behoud / be-houd ( het (o) | znw | g.m.v. )
1維持いじ; 保持ほじ [doorgaand bezit; in stand houden]
een buitenlandse nationaliteit aanvragen met behoud van de eigen nationaliteit
自分の国籍を保持して外国の国籍を申請する
ouderschapsverlof nemen met behoud van 50% van het salaris
給料50%を保持して育児休暇をとる
medische behandeling met behoud van de kwaliteit van leven
クオリティー・オフ・ライフを維持する医療