| genzoku-還俗 | uittreding uit een religieus ambt en toetreding tot een wereldlijke functie |
| goshintō-御神灯 | licht gebruikt als religieus offer |
| kuēkā-クエーカー | quaker (lid van de Quakers, een religieus genootschap) |
| makkōkusai-抹香臭い | (fig.) het ruiken naar religie; erg religieus [vroom] zijn |
| mushūkyō-無宗教 | irreligieus [niet-religieus] zijn |
| nanafushigi-七不思議 | zeven wonderen (binnen een bepaalde regio, in Japan m.n. religieus relevante natuurverschijnselen) |
| sairei-祭礼 | religieus feest [festival] |
| seika-聖歌 | hymne; geestelijk [religieus] lied [gezang] |
| shūkyōteki-宗教的 | godsdienstig; religieus |