はじめる hajimeru
1 beginnen (met); starten; openen (een winkel, e.d.)
健康のために水泳を始め。
Terwille van mijn gezondheid ga ik (beginnen met) zwemmen.
九時に仕事を始め。
Ik begin met werken om 9 uur.
練習を始め
beginnen met oefenen [trainen]
商売を始め
een winkel [zaak] openen [beginnen]
2 weer [opnieuw] beginnen (met); herstarten
小言を始め
weer beginnen te preken
3 (gevoegd achter de renyōkei van een ander ww.) beginnen te...; gaan...
雨が降り始め。
Het begint te regenen.
泣き始め
beginnen te huilen; gaan huilen