Kruisverwijzing
doek
| lemma | meaning |
|---|---|
| amayoke-雨除け | tarpaulin; regenscherm; waterdicht zeildoek |
| anesankaburi-姉さん被り | handdoek om het hoofd gewikkeld |
| antatchaburu-アンタッチャブル | outcast; onaanraakbare (Hindoeklasse) |
| anten-暗転 | een verduistering op het toneel bij een scène- [decor] wisseling zonder het doek neer te laten |
| atenuno-当て布 | een strijkdoek |
| bandana-バンダナ | kleurige (katoenen) halsdoek |
| bokuseki-墨跡 | handschrift [schrijfwerk] in zwarte inkt (op papier, laken, doek, e.d.) |
| boro-襤褸 | oude lappen [doeken] |
| chirigami-塵紙 | tissue; papieren zakdoek; wc-papier; toiletpapier |
| dasutā-ダスター | stofdoek |
| donchō-緞帳 | gordijn [doek] (van theater, e.d.) |
| eginu-絵絹 | een doek van zijde gebruikt voor een Japanse schildering |
| etchūfundoshi-越中褌 | smalle lendendoek; g-string (soort tangaslip) |
| fukusa-袱紗 | zijden doek om bij de theeceremonie gebruikte voorwerpen in te wikkelen of schoon te vegen |
| fundoshi-褌 | lendendoek |
| furoshiki-風呂敷 | doek waarmee men in Japan dingen inpakt om te dragen |
| futomono-太物 | (katoenen of linnen) lap [stof; doek] |
| gafu-画布 | schilderdoek; schilderlinnen |
| gamen-画面 | doek (van een schilderij) |
| ginmaku-銀幕 | het witte doek; projectiescherm; bioscoopscherm; film(industrie) |
| hanagami-鼻紙 | papieren (zak)doekje |
| hankachi-ハンカチ | zakdoek |
| hankachīfu-ハンカチーフ | zakdoek |
| hankechi-ハンケチ | zakdoek |
| hanpu-帆布 | canvas; zeildoek |
| heiten-閉店 | sluiting [opdoeking; opheffing)] van een winkel |
| honuno-帆布 | canvas; zeildoek |
| hookaburi-頬被り | een hoofddoek; doek om je hoofd (geknoopt) |
| hookaburisuru-頬被りする | een doek om je hoofd knopen |
| horizonto-ホリゾント | (theater) cyclorama; rondhorizon; achterwand of achterdoek van het toneel (waar het decor op geprojecteerd wordt) |
| horo-母衣 | geweven doek aan de achterkant van het harnas van een samoerai (als decoratie en als bescherming tegen verdwaalde pijlen) |
| iwataobi-岩田帯 | een band [doek] die door zwangere vrouwen gedragen wordt rond de buik (vanaf de vijfde maand van de zwangerschap) |
| kaimaku-開幕 | het opgaan van het doek (van toneel) |
| kanbasu-カンバス | schilderdoek; schilderlinnen |
| kanbasu-カンバス | canvas (zeildoek) |
| kanpu-乾布 | een droge (hand)doek |
| kanshitsu-乾漆 | droge lak techniek (voorwerpen worden gevormd met lagen hennepdoek gedrenkt in lak, en de oppervlaktedetails gemodelleerd met lak, zaagsel, e.d.) |
| kenpon-絹本 | zijdedoek (voor kalligraferen of schilderen) |
| kinkon-緊褌 | lendendoek |
| kurayamizaiku-暗闇細工 | spelletje waarbij men geblinddoekt de verschillende delen van een papieren gezicht op een plaat prikt (traditioneel gespeeld op Nieuwjaarsdag) |
| kurōsu-クロース | stof; textiel; doek; (tafel)kleed |
| kyanbasu-キャンバス | canvas (doek); schildersdoek; schilderslinnen |
| maku-幕 | gordijn; doek (toneel) |
| makuake-幕開け | toneelgordijn; het ophalen van het toneeldoek; de aanvang van een theatervoorstelling |
| makuaki-幕開き | toneelgordijn; het ophalen van het toneeldoek; de aanvang van een theatervoorstelling |
| makugire-幕切れ | het einde van een opvoering [optreden]; het vallen van het doek |
| mekakushi-目隠し | blinddoek; oogklep; ooglap |
| menseihanpu-綿製帆布 | katoenen canvas (stof; doek) |
| mukōhachimaki-向こう鉢巻き | opgevouwen of opgerolde doek rond het hoofd geknoopt |
| napukin-ナプキン | servet; vingerdoekje |
| neesankaburi-姉さん被り | handdoek om het hoofd gewikkeld |
| nuno-布 | doek; lap stof |
| nunoji-布地 | stof; doek; lap |
| ōdanmaku-横断幕 | spandoek |
| oirukurosu-オイルクロス | wasdoek; zeildoek |
| oirusukin-オイルスキン | oliejas; geolied doek; wasdoek |
| okoshi-御腰 | lindedoek; tailledoek |
| okosozukin-御高祖頭巾 | een (warme) vierkante doek, om hoofd en schouders gewikkeld (gebruikt door vrouwen als sjaal-hoofddoek [kap] in de Edo- tot de Meiji-periode) |
| ooburoshiki-大風呂敷 | een grote furoshiki (doek waarmee men in Japan dingen inpakt om te dragen) |
| panorama-パノラマ | een panorama (schilderij op doek van halve of hele cirkel met realistische voorgrond, een uitvinding van Robert Barker |
| patapata-ぱたぱた | (geluid van) gekletter (regen); getrippel (voeten); geklapper (doek, etc.); geflapper (vleugels) |
| rezākurosu-レザークロス | leerdoek; imitatieleer |
| rokushaku-六尺 | traditionele Japanse lendendoek voor mannen |
| rokushakufundoshi-六尺褌 | traditionele Japanse lendendoek voor mannen |
| shitamu-湑む | vocht opnemen met een doek |
| shitaobi-下帯 | lendendoek |
| shōru-ショール | sjaal; omslagdoek |
| shukin-手巾 | handdoekje; zakdoek |
| taoru-タオル | (Eng.: towel) handdoek |
| taremaku-垂れ幕 | banier; vaandel; spandoek |
| tefuki-手拭き | kleine handdoek; gastendoekje; zakdoek |
| tenugui-手拭い | handdoekje |
| tetsumuji-鉄無地 | staalgrijze effen stof [doek] |
| tsuyabukin-艶布巾 | poetsdoek |
| uwae-上絵 | geschilderde [bedrukte] figuren [patronen] op doek |
| yutan-油単 | geoliede stof (om het waterdicht te maken); wasdoek; zeildoek |
| zōkin-雑巾 | dweil; zwabber; stofdoek; vod |
| zukezuke-ずけずけ | (onomatopee) openhartig; (onaangenaam) oprecht; onverbloemd; er geen doekjes om winden |
| zukin-頭巾 | hoofddeksel; kap; hoofddoek; monnikskap; nonnenkap; keppel |
| zukku-ズック | doek; canvas |