Kruisverwijzing
luisteren
lemma | meaning |
---|---|
aichō-愛聴 | het graag ergens naar luisteren |
aichōsuru-愛聴する | graag luisteren (naar) |
bajitōfū-馬耳東風 | onverschilligheid; het niet willen luisteren |
chōmon-聴聞 | het luisteren naar (een lezing, toespraak, preek, etc.) |
chōshi-聴視 | luisteren en kijken; horen en zien |
hiaringu-ヒアリング | het luisteren; luistervaardigheid |
hichō-秘聴 | het afluisteren [aftappen] (van een telefoon) |
hisohisobanashi-ひそひそ話 | gefluister; fluisterend praten |
hiyaringu-ヒヤリング | het luisteren; luistervaardigheid |
kikidasu-聞き出す | beginnen te luisteren |
kikihoreru-聞き惚れる | in vervoering gebracht worden (door muziek); met overgave luisteren |
kikiireru-聞き入れる | goed luisteren naar; (iemand's advies) volgen; toestemmen; toegeven |
kikiiru-聞き入る | aandachtig [in vervoering] luisteren naar; opgaan in |
kikikaesu-聞き返す | iets opnieuw beluisteren |
kikikata-聞き方 | manier van luisteren [vragen] |
kikikomi-聞き込み | het verkrijgen van informatie door te luisteren [vragen] |
kikimimi-聞き耳 | het aandachtig luisteren |
kikioboe-聞き覚え | het leren door luisteren |
kikioboeru-聞き覚える | iets leren door luisteren (een taal b.v.) |
kikitori-聞き取り | het luisteren naar anderen; het opdoen van informatie [kennis] door luisteren |
kikiwake-聞き分け | het goed luisteren; redelijkheid; volgzaamheid |
kikiwakeru-聞き分ける | goed kunnen [willen] luisteren; redelijk [volgzaam] zijn |
kiku-聞く | horen; luisteren |
kosokoso-こそこそ | (onomatopee) stiekem; fluisterend; steels |
mimikosurisuru-耳擦りする | fluisteren |
mimiuchi-耳打ち | fluistering; het (iem.) iets in het oor fluisteren |
mimiuchisuru-耳打ちする | (iem.) iets in het oor fluisteren |
nagarazoku-ながら族 | mensen (leeringen; studenten) die de gewoonte hebben tijdens het studeren te luisteren naar muziek, radio enz. |
nigiwasu-賑わす | opluisteren; verlevendigen; verrijken; populair maken |
raichōsuru-来聴する | bijwonen; aanwezig zijn; komen luisteren naar |
seichō-清聴 | het aandachtig beluisteren; respectvolle aandacht |
seichō-静聴 | het rustig [aandachtig] luisteren |
shichō-視聴 | het beluisteren en bekijken (film, video, e.d.) |
shichō-試聴 | het beluisteren van muziek (b.v. cd's) voor het te kopen |
tachigiki-立ち聞き | het afluisteren; toevallig horen [opvangen] |
tachigikisuru-立ち聞きする | afluisteren |
tōchō-盗聴 | het elektronisch afluisteren; aftappen; telefoontap |
uketamawaru-承る | luisteren (naar); horen; vernemen |