使ようする shiyōsuru
1 gebruiken; toepassen
隣のおばさんはスマートフォンを使用したことがない。
Onze buurvrouw heeft nog nooit een smartphone gebruikt.
母親は有機農産物を使用した商品しか買わない。
Mijn moeder koopt alleen maar producten met biologische ingrediënten.
2 (iem.) in dienst hebben
弊社は200人以上の労働者を使用している。
Ons bedrijf heeft meer dan 200 arbeiders in dienst.