adeyaka-艶やか | aantrekkelijk; bekoorlijk; glamoureus |
deredere-でれでれ | (onomatopee) verliefd [amoureus] zijn |
derederesuru-でれでれする | (onomatopee) verliefd [amoureus] zijn; flirten; vleien |
gakushi-学士 | bachelor (BA); baccalaureus (laagste academische graad) |
genkaku-厳格 | strikt [stipt; streng; rigoureus] zijn |
guramarasu-グラマラス | glamoureus |
hamo-鱧 | Batavia snoekaal (Muraenesox cinereus) |
ichidai-一大 | (als voorvoegsel) belangrijk; enorm; reusachtig |
jaianto-ジャイアント | reus; grote man |
jōbitaki-尉鶲 | spiegelroodstaart (zangvogel, Phoenicurus auroreus) |
kyojin-巨人 | reus; grote man |
ōotoko-大男 | grote [lange] man; reus |
ōrudo・bōi-オールド・ボーイ | oudje; oude man; oudeheer; ouwe reus; oude vriend |
ōshokubudōkyūkin-黄色ブドウ球菌 | Stafylococcus aureus |
susamajii-凄まじい | enorm; groots; reusachtig |
totetsumonai-途轍もない | enorm; reusachtig; buitensporig; extreem; extravagant |
yūkō-有孔 | poreus zijn |