Kruisverwijzing
luit
lemma | meaning |
---|---|
ageuma-上げ馬 | het laatste paard als afsluiting bij een wedstrijd boogschieten te paard |
aihansuru-相反する | contrasteren; conflicteren; in tegenspraak zijn; elkaar wederzijds uitsluiten |
ainakabasuru-相半ばする | in evenwicht zijn; salderen; sluitend zijn (balans); tegen elkaar afstrepen |
akeshime-開け閉め | het openen en sluiten |
aketate-開け閉て | het openen en sluiten |
akushu-握手 | een (handdruk ter) verzoening [vrede-sluiting]; samenwerking |
amiage-編み上げ | vetersluiting |
anorakku-アノラック | anorak, winddicht jack met capuchon (zonder voorsluiting) |
aporia-アポリア | aporie; besluiteloosheid; radeloosheid; onoplosbaar probleem |
aru-有る | bevatten; omvatten; insluiten |
asameshimae-朝飯前 | heel gemakkelijk; een fluitje van een cent; kinderspel |
ashibue-葦笛 | rietpijp; rietfluit |
ayumiyoru-歩み寄る | een compromis sluiten; halfweg tegemoet komen |
benten-弁天 | Benten (= Benzaiten), godin van muziek, welsprekendheid en kunst (meestal afgebeeld met een luit; 1 van de 7 geluksgoden uit de Japanse mythologie) |
benzaiten-弁財天 | Benzaiten, godin van muziek, welsprekendheid en kunst (meestal afgebeeld met een luit), 1 van de 7 geluksgoden uit de Japanse mythologie |
biwa-琵琶 | biwa (Japanse luit) |
bodīsūtsu-ボディースーツ | bodysuit (kledingstuk dat nauw om het lichaam sluit); damesondergoed dat uit 1 stuk bestaat |
boikotto-ボイコット | boycot; uitsluiting van maatschappelijk of handelsverkeer |
bokuteki-牧笛 | herdersfluit |
charumera-チャルメラ | schalmei (fluit) |
chinza-鎮座 | omsluiting; insluiting; omhulling; als schrijn dienen |
chōkā-チョーカー | korte [nauwsluitende] halsketting |
chōkeshi-帳消し | afschrijven (van een schuld); salderen; vereffening van de rekeningen; afsluiting van de boeken |
chokusai-直截 | direct [regelrecht; eerlijk; resoluut; besluitvaardig] zijn |
chokusai-直裁 | een direct [onmiddellijk; regelrecht] besluit [oordeel] |
chokusetsu-直截 | direct [regelrecht; eerlijk; resoluut; besluitvaardig] zijn |
chūcho-躊躇 | aarzeling; besluiteloosheid |
chūchosuru-躊躇する | aarzelen; weifelen; besluiteloos zijn; twijfelen |
chūi-中尉 | (eerste) luitenant; onderluitenant |
chūjō-中将 | luitenant-generaal; viceadmiraal |
daku-抱く | omhelzen; omarmen; in de armen sluiten [dragen] |
dakyōsuru-妥協する | een compromis sluiten; schikken |
dan-断 | besluit; beslissing; oordeel |
danketsuken-団結権 | het recht van arbeiders om zich te verenigen [zich aan te sluiten bij een vakbond] |
danzuru-断ずる | besluiten; beslissen; bepalen |
deddorain-デッドライン | deadline; tijdslimiet; sluitingsdatum |
deshijon・mēkingu-デシジョン・メーキング | besluitvorming |
dōfūsuru-同封する | bijsluiten; insluiten; bijvoegen |
dokai-土塊 | een kluit aarde; een klomp klei |
dokubōkankin-独房監禁 | eenzame opsluiting |
dokudan-独断 | eigen oordeel [besluit; beslissing; mening] |
fasunā-ファスナー | rits; ritssluiting |
finisshu-フィニッシュ | beëindiging; voltooiing; afwerking; sluiting |
fōkaru・purēn・shattā-フォーカル・プレーン・シャッター | spleetsluiter (fotografie) |
fū-封 | zegel; sluiting |
fuchi-付置 | aansluiting; verbinding; aanhechting |
fudan-不断 | besluiteloosheid |
fue-笛 | blaasinstrument; fluit; pijp |
