |
| yakitsukeru-焼き付ける | (foto) printen; emailleren; pottenbakken; branden; vergulden [verzilveren]; sinteren |
| yakizakana-焼き魚 | gebakken vis |