| basuketto-バスケット | basket (van basketbal) |
| basuketto・bōru-バスケット・ボール | basketbal (sport) |
| basuketto・bōru-バスケット・ボール | de bal die gebruikt wordt bij basketballen |
| chesuto・pasu-チェスト・パス | (basketbal) pass via de borst |
| danku・shūto-ダンク・シュート | (basketbal) een dunk (een worp waarbij een aanvaller een hoge sprong maakt richting de ring en de bal dan in de basket slaat) |
| furī・surō-フリー・スロー | (Eng: free throw) vrije worp (basketbal, handbal) |
| getto-ゲット | een punt scoren (bij sport, b.v. basketbal) |
| hōrudingu-ホールディング | (basketbal, voetbal, boksen, e.d.) een tegenstander hinderen [vasthouden] met arm of hand |
| kattoin-カットイン | (basketbal) door de verdedigingslinie van de tegenstander snijden |
| rōkyū-籠球 | basketbal |
| toraberingu-トラベリング | (bij basketbal) loopfout (het zetten van drie of meer stappen terwijl je de bal vasthoudt) |