fue-笛 | fluitje; fluitsignaal |
fūjikomeru-封じ込める | insluiten; opsluiten; iets ergen indoen en afsluiten [verzegelen] |
fujin-不尽 | (afsluitende uitdrukking aan het einde van een brief, aangevend dat nog niet alles is gezegd) wordt vervolgd; ik schrijf u weer; hoogachtend |
fūjiru-封じる | verzegelen (v.e. brief, e.d.); afsluiten; vastzetten |
fungiri-踏ん切り | besluit; bepaling; vaststelling; vastbeslotenheid |
funmon-噴門 | maagmond of cardia (de aansluiting van de slokdarm op de maag) |
furebumi-触れ文 | (Edo periode) algemene kennisgeving aan de bevolking (van een regeling, besluit, bevel, e.d.) |
furegaki-触れ書き | (Edo periode) algemene kennisgeving aan de bevolking (van een regeling, besluit, bevel, e.d.) |
furūto-フルート | fluit |
fusagu-塞ぐ | sluiten (ogen, mond, e.d.) |
fushitsu-不悉 | (afsluitende uitdrukking aan het einde van een brief, aangevend dat nog niet alles is gezegd) wordt vervolgd; ik schrijf u weer; hoogachtend |
fuzoku-付属 | toevoeging; aansluiting (bij) |
gakushi-学資 | schooluitgaven; opleidingsfonds |
gengo-言語 | taal; taaluiting; woorden |
genpū-厳封 | het verzegelen; afsluiten |
genpūsuru-厳封する | verzegelen; (compleet; stevig) afsluiten |
giketsu-議決 | besluit; beslissing; resolutie |
gokurakutonbo-極楽蜻蛉 | een zorgeloze ziel; flierefluiter; vrolijke frans |
gōteki-号笛 | hoorn; sirene; toeter; seinfluit |
goyōosame-御用納め | eindejaarsluiting van de overheidsdiensten (meestal 28 dec.) |
haigyō-廃業 | opheffing [sluiting] van een zaak [beroepspraktijk] |
haijo-排除 | verwijdering; uitsluiting; wering |
haikan-廃館 | sluiting (van een museum; theater, bioscoop, etc.) |
hairu-入る | lid worden (van); zich aansluiten bij; zich in een bepaalde wereld [kring] begeven |
haita-排他 | uitsluiting; uitzondering |
haitateki-排他的 | uitsluitend; exclusief |
haizan-廃山 | sluiting van een mijn; een verlaten mijn |
haizansuru-廃山する | een mijn sluiten [verlaten] |
hakushijakkō-薄志弱行 | een zwak karakter; besluiteloosheid; gebrek aan wil [ondernemersgeest] |
handan-判断 | vonnis; oordeel; besluit |
harai-祓い | rituele reiniging; exorcisme; duiveluitdrijving |
hatsukausagi-二十日兎 | fluithaas; pika |
hayajimai-早仕舞い | vroege (winkel)sluiting; vroeg stoppen met werken |
hazusu-外す | losmaken; openmaken; ontsluiten; afdoen; uitdoen |
heiin-閉院 | sluiting van een ziekenhuis of andere medische instelling |
heiin-閉院 | vroeger de naam voor de sluiting [sluitingsceremonie] van de parlementaire sessies |
heikai-閉会 | sluiting (van een vergadering, bijeenkomst, etc.); reces; schorsing |
heikaishiki-閉会式 | sluitingsceremonie |
heikan-閉館 | het dichtgaan [sluiten] (van een bioscoop, museum, bibliotheek etc.) |
heikan-閉館 | opheffing; sluiting |
heikanjikan-閉館時間 | sluitingstijd |
heikō-閉校 | schoolsluiting (tijdelijk of voorgoed) |
heimon-閉門 | het sluiten van de poort |
heisa-閉鎖 | afsluiting; sluiting; opheffing; stopzetting |
heisasuru-閉鎖する | afsluiten; opheffen; stopzetten |
heishiki-閉式 | beëindiging [afsluiting; afronding] van een ceremonie [plechtigheid] |
heisho-閉所 | (van instellingen, e.d.) het stoppen met activiteiten; totale sluiting |
