| bachiatari-罰当たり | zondaar; ellendeling; schurk |
| fukō-不幸 | ongeluk; ellende; tegenslag; pech; ongelukkigheid |
| fukuzatsukei-複雑系 | een complex systeem (d.w.z. dat de eigenschappen van het geheel niet zijn af te leiden uit de eigenschappen van de samenstellende delen afzonderlijk) |
| fushiawase-不幸せ | ongeluk; ellende; tegenslag; pech; ongelukkigheid |
| hanten-反転 | (in) tegenstellende richting (gaan) |
| hisan-悲惨 | ellende; misère; leed |
| hitonadare-人雪崩 | aanzwellende menigte; lawine van mensen |
| ikinuku-生き抜く | overleven; (ellende) doorstaan |
| kamioroshi-神降ろし | aanroeping (in een shinto heiligdom) van een medium aan een god om (tijdelijk) bezit van haar te nemen om voorspellende uitspraken te kunnen doen |
| magagoto-禍言 | onheilspellende [ongeluk brengende] woorden |
| makyō-魔境 | een plaats [plek] vol demonen; een onheilspellende en angstaanjagende plek |
| masayume-正夢 | een droom die uitkomt; voorspellende droom |
| sainan-災難 | ramp; ellende; onheil; ongeluk |
| saiyaku-災厄 | ramp; ellende; onheil; ongeluk |
| sen'un-戦雲 | onheilspellende [donkere] wolken als teken van de naderende oorlog |
| shikuhakku-四苦八苦 | ellende; leed; angst; verdriet; pijn; grote tegenspoed |
| totan-塗炭 | ellende; kommer en kwel; misère |
| wazawai-災い | ramp; ellende; onheil; ongeluk |