Kruisverwijzing
slepen
lemma | meaning |
---|---|
ankatto-アンカット | ongeslepen (diamand) |
aratama-粗玉 | ruwe [ongeslepen] edelsteen |
chakkari-ちゃっかり | sluw; leep; geslepen |
daradara-だらだら | (onomatopee) druppelend; stromend; slepend |
doraggu-ドラッグ | slepen |
dorō-ドロー | het trekken; slepen |
eikō-曳航 | sleep; het slepen (van een schip) |
eisen-曳船 | het slepen [vlot trekken] van een schip |
genseki-原石 | ruwe [onbewerkte; ongeslepen] edelsteen |
giyaman-ギヤマン | vroegere naam voor geslepen glas (dat met een diamant werd bewerkt) |
gyokuhaku-玉璞 | ruwe diamant; ongeslepen diamant |
hikizuru-引き摺る | slepen (over de grond); sleuren |
hiku-引く | trekken (aan); slepen; leiden (een paard, e.d.) |
kattogurasu-カットグラス | geslepen glas; gegraveerd glas |
katto・gurasu-カット・グラス | geslepen [gegraveerd] glas; techniek van het glas slijpen [graveren] |
ken'in-牽引 | tractie; het trekken; slepen |
kōkatsu-狡猾 | sluw [listig; berekenend; geslepen] zijn |
kosui-狡い | slim; sluw; geslepen; uitgekookt |
kozakashii-小賢しい | brutaal; onbeschaamd; sluw; listig; geslepen |
noronoro-のろのろ | (onomatopee) langzaam; sloom; slepend |
shūsui-秋水 | een goed [scherp] geslepen zwaard |
suriashi-摺り足 | een schuifelende [sloffende; glijdende] loop (met de voeten over de grond slepend) |
tetori-手取り | een listige [geslepen; sluwe] persoon |
umisen'yamasen-海千山千 | (fig.) een geslepen persoon; een oude rot; een sluwe vos |
warujie-悪知恵 | sluwheid; listigheid; geslepenheid; doortraptheid |
zuru-ずる | slepen |
zuru-狡 | sluwe [geslepen] persoon |
zurui-狡い | slim; sluw; geslepen; uitgekookt |
zuruzuru-ずるずる | (onomatopee) slepend; glijdend; glibberend; slurpend |
zuruzuru-ずるずる | lang doorgaand; slepend (fig.) |