heisoku-閉塞 | blokkade; afsluiting; versperring; belemmering; hindernis; obstructie |
heisokukan-閉塞感 | gevoel van stagnatie [beperking; opsluiting] |
heisokusei-閉塞性 | een belemmering; blokkering; afsluiting |
heisokusuru-閉塞する | blokkeren; afsluiten; belemmeren; verhinderen |
heiten-閉店 | sluiting(stijd) van een winkel (voor de dag) |
heiten-閉店 | sluiting [opdoeking; opheffing)] van een winkel |
hike-引け | sluiting van een zaak [sessie]; einde van een werkdag, [schoolperiode, etc] |
hikedoki-引け時 | sluitingstijd (bedrijf, school, e.d.) |
hikegiwa-引け際 | sluitingstijd; vertrektijd (van kantoor naar huis) |
hikeru-引ける | sluiten; voorbij [uit; afgelopen] zijn |
hitoeni-偏に | volledig, uitsluitend; geheel |
hittingu-ヒッティング | (honkbal) de bal (voluit) slaan (i.t.t. een stootslag geven) |
hiyoku-比翼 | gulpsluiting (van kleding) |
hiyokushitate-比翼仕立て | gulpsluiting (van kleding) |
hiyorimi-日和見 | opportunisme; afwachtende houding; besluiteloosheid; de kat uit de boom kijken |
hōi-包囲 | (mil.) omsingeling; belegering; insluiting |
hoissuru-ホイッスル | fluit; fluitje |
hongimari-本決まり | (formele) definitieve beslissing; vaststaand besluit |
honshiken-本試験 | eindexamen; afsluitend examen |
hoozuki-酸漿 | een kelkblad van de lampionplant dat fungeert als fluitje waar kinderen op blazen |
hozonbukuro-保存袋 | hersluitbaar bewaarzakje (vaak van plastic) |
ichinenhokki-一念発起 | besluit om Boeddhistische monnik te worden |
ikkai-一塊 | brok; klont; klomp; kluit |
ishikettei-意思決定 | besluitvorming |
ishizuki-石突き | de harde basis(kluit] van een groepje paddenstoelen |
jippā-ジッパー | ritssluiting; rits |
jō-定 | besluit; beslissing; vaststelling |
jogai-除外 | uitzondering; uitsluiting |
jogaijōkō-除外条項 | uitsluitingsclausule; uitsluitingsartikel |
jōi-攘夷 | afkeer [uitsluiting] van vreemdelingen [buitenlanders] (in Japan m.n. in de Bakumatsu periode, 1853-1868) |
josuru-除する | verwijderen; elimineren; uitsluiten |
kabura-鏑 | (afk. voor) een pijl met een fluitje aan de pijlpunt, dat geluid maakt als de pijl wordt afgeschoten; werd gebruikt door samoerai in het feodale Japan |
kaburaya-鏑矢 | een pijl waar aan de punt een fluitje is bevestigd (dat geluid maakt als de pijl wordt afgeschoten; werd gebruikt door samoerai in het feodale Japan) |
kaihei-開閉 | het openen en sluiten |
kaijō-開錠 | ontgrendeling; ontsluiting |
kaitouranma-快刀乱麻 | (vakkundige) besluitvaardigheid |
kakitsukusu-書き尽くす | voluit schrijven; alles opschrijven [beschrijven] |
kakoi-囲い | insluiting; afzondering |
kakomu-囲む | insluiten; omringen; omcirkelen; omheinen; omvatten |
kakutei-確定 | besluit; beslissing; bepaling; vastlegging; vaststelling |
kakuteisuru-確定する | besloten [bepaald; vastgesteld] worden; besluiten; vastleggen; ratificeren |
kan-管 | een woord om voorwerpen zoals fluiten en penselen te tellen |
kanban-看板 | het sluiten (van een winkel, restaurant, e.d.); sluitingstijd |
kanbun-漢文 | een Japanse tekst die uitsluitend uit kanji (Chinese karakters) bestaat |
kankin-監禁 | opsluiting; hechtenis; internering |
kanpū-完封 | blokkade; obstructie; blokkering; afsluiting |
kanyū-加入 | toetreding; aansluiting; lidmaatschap; inschrijving |
