Kruisverwijzing
liegen
| lemma | meaning |
|---|---|
| agekaji-上げ舵 | een ruk naar achteren aan de stuurknuppel van een vliegtuig (om het omhoog te laten vliegen) |
| ago-飛魚 | vliegende vis |
| akufu-悪婦 | een vrouw met een slecht [opvliegend] karakter [humeur; temperament] |
| amagakeru-天翔る | hoog vliegen; zweven |
| furaingu-フライング | vliegen; vlucht |
| furaingu-フライング | (zeilen, autoracen) vliegende start (i.t.t. stilstaande start) |
| furaingu-フライング | (fig.) vliegende start; goede start; goed [snel] van start gaan |
| furaingu・stāto-フライング・スタート | (fig.) vliegende start; goede start; goed [snel] van start gaan |
| furaingu・stāto-フライング・スタート | (zeilen, autoracen) vliegende start (i.t.t. stilstaande start) |
| gekkō-激昂 | opvliegendheid; razernij; grote opwinding |
| gekkōsuru-激昂する | opvliegend [heetgebakerd] zijn; een kort lontje hebben; snel aangebrand zijn |
| goaku-五悪 | de vijf hoofdzonden van het boeddhisme (doodslag, diefstal, overspel, liegen, teveel drinken) |
| gokai-五戒 | de vijf geboden van het Boeddhisme (gij zult niet: doden, stelen, overspel plegen, liegen, of teveel drinken) |
| haari-羽蟻 | vliegende [gevleugelde] mier(en) |
| haneari-羽蟻 | vliegende mier |
| hansō-帆走 | het vliegen (via de luchtstroom) |
| hentaihikō-編隊飛行 | het in formatie vliegen; formatievlucht |
| hichō-飛鳥 | een vliegende vogel; vogel in vlucht |
| hidan-飛弾 | projectiel; rondvliegende kogels |
| hien-飛燕 | een zwaluw tijdens de vlucht; vliegende zwaluw |
| hikin-飛禽 | vliegende vogel; vogel die kan vliegen |
| hikōshi-飛行士 | piloot; vlieger; vliegenier |
| hikōtei-飛行艇 | vliegboot; vliegende boot |
| hiyō-飛揚 | het hoog in de lucht (vliegen); vlucht |
| ienken-以遠権 | landingsrecht dat een luchtvaartmaatschappij toestaat om na aankomst in het land dat het reisdoel is, door te vliegen en te landen in een ander land |
| ikkokumono-一刻者 | heethoofd; koppig [opvliegend] persoon |
| ikkyoryōtoku-一挙両得 | twee vliegen in één klap |
| inkasuru-引火する | ontbranden; vlamvatten; in brand vliegen |
| issekinichō-一石二鳥 | (spreekwoord) twee vliegen in één klap slaan |
| itsuwaru-偽る | liegen; bedriegen; doen alsof; veinzen; vervalsen |
| kanpeki-癇癖 | heetgebakerdheid; opvliegendheid; een kort lontje; prikkelbaarheid |
| kasshōsuru-滑翔する | (door de lucht) zweven; zweefvliegen |
| keshitobu-消し飛ぶ | wegvliegen; (plotseling) spoorloos verdwijnen |
| kibaya-気早 | opvliegend [ongeduldig] karakter |
| kieuseru-消え失せる | (uit het zicht) verdwijnen; spoorloos verdwijnen; vervliegen |
| kimijika-気短 | opvliegendheid; lichtgeraaktheid; ongeduldigheid |
| kinohayai-気の早い | opvliegend; kortaangebonden; kortaf; lichtgeraakt |
| kōryō-亢竜 | hemelse [vliegende] draak |
| kōryū-亢竜 | hemelse [vliegende] draak |
| kūchūburanko-空中ブランコ | (vliegende) trapeze |
| kūchūkyokugeishi-空中ブランコ曲芸師 | (vliegende) trapezeartiest |
| mahha-マッハ | mach (verhouding tussen stromingssnelheid (b.v. bij het vliegen) en de snelheid van het geluid; vernoemd naar Ernst Mach) |
| mau-舞う | dwarrelen; ronddraaien; rondvliegen |
| moeageru-燃え上がる | ontvlammen; in de brand vliegen; in vlammen opgaan |
| moetsuku-燃え付く | in de brand vliegen; ontsteken; ontbranden; vuur [vlam] vatten |
| musasabi-鼯鼠 | witkelige vliegende eekhoorn (Petaurista leucogenys) |
| ou-追う | opjagen; doen vliegen (van vogels e.d.) |
| pairotto-パイロット | piloot; vlieger; vliegenier |
| rakugan-落雁 | een wilde gans die komt aanvliegen en neerstrijkt op een veld |
| sao-竿 | formatie-rij van vliegende ganzen |
| shukkasuru-出火する | brand uitbreken; vlam vatten; in brand vliegen; ontbranden |
| sōjūshi-操縦士 | piloot; vliegenier |
| sukaisupōtsu-スカイスポーツ | luchtsport(en) (zweefvliegen, ballonvaren, etc.) |
| surumeika-鯣烏賊 | vliegende inktvis (Todarodes pacificus) |
| tanki-短気 | opvliegend [driftig; ongeduldig] karakter [humeur] |
| tobiagari-飛び上がり | sprong; het opspringen; opstijgen; opvliegen; start (van vliegtuig) |
| tobiagaru-飛び上がる | springen; opspringen; opschrikken; opstijgen; opvliegen; starten (van vliegtuig) |
| tobichigau-飛び違う | rondvliegen; rondfladderen |
| tobichiru-飛び散る | wegvliegen; rondvliegen; alle kanten opvliegen |
| tobidasu-飛び出す | wegvliegen; uitvliegen |
| tobihi-飛び火 | rondvliegende vonken [vlammen]; zich verspreidend [overspringend] vuur |
| tobikau-飛び交う | rondvliegen; rondfladderen |
| tobimawaru-飛び回る | rondvliegen; rondcirkelen (in de lucht) |
| tobitatsu-飛び立つ | wegvliegen; opvliegen; de lucht invliegen |
| tobiuo-飛び魚 | vliegende vis |
| tobu-飛ぶ | vliegen; zweven; fladderen |
| tobu-飛ぶ | vervliegen; rondvliegen; verspreid [verstrooid] worden |
| tsukkomu-突っ込む | (snel of hard) induiken; invliegen; inrammen; opbotsen; bestormen; aanvallen |
| yūfō-ユーフォー | ongeïdentificeerd vliegend voorwerp (unidentified flying object) |
| yūgun-遊軍 | reservetroepen; mobiele eenheid; vliegende brigade |