buigen / bui-gen ( ww )
1辞儀じぎする; しゃくする; あたまげる [een buiging maken]
2 (に) くっする; 屈服くっぷくする [buigen voor; toegeven]
3しなる; たわむ; がる [doorbuigen (takken, e.d.)]
4げる; かがめる [iets buigen]
5したがわせる; 服従ふくじゅうさせる [buigen voor gezag, e.d.; onderdanig zijn]