kanyūsuru-加入する | toetreden; zich aansluiten; lid worden |
karamitsuku-絡みつく | (om)strengelen; omvatten; omsluiten |
katamari-塊 | kluit (aarde); brok; homp (vlees) |
keigu-敬具 | Hoogachtend (formele standaarduitdrukking om een brief af te sluiten) |
keiteki-警笛 | alarmfluit; (ge)toeter; (mist)hoorn |
keiyakusuru-契約する | contracteren; een contract afsluiten |
kēna-ケーナ | quena (de traditionele fluit van de Andes) |
kessan-決算 | afsluiting (in de boekhouding van het kasboek) |
kesshin-決心 | beslissing; voornemen; besluit |
kesshinsuru-決心する | beslissen; besluiten; zich voornemen |
ketoru-ケトル | ketel; waterketel; fluitketel; waterkoker |
ketsugi-決議 | besluit; beslissing; resolutie |
ketsui-決意 | besluit; (vast) voornemen; bedoeling; vastberadenheid |
ketsumei-結盟 | het aangaan van een alliantie [bondgenootschap]; het sluiten van een verbond |
kettei-決定 | beslissing; besluit; vaststelling |
ketteisuru-決定する | beslissen; besluiten; vaststellen |
kimayoi-気迷い | besluiteloosheid |
kimeru-決める | beslissen; vaststellen; besluiten |
kingoku-禁獄 | gevangenschap; opsluiting. |
kingokusuru-禁獄する | gevangen zetten; opsluiten |
kinko-禁固 | gevangenisstraf; gevangenneming; opsluiting; hechtenis |
kinpaku-謹白 | (briefsluiting) hoogachtend |
kinsoku-禁足 | opsluiting; huisarrest; bewegingsbeperkende maatregel; disciplinaire straf (b.v. waarbij politie-ambtenaren alleen kantoorwerk mogen doen) |
kirinō-切り能 | vijfde en laatste (afsluitende) stuk van een dagvoorstelling in het Nō-theater |
kisuru-期する | besluiten; (vooraf) beslissen; een besluit nemen |
kīsutōn-キーストーン | hoeksteen; sluitsteen |
kiteki-汽笛 | een stoomfluit |
kiteki-汽笛 | het geluid van een stoomfluit |
kōkansuru-交歓する | beleefdheden uitwisselen; verbroederen; vriendschap sluiten |
kōkin-拘禁 | gevangenis; hechtenis; opsluiting |
komoru-籠る | zichzelf opsluiten [afzonderen]; binnen blijven |
kuchibue-口笛 | (met de mond) het fluiten; gefluit; fluitje |
kuinabue-水鶏笛 | een fluit om watervogels te lokken |
kumu-組む | (zich) verenigen; samengaan; aansluiten (bij) |
kurikomu-繰り込む | bevatten; insluiten; inbegrepen zijn |
kuru-繰る | (open)schuiven; (één voor één) openen [sluiten] (luiken, e.d.) |
kusabue-草笛 | rietfluit; riet [tong] (van blaasinstrument) |
kutsugaesu-覆す | (een besluit, e.d.) overrulen; terzijde schuiven; verwerpen |
kyappu-キャップ | dop; beschermkapje; sluiting |
kyūjō-休場 | sluiting van een theater, circus, attractie, etc. |
kyūkan-休館 | sluiting [het gesloten zijn] (van een gebouw, zoals een museum, bibliotheek, etc.) |
kyūkanbi-休館日 | sluitingsdag; dag dat iets gesloten is (van een museum, etc.) |
kyūkō-休校 | (tijdelijke) schoolsluiting |
maeaki-前開き | (bij kleding) opening (en sluiting) aan de voorkant |
maebike-前引け | sluiting van de ochtendsessie (handel) |
maruchibokkusu-マルチボックス | multibox (draagbare aansluitingsdoos met meerdere connectoren) |
mateki-魔笛 | toverfluit |
mateki-魔笛 | De Toverfluit (Die Zauberflöte, opera van Mozart) |
matsubi-末尾 | (van documenten, e.d.) het einde; het laatste stuk [deel]; de afsluiting |
