Kruisverwijzing
training
| lemma | meaning |
|---|---|
| ango-安居 | varsika (een term voor Boeddhistische training en meditatie gedurende een periode van 90 dagen) |
| bukka-仏果 | (boeddh.) nirwana; Verlichting (bereikt door boeddhistische training) |
| butsukarigeiko-ぶつかり稽古 | training (van worstelen en judo) met afwisselend duwen en geduwd worden |
| ekusasaizu-エクササイズ | oefenen; oefening; lichaamsbeweging; training |
| enbu-演舞 | danstraining; dansoefening |
| fittonesu-フィットネス | fitness-training; oefeningen om fit te worden [blijven] |
| furī・battingu-フリー・バッティング | (Eng.: free batting) slagtraining (honkbal) |
| gakuchi-学地 | studieplaats (voor wetenschap en spirituele training) |
| gyō-行 | religieuze (boeddhistische) training [discipline]; ascetisme |
| ikusei-育成 | opvoeding; vorming; opleiding; onderricht; training |
| insutorakushon-インストラクション | instructie; onderricht; training; aanwijzingen; voorschrift |
| jimu-ジム | gymzaal; gymnastieklokaal; trainingszaal; sportschool |
| jimunajiumu-ジムナジウム | gymzaal; gymnastieklokaal; trainingszaal; sportschool |
| jisshū-実習 | practicum; praktijkscholing; praktijkgerichte training (tijdens werktijd) |
| kaigunhikōyokarenshūsei-海軍飛行予科練習生 | de opleiding [training] voor piloten bij de Japanse marine |
| kangeiko-寒稽古 | wintertraining (vechtsporten) |
| kashō-和尚 | (erenaam voor) boeddhistische priester met spirituele training (deze lezing wordt m.n. gebruikt bij het Tendai boeddhisme) |
| keiko-稽古 | oefening; training |
| keikodai-稽古台 | trainingsruimte; oefenruimte (met houten vloer) |
| keikodai-稽古台 | trainingspartner; oefenpartner |
| keikogi-稽古着 | trainingspak; trainingsjas (bij judō, kendō etc.) |
| kenshū-研修 | training; oefening; studie |
| kenshūkai-研修会 | studiebijeenkomst; trainingscursus |
| kunren-訓練 | oefening; training; scholing |
| kyōdōkunren-共同訓練 | (van strijdkrachten) gemeenschappelijke training [oefening] |
| kyōkagasshuku-強化合宿 | trainingskamp |
| kyūdō-弓道 | (Japans) boogschieten (vooral voor mentale training) |
| kyūkyūkyūmeishi-救急救命士 | ambulancepersoneel met een medische basistraining |
| minarau-見習う | stage [training] volgen |
| mugon-無言 | (afk. van mugonnogyō) religieuze [ascetische] training zonder woorden [in stilte] |
| mugonnogyō-無言の行 | religieuze [ascetische] training zonder woorden [in stilte] |
| naraigoto-習い事 | les [onderricht; onderwijs; training] van een technische vaardigheid [kunstvorm, e.d] bij een meester [specialist] |
| nīto-ニート | (not in employment, education or training) een jongere die niet studeert of werkt |
| oikiri-追い切り | (bij paarden) een trainingsrace; testrit (om de conditie van het paard vast te stellen voor de echte race) |
| oikirichōkyō-追い切り調教 | een snelheidstraining (van paarden) |
| okonai-行い | boeddhistische dienst; boeddhistische training |
| oshō-和尚 | (erenaam voor) boeddhistische priester met spirituele training (deze lezing wordt m.n. gebruikt bij het Zen boeddhisme) |
| renshū-練習 | oefening; training |
| rōdowāku-ロードワーク | wegtraining; looptraining op de weg |
| samu-作務 | dagelijkse arbeid in een zen-tempel (zoals landbouw, schoonmaakwerk, e.d. als onderdeel van de boeddhistische training) |
| sheipu・appu-シェイプ・アップ | training (om een goede conditie [goed figuur] te krijgen) |
| shēpu・appu-シェープ・アップ | training (om een goede conditie [goed figuur] te krijgen) |
| shītonokku-シートノック | (honkbal) veldtraining |
| shōgaigakushū-生涯学習 | levenslange training [oefening] (in technische vaardigheden, kunstvormen, e.d.) |
| shūchūkōza-集中講座 | intensieve cursus; intensieve training |
| shūdō-修道 | religieuze training |
| shūgyō-修業 | training ter uitbreiding van kennis en vaardigheden; afronding [voltooiing] van een opleiding |
| shugyō-修行 | training; ascetische discipline [praktijken] |
| shūren-修練 | geestelijke en technische training (in kunstvormen, vechtkunsten e.d.) |
| soyō-素養 | basistraining; opleiding; verworven kennis [vaardigheid] |
| taiikukan-体育館 | gymnasium; gymzaal; trainingszaal; sportschool |
| taikyō-胎教 | prenatale zorg; zwangerschapstraining |
| tanren-鍛練 | geestelijke en lichamelijke training [discipline] |
| tenarashi-手慣らし | oefening; training; warming-up; het (iets) uitproberen |
| tokkun-特訓 | intensieve training; stoomcursus |
| ton-頓 | (boeddh.) in één keer de verlichting bereiken (zonder voorproces van studie en training) |
| torēningu・pantsu-トレーニング・パンツ | trainingsbroek; joggingbroek |
| torepan-トレパン | trainingsbroek; joggingbroek |
| tsūbō-痛棒 | stok gebruikt tijdens Zen meditatie training (om onoplettende leerlingen een tik te geven) |
| udetatefuse-腕立て伏せ | push-ups; opdrukken (training) |
| undō-運動 | lichaamsbeweging; (conditie)training; oefening(en) |
| wajō-和尚 | (erenaam voor) boeddhistische priester met spirituele training (deze lezing wordt m.n. gebruikt bij het Shingon boeddhisme) |
| yamagomori-山籠もり | afzondering [ascetische training] in de bergen; retraite |
| yokaren-予科練 | de opleiding [training] voor piloten bij de Japanse marine |
| yōsei-養成 | training; opleiding; scholing; opvoeding |
| zengaku-禅学 | de leer [doctrines] en training van het zenboeddhisme |
| zuda-頭陀 | ascetische training [oefeningen] |