mayoibashi-迷い箸 | eetstokjes die men besluiteloos van gerecht naar gerecht beweegt zonder iets te nemen (onjuist gebruik van eetstokjes) |
meutsuri-目移り | afgeleid zijn; gebrek aan concentratie; besluiteloosheid |
mippei-密閉 | hermetische afsluiting; het goed [hermetisch; luchtdicht] afsluiten |
misejimai-店仕舞い | het voorgoed sluiten van [stoppen met] een winkel [zaak; bedrijf] |
misejimai-店仕舞い | het sluiten van een winkel (op een bepaalde tijd van de dag) |
missen-密栓 | het afdoppen [hermetisch afsluiten; verzegelen]; luchtdichte stop |
missensuru-密栓する | afdoppen; (hermetisch) afsluiten; verzegelen |
mizenkei-未然形 | (taalkunde) mizenkei (irrealis vorm; gebruikt als aansluitvorm voor optatief, negatief, passief, causatief) |
mogaribue-虎落笛 | het fluitende geluid van een winterse wind die door een bamboe hek waait |
mukyū-無休 | (van winkels, bedrijven, etc) het hele jaar geopend zijn (geen sluitingsdagen) |
murahachibu-村八分 | uitsluiting uit de dorpsgemeenschap |
naitei-内定 | informeel [inofficieel] [aanbod; besluit]; voorlopige beslissing |
nakagiri-中限 | transactie waarvan de leveringsdatum is in de volgende maand na het sluiten van het verkoopcontract |
nakamairi-仲間入り | het zich aansluiten bij [toetreding tot] (een groep) |
nakigoe-鳴き声 | dierengeluiden (geblaf, gehinnik, gekwaak, gefluit, gemiauw, etc.) |
narasu-鳴らす | laten klinken (rinkelen; bellen; fluiten; klappen; rammelen, etc.) |
nareau-馴れ合う | vriendschap sluiten; goed kunnen opschieten met elkaar; intiem worden; een geheime relatie aangaan |
naritatsu-成り立つ | (een deal) sluiten; voltooien; afronden; tot een overeenkomst komen |
nikuhaku-肉薄 | het dichterbij komen; dicht benaderen; insluiten; achtervolgen; inhalen |
nokeru-退ける | uitsluiten; wegnemen; weglaten |
nozoku-除く | uitzonderen; uitsluiten; weglaten; overslaan; (fig.) aan de kant zetten |
nyūbu-入部 | toetreding; aansluiting; inschrijving (bij een club, e.d.) |
nyūtō-入党 | het zich aansluiten bij [toetreden tot] een politieke partij |
ōbō-王法 | koninklijk besluit |
ochanoko-お茶の子 | een makkelijk klusje; een makkie; een fluitje van een cent |
ofuregaki-御触書 | (Edo periode) algemene kennisgeving aan de bevolking (van een regeling, besluit, bevel, e.d.) |
oikomu-追い込む | ergens in jagen; insluiten |
omoiamaru-思い余る | niet meer weten wat te doen; besluiteloos zijn; iets niet meer kunnen volhouden |
omoitatsu-思い立つ | bedenken; van plan zijn; besluiten; beslissen; een besluit [beslissing] nemen |
omunibasu-オムニバス | (boek) omnibus; verzameluitgave |
oogiri-大切り | einde; afsluiting; afronding |
oriau-折り合う | een overeenkomst bereiken; tot een akkoord komen; een compromis sluiten |
oshikomeru-押し込める | instoppen; induwen; inpersen; stouwen; opsluiten |
oshikomu-押し込む | inproppen; insteken; instoppen; binnenduwen; opsluiten |
oshimai-お仕舞い | het sluiten; beëindigen |
oshimai-お仕舞い | einde; afsluiting; slot |
oshite-押し手 | de linkerhand bij het bespelen van snaarinstrumenten zoals luit, citer, e.d. |
pakupaku-ぱくぱく | (onomatopee) herhaaldelijk openend en sluitend (van de mond); naar lucht happend |
panpaipu-パンパイプ | panfluit |
parōru-パロール | (een term van de taalkundige Ferdinand de Saussure) taaluiting; woorden (concreet taalgebruik) |
patchi-パッチ | strakke [nauwsluitende] broek |
piripiri-ぴりぴり | (onomatopee) fluitend (geluid) |
puragu-プラグ | plug; stekker; aansluiting |
pyūpyū-ぴゅうぴゅう | (onomatopee) scherp [schril] [hoog] fluitend geluid van wind of projectielen |
raku-絡 | (in kanji combinaties) verbinding; verband; verstrengelen; bij elkaar blijven; aansluiten |
renzu・shattā-レンズ・シャッター | lens sluiter (camera) |
rīdo-リード | rietfluit; rietje (van blaasinstrument) |
rikōdā-リコーダー | blokfluit |
rīku-リーク | lekkage (van electriciteit); stroomlekkage; kortsluiting |
rikushō -陸将 | (militaire rang) luitenant-generaal |
ringi-稟議 | besluitvorming via circulerende memo's binnen een bedrijf (i.p.v. vergaderen) |
rōjō-籠城 | opsluiting [opgesloten zitten] in huis; binnenshuis blijven |
rokku-ロック | slot; op slot doen; afsluiten |
ryūto-リュート | luit (snaarinstrument) |
sa-鎖 | (in kanji combinaties) ketting; slot; vergrendeling; sluiting |
sadameru-定める | beslissen; besluiten; bepalen; vastleggen (datum, afspraak) |
sakoku-鎖国 | afsluiting van het land (duidt op de periode dat Japan zich had afgesloten van de rest van de wereld, met uitzondering van Nederland en China) |
sandanronpō-三段論法 | syllogisme; sluitrede |
sankai-散会 | opheffing van een bijeenkomst; sluiting van een vergadering |
seidan-聖断 | keizerlijk besluit |
seirei-政令 | regeringsverordening; kabinetsbesluit |
seiyaku-成約 | het afsluiten van een contract |
sejō-施錠 | vergrendeling; sluiting |
setsuzoku-接続 | verbinding; aansluiting; lasnaad; knooppunt |
setsuzokusuru-接続する | verbinden; aansluiten; samenvoegen; vastmaken |
settoōru-セットオール | gelijke stand in sets bij tennis, tafeltennis, e.d. (waarna een afsluitende set wordt gespeeld om een winnaar aan te wijzen) |
shakuhachi-尺八 | Japanse bamboefluit (met 5 gaatjes) |
shattā-シャッター | rolluik; sluiter (camera) |
shattā・chansu-シャッター・チャンス | beste sluitertijd om een foto te nemen |
shattoauto-シャットアウト | uitsluiting |
shikekomu-しけ込む | zich ergens terugtrekken; zichzelf opsluiten [afzonderen] |
shimai-仕舞い | einde; afsluiting; voltooiing |
shimaru-閉まる | dichtgaan; (zich) sluiten |
shimau-仕舞う | sluiten; ophouden (met) |
shime-締め | afronding; afsluiting; voltooiing |
shimekiribi-締め切り日 | sluitingsdatum; deadline |
shimeru-閉める | dichtdoen; dicht maken; sluiten; beëindigen |
shingenbukuro-信玄袋 | een stoffen draagtas (met platte bodem en een touwsluiting) |
shīringu-シーリング | verzegeling; afsluiting |
shīsu・shiruetto-シース・シルエット | recht [nauwsluitend] silhouet (van kleding) |
shōrei-省令 | ministrieel besluit; ministeriële verordening |
shōto-ショート | (short circuit) kortsluiting |
shōto・sākitto-ショート・サーキット | kortsluiting |
shūgi-衆議 | publieke discussie; volksraadpleging; meerderheidsbesluit |
shūgyō-終業 | einde van de werkdag; kantoor sluitingstijd |
shūkan-収監 | opsluiting; gevangenzetting; insluiting; detentie; internering |
shūketsu-終結 | einde; slot; afsluiting |
shunjun-逡巡 | aarzeling; besluiteloosheid |
shūryō-終了 | einde; afsluiting; conclusie; beëindiging; voltooiing |
shūsoku-終息 | beëindiging; afsluiting (m.n. van een moeilijke situatie) |
sōsō-草草 | korte slotzin (als afsluiting in een brief, voorafgaande aan de ondertekening) |
suimei-吹鳴 | (het) fluiten; blazen op een fluit, e.d. |
sunappu-スナップ | drukknoop (kleding; knipsluiting) |
suritto・kamera-スリット・カメラ | een camera zonder sluiter, maar met een smalle spleet waar het licht doorheen valt (stripfotografie of spleetfotografie) |
taii-大尉 | kapitein (bij het leger); luitenant (bij de marine) |
taito-タイト | strak; nauwsluitend |
tamerau-躊躇う | aarzelen; weifelen; besluiteloos zijn; twijfelen |
tāminaru-ターミナル | (techniek) aansluitklem; contactklem |
tanraku-短絡 | kortsluiting |
tanrakusuru-短絡する | kortsluiten |
tanshi-端子 | klem; poort; aansluiting; terminal (computer) |
tatebue-縦笛 | blokfluit |
teiketsu-締結 | afsluiting; totstandkoming |
teki-笛 | (Chinese) fluit |
tēru・endo-テール・エンド | achterste deel; sluitstuk; uiteinde |
tetsuan-鉄案 | een onherroepelijke [definitieve] beslissing; onwrikbaar besluit |
togikai-都議会 | hoofdstedelijke vergadering (het besluitvormende orgaan van het stadsbestuur van Tokio) |
tojikomeru-閉じ込める | opsluiten |
tojikomoru-閉じ籠もる | zich afzonderen; zich opsluiten |
tojimari-戸締まり | (af)sluiting; vergrendeling; het sluiten; op slot doen |
tojiru-閉じる | sluiten; dichtdoen; afsluiten |
tomegane-留め金 | gesp; sluiting |
tomegu-留め具 | sluiting; gesp; haak; knip; grendel; veerslot (van een deur) |
torappu-トラップ | sifon; stankafsluiter (in leidingen) |
torappu-トラップ | stoomafsluiter |
torikomeru-取り籠める | (iem.) opsluiten; insluiten |
torimaku-取り巻く | omringen; omcirkelen; insluiten |
torimusubu-取り結ぶ | beëindigen; afsluiten |
torinokeru-取り除ける | uitsluiten; uitzonderen; een uitzondering maken |
tsubomu-窄む | smaller worden; samentrekken; krimpen; zich sluiten |
tsuchikure-土塊 | een kluit aarde; een klomp klei |
tsumahajiki-爪弾き | uitsluiting; minachting; verwerping; versmading |
tsumahajikisuru-爪弾きする | schuwen; mijden; ontlopen; uitsluiten; minachten; verwerpen; versmaden |
tsume-詰め | einde; sluitstuk; laatste stadium |
uchidasu-打ち出す | afsluiten; beëindigen |
ujiuji-うじうじ | (onomatopee) aarzelend; besluiteloos |
waiyaresukyūden-ワイヤレス給電 | draadloze voeding [elektriciteitsaansluiting] |
yobiko-呼び子 | fluitje (om iemand te waarschuwen of roepen) |
yobuko-呼ぶ子 | fluitje (om iemand te waarschuwen of roepen) |
yokobue-横笛 | dwarsfluit |
yoshibue-葦笛 | rietpijp; rietfluit |
yūhei-幽閉 | hechtenis; detentie; opsluiting |
yūjūfudan-優柔不断 | besluiteloosheid |
yūseigachi-優勢勝ち | (judo) overwinning door overmacht [bij scheidsrechter's besluit] |
yūsen-有線 | (afk. voor) kabeluitzending |
yūsenhōsō-有線放送 | kabeluitzending |
yūshū-幽囚 | gevangenneming; opsluiting |
yū・esu・bī-ユー・エス・ビー | USB (universele seriële bus, standaard voor de aansluiting van randapparatuur op computers) |
zagane-座金 | metalen sluitring |
zairyō-材料 | feiten; bewijsvoering; basis (voor een besluit); motivering |
zaraba-ザラ場 | (op de handelsbeurs) continue handel; doorlopende sessie (van de eerste transactie tot de sluiting) |
zashikirō-座敷牢 | (hist.) een cel [kamer] (bedekt met tatami matten) voor het opsluiten van een krankzinnige persoon |